GELDKONINGEN. Na. 20493 LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 8 Januari Tweede Blad Anno 19£7 BINNENLAND. FEUILLETON. dagelijksch bestuur, de heeren dr. N. M. Jo sephus Jitta, mr. J. II .de Crane en kape laan H. A. C. M. Wennen, bij acclamatie herkozen. Het verslag" der handelingen over 1925 van den eersten secretaris-penningmeester werd voor kennisgeving aangenomen. Mr. .T. H. de Crane werd gedechargeerd voor zijn financieele beleid. In 1926 werden ruim 3700 kinderen uit gezonden. waarvan 332 naar het kinder kamp te Didam. OFFICIEELE BERICHTEN. Bij Kon. besluit is eervol ontslagen als Hijksveeteeltconsulent ir. J. G. Tukker te 's-Gravenhage en is hij benoemd tot Rijks- pluimveeteeltconsulent zijn benoemd tot officier van justitie bij de rechtbank: te Arnhem mr. E. J. H. M. van Ryckevorsel, Ihans te Roermondto Roermond mr. A. F. M. Steenberghe, thans te Winschoten; te Winschoten mr. E. H. Hijmans, thans substituut-officier van justitie bij de rechtbank te Alkmaar; tot raadsheer-plaatsvervanger in het gerechts hof te Arnhem, inr. H. C. van Kleffens, oud-griffier van justitie bij de rechtbank te Arnhem; is benoemd voor drie jaar in de Commis sie voor het muntwezen tot lid-voorzitter dr. E. Cohen, hoogleeraar in de wis- en natuurkunde te Utrecht; tot lid-secretaris dr. F. van Romburgh, hoogleeraar in de chemie te Utrecht; tot lid mr. dr. C. A. Ver-1 rijn Stuart, boogleeraar te Utrecht; is op verzoek eervol ontslagen met dank A. G. v. Wilzinger, adm. bij het Dep. van Financiën als voorzitter der Bijzondere Commissie van Overleg Yoor ambtenaren bij de directe belastingen en der registra tie enz., en zijn benoemd in die Commissie tot voorzitter,J. B. v. d. Dries, belasting- directeur te Rotterdam; tot lid W. J. P. R. v. Ebbenhorst Tengbergen, idem te Utrecht; lot plaalsv. lid A. W. Uda. hoofdinspecteur der directe belastingen Rotterdam. DE VLEESCHKEURINGSWET. De Minister van Arbeid heeft aan Gedepu teerde Staten der provincies medegedeeld, dat de overgangstermijn van vijf jaren, be doeld in art. 47 der vleeschkeuringswel, 31 Mei 1927 afloopt. Naast veel belanghebbenden, die hun in richting reeds in overeenstemming met de gestelde eischen hebben gebracht, zijn er ook die dit nog niet hebben gedaan. In verband hiermede verzoekt de minister de gemeentebesturen uit te noodigen de be langhebbenden er op te wijzen, dat hun in richtingen aan de gestelde eischen op dien datum moeten voldoen. Daarbij ware in het bijzonder nog de aandacht te vestigen op de gemakkelijke overgangsbepalingen van de art. 12 en 13 van het koninklijk besluit van 10 Juli 1926, Staatsblad no. 233. Het ligt in zijn bedoeling de wet ten deze aanvankelijk met eenige soepelheid toe to passen. Met name ziet de minister er geen bezwaar in. dat de particuliere slachterijen en andere particuliere inrichtingen, genoemd in art. 19 der vleeschkeuringswet, in di-? gemeenten, welke op 1 Juni 1927 besloten zullen hebben tot den bouw van een open haar slachthuis, onveranderd blijven, in af wachting van de ingebruikneming van dat slachthuis. Ook ligt het in 's ministers bedoeling on- j gehinderd te laten die particulieren, wier inrichtingen op 1 Juni 1927 nog niet aan de gestelde eischen voldoen, doch die op dat tijdstip ernstige plannen hebben, hun in richtingen te verbouwen op zoodanige wijze, dat daaruit blijkt, dat het hun bedoeling ;s deze inrichtingen binnen redelijken tijd in overeenstemming (e brengen met de ge stelde eischen. Z.