KERK- EN SCHOOLNIEUWS. NEDRA KINADRUPPELS 68at* Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 29 December 1927 Tweede Blad No. 20795 C G. SMIT UW ADRES VOOR OUDEJAARS-AVOND FEUILLETON. u. NED. BERT. KERK. Beroepen: te Garderen: J. H. Koster, te Montfoort; te Stedum: S. IJbema, te Hij- kersmilde. Aangenomen: naar Curasao: (Ver. Prot. Gemeente): J. v. d. Pol te Heeg. Bedankt: voor Sint Annaland: ds. H. Eewoldt te Raamsdonksveer; voor Daarle: F. Anker, te 's Gravemoer. GEREP. KERKEN. Tweetal: te Geesteren-Gelselaar: A. Boekenoogen te Wijhe en M. Elzinga te Grootegast. Beroepen: te Almelo: G. B. Wurth te Oost- en West-Souburg; te Oudemirdum: P. Hekman te De Lemmer; te Midwolda: D. Zwart, cand. te Oosternijkerkte Almkerk: G. J. Hackman te Drachten. CHR. GEREF. KERK. Beroepen: te Werkendam: P. de Smit te Boskoop. GEREF. GEMEENTEN. Bedankt: voor Moercapelle: J. Overduin te Werkendam; voor Meliskerke. de Blois te Dirksland. PROF. Dr. G. DUBOIS. Naar wij vernemen, zegt de „N. R. Ct." zal prof. dr. G. Dubois, de bekende anthro- poloog, den 28en Januari a.s. den 70-jarigen leeftijd hebben bereikt en aan bet einde van den cursus het hoogleeraarschap aan de Amaterdamsche universiteit neerleggen. BOND VAN NEDERLANDSCHE ONDERWIJZERS. De al gem een e vergadering te Den Haag. Onder voorzitterschap van den heer J. J. Lamers uit Amsterdam is gistermiddag in De' Twee Steden te Den Haag de 53ste alge- meene vergadering van den Bond van Neder- landsche Onderwijzers aangevangen. In zijn openingsrede constateerde de heer Lamers. dat het de eerste maal is sedert vele jaren, dat een ander dan de heer Ossen- dorp de algem. vergadering van den Bond leidt. Spr bracht dank aan den heer Ossen- dorp voor hetgeen hij voor den Bond heeft gedaan. De daling van het ledental sinds 1921, met sprongen van 500 tot 800 leden per jaar, Ï3 zoo ging spr. voort tot slaan gekomen en thans is er voor het eerst weer een stij ging. die de gewone November-afschrijvin- gen met een paar honderdtallen overtreft. De vrees, dat het idealisme, mede door de maatregelen der Regeering was gedood, is, wal den Bond betreft niet juist gebleken, en de Colijnsche reactie aldus spr. schijnt tot stilstand gekomen. Er vertoonen zich symptomen van herstel Het jaar 1927 bracht de wettelijke ver plichting voor de gemeente- en schoolbe sturen tot invoering van een zevende leer jaar maar de daarbij behoorende zevenjarige leerplicht bleef achterwege, althans zal moeten wachten tot Juli 1928. Spr. critiseerde de houding der Katholieke democraten tegenover het wetsvoorstel- Albarda en noemde het wetsvoorstel-Zijlstra een zeeroover. die de Roode' Kruisvlag voert. Verder zeide spr.. dat de regeering zich bereid heeft verklaard, met het A. C. O. P. te discussieeren over diens salarieerings- memorie en dat beteekent dat een herziening aan de orde is. ook al klampt minister De Geer zich vast aan den eisch dat deze her ziening een technische zal zijn. Goede ver zorging van het onderwijs en van den onder wijzer is. zeide spr. verder, een zaak van het geheele volk Ook een nieuwe regeling van de rechtspo sitie van ambtenaren en onderwijzers is aan staande. In dit verband herinnerde spr. aan het ontslag van mevr Klinkenberg-Meeter door den Raad van Bloemendaal en hij twijfelde er niet aan. of in hoogste instan tie zal deze onderwijzeres in de school wor den teruggebracht Voorts wees spr op het door Utrechts gemeentebestuur gegeven voorbeeld, om de rapporten door schoolhoof den over onderwijzers uitgebracht, ter indi- vidueele kennis van deze laatsten, als be langhebbenden. te