TENNISBANEN TE KATWIJK.
No. 20557
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 19 Maart
Derde Blad Anno 1927
H Buitenl. Weekoverzicht.
Leidsctie Begrafenis-Onderneming
PARIJSCHE BRIEVEN.
Mijn indrukken uit Amerika.
De electrische trein, die fisteren is begonnen proef te rijden, op het traject
Leiden—'Haarlem, bij het station alhier „genomen".
Overeenkomst teT Volkenbonds
raadzitting Belgis ontstemd
Ontwapeningsconferenties
Sjanghai voor den val.
De Volkenbondsraad-zitting ia geëin
digd met overeenstemming op alle punten.
Een oogenblik heeft het nog gedreigd,
daar bij de onderonsjes inzake de bezetting
van het Saargebied geen compromis was
te bereiken, doch ter zitting heeft Stre-
eemann zich neergelegd bij het uitgewerk
te plan, hetgeen, vooral waar het immer*
geen kwestie van al te groot© importantie
betrof, heel wat verstandiger was dan zich
te laten overstemmen. Vlugger is het ge
gaan met het oplossen van het echool-
vraagstuk in Opper-Silezië. Waar Duitsch-
land en Polen elkaar op dit punt hebben
gevonden en ook verder door het praten
vaD Stresemann met Zaleski heel wat is
opgehelderd tusschen beide rivalen, die in
economisch opzicht zoozeer op elkaar zijn
aangewezen, zullen de onderhandelingen
over een handelsverdrag en alles wat daar-
mee annex is, wel spoedig worden hervat.
De Duitsche gezant te Warschau ia reeds
op zijn post teruggekeerd.
Waar de overeenkomsten, te Genève tot
stand gebracht, berusten op compromis
sen, mag men alleen daaruit reeds coneju-
deeren, dat geen der betrokken partijen
volledig haar standpunt zag zegevieren
Bij nadere beschouwing van het Saarge-
bied-oompromis blijkt al heel spoedig, dat
Duitschland degene is, die zijn wenschen
bet minst in vervulling zag gaan. De Fran
sche bezetting blijft immers, zij het tot
POO man teruggebracht, tot beveiliging van
de verbindingslijnen met het leger, dat
Rijnland nog altijd bezet houdt. Dit was
een reden voor de Duitsch-nationale pers
in Duitschland om een vreeselijken mor 1
op te zetten, waarbij Stresemann het hard
te verantwoorden had. Lang heeft dit niet
geduurd: de leiders gaven weldra een
wenk, daarmee op te houden, want: de
Duitsch-nationale ministers, van wie het
eerst heette, dat zij niet waren gekend
en daarom ging het dus zoo onschul
dig waren aan het gebeurde als lammetjes,
-keurden het beleid van Stresemann meo
goed, gelijk de gansche kabinetsraad deed
Wat viel er toen nog te schreeuwen 1 De
reden, waarom die Duitsch-nationale mi
nisters aldus handelden, is zeer duidelijk.
Zij zijn nu eenmaal weer aan het roer
nog wel aan zoo'n beJangrijk departement
als binnenlandsche zaken zelfs! en om
de macht te behouden, moeten zij niet
alleen gematigdheid betoonen, doch boven
dien in menig opzicht water in hun natio-
nalistischen wijn doen. 't Heeft ook geen
moeite gekost om weer op het kussen te
komen, nadat zij in een bui van overmoed
rich zelf daarvan hadden verdreven...
Officieel zijn de belangrijkste vraagstuk
ken te Genève niet aangevoerd. Officieus
echter te meer, dat mag rpen gerust aan
nemen. Dat b.v. tusschen Stresemann en
Briand de ontruimingskwestie van Rijn
land is behandeld, is zeker. Met welk re
sultaat dat is niet te zeggen. Zoo Briand
cr al iets voor voelt, zal hij zeer voorzich
tig hebben te manoeuvreeren, om Frank
rijk daartoe te krijgen, want ontruiming
van Rijnland vindt daar een zeer krach
tig verzet kn tal van invloedrijke kringen.
Veel zal afhangen, of de toenadering tus
schen Duitschland en Frankrijk ndet al
leen bestendigd do* h ook kan worden
voortgezet. In dit opzicht verdient het
feit, dat er 6chot is gekomen in de po
gingen om het voorioopig afgesloten han
delsverdrag om te zetten in een vast ac-
coord, alle aandacht
Te betreureD is, dat door een blunder
der Pruisische justitie de betere verhou
ding tot België een deuk heeft gekregen.
