Humor
uit het Buitenland
SCHAKEN.
OVERZICHT KAASMARKTEN.
VARIA.
FAILLISSEMENTEN.
18. 44—39, 10—15; 19. 40—35, 14—20
20. 50—45, 20—25; 21. 49—44, 9—14
22. 41—36, 14—20; 23. 47—41, 2—7
24. 44—40?
Het is duidelijk te zien, dat zwart gebrek
aan vrjje zetten krijgt, door 45—40 te spelen
inplaats van 44—40 was de partij in
voordeel van wit na den tekstzet van zwart
39; er konden volgen 3530, 25x45,
44—40; 45x34, 39x30, 24x35, 33—29,
23x39, 28—22, 17x28, 32x3, 21x32,
3 x 39. Door het gelijktijdig aan beide vleu
gels spelen mislukt deze combinatie; de
rechtervleugel had het eerst in positie ge
bracht moeten worden.
243—9; 25. 39—34!, 24—30;
26. 35x24, 19x39; 27. 43x34, 23—29;
gedw. 28. 34 x 23, 18 x 29 29. 33x24,
20 x 29;
Schijf 29 is niet te redden.
30. 48-43, 29-34; 31. 40x29, 9—14;
Zwart ziet, dat schijf 29 toch verloren is,
offerl deze en tracht door 914 op een
zetje te spelen, doch dit is te doorzichtig.
32. 46—40, 25—30; 33. 40—35
Vanaf dit moment speelt wit zwak, 38—32
wa. de zet geweest. Wit hoopt op 1419 om
dar na 19 x 30 te vervolgen met 29—24,
28- 22, 32x14.
3313-18!; 34. 35 x 24, 18—22;
35. 27x 18, 12x34;
Zwart heeft nu een schijf verlies, doch
wit kan schijf 24 niet voldoende dekken.
36. 43-39, 34x43; 37. 3Sx49, 17—22;
38. 28x17?, 21x12; sterker was 26x17
en daarna 3228; 39. 4944, 813;
40 44—40, 14—20; 41. 42—38, 20x29;
Zwart heeft zijn verloren schijf terug.
42. 31—27, 15—20 43. 33—33, 29x38;
44 32x43, 20—24; 45. 37—31, 24—29;
46. 43—39, 12—18; 47. 41—37, 7—12;
48 3731, 2923; een verrassende zet,
dio de remise forceert; 49. 39 x 28, 1217;
50 26—21 (de beste!), 17x37; 51. 32x41,
11 17, de sterkste voor zwart; 52. 41--37,
1319; 53. 4034, 1823, en na eenige
zetten als remise geëindigd..
Een leerzame partij! Wit, die steeds voor
deel in de positie had, heeft door een paar
zwakke zetten de winst verspeeld.
Correspondentie. A. H. v. G. Met
Uw opmerking ga ik accoord, doch wil be
denken: er zijn leerlingen en meester*.
RECLAME.
CREMA1IE
4762
De oplossing van het probleem van Mei-
ners zal de volgende maal behandeld wor
den. in de te publiceeien tweezette'n wil
ik 'n ovcirzicht geven over 't z.g. halfpin-
thema Daarmee bedoelt men 'n probleem
waarin de zwarte koning van een hem be
dreigend wit stnk door twee zwarte stukken
is gescheiden De varianten ontstaan, als
een van die twee speelt en de ander dus
„gepend" blijft. De matzet moet mogelijk
zijn, doordat deze penning bestaat. Het
oudste half pin probleem dateert van 1855.
maar de bloei van dit thema valt omstreeks
De aanvoeren en hoogste noteeringen waren:
Wagens Goudsche Leidsche
gestempelde
llgte Hg te zware
(1) (2) (1) (2) (1) (2) (1) (2) (1) (2).