-H. BOND VAN VEEHANDELAREN. De Zuid-Hollandsche Bond van Veehan delaren heeft gisteren te Rotterdam zijn al- gemeene vergadering gehouden .De voorzit ter van den Ned. Bond van Veehandelaren, de heer A. Trompetter, heeft er een rede go- houden, waarin hij o.m. heeft gewezen op de exportmogelijkheden, die voor ons lan-1 op het oogenblik slecht zijn te noemen. Voorts merkte hij op dat het mond- en klauwzeer afnemende is. De gegevens, die daaromtrent den laalslen tijd binnen komen, geven reden lot blijdschap. Van de werf van de Amsterdam Lentsch Jr. liep Dinsdagmiddag Maarten de Wit en Doedes gebouw volg te water. Een ioto van het de a.s. intern, zeilwedstrijden te vordedigen. In den inzet: links in (eigenaar). In den inzet: rechts (eigenaar). In den inzet: in het Vries Lentsch Jr., (bouwer sche Scheepswerf G. de Vries het voor rekening van de heeren de acht-meter-jacht met goed ge- achtmeterjacht ..Hollandia" dat op Genua de Hollandsche kleuren zal den hoek de heer Maarten de Wit, in den hoek de heer L. Doedes midden onderaan de heer G. de van het nieuwe 8-M.-jacht). De voorzitter van den provincialen Bond, de heer De Haas, noemde in zijn overzicht het afgeloopen jaar pen ongunstig jaar voor den veehandel. De beperkende bepalingen op den invoer van Hollandsch vleesch, inge steld door de regeeringen der ons omrin gende landen, belemmerden den export ten zeerste. NIEUW VER-DRAGEND VELDGESCHUT. Het Haagsche A neb-kanfoor vernepmt, dal het nieuwe zeer ver-dragende veldge schut van 10,5 cM. L (40), bestemd voor het leger hier te lande, bij de firma Bofors te Zweden is besleld. HET ZESDE TEHUIS VAN „PRO SENECTUTE" GEOPEND. In de iwee heerenhuizen aan de Vondel straat (No. 35) te Amsterdam, waarin tot korten tijd geleden de R.-K. Meisjes-H. B S. der Zusters Franciscanessen was gevestigd, heeft de vereeniging „Pro Senectute" haar zesde tehuis voor bejaarde lieden uit den „beteren" stand, die financieel niet meer in slaat zijn om zelfstandig te wonen, geopend. De voorzitter van „Pro •Senectute", mr. J. Everts, heeft daarbij 'n toespraak gehouden. HET CADEAUSTELSEL. De Rolterdamsche Kamer van Koophan del en Fabrieken heeft met 22 tegen 3 stemmen besloten een subsidie van f 1250 te verleenen aan het comité van actie tot bestrijding van bet cadeau-stelsel en daarbij het vertrouwen uilgesproken, dat het comité alleen de uitwassen van het cadeau stelsel zal bestrijden. De Minister van Waterstaat heeft lot tweeden plaatsvervanger van het lid van den Spoorwegraad dr. F. E. Poslhuma tot 14 December 1929 benoemd S. Wouda, direc teur van de Nederlandsche Tnstrumenten- en Electrische Apparaten-fabriek Nieaf te Utrecht. Onder groole belangstelling heeft de heer P, J. de Kanter, voorzitter van het Alg. Ned. Verbond, gisteren te Den Haag het Slaminuseum geopend. De audiënties van den minister van Onderwijs en van Marine zi Hen Maandag a.s. niet plaats hebben. -8- UIT NED. OOST-INDIë. WAAR DE VERBANNEN COMMUNISTEN HEENGAAN. De „Tel." geeft nog eenige bijzonderheden over het volkje der boven-Digoel-streken, dat straks „gastheer" zal moeten spelen voor de verbannen communisten. Pater Vertenlen, de welbekende missio naris in Zuid-Nieuw-Guinea, heeft jaren geleden eens met den assistent-resident Van Ilaaslert en een troep politie-soldatcn een tocht gemaakt naar dat eenzame ge bied, van uit het plaatsje Assike, dat er als het ware de toegangspoort toe vormt De lieden rondom Assike, zoo vertelt hij ongeveer in zijn verslag van dien tocht, zijn nog wel menscheneters. maar toch reeds „tam" door de nabijheid van ons be stuur. 't Is een uiterst schuw, vreesachtig volkje, vóór onze komst blootgesteld aan de vreeselijkste koppesnellerstochten der kust-Kaja-Kaja's, die in hun prauwen de Digoel-reis maakten om hier de nederzet tingen uit te moorden. Zoodoende zijn de Assike-ers er toe gekomen hun huizen te bouwen in boomen of op palen van wel 8 10 M. hoog, waarin ze betrekkelijk veilig waren, tot de Kaja-Kaja's op 't idee kwamen om die hooge nesten met brand- pijlen te beschieten en zoodoende de bewo ners te dwingen er uil te komen! De bewoners der bovenstreken zijn heel ander» dan die veelgeplaagde Assike-ers. Kwiek, stevig, ineengedrongen, schichtig rondkijkend, immer waakzaam, immer ge wapend, zijn ze we! het oertype van den echten