Zonder de Belgische regeering er in te
kennen, zoodat deze uit persberichten
daarvan kennis moest nemen, is toch aan
de moordenaars van den Belgischen luite
nant Graff, een moord, die zoovee! op
schudding heeft veroorzaakt en in België
ongeveer als nationale zaak is behandeld,
gratie verleend en hun straf omgezet in
10 jaar gev. straf. Daarvoor is wel een be
leefd excuus aangeboden, maar^ t was ge
beurd en dat zal in menigen kring worden
vastgelegd als een bewijs van Duitseü
land's slechte gezindheid Ook in Frank
rijk, dat België zoo gaarne „bevoogdt.
lotusschen begint Maandag te Genève
*eer een belangrijke conferentie: die der
ontwapening, waaraan Amerika deelneemt
fils waarnemer In de sub-comnnssie van
voorbereiding is echter al zoo'n antago
nisme gebleken tusschen Uncle Sam en
de Europeesche grootmachten, dat het be
kaken van overeenstemming tusschen oude
en nieuwe wereld totaal is buitengesloten.
Juist de alles-omvattende uitleg, die
Frankrijk c.s. aaD de ontwapening willen
geven, zal het groote struikelblok blijken
te zijn. Op menig essentieel punt zou wel
licht nog tot een vergelijk zijn te komen,
gezien het vasthouden aan alles of niets,
is dit onbereikbaar. Hoe meer hooi men
op zijn vork neemt, des te moeilijker maakt
men het zich en zoo doet Frankrijk ook,
door het ontwapeningsvraagstuk alleen te
willen bezien in den mee<st uitgebreiden
zin, zelfs de zg. burgerlijke bewapening
incluis.
Een nieuwe uitnoodigiDg, door Coolidge
tot Frankrijk en Italië gericht, om straks
de maritieme ontwapeningsconferentie te
Washington tusschen de drie grootste zee
mogendheden bij te wonen als toehoorder,
zal vermoedelijk dan ook door beide lan
den worden geweigerd, zij het natuurlijk
zeer beleefd, gelijk ook bij de weigering
om deel te nemen aan genoemde confe
rentie
Van ontwapening heeft men den mond
vol, doch komt bet tot daden, dan klinkt
het. heel beleefdapres vous
Begeren wij ons tot 6lot no geven naar
het Hemelsche rijk, waar het nog altijd
verre van hemelsch is E)e strijd bij Sjang
hai schijnt langzamerhand in 'n beslissend
stadium te komen met de Zuidelijken verre
in 't voordeel. Van een geregelden veld
slag is geen sprake, het zijn blijkbaar losse
schermutselingen. Vielen er per slot van
rekening toch geen heusche dooden en ge
wonden bij, zij het op bescheiden schaal,
bij een modernen oorlog gerekend, dan zou
het veel van een operette weg hebben. In
hoofdzaak gaat het in China toe met gou
den kogels. De leiders zijn te koop en
vermoedelijk drijft de bij Sjanghai in het
nauw gebrachte Tsjoeag ook zoo'n han
deltje: voor zooveel trek ik af om mis
schien later opnieuw te voorschijn te ko
men. Wat in China vandaag boven is, is
morgen onder. Eenheid, ho rnaar. Ook on
der de Knntonneezen- is het mis tusschen
de uiterst linkschen en de meer gematig
den. De bolsjewisten schijnen in de meer
derheid. Wat er van China nog moet
groei ep
RECLAME.
AUTO-TRANSPORTEN, CREMATIE
H. P. H. KEEREWEER
TEI.EFOOH 861 - I.EIDEiV
4C30
(Van onzen Parijschen correspondent).
(Nadruk verboden).
AAN DEN SCHADUWKANT VAN HET
NACHTLEVEN.
Dien avond was ik weer eens op avon
tuur uit gegaan in nachtelijk Parijs. Er zijn
menschen die dol zijn op de jacht; anderen
zijn verzot op hazard-spel; nog weer ande
ren hun liefste bezigheid is te zoeken en te
wroeten in het leven als een duiker paarlen
vischt onder zee.
Mijn strooptochten houden alles in, bie
den de aandoeningen, spanningen, verras
singen van de jacht, het kansspel en het
parelduiken tegelijk.
