D£ VERRASSING j het hek met de mand, welke allerlei heer lijkheden bevatte, die voor de picnic be stemd waren geweest, als lekkere boter hammen, vruchten, koekjes en allerlei ver snaperingen Een schoon wit servet' was over den inhoud der mand gespreid, ter wijl onderin een Drentenboek voor Elsje lag. Carla had weldra het huisje bereikt, waar zij zijn moest en juffrouw Holm kreeg een kleur van plezier, toen zij de kleine be zoekster gewaar werd. „Kom binnen., lieve kind", zei zij en bracht Garla bij het bed van Elsje, die met haar gezichtje naar den muur gekeerd lag, alsof zij sliep. Zij draaide zich echter dade lijk om. toen zij de stem der bezoekster her kende en zei haar goedendag. Op het bed lag een kluwen wol met een naald er in. n „Ik kan matjes en leesleggers maken", zei zij tegen Carla. „Het is een prettig werkje en de menschen koopen ze soms. Ik zal later den kost met naaien en borduren moeten verdienen en dus begin ik maar vroeg met het te leeren". Zij sprak heel opgewekt. Juffrouw Holm zei. dat nu-Elsje gezel schap had. zij maar- aan haar werk zou gaan en ging dus de kamer uit. Garla pakte nu met een trotsch gezichtje de mand uit. tot groote vreugde van Elsje, die weldra een keurig servet op haar bed uitgespreid zag. met allerlei lekkers er op. „Ik zal je kussen in je rug opzetten", zei Carla. terwijl zij voor ziekenverpleegster speelde. En op moederlijken toon ging zij zoort: ..Zitten we hier nu niet gezellig? We zullen spelen, dat jij een Prinses bent. die door een akeligen reus gevangen gehouden wordt in een Kasteel en ik een Fee ben, die haar wat komt opvroolijken". Elsje's oogen schitterden, terwijl zij vtoo- lijk lachte. „Neem een koekje", zei Carla, terwijl zij de Prinses een lekker koekje voorhield, die dit met graagte verorberde. Het kleine ka mertje weerklonk nu van vroolijk gebabbel en gelach en toen juffrouw Holm eens even om een hoekje kwam kijken, hadden zij zóó'n plezier, dat ze haar niet eens zagen. Op Elsje's bleek gezichtje was nu een kleurtje. Zij leek heelemaal niets op een bedroefd Prinsesje, maar luisterde gretig naar de Sprookjes van Hans Andersen, die zulke aardige verhaaltjes voor kinderen ge schreven heeft. Carla was heel verbaasd, dat Elsje nog nooit van hem gehoord had. ..Moeder kan geen boeken betalen", zei Elsje. Carla was zóó verdiept in het voorlezen uit het boek, datzij voor Elsje meegebracht had. dat zij er heelemaal niet op verdacht was. het plotseling vijf uur te hooren slaan. En zij had Moeder beloofd om vijf uur thuis te komen! Gelukkig was het niet ver. Haastig nam zij nu afscheid en zij be greep maar niet, hoe het toch mogelijk ge weest was, dat zij Elsje een stil en ver legen kind gevonden had. „Ik ben bijna blij. dat het regende." zei zij zacht, terwijl zij Elsje goedendag zei, Nee. nee, je moet mij niet bedanken; ik moet j o u bedanken, want ik heb heele maal niet meer aan den regen gedacht. Ik geloof, dat Moeder d a t er mee bedoelde, toen zij zei, dat wij zelf zonneschijn om ons heen konden verspreiden, ook al regende het. dat het goot Dag Prinses Elsje. Ik kom heel gauw weer terug." Een paar weken waren verloopen en het was een prachtige dag. Bij een kampvuur in het bosch stond een rolstoel, waarin Elsje zat. Elsje, die met een stralend gezichtje luisterde naar de verha len van het verre land. waar Carla'9 Oom eenigo jaren vertoefd had. Zij was ook dien dag weer Prinses Elsje en Vader. Moeder. Oom Flip en Carla had den om beurten den rolstoel, den troon van Prinses Elsje geduwd, zoodat de Prinses de picnic kon bijwonen. Door E. DE LILLE HOGERWAARD. Hi g'i me bli A1 weken van te voren hadden Hans en Mieke saaien een geheimpje: met Paschen wilden zij het heelc hics versieren met marcissen. Maar toen het tegen Paschen liep, bleek het, dat Mieke's beur» geheel plat was en die van Hau® slechts een knoop, twee glazen knakkers en een twec-en-een-halve- oen.t-6tuk met een gaatje bevatte. Koop daar nu maar eens napossen voor, genoeg om het hecle huis mee to versieren Hans en Mieke waren echt teleurgesteld 't Was en gen-lijk wel een beetje dom vaa hen, die niet vooruit te bedenken. Ze wa ren echter verstandig genoeg om niet te zeuren over wat ze ndet konden hebben, maar praatten liever o\ex de bloemen, die ze wel konden krijgen. ,,Er zijn al dotterbloemen," zei Hans. ,Ik heb ze gisteren aan den slootkant ge zien." „Maar we mogen immers ndet bij do sloot komen," hielp Mieke haar broertje herinneren. „Dan nemen we Vader in 't geheim," ging Hans voort. ,,Op Vader kun je voor zoc iets altrijd rekenen „Heerlijk!" irep Mieke uit. „Laten we bet Vader dadelijk gaan vragen. Toen Vader zijr» beide kleuters zijn kan toor zag binnenstappen, keek hij eerst vreemd op. Al heel spoedig begTeep hij echter het doel var. hun bezoek en het bleek, dat Hans gelijk had: op Vader kon den ze