W. ROODENBURG
VERLOREN ZOON
VISSCHER! J-BERICHTEN.
KUNST EN LETTEREN?
INGEZONDEN.
UIT DE OMSTREKEN.
UIT ONZE STAATSMACHINE
VARIA.
den bekenden Hollandschen componist
Pijper.
Königsbergen. 380 M. heeft deze week een
keur-programma, o.m op Zondag 8 Jan om
7.20 ..Wierner Blut", operette van Joh.
Strauss Maandag 9 Jan 7.20 .De Vliegende
Hollander", opera van Wagner Zaterdag
14 Jan 7 20 Svmnhnni^concert met G. Piati-
gor9ki o-'llist, als sol'st
KOPENHAGEN. 337 M. en KALUNDBORG
1153 M. geeft Donderdag 12 Jan om 7.20 de
opera ..Mignon", van Ambr Thomas.
FRANKFURT. 429 M. voert Dinsdag 10
Jan de beroemde opera van Rich. Wagner
„Tristan en Isolde" op.
ALLE DUITSCHE ZENDERS geven Zon-
dag 8 Jan. om 7 20 het orgelconcert door van
Frankfort, gespeeld op het nieuwe groote
orgel in de 9tudio v. Frankfurt.
I IJMUIDEN, 6 Janoail
VTSCHPRIJZEN.
26 Tarbot par K.G. 11.90—11.50 8
Griet per kist van 50 K.G. 141122;
Sobo iongen per K.G. 11.7011.40; 16
Gioote Schol 129122; 16 Middolacnol
f32—124 27 üetschol 136—129, 12 KL
Schol 132—f 16; 6 Schar 125—124, ailas
pei kist van 50 K.G.; 46 Roggen per 20
stuks 122—114; 39 Vleeten pei stuk 12.10
11; 2 Pieterman en Poontjes 114113;
30 Groote Schelvisch f32—f29; 35 Middel-
Schelvisoh fü2—f27 43 Kieinmiddei Sohel-
visch 131—f25; 80 Kleine Sche.visch 124
—19.50; alles per kist van 50 K.G.35
Kabeljauw per kist van 125 K.G. 145
130, 150 Gullen per kist van 50 K.G.
117.50—111; 142 Lengen per stuk fó—
10.87; 8 Heilbot per K.G. 11.70; 61 Wij
ting per kist van 50 K.G. 11019; 735
Kuolvi8ch per stuk f 1.26f 0.602 Ma
kreel per kist van 50 K.G. f25.
Er zijn 10 stoomtrawlers binnen geko
men.
PISUISSE-FONDS VOOR DE KINDEREN.
Er heelt zich een comité gevormd, dat zich
wil belasten met de vorming van een tonds
dal op de eerste plaats ten doel zal hebben
de verzekering van de toekomst der beide
kinderen van Pisuisse en daarnevens be
stemd zal worden voor de stichting van een
blijvend werk in den geest van den gestorven
artist
Het comité bestaat uit de volgende per
sonen: Max Blokzijl, mr. G A Boon I P.
J. H Clinge Doorenbos, D Hans. dr F. H.
G. van Loon. dr. M de Hartogh. L. E. M.
van Raalte Herman Salomonson. D Ver
beek Ed Verkade. mr J de Vrieze mevr.
F C Zillessen-Feith en H J. Wegerid. ac
countant Gabr Metsustraat 6. Amsterdam,
door wien bijdragen in ontvangst zullen wor
den genomen.
OP ZICHT.
Wi) herinneren nog even aan de vertoo-
ning van Op Zicht, die het Ver Rotter-
damsch-Hofstad-Tooneel hier in den
Schouwburg aanstaanden Maandag geven
zal en hetwelk dien avond voor den 16en
keer wordt vertoond.
Het wordt gespeeld door Fie Carelsen,
Rie Gilhuvs. Cor van der Lugt Melsert en
Anton Roemer.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie)
Copie van al of niet geplaatste stukken
wordt niet teruggegeven.
