No. 20677
DONDERDAG 11 AUGUSTUS
Anno 1927
0FFIC1EELE KENNISGEVING
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
Het voornaamste nieuws
van heden.
LEIDSCH
ïfÉÊÉ:
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
30 Cts. per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs.
Kleine Advertentiën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en
Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzendjng van brieven
10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden ƒ2.35, per week
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week
Franco per post 2.35 portokosten.
ƒ0.18
0.18
Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen
EERSTE BLAD.
BADHUIS V. D. WERFSTRAAT.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
brengen ter kennis van belanghebbenden,
dat de damesafdeeling van het Badhuis in
de van der Werfstraat weder geopend is.
A. VAN DE SANDE BAKHUIJZEN.
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 11 Augustus 1927,
BEZOEK VAN AMERIKAANSCHE
JOURNALISTEN.
Met eenige auto's arriveerden hedenmid
dag op de Breesbraat de Amerikaansche
journalisten die een reis door Europa maken
en bij hun bezoek aan ons land niet wilden
verzuimen ook Leiden te bezichtigen.
Terstond na hun aankomst werden zij
ontvangen ten Stadhui ze, waar de burge
meester mr. A. van de Sande Bakhuyzen de
gasten als volgt toesprak.
Dames en Heeren.
Als Burgemeester van deze stad is het
mij een groot genoegen u welkom te mogen
heeten in ons trotsche oude stadhuis. Wij
rekenen het ons als een voorrecht en een
eer u te mogen ontvangen. Wel betreuren
wij het dat gij te korten lijd hebt gereser
veerd om onze gasten- te zijn, doch wij zul
len pogen u ook tijdens uw kortstondig ver
blijf bet een en ander te laten'zien. Ik heb
een programma opgemaakt, dat uwe belang
stelling zal wegdragen, opdat uw bezoek
aan onze stad goede herinneringen bij u
moge nalaten.
Leiden bezit vele interessante gebouwen,
huizen, instellingen en vestigingen en onzo
geschiedenis rijk aan roemruchtige feilen
en gebeurtenissen, maar ons voorrecht dat
wij een stad hebben van historische belang
rijkheid berust op het voortreffelijke en
moedige gedrag van haar burgers gedurende
het befaamde beleg welke de Spanjaarden
gedurende de tachtigjarigen oorlog die wij
vochten tegen het Spaansche Rijk in de
zestiende en zeventiende eeuwen, een strijd
voor godsdienst, vrijheid en zelfbestuur.
Dit beleg dat tenslotte werd opgeheven als
gevolg van het feit dat de regeering van
Holland toestond de heele streek om Leiden
onder water te zetten, was de directe oor
zaak van de stichting van de universiteit,
want de beroemde Willem de Zwijger,
Prins van Oranje, schonk deze aan die stad
als belooning voor haar volhardend gedrag
gedurende dit beleg.
Slechts een faculteit was deze universi
teit hij haar stichting rijk, een theologische.
Theologische vraagstukken hebben steeds
een bijzondere belangstelling voor ons ge
had, en zij hebben dat nog.
Als een voorbeeld wil ik aanhalen dat
niet eerder in den tachtigjarigen oorlog e^n
wapenstilstand van twaalf jaar tusschen ons
en de Spanjaarden is tot stand gekomen, of
het volk hier vond dat het beste gebruik
dat zij van dezen rustigen tijd, aldus ver
kregen kon maken, was om zich te splitsen
in twee bitter tegenover elkander staande
partijen aangaande enkele niet zeer belang
rijke godsdienstige kwesties en de schoone
rust in den strijd tegen Spanje te vullen
met onderlinge burgertwisten in welke wij
buiten onze stad een nogal vooraanstaande
rol vervulden.
Onze universiteit groeide spoedig en kreeg
een vermaardheid over de geheele wereld.
Thans worden alle takken van de welen-
schap er beoefend en kunnen wij ons met n
met de universiteiten overal ter wereld.
Wij hopen u straks het oorspronkelijke
gebouw te laten zien waar nu 353 jaar ge
leden de hoogeschool in werd gevestigd.
ProfessoY Blok, onze nationale en ik ben
blij te kunnen zeggen onze plaatselijke
historicus heeft het voornemen u in het ge-
houw van de universiteit te ontvangen en
hij zal u daar toespreken. Maar om u
te bewijzen dat wij goede vorderingen heb
ben gemaakt zal u tevens worden geloond
een van de laboratoria van onze universiteit
"waarvan gij wellicht eerder zult hebben
hooren gewagen omdat het zeer goed bekend
is m de wetenschappelijke kringen in uw
eigen land.
