SPLINTER
DeGrijzeDame
69*te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 28 Maart 1928
Derde Blad
No. 20872
EERSTE KAMER.
Bij aankoop van een karpet
een deurkleedje gratis.
TWEEDE KAMER.
KERK- EN SCHOOLNiEUWS.
GEMENGD NIEUWS.
SCHEEPSTIJDINGEN.
FEUILLETON.
Een onbelangrijke vergadering.
(Zitting van gisteren).
Ingekomen zijn berichten van afwezigheid
van den heer Van Nagell van Ampsen,
wegens ongesteldheid, van den heer Ver-
koutereD, van mevrouw PothuisSmit, van
den heer de Savornin Lohman en van den
heer De Vlugt, wegens ambtsbezigheden.
Aan de orde is het trekken der afdee-
lingen. De Kamer begeeft zich in de afdee.
lingen ter verkiezing van voorzitters en
ondervoorzitters.
De vergadering wordt voor een kwartier
geschorst.
De vergadering wordt te 9 uur geopend.
De VOORZITTER deelt mede, dat de af-
deehngen hebben benoemd tot voorzitters
de heeren Blomjous, Westerdijk, De Vos
van Steenwijk, Diepenhorst en Rink, en tot
ondervoorzitters de heeren Arntz, Rugge,
Wibaut, Haffmans en Van Embden.
De VOORZITTER deelt mede, dat de
Centrale Afdeeling besloten heeft Woens
dagochtend 11 uur een 13-tal wetsontwer
pen in de afdeelingen to doen onderzoeken.
Het ligt in zijn voornemen Woensdag 11
April des middags 2 uur een openbare ver
gadering te houden en daarin een aanvang
te maken met de Algemeene Beschouwin
gen voor de Staatsbegrooting voor 1913.
De vergadering wordt tot dien datum ver
daagd.
RECLAME.
2614
De motie-Joekes verworpen
Behandeling van de wijziging
der Ongevallenwet en der
Land- en Tninhouwongeval-
lenwet.
(Zitting van gisteren).
De motie-Joekes tot instelling van een
commissie voor het uitbrengen van een
rapport over de ervaringen met de be-;
stuurshervormingen in de provincie Wcst-
Java is verworpen met 51 tegen 32 st.
De heer KORTENHORST (R.-K.) raagt
verlof tot het houden van een interpel
latie tot de regeering over den ongunstiger
eoonomischen toestand in Zeeuwsch-
Vlaanderen en maatregelen daartegen.
De beslissing zal heden worden ge
nomen.
Aan de orde zrjn de wijzigingen in de
Ongevallenwet 1921 en de Land- en Tuiu-
bouwongevallenwet 1922.
Een amendement der commissie van rap
porteurs om met lichamelijk letsel als ge
volg van een ongeval gelijk te stellen letsel
in korten tijd ontstaan, wordt verdedigd
door den heer VAN WIJNBERGEN.
Het amendement, aangevuld door een
sub-amendement van mevr. DE VRIES—
BRUINS wordt aangenomen.
De heer HIEMSTRA (S.-D.) verdedigt
een amendement-Schaper om mogelijk te
maken de ongevallenverzekering van ar
beiders bij werkverschaffing.
De MINISTER verzet zich aanvankelijk
niet tegen het amendement.
De heeren SNOECK HENKEMANS en
EBELS steunen het amendement.
De heeren BEUMER en SMEENK hebben
bezwaar tegen de redactie.
Het amendement wordt aangehouden.
De heer HIEMSTRA stelt een amende
ment voor om de mogelijkheid van afkoop
van renten voor niet-vreemdeiingen to laten
vervallen.
Het amendement-Hiemstra is verworpen
met 39 tegen 22 stemmen.
Mevr. DE VRIES—BRUINS (S.-D.) ver
dedigt het amendement om het aantal be
roepsziekten in art. S7b uit te breiden met
nystagmus en caissonziekte.
De heer BAKKER (C.-H.) wil de Ijjst
der beroepsziekten bij algemeenen bestuurs-
maatregele zien uitgebreid.