DE TREKHOND EN DE VOORGESTELDE
WETSWIJZIGING.
Naar aanleiding van het ingezonden stuk
van den heer Lotte, als antwoord op dat
van ondergeteekende, wenscht hij gaarne
het volgende te doen opmerken.
Ondergeteekende heeft in zijn stuk vol
strekt niet beweert, dat de hond geen uit
houdingsvermogen bezit (dit zou ook zeer
onjuist zijn. daar honden wel degelijk over
uithoudingsvermogen beschikken), doch hij
heeft wel beweert, dat honden (zelfs ma
tins) geen trekdieren zijn, en dat blijft hij
volhouden, dat is door hem voldoende toe
gelicht, waarom hij daarop verder niet
meer behoeft terug te komen.
Waar bovenbedoelde heer ter verdedi
ging voor het doen blijven gebruiken van
honden als trekkrachten de in 1914 uitge
broken ^oorlog naar voren brengt, moet hij
wel bedenken dat dit een zeer zwak argu
ment van hem is en men nooit abnormale
tijden mag vergelijken met nor^a^e tijden.
Men diene te bedenken, dat n& den oorlog
ook veel voor den mensch is verbeterd ge
worden en thans de tijd is aangebroken
waarop verbetering dient gebracht te wor
den in het lot der trekhonden daar die
dieren daar ongeschikt voor zijn en aan
dezen wantoestand dan ook door wettelijke
regeling ten spoedigste een eind dient te
komen.
De vergelijking, die in het stuk voorkomt
over de kracht en de spieren in de achter-
pooten van honden, die bij politiehonden
oefeningen tegen een muur of heg op
springen kan en mag niet gebruikt worden
om daarmede te willen hewiizen dat hon
den dan tevens uitstekende trekkrachten
zijn daar dit volstrekt niet zoo is.-
De anatomische bouw van enkele rassen
van honden h v de Dobberman-nincher en
de verschillende snnrten van herdershon
den ziin over 'f algemeen zeer geschikt om
te springen en verdere nnbbphnpdendi'en-
sten met «meres te verrichten mist door hun
ontwikkelde ponten en spierkracht do"h
ten eenen male ontresch'W nm te trekken I
Voor het trekken heeft de hond een ge-
heel andere krachtsinspanning noodig, als
voor het door inzender bedoelde politie
honden werk. en vandaar dan ook. dat de
hond die voortdurend moet trekken een uit
gerekt en verlamt lichaam krijgt met in
't algemeen doorgeloopen hielen en teenen,
waar heel vaak ter genezing alsoluut niets
aan wordt gedaan, zoodot vitreen wat de
heer Lotte schrijft over hel doorloopen (dat
er wellicht zijn. wil ik toegeven) moet zijn
van de honderd qeva^en er nenen en ne
gentig zijn met open hie1 en en teenen.
De inzender schrijft, dat elke hond geen
trekhond is. is zeer logisch. Dit had hij
gevoeglijk achterwege kunnen laten daar
ondergeteekende in zijn stuk een schouder
hoogte van 60 tol 60 c.M heeft genoemd
voor een hond (matin), die het trekken bij
een goede huisvesting en voeding, nog een
wijle zal kunnen volhouden.
Hij schrijft wat zouden wij met een
schoothondje moeten doen?
Ondergeteekende antwoordt hierop dat
wel 90 pCt. van de tegenwoordige trekhon
den niet veel meer dan schoothondjes zijn.