Ik weet dat gij Amerikanen verzot zijt op
supperlatieven Wij zijn niet geheel afkee-
rig daarvan en indien wij er ons op be
roemen het koudste plekje c-p de aarde te
bezitten moogt gij hel waardeeren daarheen
geleid te worden. Het Physiseh laboratorium
te Leiden onder leiding van prof. Kamer-
lingh Onnes, helaas kort geleden voor de
wetenschap verloren, was de eerste die de
lucht in vloeibaren toestand wist te bren
gen. Dit gebeurde nog slechts eenige jaren
geleden. Hij slaagde er korten tijd geleden in
het helium in vloeibaren toestand te bren
gen. en de laagst bereikbare temperatuur te
verkrijgen.
Prof. Kamerling Onnes' opvolger, prof.
Keêsom is zoo vriendelijk geweest zijn va-
cantie te onderbreken teneinde u te ontvan
gen in zijn laboratorium en u daar iets te
toonen van zijn opzienbarend werk en zijn
niet minder opzienbarende proeven, welke
hij bezig is te verrichten met de lage tempe
raturen. Ik twijfel er niet aan of gij zult zijn
bereidwilligheid om u op mijn verzoek-iets
te vertellen en te laten zien van de laatste
wetenschappelijke vondsten op hoogen prijs
stellen.
Doch alvorens naar de universiteit te
gaan, stel ik u voor een ander bezoek
te brengen en uw kennis te verrijken over
een ander belangrijk Ilollandsch belang.
Ik heb u zooeven verteld van de innun-
deering van een groot fleel van Holland,
teneinde den vijand op een afstand te hon
den, den Spaanschen vijand van vreleer.
Dit zelfde water, dat wij toen door for-
ceeren gebruikten om ons te helpen in onzen
strijd, is een eeuwigen vijand, omdat wij
er ste9ds voor op onze hoede moeten zijn.
Gij weet allen, dat het belangrijkste deel van
Holland ligt langs de kust en dus gelijktijdig
langs de oevers van de rivieren.
Het komt mg voor, dat het u zal interes
seeren iets te vernemen van den eeuwig-
durenden strijd, dien wij tegen het water
hebben te voeren, en iets te hooren van het
geheele systeem van bescherming daartegen.
Het geheele bestaan van cns land berust op
deze organisaties.
Leiden is het middelpunt van de voor
naamste, zoo niet de oudste van deze or
ganisaties, genaamd Polder van Rijnland. Tot
een bezoek aan den zetel van het bestuur
van dezen Polder noodig ik u uit. In het
fraaie, typische en oude gebouw zal de
secretaris, mr. Slagter, u het een en ander
van den arbeid van een polderbestuur ver
tellen.
Een vluchtig bezoek zullen wg daarna
brengen aan een typisch Leidsch hofje.
Leiden was eertijds een stad met belang
rijke nijverheid, en daardoor een rijke stad.
Die tijden behooren tot onze spijt tot het
verleden.
Maar in die vervlogen dagen waren er
rijke stadgenooten die uit medelijden of als
herinnering aan een overleden echtgenoot,
vrouw of kind, een hofje lieten bouwen
met kleine huisjes, goed ommuurd en een
fonds stichtten om daarvan ouden van da
gen en nooddruftigen te ondersteunen. Er
bestaan hier meer dan veertig van zulke
hofjes. Ik denk dat u er straks minstens
een van zult kunnen zien en ik hoop u
daar even te laten toeven.
Er is hofje, dat gij beslist zien moet,
omdat daar leefde en stierf een man die
beroemd is in de geschiedenis van uw
eigen groot land, John Robinson de Pil-
grimfather.
Wij zullen u de plaats toonen vanwaar
hij met zijn volgelingen vertrok op den
zeer gedenkwaardigen reis die eindigden
op Plymouth Rock.
Niet lang geleden heeft een van uw
landgenooten mij verteld dat er nog stee is
een kwestie bestaat in de Yereenigde Sta
ten of het niet beter geweest zou zijn dat
in plaats van de landing der pilgrimfathers
op Plymouth Rock, de Plymouth Rock dt»
Pilgrimfathers had begraven.
Ik kan dit echter nauwelijk gelooven.