brengen. Nog herinnerde spr. aan den arbeid van de afdeelingen voor schoolvoeding en -kleeding vacantiefeesten. enz. De volledige emancipatie van den klasse- onderwijzer. die zelf de verantwoording kan en moet dragen voor zijn werk eindigde spr. dal was. is en blijft het groote doel van den Bond. en boven de middelen omdat te bereiken staat onze onveranderlijke wil, waardoor wij ten slotte zullen overwinnen. Na deze rede opende de heer Lamers het 53ste congres, waarbij 123 atideelingen aan wezig waren. Als eerste spreker trad op de heer Sten- huis. De heer Stenhuis zeide, dat de bond der onderwijzers zich thuis voelt in de vakbewe ging en de vakbeweging aanvaardt gaarne de deskundigheid van den onderwijzersbond op het gebied der opvoeding. Wat de salariskwestie betreft, mogen de onderwijzers op hun hoede zijn, merkte spr. op. De Bond kan in den strijd voor betere salarissen op de hulp en den steun van het N. V. V. rekenen. Hierna nam de heer Van Hinte het woord. Ook deze spr. memoreerde de salariskwestie. Spr. gaf de verzekering, dat de centrale com missie met kracht zal strijden, om het on recht den ongehuwden onderwijzers aange daan, te niet te doen. De algemeene secretaris, de heer Posthu mus, merkte op, dat 1 Januari 1928 het le dental 6517 bedraagt, hetgeen 309 meer is dan in den aanvang van het vorig jaar. Vervolgens kwam het beleid van het hoofdbestuur in bespreking. De heer Hollaar, afgevaardigde van Am sterdam. wenschte hierop eenige critiek uit te oefenen en wel in de uitvoering der op drachten van de vorige algemeene vergade ring aan het hoofdbestuur. Spr. is het niet een3 met het hooge bedrag, waarmede „School en Huis" op de financieele verant woording staat. Dat de penningmeester er in toegestemd heeft, om een deel van het bondsgebouw te verhuren aan een soort Christelijk bewaarschooltje, kan verder de instemming van spr. niet verkrijgen. Hij cri- tiseert de wijze, waarop het hoofdbestuur de benoemingskwestie behandeld heeft. Spr. klaagde voorts nog over de leiding welke „De Bode", het orgaan van den Bond. aan de leden gaf. Het peil van het bonds orgaan moet verhoogd worden. De heer Slappershoef (Zaltbommel) brak een lans voor betere salarieering van leer krachten bij het voorbereidend onderwijs op het platteland. De salarissen zijn nog slech ter dan die van een dienstbode. Spr. riep den steun van het bondsbesluur in. De heer De Recht (Den Haag)' vroeg het Bondsbestuur of er nog sprake is, dat de hoofdbesluurszetel naar de residentie zou worden overgeplaatst, waartoe toch in 1925 een commissie was benoemd om de wen- schelijkheid daarvan te onderzoeken. Spr. klaagde er verder nog over, dat het in Den Haag niet mogelijk is. dat leerlingen van de 6e klasse zonder meer naar het middelbaar onderwijs kunnen overgaan. De heer De Boer (Gouda) wenschte meer samenwerking met het N. V. V. en van de afdeelingen met de plaatselijke bestuurders- bonden der S. D. A. P. De heer Tjalsma (Leiden) vroeg hoe het stond met de commissie van onderzoek naar de lichamelijke opvoeding iri het buitenland, welke commissie tot nu toe nimmer is ge- installeerd. hoewel aan spr was verzocht, het voorzitterschap er van op zich te nemen. Spr. vraagt: bestaan we nog of niet? Ook de heer v. d. Sluis (Rotterdam) roerde weer de leiding van de Bode aan en besprak eveneens de salarisactie der onderwijzers, waarvoor de redactie van het bondsorgaan zich niet koud of warm maakt. Er moet over deze kwestie nog eens een hartig woordje bij de Regeering gesproken worden. De heer Lodder (Utrecht) verzocht het hoofdbestuur de commissie voor het