Dat de heer Lotte geen trekhonden voor
zijn genoegen heeft, neemt ondergeteekende
gaarne aan. doch dat hij geen andere voort
stuwende kracht in de plaats van de hon
den zou kunnen vinden, lijkt onverklaar
baar, gezien drie honden die 8 uren per
dag moeten werken en dus uitstekend ge
voed worden( onderget. gelooft dat daar bij
den heer Lotte niets aan mankeert), het
geen zeer zeker evenveel kosten met zich
medebrengt als het onderhoud van een
mechanische kracht. 9
Nog eens terugkomende op de rapporten
der Kamerleden blijft hij er bij dat hij niet
kan begrijpen, hoe die heeren kunnen be
weren dat honden goede trekkrachten zijn,
daar dit onjuist is, en zij dus wel degelijk
de zaak verkeerd behandeld hebben, en
geen goede inlichtingen hebben ingewonnen
Ondergeteekende blijft er bij dat het ge
bruik van den trekhond zooals dat hier te
lande geschiedt, vooral op de massa vreem
delingen die dit jaar Nederland zeer zeker
zullen bezoeken een enorm slechten in
druk zal maken niettegenstaande de 32
kiekjes die van den heer Lotte gemaakt
zijn met zijn hondenkar door buitenlanders,
waarschijnlijk met het doel bij hun thuis
komst in hun moederland eens te laten
zien, welke wantoestanden er in Nederland
nog bestaan en geduld worden, en hetgeen
door inzender als aardig is beschouwd ge
worden.
Daarom blijft ondergeteekende bij het
geen hij reeds geschreven heeft inzake deze
aangelegenheid, al spijt het hem voor den
heer Lotte en hoopt dat de trekhond door
wetswijziging dit jaar zal afgeschaft wor
den. wat tot eer en vooruitgang van ons
volk zal strekken.
Met beleefden dank voor de opname,
Hoogachtend,
BADER,
Lid van de Ver. tot bev. van de
Paardenfokkerij in Nederland.
KATWIJK AAN ZEE.
Chr. Zeelied en bond.
Gistermiddag was door de afd. Kat
wijk vaD den Chr. Zeeliedenbund een ver
gadering uitgeschreven, waarin enkele huis
houdelijke zaken werden besproken. Voor
de groep matrozen werden als bestuurslid
gekozen: A. Harteveld, J. Harteveld, L.
Barnboorn en G. Kugt, terwijl herkozen
werd K. Haasnoot.
Voor de groep schipper werden Jac.
Groen, M. Plug, G. Gugt, A. v. Dujjn en
J. v. d. Bent als bestuurslid gekozen.
Volgende week Vrijdagavond zal nogmaals
een vergadering worden gehouden, teneinde
de loonregeling te bespreken. Op deze ver
gadering hoopt tevens ds. Kalkman aanwezig
te zijn.
H. K. H. Prinses Juliana heeft een
Nieuwjaarsgift geschonken voor het post
en politiepersoneel.
SASSENHEIM.
In het raadsverslag staat, betreffende
het late uitreiken der biljetten van de
Rrjksinkomstenbelasting, dat dit komt we
gens ziekte van het personeel. De inspecteur
heelt in dezen natuurlijk geen schu.d, om
dat die. buiten Den Haag om. geen per
soneel mag aanstellen. Vandaar het verzoek
var den heer Van Zonneveld, gesteund door
den heer Speelman, om bjj het departement
vaD Financiën er op aan te dringen, dat
zoo iets niet meer zal voorkomen.
RECLAME.
.JKLiICATKSSKMIA
Nieuwsteeg 27 Telefoon 1888
Java-Thee per i pond O 67£
Verkade's Gemenqd Biscuits p. H pd. O 40
Peek Freao's Biscuits
Iets Nieuws van HUNTLLY PALMERS
is BOVKIIj BISCUITS
(Versterkend eD Voedzaam). 321
ONTWERP-ZIEKTEFONDSWET. (II).
In onze vorige bijdrage moesten we en
kele niet onbelangrijke punten van dit
ontwerp Ziektefnndswet laten rusten, at.
thans wat hun heteekeni? helreft We heb
ben nu gelegenheid daarop terug te komen.