De Pilgrimfathers zijn behalve vele an
dere dingen een aangename en zeer ste
vige schakel tusschen uw land en mijn
stad.
Daaraan danken wij het bezoek van vele
van uw landgenooten, dat ons altoos zeer.
aangenaam is.
Ik wilde u nog 'n ander bezoek laten af
leggen hier ter^tede. En ik stel voor. ver
gen hier ter slede. En ik stel voor. ver
tegenwoordigers van de Pers van Amerika,
om eer te bewijzen aan een van onze groole
burgers, Jean Luzac.
Gij zult dit zeker gaarne doen wanneer
'gij verneemt dat hij de vooruitstrevende
uitgever was van de Leyden Gazette een
courant die hij samenstelde om ver over
onze stads- en landsgrenzen invloed te
oefenen.
Zijn zeer belangrijke artikel over burger
vrijheid en in het bijzonder over het red*,
van de onafhankelijkheid van de Vereenig-
de Staten waren Washington, Adams en
Jefferson van zulk een nut, dat hij hun
vriend werd en van hen menig bewijs van
waardeering ontving.
Zooals dat helaas meer voorkomt, leed
Jean Luzac voor zijn liberale ideeën en
moest hij de uitgave van zijn dagblad sta
ken.
Hij vond den dood tijdens een groote
ramp welke niet ver van zijn huis plaats
greep en waarbij een groot deel van de stad
werd verwoest door de explosie van een
met kruid beladen schip.
Gij zult nog kunnen zien de open ruimte
die is overgebleven na de ramp en waar
men nu een park heeft gemaakt.
Een steen gewijd aan zijn nagedachtenis
is op den honderdsten herinneringsdag van
zijn dood door de Pilgrim Society of Phila
delphia aangebracht in den gevel van het
huis waar hij gewoon heeft.
Hiermede bëeindigde de Burgemeester zijn
rede, wayop een der Amerikanen met
enkele welgekozen woorden dankte voor de
ontvangst.
Na afloop van het bezoek ten Stadhuize
werd het Gemeenlandshuis van het hoog
heemraadschap Rijnland bezocht, waar de
secretaris, mr. J. Slagter, een kort over
zicht heeft gegeven van de geschiedenis der
opkomst van de waterschappen en de dijk-
verzorgmg in Nederland en van de polder
bemaling.
Na in het kort te hebben aangegeven hoe
het tegenwoordige Nederland ontstond uit
de afzetting der groote rivieren en de wer
king der naar het Noorden terugtrekkende
gletchers en te hebben gewezen op de vor
ming van de duinen, schetste spreker het
oEtstaan van de waterkeeringen der groote
rivieren, waarvan zeer veel in het duister
ligt. Het is mogelijk, dat de Romeinen, wier
heir weg parallel met den Rijn liep en die
langs de oevers van de Po in Italië machtige
dijken hadden opgeworpen, hier het voorbeeld
van dgk-aanleg hebben gegeven. Zij groeven
hier ook kanalen voor het transport hun
ner vloten en waren dus met waterbouw
kundige werken vertrouwd. Uit de eerste
tien eeuwen onzer jaartelling is slechts
weinig bekend omtrent de bescherming der
landen tegen het overstroomingswater. Om
streeks 860 hebben, na een geweldige over-
Strooming door rivierwater, de inwoners van
een deel van Holland een dam gemaakt in
den Rgn bij Wijk bij Duurstede en een
kleine zijtak van den Rgn, de Lek, aan
weerszgden van een dgk voorzien om net
te dwingen langs dien loop zijn weg naar
zee te nemen. Reeds in de 12de en 13de eeuw
zijn verschillende dgken in ons land bekend
en uit dezelfde eeuwen bezitten wg de
eerste teekenen van het ontstaan van ad
ministratieve en technische organisaties van
bepaalde landstreken tot lichamen met de
taak om waterstaatswerken te bouwen en
te onderhouden. Tegelijkertijd moest de
vraag worden opgelost, wie de kfosten
i daarvan moesten dragen. Het antwoord lag
voor de hand: de eigenaren der door die
werkèn beschermde landen. Er werd daarom
een belasting gelegd op de landen, welke
een direct en gemeenschappelijk belang bij
een bepaald waterstaatswerk hadden. Reeds
spoedig kregen deze lichamen een openbaar
karakter en wel door het feit, dat zij wet
telijke sanctie ontvingen door een charter
van een wereldlijk en somtijds geestelijk
heer. In zulk een charter werd het bestaan
van het lichaam erkend, uitdrukkc4ijk of
stilzwijgend en werden vaak bepaalde rechten
verleend, bijv. tot het maken of behouden
van een dijk, een sluit ol een uitwatering,
tot het heffen van een belasting of tot
het houden van toezicht (schouw) over be
paalde werken. De oudste bekende charters
in dien zin dateeren van de 13de eeuw; dat
van Rijnland is van 1255 en is gegeven
door Graaf Willem II, Roomsch Koning, Mi
daarin constateert deze Qraaf het bestaan
van een bestuur, bestaande uit „Heemraden".
