698te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 20 October 1928
Tweede Blad
No. 21044
UIT HET PARLEMENT.
BINNENLAND.
DE NEDERDUITSCH HERVORMDE Vereeniging „Kinderzorg" vierfc 2 November
a.s. baar 25-jarig bestaan. Exterieur van het Kindertehuis „Nieuw Voordorp", te
Voorschoten.
MAD. MARYSE BASTIE,
de eerste Fransche vrouw
die met succes 't examen
voor piloot heeft afgelegd
en nu in dienst der re
geering handelsvliegtui
gen zal besturen.
EEN EZELDERBY. Voor liefdadige doeleinden werden dezer
dagen in Covent Garden te Londen, ezelrennen georganiseerd.
De bekende Engelsche jockey Gordon Richards in den strijd.
Gistermiddag, omstreeks 1 uur, moest het tweemotorige FARMAN-TOESTEL F.A.I.B.
T. 4, bestuurd door den piloot Risser, ond erweg van Schiphol naar Parijs, op een wei
land by Aalsmeer een noodlanding maken, tengevolge van een motordefect De Farman
kwam hierbij zeer ongelukkig in een gropp el terecht en boorde den neus in den grond.
UIT DEN BALKAN. Marktdag in Boekarest is steeds een schilderachtig en kleurig
schouwspel. In de groote korven met netten afgedekt, brengen de boeren eenden en
hoenders naar de Roemeensche hoofdstad.
(Van onzen brj zonderen medewerker).
DEN HAAG, 19 Oct '28.
Het voorstel tot verlaging
var. het mijnrecht.
Het onderwerp, dat heden de Tweede Ka
mer moest bezig houden, bad geen buitenge
wone belangstelling getrokken. Niet alleen
waren de Kamerleden in slechts bescheiden
getale opgekomen, ook de tribunes waren be
trekkelijk slecht bezet, de particuliere tri
bune was zelfs bijna den ganschen middag
verlaten. Nu, wie niet direct brj de zaak be
trokken is, kan ook niet zoo heel veel ge
voelen voor het aan de orde gestelde wets
voorstel strekkende om het recht, dat van
steenkolenmijnen hier te lande wordt gehe
ven weder in werking te doen treden, doch
inplaats van een kwartje een dubbeltje pet
ton te eischen.
Bij de wet van 21 Juni 1925 is de heffing
van 'het mijnrecht tijdelijk opgeschort ten
einde het mijnbedrijf in de toen voorkomende
moeieljjkhedein tegemoet te komen. Het gaat
nu weer wat beter en daarom heeft de re
geering voorgesteld met ingang van 1 Jan.
a.s. weer een mijnrecht te heffen. Terwijl
echter vóór 1925 het rijk van het kwartje
de helft behield, de provincie 10 pet. ont
ving en aan de betrokken Limburgsche ge
meenten de overige 40 pet. werden uit
gekeerd ,wil de regeering van het thans
te heffen dubbeltje niets voor het rijk be
houden, krijgt ook de provincie niets er
van, doch gaat alles aan de betrokken ge
meenten. Zij zullen dus evenveel ontvangen
als in de dagen dat er een kwartje werd«ge-
heven. Daartegenover evenwel mogen de
mijnondernemingen van de te betalen hef
fing afbonden wat zjj aan de gemeenten we
gens zakelijke bedrijfsbelasting hebben moe
ten uitkeeren.
Gedurende de schorsingsperiode d.i. in rte
jaren 1926, 1927 en 1928 heeft het rijk in-
tusschen aan gemeenten en provincie als
schadeloosstelling voor gederfde inkomsten
toegelegd een bedrag gelijk aan de hun
toegekende uitkeering over 1925. Üm ze nu
evenwel volledig schadeloos te stellen is
voorgesteld hun het bedrag uit te keeren
dat zjj zouden hebben gekregen als in die
jaren wel een mijnrecht ware geheven, na
aftrek natnurljjk van wat zij reeds hebben
ontvangen.
Eer. nogal royale regeling, zou men zeg
gen, maar noodzakelijk omdat de gemeenten
jn de mijnstreken op zware lasten komen door
net binnenstroomen van mijnwerkers uit alle
deelen der wereld. Toch is bet ontwerp met
I®1? niet algemeene instemming ontvangen,
«et verst in zijn protest tegen het voorstel
ging wel de heer Krijger (C.H.), die van
geen mijnrecht wilde weten maar toch aan
óe gemeenten uitkeering uit de staatskas wil
de toekennen en dan liefst niet te weinig.
Ook de heer Kortenhorst (R.-K.) dacht er
zoo over en trachtte zelfs de. regeering te
overtuigen, dat een mijnrecht een juridisch
onding was. De heer Van Gijn (V.B.) vond
het volkomen overbodig, dat de regeering
een cijns van de mijnondernemingen wilde
heffen enkel teneinde Limburgsche gemeen
ten, die in moeilijkheden verkeeren, extra
te helpen.