Gelijk we het vorig maat reeds opmerkten
is de vrije artsenkeuze in het ontwerp
vastgelegd als regel, waarover 9traks meer
Daartegenover heelt tiet bestuur het recht
gekregen op grond van bijzondere uuislau
digüeueii huisartsen, apothekers, speciali
teiten en tana-artsen de verbintenis inet
het londs te ontzeggeu. Naasi geneeskun
digen worden thans ook vroedvrouwen ge
noemd. Volgens het algemeen gevoelen zijn
de Aederlaudsche vroedvrouwen geheel
bekwaam vuur haar taak en moeten ze bi,
vourkeur worden aangewezen, volgens hel
oordeel van den minister, om bevallingen
te leiden. 2ij mogen derhalve in een goed
ziekenlonds niet ontbreken Ook het ver-
strekken van tandheelkundige hulp is zeer
gewenschl, zoo met noodzakelijk. De vraag
oi zij verstrekt zal worden vanwege een
Iond9 hangt geheel al van den Iinancieelen
toestand van het fonds zeil, bovendien
moet het fonds zeil bepalen of het die bulp
aan haar bemoeienis wil verbinden. We
gelooven, dal het goed geweest zou zijn,
die hulp niet facultatief, maar imperatief
in de wet op te nemen.
De vrije artsenkeuze is, we merkten dat
reeds op, als regel wenschelijk geoordeeld.
Dat die vrijheid in veel gevallen, doordat
een te gering aantal geneeskundigen is aan
gesloten, vrijwel een fictie is, doel natuur
lijk aan hel beginsel met af of toe. Even
min kan deze regel zoo min als welke an
dere dan ook, voor alle plaatsen en om
standigheden met absoluutheid gelden
Daarvoor is de praktijk van bet leven te
veelvormig. Met dat verschijnsel dient de
wetgever rekening te houden. Opdat der
vrije artsenkeuze geen beletsel in den weg
kan gelegd worden bepaald dan ook dit
wetsontwerp, dat tenminste eenmaal per
jaar den verzekerden gelegenheid gegeven
moet worden om op een eenmaal gedane
keuze terug te komen. Daardoor wordt on
dervangen het bezwaar, dat een verzekerde
om de minste of geringste oorzaak aan
stonds maar van dokter zou kunnen ver
anderen.
Hel geval is natuurlijk mogelijk, dat geen
geneeskundige of vroedvrouw binnen het
verzekeringsgebied van het ziekenfonds
zich op de aangeboden voorwaarden be
schikbaar steil voor de leden, dal kan ook
mogelijk wezen, doordat tusschen hel be
stuur en de verbonden geneeskundigen
een conflict uitbreekt Daardoor zouden dan
de verzekerden verstoken blijven van ge
neeskundige hulp. Daarin voorziet de be
paling van het wetsontwerp, dat in dit
geval het bestuur door af vanwege de Kroon
kan worden gemachtigd om in plaats van
de hulp aan de verzekerden een uitkee-
ring in geld te doen tot een eveneens door
de Kroon te bepalen bedrag Hetzelfde geldt
ten aanzien van de levering van verband
en geneesmiddelen doo, apothekers.
Het toezicht op de geneeskundigen enz.
wordt uitgeoefend door de Gezondheids
commissies en het Staatstoezicht op de
Volksgezondheid, waarvoor nog nadere re
gelen zullen worden vastgesteld.