24 Oct. Oudewater 124 70 124 f63 f50 f46 f58 f58 f55 1— f— f— f— f
25 Oct Bodegraven 425 293 370 f 56 f 58 f 55 f 59 f 59 f 59 f 60 f 63 f 62 f f
26 Oct Woerden 198 423 245 156 f55 f56 f59 f59 (58 f 60 63 f60 f—f
27 Oct. Gouda 245 242 240 f 56 f 56 f 55 f 59 f 58 f 59 f 62 f 64 f 63 f f
27 Oct Alph. a d. R. 43 52 62 f f f f 59 f 61 f 58 f f 62 f 60 f f
28 Oct Leiden 76 90 62 f 58 f 60 f 58 f f f f f f f 69 f 60 f 68
(1) Zijn de opgaven der vorige week.
(2) Zijn de opgaven van 2529 Oct. 1926.
tegen de eerste borden van Leiderdorp ster
ker bleken te zijn. Hieronder volgt de ge
specificeerde uitslag:
G. de Bruin (B.)-W. Demmendal (L.) 01
W. de RuyterA. v. Klaveren 01
D. v. OtterlooO. de Koning V»
C. P. de RuyterF. J. de Bruin 10
J. F. v. Geerv. Klaveren 01
J. ZuydamG. A. de Bruin V»
H. ScholtenK. v. Kranenburg 0i
B. HalbesmaW. Goedhart 10
A. SytzemaM. Splinter 10
H. TrimpJ. M. de Koning 10
P. RoelsD. Canno 10
J P. C. BoumanC. Hendriksen 10
D. LankhuisenP. de Bruin 10
J. KooyP. de Bruin Jr10
POSTKANTOOR LEIDEN.
Lijst van onbestelbare brieven en brief
kaarten, van welke de aizenders
onbekend zijn.
Terugontvangen in de le helft van October.
BRIEVEN BINNENLAND
Naam onleesbaar, Utrecht. N. V. Ar-
lithz, Leiden. Maison de Bonneterie, Den
Haag. Dalmeijers Volksuniversiteit, Am
sterdam. Geertje van Haasteren, Hazers-
woude. I. H. v. d. Hout, Den Haag.
Leidsch Dagblad, Leiden. Fraul. M. Lud-
wig, Noordwijk a. Zee. Minister v. Oor
log, 's Gravenhage. Mej. M. Mooten, Rijns
burg. Beppie v. Rossum. Den Haag.
G. P. Wierdsma, Leeuwarden. Mej. G.
Woldendorp, Hilversum.
BRIEFKAARTEN RTNNENLAND
H. v. d. Berg, Amsterdam. Fam. A.
Driessen, Apeldoorn. W v. Dijk, Leiden.
- Mej. L. Gelderblom, Rotterdam. N. Her-
bert, Rotterdam. G. v. d. Hoef. Zaandam.
N. Hoogland, Amsterdam. G. Oosterom,
Rotterdam. L. J. Ribot, Amersfoort.
Mej. F. Roossier, Amsterdam. N. Tswet-
kov, Rotterdam. Mej. Jo van Verzen, Am
sterdam.
BRIEFKAARTEN BUITENLAND
Fam. Ernst Weinhold, Duitschland.
Zackev, Prahy.
Hieronder zijn tevens begrepen stuk
ken, welke niet of onvoldoende gefrankeerd
zjjn.
Uitgesproken:
B. v. Noorts Hoeden en Pettenmagazijn,
Haarlemmerstraat 140 te Leiden. Rcchter-
comm ,mr. F J A. Hijink Curator mr.
F. H. van dier Tas, t© Leiden.
DE HAZEL WORM.
De hazelworm, of, zooals dat diertje vroe
ger ook genoemd werd, de blinkslang, be
hoort tot de hagedissen, hetgeen uit het bezat
van oogleden want de hazelworm heeft
oogen, al zgn zg kledn kan worden
opgemaakt. Hg wordt zelden langer dan 30
40 c.M. en zoo dik als een vinger. Het
lichaam is overal met gladde schubben be
dekt, heeft geen zggroeven en is roodachtig
grijs van kleur, van boven lichter dan van
onderen.