primitieven oerwoudbewoner. Het zijn menscheneters uit principe; een smakelijk boutje van den „homo sapiens" CHRISTELIJKE ZEELIEDENBOND. De algemeene vergadering. De Christ. Zeeliedenbond in Nederland Vergaderde in het gebouw Volksbelang te Bcheveningen, onder presidium van den heer J. van der Steen van Voorburg. De voorzitter opende de vergadering ïnefc het doen zingen van Ps. 25 8 en JO en gebed. Daarna hield spr. de openingsrede. Hij wees er op, dat deze jaarvergade ring in het teeken van soberheid staat. Allereerst hangt de zwarte schaduw van 'den laatsten October-storm over onzen ar beid, daar wij thans, meer zelfs nog dan in die droeve dagen, staren op de ledige plaatsen en wij eerst nu het gemis van onzen onvergetelijken vriend Penning m den kring van ons Hoofdbestuur gevoelen in haar vollen omvang. Dan trekken verder onze aandacht de bedrijfstoestanden, die er ook niet naar zijn om ons hoopvol op de toekomst te werpen. Met uitzondering van het Stoomtrawler- bedrijf, dat, hoewel het misschien aan alle verwachtingen niet voldaan heeft, toch be vredigend geacht kan worden, zien we daar, waar we onze afdeelingen aan de Zuiderzee hebben, het bedrijf wegsterven. Dit moge verdediging vinden in groo- tere belangen die hierbij op het spel staan, niet tegen te spreken is, dat onze Zuider- eeevisschers worden ten offer gebracht op bet altaar dat men belieft te noemen ,,het algemeen belang." Richten wij voorts onze blikken naar die Kfdeelingen, waar de visscherij op de gar nalen de bron van inkomsten is, dan ook ©vervalt ons hier een gevoel van somber heid, omdat de vangsten zoo abnormaal Igering zijn geweest, dat zelfs bij een be hoorlijken prijs van het product, onze vis- zchers geen behoorlijk bestaan hadden. Dan richt ons oog zich op bot haring- yisscherijbedrijf. Het bedrijf, waarin de meeste onzer leden hun brood trachten te verdienenmaar helaas, voor het over- groote deel althans hebben ze dit niet kun- pen vinden. Steeds donkerder teekent dit bedrijf zich Voor onze oogen af en mot een angstig hart wordt de toekomst tegemoet gegaan. Onomstootelijk schijnt vast te staan a at bet zeilschip zijn tijd gehad heeft en om vorming van het bedrijf de eenigste weg* toeschijnt-, die \oot de opvarenden eenigen waarborg biedt voor een bescheiden stukje brood. Het aantal schepen dat aan de haring- visscherij deelneemt, neemt gestadig af, waardoor het werkeloozenvraagstuk steeds ernstiger karakter gaat vertoonen in die plaatsen, waar het bedrijf zich aan de veranderde toestanden niet heeft weten aan te passen. Het centralisatie-proces, dat voorzeker ook zijn eigenaardige bezwaren en moeilijk heden medebrengt, schijnt een onafwijs bare eisch des tijde geworden te zijn. Zoolang we hier niet overheen zijn, zal het steeds moeilijker worden, om de ar beidsvoorwaarden op te voeren, tot aan het redelijke. Verblijdend mag genoemd worden, de energie van vele onzer menschen, die in een ander bedrijf trachten werk te vinden. Daardoor wordt de groep onzer koop vaarders, het moge dan met geen reuzen sprongen gaan, steeds grooter en wijzen zelfs de voorteekenen bij een enkele af- deeling er op, dat dit aantal overwegend zal worden. Ten slotte stelt de financieele toestand onzer Werkloozenkas, mede door de treu rige bedrijfsuitkomsten, ons voor gToot© moeilijkheden. We hebben reeds meerma len gewezen op het onsociale van ons Werkloosheids-verzekeringssysteem, maar het zal niet baten daar thans diep op in te gaan. De voorzitter verwelkomde voorts den vertegenwoordiger van het Chr. Nat. Vak verbond, waarna de jaarverslagen aan de orde kwamen. Het jaarverslag van den secretaris vangt aan met teleurstelling uit te spreken over Geautoriseerde vertaling naar het Engelsch van E. PHILIPS 0PPENHE1M. door W. M. D. SPIES—VAN DER LINDEN 33) „Natuurlijk zal ik niel blijven," ant woordde Virginia," steeds met luider stem. „Voor wat ter