voorbe reidend onderwijs aan het werk te stellen De voorzifter, de sprekers beantwoordend, wenschte allereerst te doen uitkomen, dat nagenoeg alle opdrachten, anderhalf jaar ge leden door de algemeene vergadering aan het H. B gegeven, zijn uitgevoerd. Indien men thans, na zes jaar. evenwel komt vra gen waarom de commissie voor de lichame lijke opvoeding niet is geïnstalleerd, dan zou spr. zeggen: hier p'ast veeleer zelfcritiek. Wat de verhuring van het Bondsgebouw betreft, diene men er rekening mee te hou den, dat de financiën van den Bond wel* noopten tot verhuring Wil men dit niet. dan moet men er de middelen voor in de plaats stellen. Dat spr. eenmaal door de politie werd verhinderd, het gebouw binnen te treden, was wel onaangenaam, maar spr. is er heusch wel ingekomen De Bond, tusschen de 40 en 50 jaren „huisbaas" ge worden, heeft dat erkent spr. mis schien wel wat te veel tegemoetkomend heid bij de verhuring beloond. Dit geldt ook voor de christelijke bewaarschool, die intus9chen weer is verdwenen. De kwestie van de zevenjarige grond- school is behandeld in School en Huis, die voor een deel door dezelfde personen wordt geredigeerd als De Bode. Waar wij de ze venjarige grondschool nog niet hebben, dient men eenige welwillendheid te betrachten. Spr. is van meening, dat De Bode voor vele onderwijzersorganen 'n voorbeeld mag worden genoemd, en hij wordt in die mee ning door velen gesteund. Kwesties als die van de hoofden in den Bond heeft het H.B. uit De Bode gelaten omdat daarover uit- eenloopende stroomingen bestaan. Dat er weinig of niet geschreven is in de fcondsuitgaven over het Montessori-onder- wijs acht spr van niet groot belang. Het Montessori-onderwijs is aldus spr. een buitenlandsch import, dat door de oudere onderwijzers, zij het in eenigszins anderen vorm, reeds lang geleden werd toe gepast. Wat de samenwerking met het N.V.V. aangaat, ten deze heeft de Bond. die daar bij nog pas korten tijd is aangesloten, nog de bescheidenheid in acht te nemen, die den jongere past. Te zijner tijd zal deze samenwerking, en ook d;e met de besluur- dersbonden zeker meer tot haar recht ko men. De heer Thijssen (redacteur van De Bode en School en Huis) gaf daarop een nadere uiteenzetting van moeilijkheden, waarmee de redactie heeft te kampen Men late ons aldus spr. met het paedagogisch bij blad eens een tijdje onzen gang gaan. 's Avonds kwam aan de orde het bekende strijdpunt of hoofden van scholen lidmaat van den bond mogen worden. Hiertoe wer den voorstellen ingediend door het hoofdbe stuur. Hilversum, Leiden, Rotterdam. Schie dam, en Zuidhorn en omstreken om het be sluit te nemen hoofden als lid toe te laten. Als eerste spr. trad op. de heer Thijssen namens het hoofdbestuur. Spr. merkte op, dat er thans in ons land 13 000 onderwijzers (ressen) zijn, waarvan 7100 mannelijke krachten. Verder zijn er bijna 3800 hoofd onderwijzers waarvan 3700 mannelijke hoofden De verhouding 7100 tot 3700 dat is ongeveer 2 tot 1 geeft reeds antwoord op de thans te bespreken vraag. Want waarom wordt er van drie menschen een uitgeslo ten? Spr. sprak de hoop uit, dat de bond zou besluiten tot toelating der hoofden. De stemming over het voorstel van het hoofdbestuur had tot resultaat dat met groote meerderheid werd besloten om de hoofden van scholen als lid toe te laten. Een voorstel van den heer Th. van Woer- kom van de afdeeling Schiedam om tot een fusie van den bond met den Bond van Ne- derlandsche Schoolhoofden te komen, werd met bijna algemeene stemmen verworpen. Daarna was aan de orde solliciteeren voor hoofd. Het voorstel