Een ander bezwaar had de lieer Hermans
(R.K.), dat n.l. de provincie Limburg geen
vergoeding zal krijgen. Dat leek hem bui
tengewoon onbillijk. Ook kon hij, gelijk te
voren reeds de heer Vliegen (S.D.A.P.),
zich niet vereenigen met het denkbeeld, dat
de mijnondernemingen de door haar aan de
gemeenten betaalde bedrijfsbelasting zouden
mogen aftrekken van het door haar afgedra
gen mijnrecht. De gemeenten zouden daar
door in groote moeilijkheden kunnen ge
raken.
Minister De Geer heeft in een kort betoog
nadruk gelegd op de goede zjjden van net
voorstel, maar daarmee geen bekeerlingen
gemaakt. Dat bleek, toen men overging tot
de behandeling der artikelen.
Bij art. 1 kwam de heer Hermans met
een paar amendementen opzetten waarbij 3311
de door hem ontwikkelde bezwaren zou wor
den tegemoet gekomen. De Voorzitter meen
de ze, toen niemand er tegen opkwam, voor
aangenomen te kunnen beschouwen, doch de
neer Van Gijn verzette zich daar tegen en
toen achtte de voorzitter het beter de ver
dere behandeling van de zaak tot Dinsdag
aan te houden.
HET EEUWFEEST DER KON. MILITAIRE
ACADEMIE.
De Koningin inspecteert het
cadettencorps De gala
avond.
Na de herdenkingsstond in de Groote
Kerk te Breda, waarover gisteren nog het
een en ander werd medegedeeld, reed de
Kon. Familie met haar gevolg naar de grens
der gemeente Breda, waar de Kon trein
met het salonrijtuig wa9 gestationneerd De
dichte menigte, die op en in de omgeving
der markt de plechtigheid in de kerk had
kunnen volgen door de Megavox van Phi
lips. brak los in onbedaarlijk gejubel, toen
de Koninklijke bezoekers de kerk verlieten
Het gejuich plante zich voort van straat tot
straat en vriendelijk beantwoordden de le
den van het Koninklijk Huis de geestdrif
tige betuiging van de Oranjeliefde der
burgers.
Nadat in het salonrijtuig de lunch was
gebruikt, keerde de stoet wederom naar de
stad terug om op het terrein der K. M. A.
het groote militaire feest bij te wonen.
De tribunes op het feestterrein waren
volgestroomd. Bij de aankomst van den
Kon. stoet werd op de tribune, waar de
zetels voor de vorstelijke personen stonden,
de Koninklijke standaard geheschen. De
stafmuziek zette het Wilhelmus in terwijl
allen zich van hun zitplaatsen verhieven.
Alvorens het eigenlijk militair schouwspel
een aanvang nam. inspecteerde H. M. het
cadettenkorps en liet zij de leeraren der
IC. M. A. aan zich voorstellen.
De cadetten defileerden daarop voor de
tribune der Koninklijke gasten, terwijl in-
tusschen het veld voor de spelen in gereed
heid werd gebracht.
Het militaire feest opende met een schit
terend nummer carousselrijden door oud
cadetten. Dan werden door de cadetten
athletiekoefeningen: springen, discus- en
speerwerpen, estafettenloop, uitgevoerd.
Een nummer, dat buitengewone belang
stelling trok, was het springen door de
Olympiade-ruiters van Voorst van Zijp,
Pahud de Mortagnes en de ICruyff. Ook
werd het opslaan van een boschbivak en
een overrompeling te zien gegeven met nog
een oorlogsfragment. Het slot was een
apotheose, een tableau de la troupe, waar
bij de gymnasten op het veld de letters
K. M. A. vormden.
Om half vier liep het groote schouwspel
af en begaf de Kon. Familie met haar ge
volg zich naar het gebouw der K. M. A.,
waar de thee werd gebruikt en H. M. zich
eenigen tijd onderhield met de leeraren en
den senaat der cadetten Verder werd het
Academiegebouw bezichtigd, waarbij H. M.
in alles belang bleek te stellen, zoodat ge-
ruimen tijd werd vertoefd in de slaapzalen,
keukens en vooral in het historisch mu
seum.
Na dit bezoek werd wederom langs den
koristen weg gereden naar de plaats waar
het salonrijtuig was gestationneerd. Ook
op dezen tocht werd de Kon Familie door
de in dichte rijen langs de straten staande
burgers en vreemdelingen geestdriftig toe
gejuicht.
Des avonds te kwart over acht had in
de groote zaal van de Vereeniging „Con
cordia" een galafeest plaats; voor reünisten
en genoodigden Ook Z K H. Prins Hen
drik en Z.Ëxc. Minister Lambooy woonden
dit feest bij.
Hef begon met een hulde aan Z M Ko
ning Willem I, den stichter en aan Z.K H.
Prins Frederik der Nederlanden, den groo-
ten beschermer der K. M. A. Het symphonie-
orkest van het zesde regiment infanterie
had het eerste deel van den feestavond voor
zijn rekening genomen.
Het tweede gedeelte was een historiespel
van de K. M. A.