Een voorbeeld van een charter van een
geestelijk heer is dat van den Bisschop van
Utrecht, Jan van Diest, in 1323 gegeven aan
degenen, die hadden te waken voor den
dgk langs de Lek (de Lekdijk Bovendamsj.
Bij de toeneming der bevolking komt
het vraagstuk aan de orde om de landen
te ontlasten van den neerslag (regen,
sneeuw, enz,), en wel in het bijzonder in
het westelijk alluviaal deel van Neder
land, dat voor een groot gedeelte beneden
den zeestand is gelegen. Waarschijnlijk in
de 14e eeuw begon men kleine stukken
land te omkaden en het overtollig binnen
water uit te slaan door molens, welke
door de hand of door een paard worden
bewogen. Zulk een stuk land noemde men
een polder. In de 15e eeuw ontstonden de
windmolens en de uitvinding daarvan was
de aanleiding tot het op groote schaal
droogmaken of inpolderen van landen of
moerassen en plassen. Ook de meeste pol
ders kregen al spoedig een openbaar ka
rakter. In 1844 werd, niet ver van Rotter
dam (Nootdorpsche Droogmakerij) voor het
eerst een stoomwerktuig voor bemaling
gebruikt en sindsdien is de eene na de
andere molen gevaLlen om plaats te maken
voor een stoommachine, een electrische
installatie of een motorbemaling.
Door de vaak afzichtelijke gebouwen,
welke in plaats der molens kwamen, is de
schoonheid van het land geschaad; spre
ker wees hierbij op het streven der Ver-
eeniging de Hollandsche Molen, welke
naar verbetering van den windmolen en
aldus tot behoud daarvan streeft, waar dit
economisch mogelijk is.
Vervolgens wees spreker de Amerikaan
sche gasten er op, hoe het water uit de
diepe polders wordt verwijderd en verder
wordt getransporteerd, al of niet door mid.
"del van een gemeenen boezem, naar de
zee. In de laatste jaren is een nieuw vraag
stuk opgekomen, dat van de kwaliteit van
het water, b.v. in die streken, waaronder
ook een deel van Rijnland, waar het water
min of meer verzout is, hetgeen vooral
schadelijk kan zijn voor de cultures van
bloeiende heesters (Aalsmeer)
In het kort schetste spreker daarna de
juridische positie der waterschappen in
ons staatsverband is cn welke buitenge
wone bevoegdheden de waterschapsbestu
ren, vooral in tijden van nood, bezitten.
Spreker besloot met te wijzen op de
grootste en moeilijkste droogmaking, welke
ooit ter wereld is ondernomen, die van
de Zuiderzee, tot welke vreedzame annexa'
tie Nederland wel moet overgaan tenge
volge van zijn overbevolking en gebrek aan
cultuurland. Hier zullen onder moeilijke
technische omstandigheden en met alle
moderne hulpmiddelen 4 polders met een
gezamenlijke oppervlakte van 232.000 H.A.
worden geschapen. Ook in dit opzicht zijn
wij niet meer het volk in fancy-costumes
en op klompen, dat alleen in de verbeel
ding van sommige buitenlanders bestaat.
Bij het ter perse gaan van ons blad toef
den de Amerikanen nog in onze stad. Wij
hopen over het verdere gedeelte van het
bezoek morgen nog het een en ander mede
te deelen.
Voor het examen Nijverheidsonder
wijsakte N.K. is geslaagd de lieer J. J.
Lankhorst alhier.
Men verzoekt ons te willen berichten
dat door omstandigheden de bloemendag d:e
de afdeeling Leiden van den Nederlandsch .-n
Blindenbond, Zaterdag a.s. zou houden moet
worden uitgesteld tot later.