van het hoofdbestuur luid de: De algemeene vergadering, van oor deel dat de benoeming der hoofden van scholen naar het beginsel van anciënniteit een stap is in de richting van de democra tiseering der school, draagt het hoofdbe stuur op, in overleg met de afdeelingen. waar verwezenlijking van dit principe wordt mogelijk geacht, maatregelen te treffen, welke kunnen leiden tot het aanvaarden van dit beginsel door de betrokken autori teiten en de toepassing er van. Voorstellen van gelijke strekking door de afdeelingen Amsterdam, Den Haag en Rotterdam ingediend, werden ingetrokken. Het voorstel van het hoofdbestuur werd verdedigd door den heer de Vries uit Am sterdam, en na eenige discussie met bijna algemeene stemmen aangenomen. Hierna sluiting der vergadering. CHR. ONDERWIJZERS. Gisteren werd te Utrecht de algemeene vergadering gehouden der Unie van Christe lijke Onderwijzers en Onderwijzeressen. De vergadering werd geleid door den heer P. Zwitser uit Rotterdam, die in zijn openings woord memoreerde dat het ledental nog steeds niet bevredigend genoemd kon wor den. Door den secretaris werd medegedeeld dat het H.B. besloten heeft bij de regeering te gaan ijveren voor de verplichte arbitrage- clausule in de acte van benoeming. Uit het jaarverslag bleek dat de toestand van het L. O. in het algemeen niet roos kleurig is: een reactionaire stemming bij de regeering, miskenning van het moreele recht, een vaak onwelwillende mentaliteit in bestuurskringen, een abnormaal surplus, groote werkloosheid in het corps, een te lage bezoldiging en een onzekere rechtspositie. De begrooting die hierna aan de orde kwam, sloot in ontvangsten en uitgaven met f 11.524 of circa f300 lager dan verleden jaar. Het jaarverslag van den secretaris werd goedgekeurd. Bij de behandeling der begrooting en der ingediende voorstellen werd door de afge vaardigden van Arnhem, Nijverdal, Rotter dam, Lutten, Delft, Utrecht, Den Haag en Dordrecht het woord gevoerd. De discus sies omvatten hoofdzakelijk de bezuiniging; vooral de contribulieheffing lokte nog al eenig debat uit. Utrecht vond 0.7 pet. con tributie alleszins gemotiveerd. Lutten achtte dat het cijfer der te heffen contributie niet de 0.6 pet. mag overschrijden. De penningmeester beantwoordde in 't kort de verschillende sprekers. Aangenomen werd een voorstel van het H.B., overgenomen van de afd. Rotterdam, volgens hetwelk de contributie over 1928 wordt vastgesteld op 3/5 pet. De benoodigde extra heffing van f 2.10 wordt verworpen door een vrijwillige bijdrage. De voorstellen der afdeeling Zutfen, op genomen in het Orgaan van 9 Nov. j.l. wer den met groote meerderheid verworpen. De begrooting werd daarop aangenomen in den geest zooals door den penning meester voorgesteld. Vervolgens werd een voorstel Amsterdam in bespreking gebracht, n.l. om het moge lijk te maken dat ook de hoofden van scho len tot de Unie kunnen toetreden. De afdeeling Den Haag verklaarde er zich met de meeste beslistheid tegen. Ook de afdeeling Arnhem had bezwaren; Almelo daarentegen verklaarde zich voor standster. De vertegenwoordiger van de afdeeling Rotterdam bleek voorstander. De meerder heid dezer afdeeling, die echter door één stem werd verkregen, meende, dat nu de knoop maar moest worden doorgehakt in den geest als door Amsterdam beoogd. Na beantwoording door enkele hoofdbe stuursleden werd persoonlijk over dit voor stel gestemd (dus niet afdeelingsgewijs), waarna het verworpen werd met 66 tegen 21 stemmen. Door den voorzitter werd medegedeeld, dat echter over alle voorstellen, zoowel de genen die aangenomen als