Wat de inkomsten van het fonds betreft
is bepaald, dat deze uitsluitend mogen
worden aangewend ten behoeve van de ge
neeskundige verzorging van de leden en
de overige fonds-werkzaamhedr in het
belang van de volksgezondheid. Dit laatste
mag geen rekbaar begrip wezen, aangezien
in de statuten nadrukkelijk moet worden
vastgelegd, welke werkzaamheden het
fond9 zich in dezen ten doel stelt. Verder
mogen de gelden worden aangew.-nd tol het
beheer van het fonds en tol stortingen in
het reservefonds, terwijl verder oog wordt
vastgelegd en dit zal wel slaan op de
bezoldigde functies in het bestuur enz.
dat de aan het fonds bewezc diensten
betaald moeten worden volgens een rede
lijke vergoeding. Ook de boekhouding is
aai bepaalde regelen onderworp a. Deze
moet dusdanig worden ingericht, dat ten
allen tijde de geldelijke, toestand van het
fonds gemakkei iik is na te gaan Een af
zonderlijke boekhouding en een afzonder
lijke kas voor het fonds wordt '•■boden. Als
een reservefonds gevormd wordt moet dit
uitsluitend geschieden ter bestrijding .an
uitgaven, waarvan de bestrijding lijdelijk
door de inkomsten niet mogelijk is. Ook op
stapeling van reserves is verboden, daar
de reserve niet grooter wezen mag dan de
helft van het bedrag, dat in de laatste drie
kalenderjaren jaarlijks gemiddeld uitge
geven werd voor de geneeskundige verzor
ging van de leden en het voeren van het
beheer. Dat behaar staat verder onder de
controle, ook van het rijk. daar van het
geldelijk beheer jaarlijks rekening en ver
antwoording gedaan moet worden aan een
algemeene vergadering van het fonds niet
alleen, maar ook aan de Kroon of aan een
door de Kroon daarvoor aan te wijzen or
gaan, terwijl de Kroon eveneens voor
schriften geven kan betreffende de inrich
ting der rekening en der te houden regis
ters en betreffende de belegging van de
reserves, waardoor natuurlijk speculatieve
belegging onmogelijk gemaakt zal worden
Onder de inkomsten van een fonds kan
ook behooren een subsidie vanwege het
rijk Die subsidie is niet verplicht alleen
maar mogelijk De bedoeling zal wel wezen
om daar te suhsidieeren. waar de alge
meene weistandsgrens zeer laag is en de
leden dus uil eigen middelen niet genoeg
kunnen opbrengen voor de instandhouding
van het fonds Deze maatregel is zeer zeker
uitstekend in zijn opzet, omdat juist in deze
kringen een goede geneeskundige verzor
ging eisch is en er ook streken zijn. waar
zulk een fonds, met behulp van rijkssub
sidie. zeer in hel belang der volksgezond
heid werkzaam zal kunnen wezen Het
toezicht op de fondsen zal nog nader ge
regeld worden Inmiddels is reeds bepaald
dat aan de ambtenaren enz die daarmede
belast zullen worden, alle gewenschte in
lichtingen moeten worden verschaft A's
overgangsmaatregel is voorgesïpld dat een
goed ziekenfonds daf reeds bepfaal hii het
in werking treden der wet. maar niet vo'-
doel aan de eisrhen in dit welsontwerp ge
projecteerd toch 'elkens voor den tijd van
vijf jaar als geliikvererhfigd met dp andere
ziekenfondsen kan toegelaten worden.
KI
door W. KERREMANS.
„Hoe was dat alles ook weer geweest?
Hoe was dat ook weer gegaan V
Van Lynden stond over de reeling van
het stoomschip gebogen en staarde in het
water, zoekend in zijn verwarde gedach
ten naar een vast beginpunt van waaruit
hij den weg zou kunnen vinden in den
doolhof. Dat beginpunt was altijd en voort
durend: Paul zijn eenig kind, zijn veraf
goodden zoon.
Paul was weggegaan, dat stond vast.
Dat was het zekere, het stellige en het
bittere. Paul was heengegaan. Hij Van
Lynden zelf had niet gewild dat Paul
zou gaan. Hij had hem gesmeekt om te
blijven... Ja... ja, dat herinnerde hij zich
zeer goed hoe hij geschreid had toen Paul
heen zou gaan, hoe hij dagen lang Paul
niet verlaten had, uit vees dat hij weg
zou gaan alB hij hem uit het oog verloor.