Mijn nieuwe kennis dien avond was niet
de eerste de beste. Toen hij één glas naar
binnen had, sloeg hij de hakken tegen el
kaar, en, de vingertoppen van de rechter
hand aan de slaap, stelde hij zich voor:
Maurice Devrieux, doctor in de lette
ren, meester in de rechten, oud-chef-kwar
tiermeester bij de spahis, gepasporteerd
let wel, mijnheer, zeer voornaam punt: ge
pasporteerd.
Na het tweede glas zag hij mij voor een
detective aan.
U is door mijn vrouw op mij af ge
stuurd.
Het derde glas maakte hem week en va
derlijk. Hij nam de bewasemde bril af, en,
met een knipoogje van wij-verstaan-elkaar:
Om een slaapplaats verlegen? Zonder
werk? Geneer je niet; ons kent ons. Ik ben
maar een drankorgel, maar mijn even-
mensch heb ik altijd bijgestaan. Doe je
hand eens open. Kijk je vingers goed aan.
Er zijn er vijf. niet? De duim, de wijs
vinger. de middenvinger, dc ringvinger en
de pink. Dal leer je al op de bewaarschool.
Ik vraag je niet naar je beroep. Ik vraag
alleen: heb je alle vijf je vingers noodig?..
Nonsens.. Ér zit een fortuin in je hand.
Een fortuin.-
Zoo ben ik met hem meegegaan naar het
land der armoede. Het is een uitgestrekt
land; het heeft provincies over heel de
wereld. Londen is de hoofdstad ervan, zegt
men. Maar Parijs liet wist bijna Londen den
voorrang.
Tienduizend beroepsbedelaars zijn er in j
Parijs: openmakers van auto-portieren, op- I
rapers van sigaretten-peukjes, sandwich
mannen, corvee-zoekers die u een dienst j
bewijzen om een liter wijn le verdienen, i
inismaakten, verminkten, veniers van half-
rotte bloemen of van schoenveters, zwer-
vers allen „professionals de la misère". 1
Het is een eigenaardig volkje, even rijk aan
illusies als aan ongedierte, en eeuwen zijn j
er overheen gegaan zonder iets eraan le
veranderen. Trouw leveren zij van geslacht
op geslacht tradities en recepten over. j
Iedere behoorlijke bedelaar weet hoe je epi- i
lepsie simuleert, dollen-hondbeet of koorts
aanval. Weet voor „bekeerde" te spelen en
kent de voordeelen erin gelegen zich als
protestant voor te doen bij de katholieken;
katholiek bij de Beilslegermenschen. Hij
heeft alle adressen van menschcnvrienden
in zijn hoofd en weet op welken toon hun
te schrijven.
Er zijn twee categorieën onder de bede
laars: degenen die een vast adres hebben
en zij die dakloos zijn. Vooral de laatsten
houden de tradities van het vak hoog. Sla
pen bij goed weer op een bank, bij slecht
weer onder een brug of in het nacht-asyl.
Waarheen zouden dc verloopenen van n 11e
soort moeten gaan. als er geen nacht-asyl
was? Devrieux ging naar het nacht-asyl,
en ik sloot mij dien avond bij hem aan.
Aan den ingang der droomenfabriek van
de misère maakten de stumpers al queue.
Daar stonden er. daar zaten er op de sloep,
handen in de zakken, rug gebald tegen den
muur Het was als een nachtmerrie. Om
vier uur waren er vijftig, huiverend in hun
lompen; om halfvijf honderd; tweehonderd
een kwartier later. Daarna kwamen dc goo-
chemen, degenen die er den vorigen nacht
al geslapen hadden met recht op nog twee
dagen gastvrijheid; en degenen die des mor
gens reeds hun bed hadden gereserveerd.
Zoo'n nacht-asyl, het heeft iets van een
school en iets van een kazerne. Een bin
nenplaats. zware muren, een hoog hek
scheiden het van de straat. In het hek zit
een roestig luikje En alles is overdekt met
een laag vuil. als de gasten.
Het hek week open. Deyrieux verdween.
Hij had „dienst" in het bureau, zei hij. Dat
was de zekerste weg op een bord soep extra
des avonds.
Dan begon het defilée: orde en wanorde,
werkloozen en haveloozen door elkaar, alles
zwijgzaam en schier geruischloos. Het is
geraden bescheiden te zijn, als men niet
onder den blooten hemel wil slapen.
Men deelde nummers uit. Namen werden
gehoekt die welke men wel geven wilde
beroepen erbij geschreven die waar
voor men wel uitkomen wou. Elke halve
minuut aanvaardde er een den tocht naar
douche, vaccinatie, refectoire, slaapzaal.