rekenen. Zoo brak de Zaterdag vóór Paschen aan. Gelukkig was het mooi weer maar hoe zouden zij het leuke plannetje voor Moeder geheim kunnen houden 1 Dat was iets wat Hans en Mieke veel zorg gaf. Nauwelijks waren zij om twaalf uur uit School gekomen, of Moeder vroeg: „Gaan jullie vandaag mee wandelen, kinderen 1 Het is heerlijk weer." Gelukkig wa-s Vader thufe en het bleek al weer, dat do woorden van Hans: ,,op Vader kim je voor zoo iets rekenen," waarheid bevatten1. En nog vóór Hans of Mieke iets had kunnen zeggen, vroeg Va der aan Moeder: „Zou jij vandaag eigenlijk eens ndet naar Oma gaan Je kunt nog net het treintje halen. Dan breng ik je naar het station. Hans en Mieke komen mij dan daarna te gemoet en ik zal de kinderen op hun. wan deling vergezellen." Die Vader toch! Wat had hij het plan netje mooi in elkaar gezet! Hans en Mieke durfden elkander niet aankijken. Als Moe der dat eens deed! Mieke voelde op eens, dat zij vuurrood werd en hoestte van verwarring. MoedeT dacht ndet anders, of ze had een kruimeltje in de keel. HaD3 liet zijn zakdoek or> den grond vallen, al leen maar om met goed fatsoen even oir «Ier de tafel te kunnen duiken. Moeder mocht natuurlijk niets merken', 't Zou «enig zijn als het plannetje gelukte! „Ja," hadden de kinderen Moeder hoo ren zeggen. „Ik zal vragen, of Oma mor gen den hoelen dag bij ons komt. Het weer is zoo zacht, dat het haar wel geen kwaad za) deen. Ik heb meteen wat bood schappen in de stad en kan tegen vijf uur weer thuis zijn." Bijna had Mieke in do handen geklapt y*n plezier, maar zij bedacht gelukkig nog gcJ dol vei I mo nie ten pla 1 hee bra als bijtijds, dat zij a!les dan leclijk verrader! zou. Moeder dronk vlug koffie, besprak nog even wat met MiDa, het dienstmeisje, en zei de kinderen haastig goeden dag. Zoo 1 kwam het, dat zij hun verwrongen gezich ten niet zag, want o ze hadden zoo n moeite, niet te lachen, nu het er uitzag, dat het plannetje zoo mooi gelukken zou. Nauwelijks waren Vader en Moeder dan ook de deur uit, of zij vroegen Mine's boodschappenmand te leen. Mina had eerst allerlei bezwaren. Haar boodschappen mand, waar ze zoo zuinig op was, gaf ze niet graag uit handen, maar toen Hans en Mieke haar verzekerden, er heel netjes op te zullen zijn, dat Vader meeging en do rest een verrassing, een heel groote ver rassing was, streek zij de hand over 't hart on stond het gewen'schte voorweTp in bruik leen af. Met de boodschappenmand aan den arm liep Hans nu met Mieke, die haar pop stijf tegen zich aangeklemd hield, Vader tegemoet. Daar wuifde Vader al en het duurde niet lang of hij stapte tusschen beide kinderen in naar het weggetje, waar het geel zag van de dotterbloemen'. En wat waren ze mooi groot! Vader plukte, Mieke en Hans legden de bloemen netjes in de mand, totdat deze heelemaal vol was. Voorzichtig droegen de kinderen nu hun bloem en schat tusschen zich in. Mina was aan den achterkant van het huis bezig en zag bon niet binnenkomen. Dat trofl Vader vulde nu alle kannen en vazen, die hij maar vinden kon, met dotterbloe, men, nla er eerst water in geschonken to hebben. Ja, er kwamen zelfs een melkkan en een leege gemberpot waarin de nar cissen wat mooi stonden bij te pas. O, wat zag dat er vroolijk uit! De kinderen mochten nu zeggen, waar alle vazen zouden staan. Natuurlijk één bij Moeders bord aan tafel, één op Moe ders schrijfbureau, op Vaders boekenkast, in de vensterbank. O. er was plaats ge noeg. Hoe echt feestelijk zagen de kamers er nu plotseling uit die kamers en de keu ken, want natuurlijk werd Mina niet ver geten zij kreeg een mooie vaas met dot terbloemen in de keuken. „Wat een verrassing! Och. lieve kin deren, wat een verrassing!" riep Mina uit. „Nu begrijp ik. waarom jullie mijn boodschappenmand wilden hebben." Toen Moeder tegen vijven uit de stad kwam, stond Vader haar met twee onge duldige kinderen op te wachten. Moedor zag duidelijk, dat er wat bijzonders was. Maar wat 1 Neen, dat kon Moeder onmo gelijk raden. ,,'t Begint met een..." zei Miek, maar Hans kneep haar veelbeteekenend in haar linkerpink om haar te beduiden, daf ze toch vooral niets verraden mocht. Vlug liep het viertal nu naar huis en toen Vader de deur opengemaakt had en Moe der de zitkamer binnentrad, waar van allo kanten de VTOolijke dotterbloemen haaf schenen te verwelkomen, sloeg zij de han den van' verbazang hzi elkaar en riep net als Mina uit: „Wat een verrassing. Och, here kinde ren, wat een verrassing! Hebben jullie di« allemaal geplukt 1" La 'U moe plu lerc Vrij. riet lag [urn: lo i D Cind !ag rijc Hi- ens iet n d ïadi :cs Vej rrlci ar aast oor oi ijve lar u-en 3 ra uike Viei i orlo ,d >oi n. Clas krej dai Hen of .oltj- 'aco m mij he i vu w< ra; drie n z. je we ietj enn 'g, c de ier ome Klol aT vooi iwe h e it.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 18