De vergadering is geschorst tot 's avonds
S uur.
Avondvergadering Het re-
geeringsbeleid ten aanzien
van de Kweekschool.
De heer KETELAAR (V.-D.) vraagt (le
regeering te mogen interpelleeren over de
schoolkwestie te Ootmarsum.
Op dit verzoek zal heden worden beslist
Aan de orde is de interpellatie van den
heer Albarda omtrent het beleid der re-
geering ten aanzien van de kweekscholen.
De heer ALBARDA (S.-D.) licht z(,n
interpellatie toe en stelt ten slotte de vol
gende vragen:
1. Is de Minister voornemens over te
gaan tot de ophefiing van een aantal kweek
scholen? Zoo ja, van hoeveel en van welke?
2. Is de Minister de overtuiging toegedaan
dat tot de opheffing van een aantal kweek
scholen kan worden overgegaan, zonder dat
daardoor voor de toekomst een gebrek aan
leerkrachten is ontstaan?
3. Indien het voornemen tot ophefiing
van «enige kweekscholen uitsluitend op
openbare kweekscholen betrekking heeft, op
welke gronden berust dan dat voornemen?
4. Indien het voornemen tot ophefiing
van een aantal kweekscholen verband houdt
met een verminderden toeloop van kweeke-
lingen tot die instellingen, is de Minister
dan niet van oordeel, dat de verminde
ring van dien toeloop voor een belangrijk
deel een gevolg i3 van verschillende be
zuinigingsmaatregelen bjj de kweekscholen
en bij het lager onderwijs toegepast, en dat
de toeloop weer toenemen zal, naar ge.ang
die bezuinigingsmaatregelen opgeheven wor
den?
5. Denkt de Minister voort te gaan met
de omzetting van vier-jarige kweekscholen tn
dne-jarige, door opheffing van aanvangs-
klassen? Zoo ja, is de Minister dan niet van
oordeel, dat een zoodanige omzetting alleen
daar zonder schade voor het onderwas mo
gelijk is, waar de gelegenheid om onder
wijs te ontvangen aan een H.B.S., een gym
nasium, een lyceum of een U.L.O.-schooi in
voldoende mate aanwezig is en de aansluiting
tusschen deze scholen en de kweekschool
behoorlijk verzekerd is?
Minister WASZINK antwoord op deze
vragen o.m. het volgende:
PlaDnen tot ophefiing van een aantal
kweekscholen beslaan er bij spr. thans niet.
Wanneer overgegaan zou moeten worden
tot opheffing van kweekscholen, zou deze
ophefiing zich moeten beperken tot Rijks
kweekscholen, omdat de Regeering over de
bijzondere kweekscholen geen zeggenschap
heeft.
Spr. zegt verder, dat, naar zijn overtuiging,
de verminderde toeloop zal ophouden, wan
neer het overcompleet aan leerkrachten zal
zjjn verdwenen; ook dan zal de Regcering
kimnen overwegen, om verschillende bezui
nigingsmaatregelen weder op te heffen.
De heer ALBARDA dient de volgende
motie in:
„De Kamer spreekt den wensch uit, dat
niet tot verdere opheffing van kweekscholen
zal worden overgegaan, alvorens de Regea-
ring aan de Kamer de noodige gegevens
boeit verstrekt en deze daarover haar mee
ning heeft kunnen uitspreken."
De heer TILANUS (C.-H.) dient de vol
gende motie in:
„Do Kamer, van oordeel, dat in^ verband
met den overvloed aan onderwijzers en on
derwijzeressen, vermeerdering van het aan
tal Rijkskweekscholen als overbodig kan
worden aangemerkt,
verzoekt de Regeering het aantal Rijks
kweekscholen zoo al niet te beperken, dan
toch voorshands geen nieuwe Rijks kweek
scholen op te richten.
Mej. WESTERMAN (V.-B.) heeft geen be
zwaar tegen de motie-Albarda.
De heer MOLLER (R.-K.) kan zich niet
met de motie-Albard3 vereenigen, evenmin
als met de motie-Tilanus.