verworpen zijn, ten referendum zal worden gehouden inge volge de statuten-regeling. In de middagvergadering hield de heer K. Brants, hoofdinspecteur van het L. O. uit Haarlem, een inleiding over: „Het schoon heidsprobleem als waardevolle factor voor opvoeding en onderwijs". Nadat nog eenige punten van huishoude- lijken aard waren afgedaan, werd de verga dering gesloten. ONDERWIJZERESSEN BIJ HET VOORBEREIDEND ONDERWIJS. Gisteren heeft de Bond van Onderwijze ressen bij het Voorbereidend Onderwij* zijn jaarvergadering gehouden te Delft, onder voorzitterschap van mej. S. B. M. Crom- bet. Mej. B. Perné vermelde in het jaarverslag dat de schoolstrijd van het lager onderwijs is overgebracht naar het voorbereidend onderwijs en dit nu een twistappel it ge worden tusschen link* en rechte, hetgeen het voorbereidend onderwij* zeker niet ten goede zou komen. De dame* M. M. A. van der Blom, Utrecht en B. Perné, Dordrecht werden tot leden van het hoofdbestuur herkozen. RECLAME. Warme Croq :etten Warme Knack worstjes Ka Ifspa-t eitjes Salades (Speciaal) Saclisischc Leverworst Berliner Leverworst llanjfttche Lcvei worst Kalfspelinkt Kalfslever (gelardeerd) Gekookte llamworst Gebraden Bonst beef Alalsch Pekelvletscli STEENSTRAAT 49, TEL. 485 3332 Uit het Engelsch van GEQRGE BARR McCUTCHEON. (Nadruk verboden).) 31) Zijn voet slootte legen een vreemd voor werp en toen hij het opraapte, uitte hij ee'n kreet van vreugde. Het was een versche kokosnoot! Voedsel! Het drong pijlsnel lot hem door, dat hij iets gevonden had. dat zijn honger althans voor het oogenblik stillen kon Koortsachtig zocht hij naar meer en weldra vond hij zijn werk beloond met een stapel van ongeveer tien kokosnoten, die aan den rand van het bosch lagen Toen ging hij verder op zoek naar water, dat het leven in hun uitgeputte lichamen moest houden Toen hij zich een weg door de boomen baande, hoorde hij het geluid van golven duidelijker en even later was hij bijna in het water van het haventje gevallen De oever had den vorm van een halven cirkel links van hem rees hij hoog en zwart op. rechts was hij laag pn groen Een dertig meter van hpm verwijderd waren de e«Tste teekenen van hpt voorgebergte, groote en kleine rotsblokken lagpn als voorloopers voor een steilen heuvel. Langs dpn rots wand kijkend zag hij wat verder een groene massa vooruitsteken en de duisternis daar onder deed hem vermoeden, dat hij een grot gevonden bad. Aan zijn voeten kab belde een helder stroompje-, hij liet zich op de knieën vallen en nadat hij zijn verhitte gezicht in het koele water verfrischt had, dronk hij er met lange teugen van. Toen hij zich weer oprichtte, leek alles mooier en blijmoediger. Hij voelde het ver langen opkomen om van vreugde luid te roepen. Hij rende naar de rots, die' een schuilplaats scheen te bieden. Hij vond een ruime grot, een meter of vier diep. De grond was bedekt met fijn, wit zand. dat de stormen er van het zand er heen gewaaid hadden. Het was een prachtige schuilplaats, deze' grot, bijna vijf tien meter boven den zeespiegel. Daar het spoedig heelemaal donker zou zijn liep hij vlug naar het riviertje terug, schepte een bast van een kokosnoot vol water en ving den terugtocht aan. De zon was nog maar net boven den zeespiegel, en toen hij op de plaats, waar hij zijn reis- genoote verlaten had, terugkwam, was zij daar nietl Hij 9chrok en riep: Waar ben je? Van beneden kwam een kreet van vreugde en hij zag haar vlug van links komen aan- loopen Hij ging haar tegemoet. Ik dacht, dat je mij hier wou laten omkomen, hijgde zij. toen ze- bij elkaar wa ren. O. Hugh, wat