Toch was Paul toen verdwenen en op
dat punt geraakten Van Lynden's gedach
ten verward. Dat was zoo vreemd, zoo
vreemd, 't Was of hij voortdurende droom
de en of zijn gedachten hem werden voor
gehouden, vertoond zonder dat hij ze zelf
beheerschte. Altijd als hij zijn denken
wilde richten op het vertrek van Paul,
werd zijn peinzen wazig ten hoe meer hij
zich inspande hoe minder hij dat kon be
sturen. In zijn jonge jaren was hij wel
eens dronken gefeest en dan konden zijn
gedachton ook zoo wonderlijk door zijü
hoofd tollen en dollen, maar nu was tuj
niet dronken en hij droomde niet.
Hij was op het schip. Ja, hij zou nu
eens van achter af beginnen en beproeven
om van dien kant terug te gaan tot Paul.
Laat eens zien. Op het schip! Het setup
heette... Paul... Neon, geen Paul, het schip
heette, enfin dat kwam er niet op aan.
Dat schip ging naar Amerika! Of naar
Genua? Waarom was hij op dat schip,
waarom ging hij naar Genua Om Paul.
Was Paul in Ajnerika Wel neen. Paul
was heengegaan. Hij was naar zee. Juist
zóó was 't. Nu zou hij er komenDie an.
dere menschen, zijn vrouw ook, konden
niet zoo logisch en scherp doordenken als
hij en daarom konden ze hem ook nooit
begrijpen en nooit het antwoord geven dat
hij verlangde...
Nu niet afdwalen, maar scherp de denk
lijn in het oog houden,
Paul was dus op zee. Hij was naar zee
gegaan, hoewel hij, zijn vader, dat niet
had willen hebben.
Had hij Paul wel eens verboden, direct
en beslist verboden om naar zee te gaan
Neen, voor zoover hij zich herinneren
kon, had hij dat nooit ged-aan Dat was
misschien verkeerd geweest dat had hij
eigenlijk moeten doen, maar Paul was al
tijd zoo'n lieve, zachte jongen geweest.
Men kon hem niet hard aanpakken. Ver
bieden en gebieden tegen hem ging niet
Verbieden... en gebieden Is dat eigen-
Lijk niet hetzelfde, maar toch niet heele-
maal.
Daar komt de eerste officier aan. Zou
hij het hem vragen welk verschil er is
tusschen gebieden en verbieden
„Goede morgen meneer Van Lynden",
riep de eerste officier hem toe, „een fijne
dag hè. Gaat 't goed
„Ja", antwoordde Van Lynden afwezig,
't g<aat goed Ik wilde u wat vragen,
m-aar ik herinner me niet juist meer wat
't was. Kijk u eens hier. Hebt u kin
deren V
„Neen", hernam de zeeman Tachend, „ik
heb geeü kinderen en geen vrouw. Ik ben
niet getrouwd."
„Niet getrouwd. Zoo zoo. Ja, dat komt
voor U hebt dus nooit aan uw kinderen
iets verboden
„Neen, dat heb ik nooit gedaan."
„Kent u het verschil tusschen verbieden
en gebieden Juist, dat was 't, wat ik wilde
vragen"
„Zeker wel. Verbieden is iemand iets
ontzeggen en gebieden is hem iets op
leggen."
„Heel duidelijk U moet weten dat ik
een zoon heb, Paul heet hij, een lieve
zachte jongen, die Daar zee is gegaan en..."
Op dat oogenhlik kwam mevrouw Van
Lynden bij he* gezelschap. De officier
groette de zorgelijk uitziende vrouw en
Van LvndeD knikte haar met een moe
glimlachje toe.
„Jo", zei hij zacht, „ik vertelde mijn
heer juist dat ontze zoon Paul naar zee was
gegaan en..."
