SPLINTER DeGrijzeDame 69*te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 28 Maart 1928 Derde Blad No. 20872 EERSTE KAMER. Bij aankoop van een karpet een deurkleedje gratis. TWEEDE KAMER. KERK- EN SCHOOLNiEUWS. GEMENGD NIEUWS. SCHEEPSTIJDINGEN. FEUILLETON. Een onbelangrijke vergadering. (Zitting van gisteren). Ingekomen zijn berichten van afwezigheid van den heer Van Nagell van Ampsen, wegens ongesteldheid, van den heer Ver- koutereD, van mevrouw PothuisSmit, van den heer de Savornin Lohman en van den heer De Vlugt, wegens ambtsbezigheden. Aan de orde is het trekken der afdee- lingen. De Kamer begeeft zich in de afdee. lingen ter verkiezing van voorzitters en ondervoorzitters. De vergadering wordt voor een kwartier geschorst. De vergadering wordt te 9 uur geopend. De VOORZITTER deelt mede, dat de af- deehngen hebben benoemd tot voorzitters de heeren Blomjous, Westerdijk, De Vos van Steenwijk, Diepenhorst en Rink, en tot ondervoorzitters de heeren Arntz, Rugge, Wibaut, Haffmans en Van Embden. De VOORZITTER deelt mede, dat de Centrale Afdeeling besloten heeft Woens dagochtend 11 uur een 13-tal wetsontwer pen in de afdeelingen to doen onderzoeken. Het ligt in zijn voornemen Woensdag 11 April des middags 2 uur een openbare ver gadering te houden en daarin een aanvang te maken met de Algemeene Beschouwin gen voor de Staatsbegrooting voor 1913. De vergadering wordt tot dien datum ver daagd. RECLAME. 2614 De motie-Joekes verworpen Behandeling van de wijziging der Ongevallenwet en der Land- en Tninhouwongeval- lenwet. (Zitting van gisteren). De motie-Joekes tot instelling van een commissie voor het uitbrengen van een rapport over de ervaringen met de be-; stuurshervormingen in de provincie Wcst- Java is verworpen met 51 tegen 32 st. De heer KORTENHORST (R.-K.) raagt verlof tot het houden van een interpel latie tot de regeering over den ongunstiger eoonomischen toestand in Zeeuwsch- Vlaanderen en maatregelen daartegen. De beslissing zal heden worden ge nomen. Aan de orde zrjn de wijzigingen in de Ongevallenwet 1921 en de Land- en Tuiu- bouwongevallenwet 1922. Een amendement der commissie van rap porteurs om met lichamelijk letsel als ge volg van een ongeval gelijk te stellen letsel in korten tijd ontstaan, wordt verdedigd door den heer VAN WIJNBERGEN. Het amendement, aangevuld door een sub-amendement van mevr. DE VRIES— BRUINS wordt aangenomen. De heer HIEMSTRA (S.-D.) verdedigt een amendement-Schaper om mogelijk te maken de ongevallenverzekering van ar beiders bij werkverschaffing. De MINISTER verzet zich aanvankelijk niet tegen het amendement. De heeren SNOECK HENKEMANS en EBELS steunen het amendement. De heeren BEUMER en SMEENK hebben bezwaar tegen de redactie. Het amendement wordt aangehouden. De heer HIEMSTRA stelt een amende ment voor om de mogelijkheid van afkoop van renten voor niet-vreemdeiingen to laten vervallen. Het amendement-Hiemstra is verworpen met 39 tegen 22 stemmen. Mevr. DE VRIES—BRUINS (S.-D.) ver dedigt het amendement om het aantal be roepsziekten in art. S7b uit te breiden met nystagmus en caissonziekte. De heer BAKKER (C.-H.) wil de Ijjst der beroepsziekten bij algemeenen bestuurs- maatregele zien uitgebreid. De vergadering is geschorst tot 's avonds S uur. Avondvergadering Het re- geeringsbeleid ten aanzien van de Kweekschool. De heer KETELAAR (V.-D.) vraagt (le regeering te mogen interpelleeren over de schoolkwestie te Ootmarsum. Op dit verzoek zal heden worden beslist Aan de orde is de interpellatie van den heer Albarda omtrent het beleid der re- geering ten aanzien van de kweekscholen. De heer ALBARDA (S.-D.) licht z(,n interpellatie toe en stelt ten slotte de vol gende vragen: 1. Is de Minister voornemens over te gaan tot de ophefiing van een aantal kweek scholen? Zoo ja, van hoeveel en van welke? 