De heer KETELAAR (V.-D.) meent, dat
de Kamer de motie-Albarda z. h. st. kan
aannemen. Hij acht de moüe-Tilanu3 voor
barig.
Minister WASZINK acht de motie-Albarda
staatsrechtelijk moeilijk aanvaardbaar.
Wat de door verschillende leden gevraagde
wijziging van den algemeenen maatregel be
treft, kan spr. niet anders doen dan zjjn
medewerking toezeggen, om het aantal ge-
geslaagden van bijzondere scholen, dat
noodig is voor subsidie, van 90 verlaagd
zal worden tot ten minste 75.
Tot den heer Tilanus kan spr. zeggen,
dat hij voorloopig niet voornemens is, ver
der to gaan met oprichting van Rijkskweek
scholen. De motie-Tilanus is dus voorbarig
en spr. verzoekt den heer Tilanus deze
motie in te trekken.
De heer ALBARDA tripliceert en hand
haaft zjjn motie.
De heer TILANUS trekt zjjn motie in.
De interpellatie wordt gesloten.
Over de motie-Albarda zal heden worden
gestemd.
De vergadering wordt verdaagd tot heden
1 uur.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Steenwijk, W. A. Roo-
bol, te Egmond a. Zee. Te Willige-
Langcrak, J. C. Klomp, te Westbroek.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Beilen: J. Altema te
Stadskanaal. Te Surhuisterveen: J. J. Dijk
te Woudsend (Fr.). Te Hilversum (3c pred.
plaats): C. J. Sikkel te Oosthem (Fr.). Te
Makkum (Fr.): G. M. Renne-s te Heeg (Fr.).
Aangenomen: Naar Vrouwepolder-
Gapinge, P. J. O. de Bruijne, cand. te Lei
derdorp. Naar Monnikendam J. Bos. cand.
te Leiderdorp. Naar Rotterdam-Delfshavcn,
II. Knoop, te Gouda.
CHR. GEREF. KERKEN.
Aangenomen: Naar Dokkum, B.
Oosthoek, te Soest.
Bedankt: Voor Werkendam, B. Oost
hoek, te Soest.
BRANDEN.
Een moeder met haar baby te
Amsterdam over de daken ge
red.
Gisteravond ongeveer ze9 uur zagen de
overburen, dat er rook kwam uit het pak
huis op de beganen grond van het perceel
Rapenburg 61 te Amsterdam. Zij waar
schuwden de brandweer, die weldra ver
scheen en tot de ontdekking kwam, dat zij
voor een lastig geval stond. De brecde
deuren waren stevig gesloten, binnendrin
gen was onmogelijk en den boel stuk hakken
was zeer gevaarlijk, omdat dan het vuur in
liet pakhuis lucht" zou krijgen, waar
schijnlijk fel zou gaan oplaaien en ook de
woning op de eerste verdieping zou kunnen
aantasten en dan nog verder zou kunnen
gaan.
Boven de deur waren bovenlichten. De
brandwachls sloegen deze stuk en richtten
door de openingen eenige waterstralen op
het vuur in de opslagplaats. Het vuur was
nu spoedig bedwongen, maar uit de hoven-
raampjes kwam een dikke benauwde rook,
welke echter allengs verminderde. Zoodra
het ergste voorbij was kropen een paar
brandwachts door de gebroken bovenlichten
naar binnen, om daar het laatste hlus-
schingswerk te verrichten. Zij kwamen te
midden van hoopen half verkoolde en nog
altijd smeulende manden en andere voor
werpen van riet Door de gaten heen gooi
den zij den boel naar builen op de straat,
waar hun makkers de collectie ophoopten.
Drie brandwachts hebben de handen aan
glasscherven gewond. Het bleek, dat alleen
de bergplaats is uitgebrand. De woningen,
a! hadden zij last van den rook zijn ge
spaard. De opslagplaats was in gebruik bij
den heer heer C. P. van Dillen, die een
inrichting voor het maken van rietwerken
heeft in perceel 60. Er was 's middags in
het pakhuis gewerkt.