Vroeger hield men hem voor blind, maar
als zooveel fabels, die men er van vertek
heeft, o.a. dat hij kikvorschen en ratten
zou verslinden is ook dat onjuist gebleken
De heldere oogen worden door een drietal
zeer beweeglijke oogleden beschermd. Moei*
lgker valt het oor van de hazelworm aan
te wgzen, want het trommelvlies wordt door
de huid van het lichaam bedekt
Aangevallen en angstig gemaakt, trekt
de hazelworm de spieren op zulk een wijze
krampachtig samen, dat hij dwars door mid*
I den breekt. Vooral de staart valt bij de
minste aanleiding af, doch groeit in korten
tijd, hoewel minder fraai, wSler aan. Breekt
de romp doormidden, dan heeft dat onver
mijdelijk den dood van het nuttige en on
schuldige dier tengevolge.
De hazelworm voedt zich met insecten en
wormen, vooral met kleine naakte slakken
en het broed van de roode en de zwarte
slak.
Het water vermijdt hij zorgvuldig. In Juli
verwisselt hij zijn huid, die tot achter den
kop geheel wordt afgestroopt. Gelijk alle
kruipende dieren der koude luchtstreken,
I brengt hg den winter slapende door en
graaft daartoe in den herfst een gat in den
grono onder steenhoopen. Bij zacht weder
ontwaakt hg soms midden in den winter,
zoekt den ingang van zgn hol op en steekt
den kop naar buiten, om adem te halen,
doch trekt zich spoedig weder terug en
valt opnieuw in slaap, zoodra het weder
koud begint te worden.
Ook in den zomer verschuilt hg zich gaarne
ondei mos, puinhoopen of boomwortels en
wordt zelden gezien. Het is dus niet alleen
moeilijk hem te vangen, maar ook hem
heelhuids voor den dag te brengen. Het
geringste geweld doet het diertje breken
en alleen door uitgraven bestaat er moge
lijkheid een hazelworm in vzjjn geheel te
bemachtigen.
De hazelworm behoort tot de verst ver
spreide kruipende dieren van het oostelijk
halfrond, hg leeft in alle landen, die tusscbco
Portugal en het oosten van Siberië gelegd
si)0- - j
De jongen worden levend geboren; zij H)D
helderder gekleurd dan de oude diereD
soms van strepen op den rug voorzien, dtf
later verdwijnen.
Dc- wijfjes onderscheiden zich van de m3fr
netjes, vooral door een langer lijf en
korteren staart.
2—
Zij: Ben ik het eerste meisje dat je ooit gekust hebt?
Hij lk zweer bei Je.
Zij: Nu, dan hebben de anderen niet veel geroiet
M e)
Eigenaar van een gedeeltelijk afgebouwd hols: Zie Je,
He zaak la, ik heb afgesproken te trouwen als dit huis
klaar la.
De opzichter Maak U maar niet bezorgd, meneer ik
en de kil sollen de lfyn wel trekken zoolang we kunnen
{Passing Show)
W wat ie er gebeurd?
Niks Martinez en ik hadden een paar woorden met
elkaar
Nu. ik denk dat hij ook wel wat gebroken zal hebben?
0 zeker, s'n wandelstok.
iBuen Humor, Madrid)
1910, toen de Good Companions er hun
aandacht aan wijdden.
O. MANSFIELD.
Good Comp. 1916.
Wit begint en geeft mat in twee zetten.
Wit: Kg6, Del, Tb7 en c4, La8 en a7,
Pb4 en c6, pi d2, f2 en g2.
Zwart: Ke4, Ddl, Ta3 en cl, Lg8, Pe2 en
e3, pi d4, e-5, f4 en f3
Bij de sleutelzet wordt een pion geelagen.
De landenwedstrijd te Londen heeft vele
belangrijke partijen opgeleverd- We zullen
van tijd tot tijd een voorbeeld kiezen.
Koltanowski Dr. M. Euwe
(België). (Holland).
1. d4 Pfö
2. Pf3 g6
Euwe speelt graag Konings-Indisch, of
schoon men dit voor minder sterk houdt
dan Dame-Indisch.