wereld, zou ik blijven als de man nog dagen lang niet terug komt. Ik ga heen vóór de politie kan komen. Bel als 't u blieft af." „Ik weet niet wie u bent," kwam de stem weer, maar ik zal 't aardig gauw le weten komen. Je zult haast moeten maken, mijn vriend, als je weg wilt komen. Ik zal den portier opbellen." Virginia wierp den hoorn neer. Zij bleef een oogenblik voor den spiegel staan alsof zij haar hoed goed zette in werkelijkheid om den luisteraar tijd te geven naar zijn schuilplaats terug'te gaan. Toen liep zij, nvt bonzend hart ferm naar de deur. Zij opende die moedig. Het kleine portaal was leeg, de deur van de kamer aan de overzijde, die dicht was geweest, toen zij kwam, stond nu op een kier, maar er was geen levende zier te bekennen. Zij opende de deur, die naar de gang en naar de bevrijding voerde. Zij merkte nu voor 't eerst, dat de sleutel aan de binnenzijde stak Zij nam 'm er uit. ging naar buiten, sloot de deur en bevond zich veilig in de gang. Verschillende gedachten vlogen haar door het hoofd. Zij had de deur joaar aan de fcui(enzijde af te sluiten, om het feit dat de afschrijving vah leden zoo groot is, om daarna met weemoed de jong ste zeerampen en hun gevolgen te memo- reeren. De bond telt nu 1619 leden tegen 1599 in heb voorgaande jaar, waarvan er 933 in den Zeeliedenbond en 696 in den Zeemans bond (de organisatie zonder werkloozen kas) georganiseerd zijn Tegen 523 inschrij vingen staan 503 afschrijvingen van leden. Totaal heeft de bond nu 18 afdeelingen en 4 correspondentschappen. Buiten de ver liezen cfoor de jongste rampen, verloor de bond 3 leden door den dood. Aan het financieel verslag ontleenen wij, dat de verlies- en winstrekening sluit met een eindcijfer van f 44.901.96. Er is een batig saldo in kas van f 5268.03. De verslagen werden na eenige discus sie goedgekeurd, waarna de heer D. v. d. Niet rapporteerde namens de commissie van controle. Als nieuwe leden dezer com missie werden gekozen de heeren Joh. v. Veelen van Pernis en J. Verzijden van Maassluis en als hun plaatsvervangers A. v Dijk van IJmuiden en C. Taal, van Scheveningen. Gisteravond hield d». J. de Waard, uit Rjjnsburg, een rede, waarna ee© geheime zitting plaats had. ROTTERDAM ZETEL VAN DEN RUSSISCHEN GRAAN-EXPORT. De Russische sovjet-regeering heeft, naar het Dagbl. v. Rotterdam meldt, voor den export van graan een Naamlooze A ennoot- schap gesticht, waarvan de hoofdzetel te Rotterdam gevestigd is. Deze vennootschap zal, naar het blad ver neemt, zich vestigen in het nieuwe kantoor gebouw van de Amsterdamsehe Bank aan den Coolsingel. De Russische regeering heeft reeds eenige jaren lang in ons land en speciaal te Rotter dam een uitgangspunt gezocht voor haar graanvcrschepingen. Wat tot dusver op initiatief van de sovjet- regeering aan graanexport naar Rotterdam heeft plaats gehad, is geschied onder directe controle van Moskou. Kopenhagen schijnt als distributiepunt niet aan de verwachtingen beantwoord te hebben, zoodat het zoo goed als zeker is, dat de Russische regeering de Deensche hoofd stad als uitvoerstation verder zal uitschake len. Waar gebleken is dat Rotterdam een uit stekend afzetgebied voor het Russische graan is, heeft de sovjetregeering besloten daar een vasten zetel te vestigen. De zaken, welke ze er tot dusver gedreven heeft, zullen belangrijk worden uitgebreid. Daartoe is dezer dagen opgericht een Neder landsche Naamlooze Vennootschap met een niet al te groot kapitaal, omdat Moskou blijkbaar eerst eens wil zien, hoe groot het afzetgebied in de naaste toekomst zal zijn. KINDEREN NAAR BUITEN. De Centrale commissie voor uitzending van Nederlandsche kinderen naar buiten, heeft dezer dagen onder leiding van haar eersten voorzitter, dr. N. M. Josephus Jitta, te Utrecht haar jaarlijkschg vergadering ge houden. De voorzitter herdacht de groote verdien sten van dr. G. A. M. van Wayenburg °n den