De inboedel was verzekerd.
Zoodra de brand was ontdekt vluchtten
de bewoners van de bovenhuizen op straat.
Op de derde étage lag een jonge moeder
met een baby van een paar dagen oud te
bed. Brandwachts en buren hebben moeder
en kind over de daken heen naar den zolder
van een iets verder gelegen huis gebracht en
vandaar naar beneden. De Geneeskundige
RECLAME.
6942
Is U gedwongen sobere maaltijden
te houden, „ROGGEBROOD VAN
TEN HOEVE" vergoedt veel.
VRAAGT UWEN BAKKER.
Dienst heeft zich over de vrouw en de
kleine ontfermd en per auto naar een veili
ger plaats doen brengen.
Door tot nog toe onbekende oorzaak is
de dubbele arbeiderswoning, bewoond door
de gezinnen W. H. Endeman en G. van den
Poll te Bergentheim in de gemeente Ambt-
Ilardènberg totaal afgebrand. Een'en ander
was verzekerd.
In het veld te Kerkenhovcnveen (Drenthei
zijn 20.000 turven verbrand. De li-jarige
S. heeft bekend de heide in brand te heb
ben gesloken.
Ongeveer 100 II.A. heide te Anlo is een
prooi der vlammen geworden.
Te Geeslcren (O.) is Maandag de boer
derij van G. Leus afgebrand.
Gistermiddag brandde doordat, bij het
braden van vet op een petroleumstel, do
vlam in de pan sloeg, de boerderij van
E. Haverkamp aan het Panhuis onder Vee-
nendaal geheel uit. liet huis was verzekerd,
de inboedel laag.
VAN EEN LADDER GEVALLEN.
Gistermiddag omstreeks 3 uur is in de
Juffrouw Idaslraat te Den Haag. de glazen-
wasscher J. J. v. d. M. uit de korte Vleer-
slraat van een ladder gevallen. De man,
die beide voeten brak, is door den Gencesk.
Dienst naar het ziekenhuis aan den Zuid-
wal aldaar vervoerd.
VERDRONKEN.
Te Rotterdam is de 9-jarige C. Kleingeld
in de Maashaven geraakt en verdronken.
DOODELIJKE AANRIJDING.
Te Nijmegen op de St. Annaslraat ter
boogie van de Houllaan is gistermiddag
legen 5 uur de 55-jarige pianostemmer P.
H. Frenzeh, per fiets van Malden op weg
naar Nijmegen, bij het voorbijrijden van
een in zijn richting rijdenden fietser door
den auto van den heer S., die van den-
zelfden kant kwam, aangereden Hij was
op slag dood.
POGING TOT MOORD.
In verband met een poging tot doodslag
op twee houtvesters, Zondag 18 Maart,
even over de grens bij Kerkrade gepleegd,
heeft de recherche te Kerkrade drie Ne
derlanders, twee uit Kerkrade en één uit
Waals, gearresteerd en naar Maastricht
overgebracht. Zij zouden vier revolvcrscho.
ten op de houtvesters hebben gelost.
ONDER EEN KAR GERAAKT.
Te Wessem, bij Roermond, is de echt-
genoote van den landbouwer Janssen onder
een kar geraakt, met het ongelukkige ge
volg, dat de vrouw dadelijk is overleden.
EEN HEETHOOFD.
Terwijl de heer G. W. Kaemingk, hoofd
der bijzondere school te Sehuinesloot in dc
gemeente Ambt-Hardenbcrg Zondagavond
in de school was ter gelegenheid van de
vergadering der jongelingsvereeniging al
daar, vervoegde zich in de pauze een jonge
man bij de school om een anderen jongen
te spreken. Het bleek dat de gezochte niet
aanwezig was, waarom de onbekende een
praatje maakte met den heer Kaemingk,
welk praatje overging' in een woordenwis
seling, waarbij uitkwam dat hij vermoede
lijk zich met minder goede bedoelingen bij de
school bevond. En omdat hij den gezochte
niet kon vinden, meende hij zijn woede
maar te moeten koelen op het hoofd der
school. Hij ging de gang in en trapte daar
een paneel uit een der deuren, waarna hij
weer naar buiten stapte. Dc heer Kaemingk
pakte den jongeman bij den arm om te
zien wie hij was en ging daarna weer
naar binnen. Nauwelijks was evenwel de
deur gesloten of er werd met een revolver
gescholen. De kogel drong in de deur, ge
lukkig zonder iemand te raken.
