VOOR D E JEUGI D LEIDSCH DAGBLAD a,e Jaargang Zaterdag 26 November 1927 No. 45. -1- ■en onvergetelijke Nacht. Dat e rd het Engeisch van HL WOOLLEÏ. Vrg bewerkt door C. E. de Lille Hogerwaard. Hoofdstuk L Een afscheid. >ra?o! Kenrick heeft 'ml Hoera, Ken! louden!" was het critieke oogenblik in een voetbalwedstrijd. Kenrick had den deed een prachtig schot. Het leek de bal juist over de lijn was. ioal! Goal!" klonk het op eens. laar Rand, de scheidsrechter, schudde boofd. fladderende haren en een vuurroode snelde Kenrick naar hem toe. Wat beweert u nu7I" riep hij ait. „Het toch goal!" hoogst bedaarde jongeman was het met met den jongen eens en beval nek min of meer kortaf, met bot spel te gaan. .t nooitl Het was goal; dat weet u goed!" klonk zijn opgewonden ant- I>e bal vloog over de lijn." Dat ben ik niet met je eens," zei de ndsrechter weer, terwijl hij door een gefluit het spel stop zette. „Bijna Maar het was toch goal!" hield Keonek agend voL „Ik neem geen genoegen uw uitspraak. Het is niet eerlijk 1 lippen van meneer Rand klemden onheilspellend op elkaar. Genoeg!" zed hg streng. „Je hebt me middag al eerder gebrutaliseerd. Ik heb i)0l gewaarschuwd. Ga van het veld af!* Wat wat bedoelt ul" schreeuwde nek doodsbleek. Precies wat ik zeg F luidde het ant ra. odd Rand was leeraar aan de kostschool meneer West en leidde het voetbalspel jongens. Nooit had iemand zóó uitdagend mover hem gestaan ais deze opgewon- knaap op dit oogenblik. je nn van het veld af of niet?* het uit den mond van meneer Rand. enrick's lippen vormden zich reeds tot Neen!" Maar er was iet3 in de kalme iding van den leeraar, dat hem hiervan ield. Wat zou het hem ook baten f en beschaamd ging hg heen. lehalve in zijn oogenblikken van zii>- dnft was Kenrick werkelijk een gpe- aardige jongen: goedhartig en vrooLjjk, echt sport-type, maar geen boeken- Hg was wat men noemt: populair, drift bedierf echter veel, al meende het niet kwaad en was zrjn boo ze bui <1 spoedig weer bedaard, liemand had harder voor de overwinning treden dan hij. En dit was nu het bit einde Weggejaagd, terwjjl in zijn al- igheid de andere partg winnen zou! Je moet bg meneer Rand in de klaa oen, Kenrick," luidde de half-verwachte •dschap, die hij korten tijd na het hier- gebeurde op zijn kamer kreeg, opgericht hoofd trad hij de klas nen. Allen bewaarden een diep stilzwg- en het was maar al te duidelijk, dat Ga ak 0 zjj zicb niet op hun gemak gevoelden. Eén gezicht, dat van Jim Horner, Kenrick's besten vriend, was al zeer bedrukt „Kenrick," J>egon meneer Rand na een pgnlgke stilte, en er klonk geen spoor van boosheid in zijn stem, „het spjjt ons allen beei erg, maar na bet gebeurde kun je niet langer in het elftal blijven. Je bent reeds eerder gewaarschuwd en „U wilt mg er uit hebben! Goed ik zai gaanzei Kenrick en hg verliet de klas om weer naar zgn kamer te gaan, waar hg spoedig ontboden werd bgden Directeur! Daar hg maar al te dikwijls zgn lessen niet kende en zgn werk slecht maakte, ver moedde hij terecht, dat er „weer wat op zat" Meneer West, die om zijn eigen woorden te gebruiken altijd wat op hem aan te merken had, liet hem natnurlgk weer met met rust. Hun verhouding was echter niet uitslui tend die van leeraar en leerling, want. Ken rick was een wees en door meneer West, die zelf geen zoon had, als zoon aange nomen, met de bedoeling door bem opge leid te worden voor dezelfde loopbaan als hg voor zgn zoon gewenscht zou hebben, n.L Directeur van een dergelijke school, als waarvaD hg zelf aan het hoofd stond, mettertijd hem op te volgen. Lawerig en gedrukt begaf Kenrick zich naar de kamer van den Directeur, die nog mets van bet gebeurde op het voetbalveld afwist „Kenrick," begon meneer West, terwjji hij opkeek van zjjn schrijfwerk en er ;eta bedroefds in zgn toon klonk, „ik beo teleur gesteld in je, diep teleurgesteld. Je school werk is bepaald treurig! Nog steeds krijg ik daarover de slechtste berichten. Je hebt zooals ik reeds meermalen zed je hoofd niet bij de studie. Geen Succes op bet gebied van sport kan dit verzuim goed maken. Je schgnt dit maar niet te willen beseffen. Tot nu toe heb ik heel duidelijk tot je