„We zullen hem wel weer terugvinden
vadertje, sprak mevrouw Van Lynden op
beurend. Denkt u ook niet meneer de
Bruin
„Stellig mevrouw", antwoordde de offi
cier. Op dezen koers ontmoeten we zoo
veel schepen, dat 't wel raar zou moeten
gaan, als we nu juist toevallig niet het
schip zagen, waarop uw zoon vaart. Ik zal
den kapitein gaan zeggen dat hij zoo dicht
mogelijk langs de schepen laat varen die
we ontmoeten."
„Ja, ja" riep Van Lynden hartstochte
lijk, „doet u dat Ik zal goed uitkijken.
Jij ook. Jol"
„Ja natuurlijk", verzekerde zijn vrouw
nadrukkeliik „Zullen we nu wat wandelen
op het dek
„Zeker, zeker, nu gaan we wandelen
Dag meneer de Bruin Gaat u 't nu direct
aan den kapitein vragen
Gearmd liep het echtpaar over het wan-
deldek. Tienmaal, twintigmaal, dertigmaal,
heen en weer. tot Van Lynden zei te willen
rusten en op een bank ging zitten
„Ik ga een brief schrijven" zei mevrouw
Van Lvnden. „Ga je mee of blijf je hier
zitten
„Neen, neen ik kan niet mee. Er moet
toch iemand hier blijven om uit te zien
of er een schip in 't zicht komt Ga jij
maar schrijven ik blijf hier en kiik uit.
Als ik een schip zie. zal ik ie direct laten
roepen Aan wie go je schrijven
„Aan Thórèse!"
„Thérèse, juist. Vraag haar eens of zij
misschien bericht van Paul heeft gekre
gen. Hij was zoo op haar gesteld."
„Goed, ik zal 't doen", antwoordde me
vrouw Van Lynden met iets berustends in
haar stem. „Ik zal 't haar vragen.'
Van Lynden bleef zitten en keek speu
rend voor zich uit den horizon af. Heel
ver zag hij iets dat op een rookwolkje ge
leek, maar dat ook wel iets anders kon
zijn. Zou het schip vaD Paul hier varen
De officier had 't gezegd, dat hier de
meeste schepen voereD en zoo'n zeeman
weet 't, dien moest je vertrouwen.
Nu moest hij uitzien, goed blijven uit-
kijken. Het zou natuurlijk mogelijk zijn,
dat Paul's schip dezen kant opvoer... Paul's
schip
Wat is dat Een schip Ja zeker «#n
stellig, een schip. Een zeilschip, 't Komt
hierheen...
Zou de kapitein... Zou de eerste officier
er aan denken om dicht er langs^te varen
Van Lynden sprong op en liep naar de
reeling. Ja het was een zeilschip. Het
danste op de Lichte golven en het kwam
recht op Van LyndeD aan.
Als 't eens Paul's schip was...
Zou Paul hem misschien al gezien heb
ben en nu zijn schip zoo dicht hierheen
sturen dat ze elkaar goed konden zien. Ja,
zoo moest 't zijn, want bet zeilschip voer
rechtstreeks naar de stoomboot. Hij kon
't nu al goed zien Nog geen menscheD op
het dek kon hij zien, maar dat zou wel
gauw zijn. Nog zag hii niemand op het zeil
schip. Vreemd dat er geen mensch aan
het dek was. Geen kapitein, geen stuur
man, geen passagiers...
„Maar daar., maar daar... Hoe kon hij
nu toch zoo lang kiikcD en Paul niet zien.
Paul stond daar, midden op 't schip Vrce-
selijk groot. Ontzaglók groot Grooter dan
het schip, grooter dan de masten. Hij
stond daaT en keek ernstig en bedroefd,
zooals hij kijken kon kort voor zijn ver
trek.
„Paul... Paul!" hijgde Van Lynden en
toen gilde hij heesch „Paul
„Vadertje, riep Paul zacht, kom nu, het
is tijd en hij breidde zijn armen wijd uit.