De politie te Slagharen was spoedig aan
wezig en slaagde er in de dader Zondag
nacht te axresteeren. Het bleek te zijn de
21-jarige arbeider K. Z wonende te Daler-
peel. Op hem werd gevonden een revolver
nog geladen met twee patronen, die door de
politie in beslag is genomen, zoomede
een afgeschoten huls.
Een matroos wondde tijdens een oefe
ning aan dek zijn rechterhand. Eon week
lang liep hij met een verband om zijn vin
gers. Toen de dokter hem weer verbond,
vroeg dc patiënt eensklaps:
„Dokter, gelooft u dat ik mandoline zal
kunnen spelen, als 'b verband er weer
af is V'
„Natuurlijk lam je dat", verzekerde de
dokter met een geruststellend knikje.
„Dat is nog eens een bof", grijnsde de
zeeman. „U bent een wonderdokter, hoor!
Totnutoe heb ik nooit een noot kunnen
spelen
STOOMVAART-MIJ „NEDERLAND".
JAN PZ. CO EN', thuisreis, 30 Maart fe
Colombo venvarht.
SOEMBA, thuisreis, 2829 Maart te Havre
verwacht.
RADJA, thuisreis, 30 Maart te Londen ver-
wacht.
ROTTERDAMSCHE LLOTD.
SLAMAT, uitreis, 29 Maart te Marseille
verwacht.
KON. HOLL. LLOTD.
FLANDRIA, thuisreis, 26 Maart van Santos,
KON. PAEETVAART-MAATSCHAPPIJ.
TIIEDEN'S, R'dam n. Batavia, pass. 27 Mrf,
Malta.
HOLLAND—BRITSCH-INDIE-LIJN.
ALDERAMIN, thuisreis, 27 Maart van Ai.
giers.
BOVENKERK, uitreis, pass. 27 Maart Gi.
brallar.
JAVA—NEW-YORK-LIJN.
STADSWIJK. New York naar Java, pass,
27 Maart Tarita.
ROTTERDAM—ZUID-AMERIKA-LIJN.
ALGORAB, thuisreis, 26 Maarl van Rio
Janeiro.
ALDABI, uitreis, 25 Maarl Ie Montevideo.
HOLL AND—OOST-A ZTE-LIJN.
OOSTKERK, thuisreis, 26 Maart van
Genua.
GEMMA, uiireis, 26 Mrt. Ie Genua.
HOLLAND—AMERIKA-LIJN.
ROTTERDAM, toerislenvaart, arr. 27 Mrt,
ie Monaco.
KON. NED. STOOMBOOT-MIJ.
ORANJE NASSAU, Amst. n. W.-Indië, 29
Maarl te Madeira verwacht.
Vl'LCANUS, W.-Indië naar Amsl., 27
Maart te Havre.
DEUCALION en POSETDON, arr, 27 Maart
te Bremen.
DIVERSE STOOMVAARTBERICHTEN.
HAGNO, 25 Maart van B. Aires te Bahial
Bianea.
KELBERGEN, R'dam n. B. Aires, pass. 25
Maart Las Palmas.
OCEAAN, m.s., 26 Maart van Liverpool n.
Limerick.
STAD ZALTBOMMEL, 25 Maart van Bou-
cou naar Salla Cabello.
SULTAN VAN LANGKAT, R'dam n. Con-
stanza, pass. 26 Maart Gibraltar.
VALKENBURG, 26 Maart van Castro Ur-
diales ie Bilbao.
EMMAPLEIN. R'dam n. B. Aires, was 25
Maart 's middags 12 u. 30 mijlen van
Finisierre.