ben ik blij, dat je gekomen bent. Toen ik een uur geleden terugkwam, sliep je. Hier, drink eens Hij greep de hand lie ze naar hem uitstak en trok haa* op de rots, waar hij op stond. Ze dronk de kokos- schaal leeg met een gulzigheid van iemand, die van dorst al halt omgpkompn is. Wat heprliik! Tk* had zoo'n dorst, dat ik zeewater heb probeeren te drinken. O, wat moet het vreeselijk zijn van dorst te komen. Maar hoe krijgen we te eten? Ik heb zoo'n verschrikkelijken honger. Een pijnlijke uitdrukking trok over haar gezicht. Aan den anderen kant van die heuvel rug heb ik kokosnoten gevonden Tot ik ge legenheid heb om naar wat anders uit te kijken, kunnen we het daar mee doen. Vooruit; we moeten voortmaken, want het is direct volslagen donker en dan kunnen we de grot, die ik ontdekt heb, niet meer vinden. Een grot? Een prachtige schuilplaats voor den nacht. Kan je zoover loopen? Als we hier eenmaal boven op zijn, hebben we het ergste gehad; verder gaat het vanzelf. Samen begonnen ze den moeilijken tocht. Toen ze' eindelijk den top bereikt hadden, konden ze haast niet meer staan. Onder het verdere gedeelte van de wandeling ver telde hij haar van de apen. de kokosnooten en het riviertje; hij trachtte haar zooveel mogelijk op te beuren. In het bosch werden ze door een paar schreeuwende apen verwelkomd en toen ze' den stapel kokosnooten bereikt hadden, nam hij er zooveel hij dragen kon in zijn vrijp arm. Toen ze eindelijk aan de grot kwannen. lieten beiden zich uitgeput op het witte zand vallen. Het was nu volslagen donker; alleen de heldere sterrenhemen verspreidde een zwak licht, maar niel voldoende om iets te kun nen onderscheiden. Goddank, zuchtte hij, toen hij zich achterover lie' vallen en plat op zijn rug met uilgestrekln armen bleef liggen. Ik ben zoo moe. fluisterde zij en zij leunde met haar hoofd tegen den wand van de rots. Pas na een paar minuten begon hij de kokosnooten te openen. Morgen zal ik er op uit gaan om iets beters dan kokosnooten te krijgen, zei hij. In het bosch zullen wel groenten en bessen zijn. Hugh, hoe komen we hier vandaan? vroeg zij. Waar ziin wij ergens? Het kan wel *.en onbewoond eiland zijn en dan moeten wc hier ons leven lang misschien wel blijven. Haar stem trilde en hij kon merken, dal dit vooruitzicht haar niet be paald vroolijk stemde. Heb ik niet in een uur water, voedsel en een schuilplaats gevonden? Zou ons goede gesternte ons na dit in de steek laten? Laten we beginnen met te gaan slapen en het beste te hopen voor den morgen. Slapen? Waar moeten we slapen? Hier, in deze grot, op het zand. Het ls heusch zonder gevaar, Lady Tennys. Hier is mijn jas, die kunl u als een kussen onder uw hoofd leggen. Hij stond op en niettegen staande haar tegenwerpingen trok hij zijn jas uit en rolde hem stijf op. En nadat hij dit kussen aan het einde van de grot op het zand gelegd had. zei hij: Daar is uw bed, lady Tennys; in een hotel zou u geen beter kunnen vinden. O. Hugh wat ben je toch goed voor mij en dat nadat... nadat Spreekt u daar alstublieft niet over, viel hij haar met bevende stem in de rede. Hij stond tegen een van de wanden van de grot geleund en zij zat vlak bij hem. Ver geeft u mijn harteloosheid en mijn egoïsme, vervolgde hij. Ik heb mijn ongeluk op een zeer on manlijke manier opgenomen, terwijl u daar entegen uw verlies dapper gedragen hebt en Na eenige discussie werd op voorstel van het hoofdbestuur besloten bij de politieke partijen de volgende vragen in te stellen t Is uw partij voorstander van Voorberei dend Onderwijs aan de Jeugd beneden den leerplichtigen leeftijd