Deyrieux riep de nummers af aan de
deur van de douches. Fluisterend blies hij
mij in 't oor:
Er is een mooi zaakje voor een vinger
vanavond. Ik heb het van ei^n ziekenhuis-
looper. Twintigduizend francs te verdienen
en een goed aanbrenggeld voor mij, als ik
den man vind.
Een zaakje voor een vinger? Wal kon
hij daarmee bedoelen?.Weldra zou ik het
weten.
Toen de groote zaal bijna leeg was. kwa
men er een man en een vrouw binnen. Niet
om te slapen; dat zag je dadelijk. Trou
wens, vrouwen worden niet toegelaten in
de mannen-asvls.
De man was mager en bleek, vel over
been. De vrouw mooi, volrijp, vleezig. Zij
sprak, de stem dempend zooveel zij kon:
Mijnheer de directeur, wij wilden een
vinger koopen.
Haar echtgenoot, gegéneerd, volgde met
aandacht het defilée. Keek naar de handen
die zich strekten om het nummertje in ont
vangst te nemen.
Een vinger?
Zij verklaarde zich nader:
Mijn man, dien ik hier bij mij heb, is
een groot pianist. Hij is Italiaan, maar zijn
naam is overbekend in Parijs. Hij is be
roemd. En nu is hem een groot ongeluk
overkomen: de pianisten-verlamming.
De directeur zweeg. Zij trachtte hem over
te halen:
Zijn middenvinger is stijf. Misschien
zou hij nog wel in het publiek kunnen spe
len, maar hij durft niet meer. Een chirurg
heeft ons gezegd, dat als hij hem een an
deren vinger kon inplanten, alles nog wel
weer zou kunnen terechtkomen. Zou een
van uw ongelukkigen erin kunnen toestem
men? Wij hebben graag twintig, dertig
duizend francs er voor over
Wat moest de directeur antwoorden? Hij
vond een uitvlucht.
Laat mij uw hand eens kijken.
De pianist trok zijn handschoen uit. De
inspanning deed hem de vingers een weinig
krommen. Slanke, lenige vingers, lang en
met platte toppen, als vingers van men
schen die veel pianospelen gewoonlijk zijn.
Alleen de middelste vinger bleef stijf recht.
AI deze stakkers hebben zware, ruwe
vingers, zei de directeur, gedrukt. U zoudt
beter doen een vrouwenvinger te zoeken.
Nauwelijks was het echtpaar het hek uit
of Deyrieux hield hen aan. En achter hem
aan allen die wel een vinger wilden ver-
koopen.
Een zei er:
Ik heb drie groote stoplappen op mijn
lichaam: een op eiken arm en de derde op
mijn rug. De eerste twee hebben gediend
om neuzen te maken, de derde om het ge
zicht te verjongen van een mooie vrouw.
Een ander had een stuk van zijn rug af
gestaan aan een dokter-verzamelaar, die
liefhebberij had gehad in een zijner ge
kleurde tatouages een kruisiging naar
Rubens geteekend beweerde hij
door een beroemden schilder.
Een derde zei:
Ik heb mijn body al verkocht aan de
Ook Katwijk aan Zee krijgt thans haar
tennisbanen, en wel dank zij hel initiatief
van den heer H. Scholborg, te Noord wijk aan
Zee.
De banen, met den aanleg waarvan m-n
druk bezig is, worden in de onmiddellijke
nabijheid van Rijnlandsch Stoomgemaal en
sluizen, dus direct buiten het dorp en op een
paar minuten van den zeeboulevard aange
legd. Op den achtergrond onzer foto ziet men
links het zeedorp. Hel terrein waarop de ba
nen worden aangelegd, is door hooge dijken
afgeschut, waardoor de toeschouwers het
spel gemakkelijk kunnen gadeslaan.
Naar men ons verzekert heeft de heer
Scholborg. die aan het „Huis ter Duin" te
Noordwijk aan Zee tennis-instrucleur is,
voor deze banen, die begin April zullen
worden geopend, de beste materialen doen
gebruiken.
Een advertentie in dit blad geeft nog
nadere bijzonderheden/
snijkamer; ik kan best nog een vinger ver-
koopen.