„Ik kom", juichte Van Lynden en sprong
over boord. Paul verliet het schip en kwam
naar hem toe Hij zwom niet, hij liep niet,
hij kwam Paul n-am zacht zijD vader in
zijn armen en drukte hem zoo vast tegen
zich aan, dat de vadeT het een oogenblik
benauwd kreeg, maar spoedig was dat over
en toen gevoelde Van Lynden zich geluk
kig en blij. Een heerlijk gevoel van onge
kende rust en zekerheid zooals hij sinds
Paul's vertrek niet meer gekend had, was
over hem, de rust van het terugvinden, de
zekerheid dat hij nu Paul nooit meer ver
liezen zou.
Dien avond schreef de kapitein van do
„Oldebarneveld", waarop Van Lynden ge
varen had in zijn journaal:
Hedenmiddag kwart voor drie uur is op
12 graden Westerlengte en 18 graden
Noorderbreedte over boord gesprongen de
passagier le klasse jhr. mr C. A. L. van
Lynden, wonende te Ede. Et werdoD on
middellijk alle maatregelen genomen om
den drenkeling te redden De „Oldebarne
veld" stopte zoo spoedig mogelijk, draaide
bij en een boot werd uitgezet, die tot half
zes naar den drenkeling heeft gezocht,
maar niets heeft kunnen vinden.
De officier van de wacht en een passa
gier verklaarden dat zij gezien hadden
dat een speelgoed-zeilscheepje op zee dreef
in de richting van de „Oldebarneveld".
De heer Van Lynden, die op een bank op
het promenadedek zat, was plotseling naar
de reeling geloopen, had eenige malen
naaT het speelgoed-scheepje geroepen:
„Paul!", daarna „Ik kom" en was voor
iemand 't verhoeden kon, over boord ge-1
sprongen.
De heer Van LyndeD was sinds het over*
lijden van zijn zoon Paul lijdende aan me
lancholie en amnestie en op raad van zijn
geneesheer had hij om afleiding te zoeken»
deze zeereis gemaakt.
De officier le klasse, W. de Bruin, deel
de mij mede, dat ongeveer een half uur
voor de heer Van Lynden zijn wanhoopsr
daad beging, deze hem gezegd had te mee-
nen dat zijn zoon Paul op zee was. De
officier De Bruin voegde er bij, dat hem
de heer Van Lynden toen niet geheel nor
maal geleek.
De „Oldebarneveld" heeft te 8.40 uur
haar gewonen koers vervolgd."
SLANGEN HOUDEN NIET VAN 1
JAZZMUZIEK.
In het slangenpark te Port-Elisabeth heeft
men een dezer dagen een interessante proef
genomen Men wilde n.l. zien, hoe de slan
gen op muziek reageerden Een violist begaf
zich naar de groote grasvlakte, waar de
slangen in kasten een onderkomen hebben.
Hij begon met zachte smeltende melodieën
te spelen en een groote menigte slangen ver
liet haar huizen en kwam om den violist
heen liggen Zij bekeken hem met haar
koude oogen, maar de zachte muziek scheen
een milden invloed op de dieren uit te oefe
nen en zij deden hem dan ook geen kwaad.
Toen de violist echter gerustgesteld een
vroolijker wijsje ten beste wilde geven en de
schrille tonen van een jazzband melodie
door het slangenoord weerklonken, werden
de dieren onrustig en dit werd ten laatste
zoo erg. dat zij tegen den armen muzikant
begonnen te sissen en hem met kwaadaar
dige bedoelingen omsingelden De violist kon
nog bijtijds een goed heenkomen zoeken en
was er niet toe te bewegen, het experiment
verder voort te zei ten.
Onze Telefoonnummers
DIRECTIE en ADMINISTRATIE
2500 (op 2 lijnen)
REDACTIE 1507
2—3