2. Is de Minister de overtuiging toegedaan dat tot de opheffing van een aantal kweek scholen kan worden overgegaan, zonder dat daardoor voor de toekomst een gebrek aan leerkrachten is ontstaan? 3. Indien het voornemen tot ophefiing van «enige kweekscholen uitsluitend op openbare kweekscholen betrekking heeft, op welke gronden berust dan dat voornemen? 4. Indien het voornemen tot ophefiing van een aantal kweekscholen verband houdt met een verminderden toeloop van kweeke- lingen tot die instellingen, is de Minister dan niet van oordeel, dat de verminde ring van dien toeloop voor een belangrijk deel een gevolg i3 van verschillende be zuinigingsmaatregelen bjj de kweekscholen en bij het lager onderwijs toegepast, en dat de toeloop weer toenemen zal, naar ge.ang die bezuinigingsmaatregelen opgeheven wor den? 5. Denkt de Minister voort te gaan met de omzetting van vier-jarige kweekscholen tn dne-jarige, door opheffing van aanvangs- klassen? Zoo ja, is de Minister dan niet van oordeel, dat een zoodanige omzetting alleen daar zonder schade voor het onderwas mo gelijk is, waar de gelegenheid om onder wijs te ontvangen aan een H.B.S., een gym nasium, een lyceum of een U.L.O.-schooi in voldoende mate aanwezig is en de aansluiting tusschen deze scholen en de kweekschool behoorlijk verzekerd is? Minister WASZINK antwoord op deze vragen o.m. het volgende: PlaDnen tot ophefiing van een aantal kweekscholen beslaan er bij spr. thans niet. Wanneer overgegaan zou moeten worden tot opheffing van kweekscholen, zou deze ophefiing zich moeten beperken tot Rijks kweekscholen, omdat de Regeering over de bijzondere kweekscholen geen zeggenschap heeft. Spr. zegt verder, dat, naar zijn overtuiging, de verminderde toeloop zal ophouden, wan neer het overcompleet aan leerkrachten zal zjjn verdwenen; ook dan zal de Regcering kimnen overwegen, om verschillende bezui nigingsmaatregelen weder op te heffen. De heer ALBARDA dient de volgende motie in: „De Kamer spreekt den wensch uit, dat niet tot verdere opheffing van kweekscholen zal worden overgegaan, alvorens de Regea- ring aan de Kamer de noodige gegevens boeit verstrekt en deze daarover haar mee ning heeft kunnen uitspreken." De heer TILANUS (C.-H.) dient de vol gende motie in: „Do Kamer, van oordeel, dat in^ verband met den overvloed aan onderwijzers en on derwijzeressen, vermeerdering van het aan tal Rijkskweekscholen als overbodig kan worden aangemerkt, verzoekt de Regeering het aantal Rijks kweekscholen zoo al niet te beperken, dan toch voorshands geen nieuwe Rijks kweek scholen op te richten. Mej. WESTERMAN (V.-B.) heeft geen be zwaar tegen de motie-Albarda. De heer MOLLER (R.-K.) kan zich niet met de motie-Albard3 vereenigen, evenmin als met de motie-Tilanus. De heer KETELAAR (V.-D.) meent, dat de Kamer de motie-Albarda z. h. st. kan aannemen. Hij acht de moüe-Tilanu3 voor barig. Minister WASZINK acht de motie-Albarda staatsrechtelijk moeilijk aanvaardbaar. Wat de door verschillende leden gevraagde wijziging van den algemeenen maatregel be treft, kan spr. niet anders doen dan zjjn medewerking toezeggen, om het aantal ge- geslaagden van bijzondere scholen, dat noodig is voor subsidie, van 90 verlaagd zal worden tot ten minste 75. Tot den heer Tilanus kan spr. zeggen, dat hij voorloopig niet voornemens is, ver der to gaan met oprichting van Rijkskweek scholen. De motie-Tilanus is dus voorbarig en spr. verzoekt den heer Tilanus deze motie in te trekken. De heer ALBARDA tripliceert en hand haaft zjjn motie. De heer TILANUS trekt zjjn motie in. De interpellatie wordt gesloten. Over de motie-Albarda zal heden worden gestemd. De vergadering wordt verdaagd tot heden 1 uur. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Steenwijk, W. A. Roo- bol, te Egmond a. Zee. Te Willige- Langcrak, J. C. Klomp, te Westbroek. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Beilen: J. Altema te Stadskanaal. Te Surhuisterveen: J. J. Dijk te Woudsend (Fr.). Te Hilversum (3c pred. plaats): C. J. Sikkel te Oosthem (Fr.). Te Makkum (Fr.): G. M. Renne-s te Heeg (Fr.). Aangenomen: Naar Vrouwepolder- Gapinge, P. J. O. de Bruijne, cand. te Lei derdorp. Naar Monnikendam J. Bos. cand. te Leiderdorp. Naar Rotterdam-Delfshavcn, II. Knoop, te Gouda. CHR. GEREF. KERKEN. Aangenomen: Naar Dokkum, B. Oosthoek, te Soest. Bedankt: Voor Werkendam, B. Oost hoek, te Soest. BRANDEN. Een moeder met haar baby te Amsterdam over de daken ge red. Gisteravond ongeveer ze9 uur zagen de overburen, dat er rook kwam uit het pak huis op de beganen grond van het perceel Rapenburg 61 te Amsterdam. Zij waar schuwden de brandweer, die weldra ver scheen en tot de ontdekking kwam, dat zij voor een lastig geval stond. De brecde deuren waren stevig gesloten, binnendrin gen was onmogelijk en den boel stuk hakken was zeer gevaarlijk, omdat dan het vuur in liet pakhuis lucht" zou krijgen, waar schijnlijk fel zou gaan oplaaien en ook de woning op de eerste verdieping zou kunnen aantasten en dan nog verder zou kunnen gaan. Boven de deur waren bovenlichten. De brandwachls sloegen deze stuk en richtten door de openingen eenige waterstralen op het vuur in de opslagplaats. Het vuur was nu spoedig bedwongen, maar uit de hoven- raampjes kwam een dikke benauwde rook, welke echter allengs verminderde. Zoodra het ergste voorbij was kropen een paar brandwachts door de gebroken bovenlichten naar binnen, om daar het laatste hlus- schingswerk te verrichten. Zij kwamen te midden van hoopen half verkoolde en nog altijd smeulende manden en andere voor werpen van riet Door de gaten heen gooi den zij den boel naar builen op de straat, waar hun makkers de collectie ophoopten. Drie brandwachts hebben de handen aan glasscherven gewond. Het bleek, dat alleen de bergplaats is uitgebrand. De woningen, a! hadden zij last van den rook zijn ge spaard. De opslagplaats was in gebruik bij den heer heer C. P. van Dillen, die een inrichting voor het maken van rietwerken heeft in perceel 60. Er was 's middags in het pakhuis gewerkt. De inboedel was verzekerd. Zoodra de brand was ontdekt vluchtten de bewoners van de bovenhuizen op straat. Op de derde étage lag een jonge moeder met een baby van een paar dagen oud te bed. Brandwachts en buren hebben moeder en kind over de daken heen naar den zolder van een iets verder gelegen huis gebracht en vandaar naar beneden. De Geneeskundige RECLAME. 6942 Is U gedwongen sobere maaltijden te houden, „ROGGEBROOD VAN TEN HOEVE" vergoedt veel. VRAAGT UWEN BAKKER. Dienst heeft zich over de vrouw en de kleine ontfermd en per auto naar een veili ger plaats doen brengen. Door tot nog toe onbekende oorzaak is de dubbele arbeiderswoning, bewoond door de gezinnen W. H. Endeman en G. van den Poll te Bergentheim in de gemeente Ambt- Ilardènberg totaal afgebrand. Een'en ander was verzekerd. In het veld te Kerkenhovcnveen (Drenthei zijn 20.000 turven verbrand. De li-jarige S. heeft bekend de heide in brand te heb ben gesloken. Ongeveer 100 II.A. heide te Anlo is een prooi der vlammen geworden. Te Geeslcren (O.) is Maandag de boer derij van G. Leus afgebrand. Gistermiddag brandde doordat, bij het braden van vet op een petroleumstel, do vlam in de pan sloeg, de boerderij van E. Haverkamp aan het Panhuis onder Vee- nendaal geheel uit. liet huis was verzekerd, de inboedel laag. VAN EEN LADDER GEVALLEN. Gistermiddag omstreeks 