Anderen drongen er omheen. Toen zij nog
jong cn sterk waren, hadden zij van hun
bloed verkocht en stukkenvan hun li
chaam. Nu restte hun niets meer: geen
thuis, geen eer, geen waardigheid, en allen
stonden gereed hun ledematen aan den
meestbiedende te verkoopen.
Zij reikten de handen.
Inderdaad, zei de jonge vrouw. De
directeur heeft gelijk. Wij moesten liever
een vrouwenvinger zien te krijgen.
Gisteren las ik in de courant, dat de pia
nist den koop gesloten heeft met een zekere
Marie Durbaut Zij was voddenraapster op
den boulevard Gambetla, 'toen een aanne
mer haar voor Père-Lnchaise had geënga
geerd. In Februari begint men op het be
roemde kerkhof de zerken te wasschen. De
dooden moeten netjes liggen tegen dat de
lente komt. Voor twaalf francs per dag had
men haar aangenomen om de zerken te
boenen en te schrobben.
Toen bekend werd. dat men een vinger
zocht, zeiden de oude vrouwen, die met
haar werkten, lot haar:
Ga kijken. Daar kan een lijfrente voor
je in zitten, meid.
Zij werd aangenomen. Ze trok in een
kliniek. Eerst werd ze gedurende eenige
dagen goed verzorgd en gevoed. Toen heeft
men haar op de operatietafel gojegd naast
den musicus.
Ze werd in slaap gebracht en beroofd
van een vinger. Een vinger is er gauw af.
De operatie zonder eenig gevaar. Men
plukte de spiertjes eruit en entte ze op den
vinger van den ander.
Marie Durbaut werd wakker met haar
rechterhand in een verband. En tien dagen
later verliet zij de kliniek. Een kapitaaltje
is vastgezet op haar naam. Aan het geld
zelf kan zij niet raken. Maar ze heeft viei
en een halven franc rente per dag ge
noeg om te eten en te slapen in de „Grappe
d'Or". bedelaarsholel bij de Hallen.
LEO FAUST.
door Dr NEIL VAN AKEN.
New-York, 1 Maart.
Toen in 1921 President Harding de Euro
peesche mogendheden bijeen riep voor de
Washington Conferentie, stond Europa te
genover tallooze, ingewikkelde problemen,
die de verwarring deden toenemen en waar
voor oogenschijnlijk geen oplossing kon
gevonden worden. Europa vreesde tevens,
dal Amerika met de immense middelen,
waarover het te beschikken had, een mach
tige Armada zou bouwen en zoodoende de
sterkste Potentaat ter zee worden. Het
scheen voor een oogenblik, dat de droom van
vele Amerikanen zou bewaarheid zou wor
den. namelijk, dal Amerika de alleenheer-
scher zou worden op de wereldzee. Gretig
namen toen de Continental* mogendheden
het voorstel van vlootbeperking aan, omdat
zij er eerder bij winnen dan verliezen kon
den onder de toen voor hen ongunstige om
standigheden. Hel nieuwe middel van
Coolidge de vorige maand voor een uitbrei
ding dier beperking is met minder geest
drift ontvangen. Het is niet mijn bedoe'ing
in dit schrijven het voor en tegen van deze
beperking-voorstellen te overwegen, omdat
ik vermoed, dal u daarover wel in voldoende
male door de pers zult ingelicht zijn. Maar
naar aanleiding hiervan heb ik gelegenheid
gehad om op te merken, dat de geschiedenis
van de Amerikaansche vloot met zeer veel
noodlottige gebeurtenissen doorweven is. Zij
heeft met ontzettend veel tegenspoed te
kampen gehad, veel meer dan eenige andere
zeevarende mogendheid. Bonze tongen heb
ben natuurlijk herhaaldelijk gerept van
Amerikaansche onbekwaamheid, nalatigheid
en andere gebreken, die allerminst het
Amerikaansche volk eigen zijn. De oorzaken
van deze noodloltig* rampen, waarover ik
het hebben zal. zijn moeilijk te bepalen. De
feiten zijn deze Uitgezonderd de mijn-vis-
scherijon van 1919 in dp Noordzee, doch met
inbegrip van het luchtschip de Shenandoah,
heeft de Amerikaansche marine na den we
reldoorlog niet minder dan 46 ongelukken
geleden. Daarvan hebben 16 rampen be
trekking op torpedojagers, 19 op onder-,
zeeürs; al de andere zijn ontijdige kanon
ontploffingen, het spoorloos verdwijnen
van een schip en route naar het verre
Oosten, groote schade toegebracht aan twee
kruisers, en de ontploffing van de kruit-»
magazijnen in Lake Denmark. Daarbij scho->
ten 259 man bet leven er bij in; do be
manning van 43 koppen werd als vermist
geboekt, toen de „Conestoga" niet meer
opdaagde, 150 verloren het leven bij do
ontploffingen. 29 bij de torpedojagerrampen,
39 bij de onderzeeërbotsingen en 14 bij het
verongelukken van do Shenandoah. Als
deze lange lijst van noodlottige gebeurte
nissen ter sprake komt, dan wordt de
ernstige vraag gesteld of deze ongelukken
hadden voorkomen worden, of dat zij moe
ten aanvaard worden als een noodzakelijk
kwaad. Is het onbekwaamheid van de ge
zagvoerders? Het moet evenwel gezegd
worden, dat deze ongelukken plaats grepen
terwijl het bevel gevoerd werd door zeer
hoog aangeschreven officieren, die een
lange ervaring achter den rug hadden. A1-.