Gistermorgen, omstreeks elf uur, is
op den hoek van de 5e Groenesteeg en de
Waaragracht J. v. d. II. met zgn auto ge
botst tegen een wagentje, voortgeduwd door
juffr. B. Het wagentje werd geheel ver
nield; een klein kind, dat er in zat, kreeg
eenige ontvellingen en een blauw oog, maar
bleef voor ernstige verwonding gespaard.
Op de Oranjegracht had een man,
K., zgn vrouw verlaten. Hij kreeg spoedig
berouw en den anderen dag keerde hij terug,
maar vond het huis leeg. Zijn echtgenoote
had tusschentijds al het meubilair verkocht.
Daar vermoedelijk goederen van anderen
mede zijn verkocht, zal de vrouw moeten
ophelderen, waar zij haar huis-inventaris is
kwijt geraakt.
In de Koppehenksteeg is een muur-
lantaarn door een onbekend gebleven auto
bestuurder stukgereden.
P. heeft aangifte gedaan, "dat een
zekere die voor hem met \jscowagens
op stap geweest was, de wagen leeg had
laten thuisbrengen, maar het geld in zijn
zak fehouden had.
Bg de politie zijn inlichtingen te be
komen omtrent een groote koffer.
Brj den Commissaris van Politie alhier
zijn inlichtingen te bekomen betreffende een
klein vit hondje, soort „leeuwtje", het.velk
is komen aanloooen.
B. had sinds eenigen tijd eon kostgan
ger, een zekeren D. Deze stond bij zijn huis
baas in het krijt voor eenige huur, die hij
niet betalen kon.
Dit wa9 evenwel het slimste nog niet.
Want erger was dat de kostganger, B. het
hemd en zelfs de onderbroek van het lijf
had gevraagd, en.,., gekregen.
Toen B. zijn kleedingstukken terug vroeg
kon hij ze niet krijgen en riep daarom de
hulp in van de politie, die nu voor de
moeilijke taak staat D.. de kostganger
letterlijk uit te kleeden.
DE NOORSCEE REIS DER KON. FAMILIE.
Een telegram uit Oslo meldt, dat K.- M.
de Koningin en Prinses Juliana dagelijks
autotochtjes of wandelingen maken in de
cmgeving van Fefor.
De Koningin betuigde zeer voldaan te
zijn over haar verblijf aldaar. Het weer is
vourtdurenu schitterend geweest, behalve
gisteren. De Koningin en de Prinses zullen
tegen'het einde der week waarschijnlijk Fefor
verlaten om zich naar het bergdistrict Jo-
tunheimen te begeven.
VERBETERING AAN DE MAAS.
Een werk van 23 millioen.
Betreffende de verbetering van de Maas
voor groote afvoeren werd vanwege het
departement van Waterstaat een onderzoek
ingesteld door den hoofdingenieur van
's Rgks Waterstaat, dr. C. W. Lely, die over
deze aangelegenheid in Juli 1926 een uit
voerig rapport uitbracht, dat tot nader on
derzoek van dit vraagstuk aanleiding gaf.
Thans is over hetgeen verricht zal moeten
worden, om tot vermelde oplossing te komen
voldoende inzicht gerijpt om tot publiceering
van het rapport van dr. Lely van 1926
over te gaan. Het nadere onderzoek inge
volge dat rapport ingesteld, heeft tot de
overtuiging geleid, dat voor de Maas-ver
betering voorshands van de volgende be
ginselen behoort te worden uitgegaan, waar
omtrent voldoende overeenstemming is ver
kregen
1. de verbetering van de rivier wordt
beperkt tot het gedeelte benedenvaart Cuyk;
2. als grootste afvoer geldt 3200 kub.
M. per sec.
3. tusschen Grave en Blauwe Sluis ver
korting der rivier door bochtafsnijding;
4. een stuw beneden Lith;
5. opruiming van heggen in het werk
zame deel van het winterbed
6. breedte zomerbed 100 M. met eenige
verdieping;
7. geleidelijke verdere verruiming naai-
mate bljjkt, dat dit zonder bezwaar kan
gebieden;
8 gerekend wordt, dat standen kunnen
worden toegelaten als die, waarop de dg
ken thans zij a of worden ingericht;
BINNENLAND.
Bezoek der Amerikaansche journalisten
aan Leiden en Rotterdam. (Stadsn. en Bin
nenland le blad).
Relletjes te Rotterdam en Amsterdam bij
betoogingen voor Sacco en Vanzetti. Het
Kamerlid L. de Visser gewond. (Binnenl. le
blad).