f Zoo ja, is zij dan van oordeel, dat een wettelijke regeling van dat onderwijs ur gent geacht moet worden I Is uw partij voorstandster van Voorberel- men van een zoodanige regeling te bevor deren, en wel zóó, dat aan openbaar zoo wel als aan bijzonder onderwijs naa6t de zelfde te stellen eischen, gelijke kansen en rechten gewaarborgd zullen worden t Is uwe partij voor openbaar of voor bij zonder voorbereidend onderwijs I Is uw partij van meoning, dat over het algemeen kinderen van 6Vb jaar bet-er op de voorbereidende dan op de lagere school op hun plaat* zijn V Indien deze laatste vraag bevestigend be antwoord wordt, wil uw partij er dan toe medewerken, dat het K. B. regelend den toe ratingsleeftijd tot de lagere school inge trokken wordt en die leeftijd verhoogd wordt 1 Tot plaats van samenkomst voor de vol gende algemeene vergadering werd Gronin gen aangewezen. S. Meijer uit Amsterdam hield oen be spreking over nieuw uitgekomen leermid delen. CHRISTELIJKE KWEEKSCHOLEN. Gisteren heeft te Utrecht onder voorzit terschap van den heer H J. van Wijlen uit Rotterdam, de jaarlijksche vergadering plaats gehad van de Vereeniging van on derwijzend personeel aan Prot. Christ. Kweekscholen. Uit de jaarverslagen bleek dat het leden tal alsmede het aantal donateurs gelijk bleef. De rekening en verantwoording sloot met een eindcijfer van f 918, terwijl er een saldo was van f 256. De verslagen werden goedgekeurd, waar na de contributie wederom op f ft per jaar werd bepaald. Vervolgens werden een aantal wijzigin gen in het reglement vastgesteld. O a. werd bepaald dat voortaan elke school met de leerkrachten een afdeeling vormt. In ver band met het feit dat de Vereeniging bij geen enkele landelijke organisatie is aange sloten, werd eveneens besloten zich niet aan te sluiten bij de Vereeniging tot ver eenvoudiging van onze spelling Prof. dr. Woltjer uit Amsterdam sprak namens het schooltoezicht een woord van waardeering jegens de kweekschoolbonden. Daarna hield prol dr. J. Waterink uit Amsterdam een referaat over „Opvoeding van den wil op de kweekschool en de la gere schooL" Hierna sluiting. RECLAME. Dr.H.NANNING'S EETLU5T-0PWEKKEMD. 1,30 p fl 2873 er alleen maar aan gedacht hebt, hoe u mij helpen kon. Lord Huntingfordbegon ze bijna geluidloos, maar ze voltooide den aange vangen zin niet. Het leek wel, alsof ze de volgende oogenblikken geen adem haalde, zoo slil slond ze daar naast hem, met een hand om zijn arm. Toen draaide zij zich om en zonder verder een woord te zeggen, ging zij op haar primitieve legerbede liggen. Hij kon niets van haar zien behalve een don kere omtrek en hoe ingespannen hij ook luisterde, hij hoorde niets: geen snik en geen ademhaling. Spoedig werden zijn oogleden zwaar Hij had zich met zijn vest onder zijn hoofd in een andere hoek van de grot neergelegd en luisterde gespannen of hij geen geluid van haar hoorde. Maar zonder resultaat.... en daarom ging hij naar haar toe. Toen ijij vlak bij haar was, hoorde hij tot zijn groote verbazing een zachte, rustige ademhaling die er op wees dat zij vast in slaap was. Gerustgesteld ging hij naar zijn hard bed terug; in zijn verwarde gedachten drong eindelijk de werkelijkheid door: haar leed over den dood van den ouden Lord Hun tingford was niet groot, maar een gevoel van kieschheid weerhield haar om dit onder woorden te brengen. Even voor hij insliep kwam een vage angst voor wilde dieren in zijn soezend brein, maar voor die angst meer omlijnde vormen had kunnen aannemen, .was hij in geslapen. (Wn»Jf, vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 5