gesproken, maar ik zal het nog duide lijker doen. Het gebeurt niet dikwijls, dat ik zinspeel op je positie hier, maar nu moet ik je toch herinneren aan de groote voor rechten, die je geniet voorrechten, waar voor je blikbaar blind bent. Niet ieder wordt zulk een mooie gelegenheid om zich te ontwikkelen geboden, doch jjj schgnt daar in 't minst geen prijs op te stellen." „Meneer West hield even op, doch Ken rick zei geen woord. Hg had geen enkele geldige verontschuldiging aan te voeren en boorde alles dus zwijgend aan. „Je weet, hoe ik je aan een universiteit wilde laten studeer en om later mgn opvol ger te worden. Vanaf het begin heb ik je mijn plannen medegedeeld, doch jg doe* niets anders dan a3n dingen denkeu, die met leeren niets te maken hebben. En er is nog iets anders: eenmaal zul je je eigen brood moeten verdienen. Hoe stel je je eigenlgk voor dit te kunnen doen? Deze zaken moeten onder de oogen ge zien worden, Kennch." Verbitterd ging meneer West voort: „Daar je je niet in het miDst wenscht in te spannen, zie ik mij genoodzaakt, mijn toekomstplannen voor je op te geven Mijn pogingen werden te vergeefs aangewend en zooals ik begon mei te zeggenik ben diep m je teleurgesteld!" Het hoofd dor schooi nam met een zucht zijn pen weer op en Kenrick verliet lang* zaam en met gebogen hoofd de spreek kamer. Helaas, het was alles waar 1 De jongen zag dat heel goed ld en cfat besef drukte hem ODtzettend Het was heelemaaJ zijn eigen schuld Hij bad zijn toekomst, die toch eens zoo mooi geleken had. zelf ver woest en als hx? het droevige verleden na ging, waarin zijd voogd steeds bet grootste geduid met hem gehad ha<d, kwam er een gevoel van zelfverachting en diepe schaam te over hem „Hij ia altijd heel goed voor mij ge weest," moest Kenrick zichzelveü beken nen. „GeeD woDder dus, dat hij in mij teleurgesteld is Hij deDkt. dat ik eT mij niets vaD aantrek Maar dat doe ik wel ik zou heel hard willen voseen maar het helpt mij nu tocb niet meer 1" Maar al te dikwijl? had bij goede voor nemens gehad, d<*> b zoo n ijverige bui was weer spoedig gezakt totdat beterschap eindelijk tot de onmogelijkheden scheen, te behooren. „Ik beo geen boekenwurm", peinsde hij verder, ,,eD zaJ er wel nooit een worden. Zijn plannen ten opzichte van mij zijn mis lukt en ik geloof dat hij naets bever zou iwillen dan zijn handen van mij aftrekken". Alleen in zijd kamer gezeten en zich niet bewust van uur of tijd. steunde hij met bet hoofd op beide ellebogen. Een gure Noordenwind voorbode van sneeuw, loeide om bet gebouw en in den schoorsteen, maar Keonek sloeg er geen acht op. Niemand kwam er bij hem. Wel dacht Jim Horner er sterk over. maar hij vond het beter den volgenden morgen te gaan, weinig vermoedend, wat de morgen bren gen zou 1 Het werd bedtijd en nog altijd zat Ken rick daar in zijn kamer te wachten waarop dat wist bij zelf niet Plotse ling schoot er een gedachte door zijn brein. Ja, dat zou hij doen' Niemand zou bem missen, want de beide longens, met wie hij dc kamer deelde, lageD in de ziekenzaal. Het sloeg middernacht Nu zou bij bet doenHij sprong overeind od trok zijn jas aan. Hij was een blok aan het been van zijn voogd die gedachte liet bem niet meer loa Een blok aan bet beenF.n het was zijn plicht been te gaan, voorgoed heen te gaan. Bij zou van school wegloo- pen hoe eerder, hoe beter I Dén volgenden morgen kwam Jim Hor ner de kamer van meneer Rand binnen stormen met de verpletterende tijding, oat Kennck weggeloopen was. „Maar dat is met mogelijk 1" nep de jonge leeraar ontsteld uit. „Hoe hoe kom je daar aan Tocb niet door dien ongeluk- kigen voetbalwedstrijd „Nee meneer; daar zegt hij ten minste niets van." En Jiro la# het briefje, dat hij onder de deur doorgeschoven vond. nog eens over. „Hij is weggeloopen, naar aan leiding van moeilijkheden met den direc teur Gisteren is hij voor de roode deur geroepen. Mee eer West moet hem flink onder handen genomen hebben, anders zou hij daar nooit toe gekomen zijn." „Maar hij zal tocb wel terugkomen V „Dat hoop ik bovendien zal 't hier ▼reesclijk saai zijn zonder hem", voegd#

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 21