3 uur is in de Juffrouw Idaslraat te Den Haag. de glazen- wasscher J. J. v. d. M. uit de korte Vleer- slraat van een ladder gevallen. De man, die beide voeten brak, is door den Gencesk. Dienst naar het ziekenhuis aan den Zuid- wal aldaar vervoerd. VERDRONKEN. Te Rotterdam is de 9-jarige C. Kleingeld in de Maashaven geraakt en verdronken. DOODELIJKE AANRIJDING. Te Nijmegen op de St. Annaslraat ter boogie van de Houllaan is gistermiddag legen 5 uur de 55-jarige pianostemmer P. H. Frenzeh, per fiets van Malden op weg naar Nijmegen, bij het voorbijrijden van een in zijn richting rijdenden fietser door den auto van den heer S., die van den- zelfden kant kwam, aangereden Hij was op slag dood. POGING TOT MOORD. In verband met een poging tot doodslag op twee houtvesters, Zondag 18 Maart, even over de grens bij Kerkrade gepleegd, heeft de recherche te Kerkrade drie Ne derlanders, twee uit Kerkrade en één uit Waals, gearresteerd en naar Maastricht overgebracht. Zij zouden vier revolvcrscho. ten op de houtvesters hebben gelost. ONDER EEN KAR GERAAKT. Te Wessem, bij Roermond, is de echt- genoote van den landbouwer Janssen onder een kar geraakt, met het ongelukkige ge volg, dat de vrouw dadelijk is overleden. EEN HEETHOOFD. Terwijl de heer G. W. Kaemingk, hoofd der bijzondere school te Sehuinesloot in dc gemeente Ambt-Hardenbcrg Zondagavond in de school was ter gelegenheid van de vergadering der jongelingsvereeniging al daar, vervoegde zich in de pauze een jonge man bij de school om een anderen jongen te spreken. Het bleek dat de gezochte niet aanwezig was, waarom de onbekende een praatje maakte met den heer Kaemingk, welk praatje overging' in een woordenwis seling, waarbij uitkwam dat hij vermoede lijk zich met minder goede bedoelingen bij de school bevond. En omdat hij den gezochte niet kon vinden, meende hij zijn woede maar te moeten koelen op het hoofd der school. Hij ging de gang in en trapte daar een paneel uit een der deuren, waarna hij weer naar buiten stapte. Dc heer Kaemingk pakte den jongeman bij den arm om te zien wie hij was en ging daarna weer naar binnen. Nauwelijks was evenwel de deur gesloten of er werd met een revolver gescholen. De kogel drong in de deur, ge lukkig zonder iemand te raken. De politie te Slagharen was spoedig aan wezig en slaagde er in de dader Zondag nacht te axresteeren. Het bleek te zijn de 21-jarige arbeider K. Z wonende te Daler- peel. Op hem werd gevonden een revolver nog geladen met twee patronen, die door de politie in beslag is genomen, zoomede een afgeschoten huls. Een matroos wondde tijdens een oefe ning aan dek zijn rechterhand. Eon week lang liep hij met een verband om zijn vin gers. Toen de dokter hem weer verbond, vroeg dc patiënt eensklaps: „Dokter, gelooft u dat ik mandoline zal kunnen spelen, als 'b verband er weer af is V' „Natuurlijk lam je dat", verzekerde de dokter met een geruststellend knikje. „Dat is nog eens een bof", grijnsde de zeeman. „U bent een wonderdokter, hoor! Totnutoe heb ik nooit een noot kunnen spelen STOOMVAART-MIJ „NEDERLAND". JAN PZ. CO EN', thuisreis, 30 Maart fe Colombo venvarht. SOEMBA, thuisreis, 2829 Maart te Havre verwacht. RADJA, thuisreis, 30 Maart te Londen ver- wacht. ROTTERDAMSCHE LLOTD. SLAMAT, uitreis, 29 Maart te Marseille verwacht. KON. HOLL. LLOTD. FLANDRIA, thuisreis, 26 Maart van Santos, KON. PAEETVAART-MAATSCHAPPIJ. TIIEDEN'S, R'dam n. Batavia, pass. 27 Mrf, Malta. HOLLAND—BRITSCH-INDIE-LIJN. ALDERAMIN, thuisreis, 27 Maart van Ai. giers. BOVENKERK, uitreis, pass. 27 Maart Gi. brallar. JAVA—NEW-YORK-LIJN. STADSWIJK. New York naar Java, pass, 27 Maart Tarita. ROTTERDAM—ZUID-AMERIKA-LIJN. ALGORAB, thuisreis, 26 Maarl van Rio Janeiro. ALDABI, uitreis, 25 Maarl Ie Montevideo. HOLL AND—OOST-A ZTE-LIJN. OOSTKERK, thuisreis, 26 Maart van Genua. GEMMA, uiireis, 26 Mrt. Ie Genua. HOLLAND—AMERIKA-LIJN. ROTTERDAM, toerislenvaart, arr. 27 Mrt, ie Monaco. KON. NED. STOOMBOOT-MIJ. ORANJE NASSAU, Amst. n. W.