3. c4 Lg7
4. Pc3 O—O
5. e4 d6
6. h3 cö
7. Le3 cd4
Wit verkrijgt nu de „Draak" variant van
de Siciliaansche partij.
8. Pd4b6
9. Dd2 Lb7
10. f3 Ph5
Dit benut de zwakte door f3 ontstaan,
maar lokt een pionaanval uit.
11.
g4
PgS
12.
Th9
Pil:
13.
Kfl j
Te8
14.
h4
Pd7
15.
h5
Leö
16.
Th3
e6
Tegenstoot tegen de
aanval.
17.
Kf2
Pf8
18.
Pe2
d5
19.
hg6
fg6:
20.
cdö:
ed5:
21.
ed5:
Ddö
22.
Pc3
Df7
2j.
Tadl
Tad8
24.
Dc2
Td7
25.
PbS
Tde7
26.
Ld4
Lf4
27.
Dd3
Pe6
Beslissend.
28.
Thl
Pg5
29.
Th6
Le3f
opgegeven.
Dr. P. FEENSTRA KUIPER.
BOSKOOP—LEIDERDORP.
Te Boskoop had de ontmoeting plaats
tusschen de schaakclubs Tnter-Nos Ie Bos
koop en Leiderdorp, in hotel Neuf. Er werd
gespeeld aan veertien bordende uitslag
was 95 in het voordeel van Tnter-Nos
-onaardig was dat de onderste borden
van Inter Nos allen wonnen, terwijl daaren
PROBLEEM No. 824
S. VAN DUIJN.
Zwart: 12 sch. op 2, 4, 6, 7, S, 9,
13, 14, 18, 22, 36 en 45.
(Zwart).
(Wit).
Wit: 11 sch. op 16, 21, 24, 25, 29, 32,
87, 38, 42, 44 en 47.
PROBLEEM No. 325.
S. VAN DUIJN.
Zwart: 11 sch. op 5, 6, 8, 9, 10, 14,
18, 19, 20, 25, 36, dam op 1.
(Zwart).
12845
(Wit).
Wit: 13 sch. op 11, 17, 21, 28, 29,
30, 34, 35, 37, 38, 46, 47 ea 49.
Wit speelt en wint.
EEN INTERESSANTE OPSLUITING PARTIJ
Wit: 1. 33—28, zwart 17—21; 2. 34—30,
1117 8. 31—26, 1823; zwart laat zien
opsluiten; doorgaans wacht men met den
zet 18—23 en ontwikkelt de rechtervleugel
over veld 22, tenzij zwart zich door 1722
wil losmaken.
4. 37—31, 12—18; 5. 41—37, 20—24;
6. 39—33, 14—20; 7. 30—25, 7—12;
8. 25x14, 9x20; 9. 39—33, 10—14;
10. 31-27, 4-9; 11. 4641, 1—7;
12. 36—31, 5—10; 13. 40—34, 24—29;
14 33x24, 20x40; 15. 35x44 7 15—20;
Het terugslaan naar 44 verschaft wit meer
tempo, slaat wit 45 x 34 en beantwoordt
zwart dit met 15 -20, volgt damslag door
28-22, 17 x 28, 26x17, 12 x 21, 34 -29,
23 x 34. 32x1, enz.
Kt 23, 20—24 (ziet het gevaar);
17. 45-40, 7—11;
Nu is damslag niet meer mogelijk.
Telegrafist: Dit telegram kost n een rijksdaalder,
juifrouw Hier en daar ie het wel wal te bekorten ipplaats
van honderd duizenden kuseen «oudt U „duizend kusaen"
kunnen zetten.
Julia: Nee. Ik wfl hem geen kus te kort doen mis
schien kan Ik eTgens andere wat bekorten. (Passing Show)
De zittende cavalier (wiens aandacht afgetrokken wordt)
O. pardon eh, wat zei )e zooeven eh, als Je Iets zeil
(London Opinion)
Neen. dit is niet de afbeelding van Angela, die alles
wekend heeft Ze beeft alleen gezegd: Vader, lk ben Uw
toehter en lk zal doen wat U will. (Punch)