SCIRE R'dam n. Algiers, pass. 26 Maart
Finisierre.
IJSSEL, 26 Maarl van Oran n. Yenelië.
WASSENAAR, 26 Maart van Maria! ie
New York.
SASSENIIKIM, 26 Maart van St. John ta
Hampton Roads.
Uit hel Engelscb
van HENRY SETON MERRIMAN.
53)
Fitz bood niet aan hem te vergezellen en
Cipriani de Lloseta deed eenzaam dezen
zonderlingen tocht: onbekend een balling
in zijn eigen land, reed hij door de vrucht
baarste vallei ter wereld, waarvan iedere
boom hem dierbaar was, en niemand wist
wat er in hem omging. De arbeiders op het
veld, mannen en vrouwen, bruin door de
zon verbrand, half Moorsch, heel eenvou
dig en gevoelig, slaakten even hun moei
zaam werk om met verwondering te sta
ren naar den eenzamen ruiter; de gedul
dige muilezels, in hun eindeloozen omme
gang naar de Moorsche pulten. gluurden
luiknipoogend naar hem; de adelaars van
Lloseta vlogen langzaam rond in een gToo-
ten cirkel, ver boven het oude kas!eel, zoo
als zij hadden geslagen in zijn kindsheid,
en hij keek naar hen op. met zijn zonder
ling geduldigen glimlach. Hij slootte de
2rootc olijfhouten poort open en ging in
den terrasvormig aangelegden tuin, geheel
wiet plantengroei bedekt, verwaarloost,
droevig. Hel was een vreemd thuis komen,
Zeen levend wezen te zien.
Hij bleef den gehcelen dag te Lloseta en
hi? hield er zich bezig met zeer praclisch
werk. Hij stelde menschen aan tot het in
orde brengen van tuin en huis en hij gaf
daartoe de noodige instructies. Want het
was zijn plan, zeide hij, om weer op zijn
„bezitting", zooals deze Majorcaansche
landhuizen genoemd worden, terug te ko
men. er het grootste dèel van hel jaar te
wonen en de overige wintermaanden door
te brengen in zijn paleis in Palma.
In den namiddag steeg hij weer te paard
en tegen den avond, zooals afgesproken
was, bereikte hij d'Erraha.
Een bediende moest op den uitkijk heb
ben gestaan naar zijn komst, want de
groote deur werd opengeworpen en hij reed
het palio binnen. Hier werd hij verwel
komd door Filz, gevolgd door Eva, met
Henry Cyprian in haar armen.
Niemand sprak. Het geheel was eenigs-
zins eigenaardig. De graaf steeg af. Hij
nam zijn hoed af en hield die op Spaan-
sche manier in zijn hand. terwijl hij Eva
en Filz de hand drukte. Hij keek het patio
rond. Met eerbied beschouwde hij de oude
marmeren put. geel door verbazend groolen
ouderdom de sinaasappelen, die er over
groeiden de palmen en vijgeboomen. loen
lachte hij tegen Eva
„Na vele jaren." zeide hij.
Een kleine stilte volgde.
,.Hoe gaarne zou ik uw vader gezien
hebben," zeide hij, „hier in deze omge
ving."
Eva knikte. Door langdurigen omgang
met mannen had zij. een zekere mannelijke
zwijgzaamheid geleerd. Zij bewoog zich in
de richting vah den overwelfden gang, die
naar het terras leidde.
„Wij hebben u mei de thee gewacht,"
zei zij
„Wilt ge op het terras komen?"
Hij volgde haar, terwijl de knecht het
vermoeide paard wegvoerde.
Zij zette zich op het Noordelijk gedeelte
van het terras waar de tuinstoelen altijd
slonden, er vóór, beneden en rondom hen,
rees en daalde het mooiste van alle mooie
naluurlafreelen van Majorca natuur-
tafreel. waar slechts Sardinië mee kan wed
ijveren.
Eva schonk zijn thee in, die hij uitdronk,
waarna hij zijn kopje wegzette.