In de stad werden op verschillende pun
ten wederom muziekuitvoeringen gegeven,
die, wijl het weer zich thans uitstekend
hield, groote belangstelling trokken.
De drukte in de stad was enorm en
duizenden verdrongen zich in de straten om
de versieringen te bewonderen.
DE BELGISCHE KROONPRINS
NAAR NED.-INDIË?
Uit Brussel seint B. T. A.:
Prins Leopold zou het voornemen koes
teren binnenkort een studiereis te maken
naar Nederlandsch-Indië, maar er is hier
omtrent nog niets definitief vastgesteld.
CHR. ARBEIDERS IN DE BEDRIJVEN VAN
VOEDINGS- EN GENOTMIDDELEN.
Op de districtvergaderingen van den
N.G.V.B. werd onderstaand resolutie met
algemeene stemmen aangenomen.'
De besturen van de afdeelingen van den
Nederlandschen Centralen Bond van
Christelijke arbeiders(sters) in de bedrijven
van Voedings- en Genotmiddelen;
in een achttal gewestelijke Districtverga
deringen omvattende 45 afdeelingen, en ge
houden te Alkmaar, 'a-Gravenhage, Gro
ningen. Haarlem, Leeuwarden. Rotterdam,
Utrecht en Zutphen, October 1928 bijeen;
gehoord de besprekingen inzake de ge
voerde actie's tot verbetering van arbeids
voorwaarden, zoowel als de handhaving
en uitbreiding van collectieve arbeidsover
eenkomsten in de onderscheidene bij den
bond aangesloten bedrijfsgroepen;
Constateerende,
dat sedert de vorig jaar gehouden District-
vergaderingen tal van gevoerde actie's tot
gewenschte resultaten hebben geleid;
dat door de gevoerde actie en propaganda
het ledental van den Bond in onderschei
dene afdeelingen beduidend is versterkt;
Overwegende,
dat evenwel in vele plaatsen en onder
nemingen de werkgevers zoowel organisa
torisch als individueel de ontwikkeling van
het instituut der collectieve arbeidsregeling
als zijnde een bedrijfsbelang, tegenhouden;
Zijn van oordeel;
dat blijvend krachtig moet worden ge
streefd naar afsluiting van collectieve con
tracten met een voortgaande ontwikkeling
van bedrijfsorganisatie;
dat met name in plaatselijke en lande-
liike overeenkomsten bevorderd diene te
worden de tot-stand-koming van verplicht
lidmaatschap, verbeterde bedrijfsrechtspraak
leerlingovereenkomsten en vakopleiding,
bedrijfsgewijze pensioenregelingen;
dat ten opzichte van de arbeidswet rich-
tige handhaving en scherpe cóntrole ver*
eischt is;
dat bij den uitbouw van de collectieve
overeenkomst in de richting van de be-"
drijfsorganisatie een deel der overheidstaak
in handen van partijen kan worden gelegdj
dat zulks kan medewerken tot verbete
ring der rechtspositie van de bij den Bond?
aangesloten ledenr
Besluit,
dat ter beschikking van het gestelde doel
een voortgaande propaganda onder de
jeugdige en de on- en verkeerd georgani-,
seerde arbeiders dringend geboden is;
dat hiertoe elke afdeeling en elk bonds-
lid een taak heeft te vervullen, tot hef
voeren van stelselmatige en krachtige
propaganda door middel van huisbezoek en
anderszins;
roept de ongeorganiseerde Christelijke
arbeiders in de genoemde bedrijven op,
zich bij den bond aan te sluiten.
HET MUSEUM DER NED. SPOORWEGEN
TE UTRECHT.
Indertijd was door den heer G. W. van
Vloten, ambtenaar der Ned. Spoorwegen,
een belangrijke verzameling van spoorweg
zaken vanaf het begin bijeen gebracht. Deze
kreeg zulks een grooten omvang, dat mef
medewerking van de Directie der Nederl.
Spoorwegen een zaal van het hoofdgebouw
der Ned. Spoorw tot Museum werd inge-
richt, waarvan de heer v. Vloten tot direc
teur benoemd werd. Toen de heer van Vlo
ten kwam te overlijden, verflauwde de be
langstelling voor het museum wel eenig9-
zins, en hoorde men er niets meer van. Nu
zal onder leiding van den heer Henri Ossel-
bergh, die tijdelijk als directeur zal op
treden, een belangrijke reorganisatie plaats
hebben en alles zal tot een belangrijk
Spoorweg Museum aan de Moreelselaan te
Utrecht omgewerkt worden. Over een paar
maanden hoopt men hiermede klaar te zijn
en dan zal het Museum behalve voor het
spoorwegpersoneel ook voor het publiek
opengesteld worden.
RADEN VAN BEROEP.
De heer van Gijn heeft op het wetsont
werp tot herziening van de wet op de ra
den van beroep voor de directe belastingen
verschillende amendementen ingediend,
waarvan de bedoeling is de bestaande sa
menstelling van de raden van beroep te
behouden, met dien verstande echter, dat
wordt voorzien in het gebrek aan voldoende
keuze voor de betrekking van secretari*