-Indië, 29 Maarl te Madeira verwacht. Vl'LCANUS, W.-Indië naar Amsl., 27 Maart te Havre. DEUCALION en POSETDON, arr, 27 Maart te Bremen. DIVERSE STOOMVAARTBERICHTEN. HAGNO, 25 Maart van B. Aires te Bahial Bianea. KELBERGEN, R'dam n. B. Aires, pass. 25 Maart Las Palmas. OCEAAN, m.s., 26 Maart van Liverpool n. Limerick. STAD ZALTBOMMEL, 25 Maart van Bou- cou naar Salla Cabello. SULTAN VAN LANGKAT, R'dam n. Con- stanza, pass. 26 Maart Gibraltar. VALKENBURG, 26 Maart van Castro Ur- diales ie Bilbao. EMMAPLEIN. R'dam n. B. Aires, was 25 Maart 's middags 12 u. 30 mijlen van Finisierre. SCIRE R'dam n. Algiers, pass. 26 Maart Finisierre. IJSSEL, 26 Maarl van Oran n. Yenelië. WASSENAAR, 26 Maart van Maria! ie New York. SASSENIIKIM, 26 Maart van St. John ta Hampton Roads. Uit hel Engelscb van HENRY SETON MERRIMAN. 53) Fitz bood niet aan hem te vergezellen en Cipriani de Lloseta deed eenzaam dezen zonderlingen tocht: onbekend een balling in zijn eigen land, reed hij door de vrucht baarste vallei ter wereld, waarvan iedere boom hem dierbaar was, en niemand wist wat er in hem omging. De arbeiders op het veld, mannen en vrouwen, bruin door de zon verbrand, half Moorsch, heel eenvou dig en gevoelig, slaakten even hun moei zaam werk om met verwondering te sta ren naar den eenzamen ruiter; de gedul dige muilezels, in hun eindeloozen omme gang naar de Moorsche pulten. gluurden luiknipoogend naar hem; de adelaars van Lloseta vlogen langzaam rond in een gToo- ten cirkel, ver boven het oude kas!eel, zoo als zij hadden geslagen in zijn kindsheid, en hij keek naar hen op. met zijn zonder ling geduldigen glimlach. Hij slootte de 2rootc olijfhouten poort open en ging in den terrasvormig aangelegden tuin, geheel wiet plantengroei bedekt, verwaarloost, droevig. Hel was een vreemd thuis komen, Zeen levend wezen te zien. Hij bleef den gehcelen dag te Lloseta en hi? hield er zich bezig met zeer praclisch werk. Hij stelde menschen aan tot het in orde brengen van tuin en huis en hij gaf daartoe de noodige instructies. Want het was zijn plan, zeide hij, om weer op zijn „bezitting", zooals deze Majorcaansche landhuizen genoemd worden, terug te ko men. er het grootste dèel van hel jaar te wonen en de overige wintermaanden door te brengen in zijn paleis in Palma. In den namiddag steeg hij weer te paard en tegen den avond, zooals afgesproken was, bereikte hij d'Erraha. Een bediende moest op den uitkijk heb ben gestaan naar zijn komst, want de groote deur werd opengeworpen en hij reed het palio binnen. Hier werd hij verwel komd door Filz, gevolgd door Eva, met Henry Cyprian in haar armen. Niemand sprak. Het geheel was eenigs- zins eigenaardig. De graaf steeg af. Hij nam zijn hoed af en hield die op Spaan- sche manier in zijn hand. terwijl hij Eva en Filz de hand drukte. Hij keek het patio rond. Met eerbied beschouwde hij de oude marmeren put. geel door verbazend groolen ouderdom de sinaasappelen, die er over groeiden de palmen en vijgeboomen. loen lachte hij tegen Eva „Na vele jaren." zeide hij. Een kleine stilte volgde. ,.Hoe gaarne zou ik uw vader gezien hebben," zeide hij, „hier in deze omge ving." Eva knikte. Door langdurigen omgang met mannen had zij. een zekere mannelijke zwijgzaamheid geleerd. Zij bewoog zich in de richting vah den overwelfden gang, die naar het terras leidde. „Wij hebben u mei de thee gewacht," zei zij „Wilt ge op het terras komen?" Hij volgde haar, terwijl de knecht het vermoeide paard wegvoerde. Zij zette