Allen wisten zij. dat nu de tijd gekomen
was voor den graaf de Lloseta om zijn ge
schiedenis te vertellen cn daarmede de
belofte Ie vervullen, die hij lang geleden
aan Eva en Fitz had gedaan, nog vóór zij
getrouwd waren.
Cipriani de Lloseta leunde achterover in
zijn gemakkeüjken tuinstoel, zijn eene
laarzeschacht over de andere geslagen. Hij
was stoffig van de reis maar de natuur
lijke forschheid van zijn gestalte scheen
meer dan ooit tol zijn recht te komen in
zijn geboorteland, op zijn tergen.
„Mijn rampzalig verhaal," zeide hij, „wilt
ge dat ik het u doen zal?"
„Ja," zeide Eva; en Fitz knikte.
Cipriani de Lloseta zag hen niet aan; hij
keek naar beneden in het wazig blauw van
de vallei aan hun voet. Zijn rustige, geduL
dige oogen keerden zich geen enkel maal
af gedurende zijn verhaal, als vertelde hij
de geschiedenis aan de vallei en aan de
heuvels.
Toen ik nog heel jong was, ging alles te
voorspoedig met mij. Jk was rijk, ik bezat
een goede gezondheid en vrijheid en veis
vrienden, het leven was veel te gemakke
lijk en eenvoudig voor mij. Ik was nog
geen een en twintig jaar, toen ik mijn lieva
Kosa ontmoette en verliefd op haar werd
Ook hier was het weer te gemakkelijk, ook
hier weer geen zorgen. Het Lot is het
wreedst, wanneer het te weldadig is. De
ouders wenschten het. De twee families
waren van even ouden adel, even rijk; en
eindelijk Rosa Rosa was vriendelijk ge
noeg om vriendelijk voor mij te zijn."
Hier hield hij op, peinzend met zijn vin
ger over zijn gladgeschoren kin wrijvend,
zijn lang profiel naar Eva gekeerd, die als
uit bruin marmer gehouden, afstak tegen
het somber wazige der vallei. Eva was
nieuwsgierig naar deze vtouw. deze Rosa,
die veertig jaar in haar graf was. Zij zou
wel eens willen wet^n wat voor soort vrouw
dit moest geweest zijn. dat zij gedurende aJ
deze jaren de liefde van een man had be
houden door een enkele herinnering maar
dal Rosa vriendelijk was geweest, verwon
derde haar niet.
„Zij zag dingen in mij die niet bestaan,'
ging Cipriani de Lloseta rustig voort. „Zoo
is het altijd met vrouwen, wanneer en
mannen mogen er God voor danken dat het
zoo is."
Hij lachte schamper, een lach, die het oor
onaangenaam aandeed de lach van een
man die regelrecht tot den bodem van het
leven is afgedaald, en nu weer naar boven
komt met een honenden lach.
Eva en Fitz verroerden zich niet. Deze
geschiedenis was als oude wijn, die vele ja
ren vergeten in het donker heeft gelegen,
hij moet zorgvuldig behandeld. Henry Cy-
priani keerde zich om op zijn zijden kussen
en terwijl hij zijn groote donkere oogen op
sloeg keek hij den spreker aan met dat kin
derlijk vaste in den blik, dat wel eens meer
zou kunnen zien dan wij vermoeden.
„Wij trouwden" hij brak even af en
rraakto een beweging met zijn hoofd in de
richting van Palma, achter hem, aan de lin
kerhand „in de kathedraal en wij waren
uiterst gelukkig. In dien tijd woonden, of
liever logeerden, de Harringtons in dit huis
bij uw goeden vader. Geen van u beiden zag
ooit den Honourable George Harrington; ge
verliest daar bitter weinig aan. Om de een
of andere reden begonnen zij heel dikwijls
naar Lloseta te komen om een van de
vele redenen van mr9 Harrington Zij was
altijd een zonderlinge vrouw voor alles wat
zij deed had zij een reden iets wat ik,
ouderwctsch man, niet goed vind in een
vrouw.
(Slot volgt.)'