leen langs een doornigen en langen hierar-»
chieken weg bereikt men in de Amerikaan
sche marine hooge rangen. Men mag dus
aannemen, dal deze rampen, zonder te rep
pen van een paar geschamperde boegen,
eenige schrammen en wat ontvelde duimen,
deze bijna moeten toegeschreven worden
aan abnormaliteiten, hetzij van oordeel of
taktiek, oftewel gerangschikt worden onder
de eenigszins onbepaalde klassificalie „niets
aan te doen".
Bovendien mag niet uit het oog verloren
worden, dat Amerika een jonge natie is en
niet zulk een lange historische ervaring in
zeemanswezen achter den rug heeft als En
geland, Frankrijk, Holland, hoewel ik moet
toegeven, dat naar verhouding Japan veel
minder ongelukken heeft dan Amerika. He
ontwikkeling van het scheepvaartwezen
heeft den ouden zeekapitein op den achler-
grond geschoven. De zeeofficier van de
Twintigste Eeuw moet een eerste klas inge-»
nieur zijn, en zijn „heldenmoed" vooral ge-»
meten worden naar zijn technische kennis
en bekwaamheid.
Als men bij de Amerikaansche vlootoefe-,
ningen een rij hooge, majesteitelijke dread
noughts door de golven van een wilde zee
ziet klieven, de lichte kruisers aan beide
flanken naar voren schieten, de zigzag-be
wegingen- van de snelle torpedojagers, het
geheimzinnig opduiken en wegzinken van
de onderzeeërs, de acrobatiek van de vlieg
tuigen boven deze stalen trein van Oceaan-»
ploegers, dan moet men wel lot de overtui-»
ging komen, dat zee-oflicieren in dezen mo
dernen tijd vooral behooren te zijn, zeer
knappe en competente strategen en technici.
Het kan dan ook geen groote verbazing wek
ken. dat in dit ingewikkelde vraagstuk een
kleine fout sluipt, die noodlottige gevolgen,
met zich brengt. Volmaaktheid is gepn men-»
schelijke eigenschap, en zee-officieren wor
den ook onder on 9 gerecruteerd. Er ra re hu-
manum est!
Ilct moreel van de Amerikaansche vloot
staat goed aangeschreven. Toen een paar
jaar geleden bij Honda Point zeven lorr«do-
jagers op de Californische kustrotsen te r let
ter gejaagd werden, was het dank zij het
heldhaftig gedrag van de manschappen, dat
er slechts 22 menschenlevens le betreurn
waren in plaats van 800. Er hing een zware
mist dien dag. De bevelvoerende offiei r
had de opdracht om zijn divisie op bepaal
den tijd voor anker te brengen, en voor de
eerste maal in zijn kapiteinsleveri verliet hij
het pad der voorzichtigheid, versnelde de
vaart en joeg de schepen naar den onder
gang.
Toen het kruit ontplofte op de Missis
sippi". hetgeen bijna den dood bracht aan de
gansche bemanning, bleven de manschap
pen in de kruitmagazijnen op hun post n!o-
ten de toegangen af om de vlammen buiten
te houden en deden al het mogelijke om de
kniitvonken. die toch nog doordrongen uit
le dooven. Een hunner stak zijn stervende
hand uit om den hefboom van den Mus- -
scher over te trekken. Zoodat het water kon
binnenstroomen en voorkwam zoodoende,
dat verscheidene honderden ponden kruit in
brand schoten, die als dat gebeurd zijn, de