Verbetering van de Maas voor groole af
voeren. (Binnel. le blad).
Onthulling van het gedenkteeken voor dr.
Schaepman te Tubbeigen. (Laatste Ber. le
Wad).
BUITENLAND.
Vermindering der bezettingstroepen in
Rijnland? (Builenl. le blad)..
De Iersche oppositie haalt bakzeil. (Tel.
le blad).
Het vonnis tegen Sacco en Vanzetti tot 22
Aug. uitgesteld. (Buitenl. en Tel. .le blad).
De moordenaar van Wojkof in de gevan-
genia door een communist ernstig gewond.
(Buitenl. 2e blad).
Nieuwe vliegtochten naar Amerika. (Bui
tenland 2e blad).
9. een eindstand te Grave van 10.80 -p,
N. A. P. voor een hoogsten waterstand ter
plaatse wordt op den duur bereikbaar ge
acht. Met de voltooiing van de onder 3, 4
en 6 bedoelde werken wordt bereikt, dat -
wanneer de Beersche Maas niet meer werkt'
de hoogste standen bij een afvoer van
2600 kub .M, per sec., waarop de dgkea
thans zijn of worden ingericht, niet zullen
worden overschreden.
Deze standen zijn: Mook 12.60, Grave
11.45, Ravenstein 10.20, Megen 9.20, Ooyen
8.55, Lith 7,85, St. Andries 7.65, Blauwe
Sluis 6.60 (alle maten in meters N. A. P.)
Blgkt de op deze wijze verruimde rivier
zonder verhooging van de waterstanden ook
in staat den afvoer van 3200 kib. M. p. sec.
(Januari 1926) te beheerschen, dan kan de
Beersche Maas watervrij worden afgesloten.
Wenscht men daarna nog verdere ver
laging van de waterstanden om tot het
gewenschte peil van 10.80 M. -f- N. A. P.
to Grave te geraken dan kan daartoe verdere
verruiming worden aangebracht
Mocht intusschen verruiming boven de 100
M. in het zomerbed blijken tot bezwaren
aanleiding te geven, dan zou een afvoer
van 3200 M. sec. op een rivier, ingericht
voor een afvoer van 2600 kub. M. sec.
standen veroorzaken boven die, welke hier
boven in de cijfers zijn aangegeven, althans
op enkele riviervakken. De daarbij behoo-
rende djjksverhooging zal ten hoogste 40
c M. bedragen en deze maat zal hier niet'
behoeven te worden overschreden. Eerst
wanneer deze plaatselijke dijkverhoogingen
zullen zijn aangebracht zal in dit geval tot
volkomen sluiting van de Beersche Maas
kunnen worden overgegaan.
De in de eerste plaats uit te voeren wer
ken worden geraamd op f20.000.000, latera
öijksverhooging op f 3,000.000.
DE AMERIKAANSCHE JOURNALISTEN
TE ROTTERDAM.
Gistermorgen hebben de Amerikaansche
journalisten een bezoek gebracht aan Rot
terdam. Tegen 10 uur arriveerde het gezel
schap, bestaande uit 45 dames en heeren
aan het Station D. P. In verband met le ver
wachten betoogingen tegen de terechtstel
ling van Sacco en Vanzetti had de politie
uitgebreide maatregelen genomen en werden
de uitgangen streng bewaakt. De omgeving
van hel station was afgezet. Per auto bega
ven de Amerikanen zich naar het stadhuis.
Ook hier was een zeer groote politiemacht
aanwezig. Toen de journalisten uitstapten,
schreeuwde plotseling iemand uil hel pu
bliek: „Redt Sacco en Vanzetti I" Op het
zelfde oogenblik werd de man, die in e-n.
opgewonden toestand verkeerde, bij den
kraag gegrepen en overgebracht naar dpn
politiepost Raadhuis.
In de Burgerzaal waren ter ontvangst
aanwezig de burgemeester mr. dr J. Wyle-
ma, de gemeente-secretaris mr. Smeding, do
waarnemend chef van het kabinet van den
burgemeester mr. James, de waarnenvnd
voorzitter van de K. van K. nrr. R. Mees. de
president van de Nederlandsche Bank mr.
G. Vissering en de Amerikaansche consul,
mr. Edward Dow.
Burgemeester Wytema 9prak de aanwe
zigen toe.
He heer Jones, van de „Nebraska Statos
Journal" uit Lincoln beantwoordde de rede
van den burgemeester.
9