zich op het Noordelijk gedeelte van het terras waar de tuinstoelen altijd slonden, er vóór, beneden en rondom hen, rees en daalde het mooiste van alle mooie naluurlafreelen van Majorca natuur- tafreel. waar slechts Sardinië mee kan wed ijveren. Eva schonk zijn thee in, die hij uitdronk, waarna hij zijn kopje wegzette. Allen wisten zij. dat nu de tijd gekomen was voor den graaf de Lloseta om zijn ge schiedenis te vertellen cn daarmede de belofte Ie vervullen, die hij lang geleden aan Eva en Fitz had gedaan, nog vóór zij getrouwd waren. Cipriani de Lloseta leunde achterover in zijn gemakkeüjken tuinstoel, zijn eene laarzeschacht over de andere geslagen. Hij was stoffig van de reis maar de natuur lijke forschheid van zijn gestalte scheen meer dan ooit tol zijn recht te komen in zijn geboorteland, op zijn tergen. „Mijn rampzalig verhaal," zeide hij, „wilt ge dat ik het u doen zal?" „Ja," zeide Eva; en Fitz knikte. Cipriani de Lloseta zag hen niet aan; hij keek naar beneden in het wazig blauw van de vallei aan hun voet. Zijn rustige, geduL dige oogen keerden zich geen enkel maal af gedurende zijn verhaal, als vertelde hij de geschiedenis aan de vallei en aan de heuvels. Toen ik nog heel jong was, ging alles te voorspoedig met mij. Jk was rijk, ik bezat een goede gezondheid en vrijheid en veis vrienden, het leven was veel te gemakke lijk en eenvoudig voor mij. Ik was nog geen een en twintig jaar, toen ik mijn lieva Kosa ontmoette en verliefd op haar werd Ook hier was het weer te gemakkelijk, ook hier weer geen zorgen. Het Lot is het wreedst, wanneer het te weldadig is. De ouders wenschten het. De twee families waren van even ouden adel, even rijk; en eindelijk Rosa Rosa was vriendelijk ge noeg om vriendelijk voor mij te zijn." Hier hield hij op, peinzend met zijn vin ger over zijn gladgeschoren kin wrijvend, zijn lang profiel naar Eva gekeerd, die als uit bruin marmer gehouden, afstak tegen het somber wazige der vallei. Eva was nieuwsgierig naar deze vtouw. deze Rosa, die veertig jaar in haar graf was. Zij zou wel eens willen wet^n wat voor soort vrouw dit moest geweest zijn. dat zij gedurende aJ deze jaren de liefde van een man had be houden door een enkele herinnering maar dal Rosa vriendelijk was geweest, verwon derde haar niet. „Zij zag dingen in mij die niet bestaan,' ging Cipriani de Lloseta rustig voort. „Zoo is het altijd met vrouwen, wanneer en mannen mogen er God voor danken dat het zoo is." Hij lachte schamper, een lach, die het oor onaangenaam aandeed de lach van een man die regelrecht tot den bodem van het leven is afgedaald, en nu weer naar boven komt met een honenden lach. Eva en Fitz verroerden zich niet. Deze geschiedenis was als oude wijn, die vele ja ren vergeten in het donker heeft gelegen, hij moet zorgvuldig behandeld. Henry Cy- priani keerde zich om op zijn zijden kussen en terwijl hij zijn groote donkere oogen op sloeg keek hij den spreker aan met dat kin derlijk vaste in den blik, dat wel eens meer zou kunnen zien dan wij vermoeden. „Wij trouwden" hij brak even af en rraakto een beweging met zijn hoofd in de richting van Palma, achter hem, aan de lin kerhand „in de kathedraal en wij waren uiterst gelukkig. In dien tijd woonden, of liever logeerden, de Harringtons in dit huis bij uw goeden vader. Geen van u beiden zag ooit den Honourable George Harrington; ge verliest daar bitter weinig aan. Om de een of andere reden begonnen zij heel dikwijls naar Lloseta te komen om een van de vele redenen van mr9 Harrington Zij was altijd een zonderlinge vrouw voor alles wat zij deed had zij een reden iets wat ik, ouderwctsch man, niet goed vind in een vrouw. (Slot volgt.)'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 9