oud-hoofdinspecteur van de volksge zondheid G. Oostorbaan, in 1926 overleden. In hun plaats zijn benoemd tot leden der centrale commissie mevrouw de wed. dr. G. A. M. van Wayenburg-Povel, lid van het plaatselijk comité te Amsterdam, en mevr. dr. Chr. Bader, inspectrice van de volksge zondheid te Arnhem. Het hoofdbestuur der Nederl. maatschappij tot bevordering der geneeskunst heeft in plaats van den heer Oosterbaan als vertegenwoordiger in de cen trale commissie aangewezen dr. A. J. A. Thomas te Baarn. De periodiek aftredende leden, de heeren dr. N. M. Josephus Jitta, mr. J. II. de Crane, mevrouw A. BlomLoyens, zuster S. C. B. Nieboer, de heeren A. S. Onderwijzer en H. C. van Ruyven, werden herkozen. Op voor stel van het dagelijksch bestuur werden tot nieuwe leden benoemd mevrouw S. van den BerghWilling te Wassenaar en arts J. A. Pulfo, w.n inspecteur van de volksgezond heid te 's-Gravenhage. Op voorstel van ds. E. W. ten Oever wer den de periodiek aftredende leden van het hulp te roepen en de man, die met haar op Norris Vine's terugkomst gewacht had, zou in de val zitten. Zou daar eenig voordeel aan verbonden zijn? Zou zij zichzelf vrij kunnen pleiten? Met tegenzin kwam zij tot het besluit, dat het beter was, hem vrij te laten gaan. Zij belde om de lift en bleef toen met gespan nen blik de deur, die naar Norris' apparte menten voerde, in 't oog houden. Wat te doen, als die open zou gaan voordat de lift kwam! Zij belde weer, hield haar vinger op het knopje; toen hoorde zij, tot haar groote opluchting, het knarsen van de stalen kabi- len zag zij den bovenkant van de lift opstij gen. Haar portaal was bereikt en de lift- jongen wierp de ijzeren deur open. Bijna op datzelfde oogenblik zag zij de deur van Nor ris Vine's appartementen langzaam open .gaan. Zij zonk neer op de kussens van de bank. „Naar beneden, alsjeblieft 1" zeide zij en de lift begon te dalen. Zij was veilig. Zij wendde zich tot den jongen. „Komt mijnheer Vine gewoonlijk rnet deze lift naar boven?" vroeg zij. „Altijd 's avonds laat, juffrouw," ant woordde de jongen. „De andere lift gaat na elven niet meer." Zij bereikte de vestibule. De portier opende de deuren en zij ging naar buiten. Zij stak den weg over en bleef toen dood stil staan. met den blik op den ingang geves tigd. ijf. tie»n minuten verstreken, toen kwam er een man uit in „evening dress met een hoogen hoed op en een witte das om den hals. Hij rookte een cigaret en had een stok in de hand met zilveren knop. Vir ginia stak den weg weer over en zich met de menigte voort bewegend, bleef zij op een paar meter afstand yan hem. Hij ging naar den rand van het trottoir en riep een taxi. „Clandge Hotel," zei hij, „zoo snel moge lijk!" Zij kreeg een schok .Niet alleen had zij de stem herkend van den mam, die 's middags in 't café achter haar gezeten had, maar zij wist opeens, dat dit ook één van de drie mannen was. die nog slechts een uur zo>- wat geleden tegenover haar zaten te eten!" HOOFDSTUK IX. Ondankbaarheid. Norris Vine stond in 't midden van de kamer met zijn hoed nog op en zijn jas over zijn arm. Voor hem stonden de portier en de nachtwaker van het gebouw. „Tien minuten geleden waren er vreemde menschen in mijn kamers, menschen die hier niets te maken hadden. Ik heb er het stellige bewijs van. Heeft iedereen, die wil, het recht om dit gbouw binnen te komen en de lift te gebruiken en elk appartement, dat hij verkiest, binnen te gaan?" „We kunnen geen detectives in onzen dienst nemen," antwoordde de portier en iedereen, die hier woont, ontvangt bezoeken. Er werd zacht op de deur geklopt en bijna dadelijk daarop werd die geopend. Virginia kwam binnen en begreep oogenblikkelijk Ie beteekenis van wat zij voor zich zag. ,.U verlangt zeker een verklaring van dat telefoongesprek." zeide zij rustig. „Ik hen gekomen, om u die te geven. Indien u deze menschen weg wilt zenden, zal ik alles uit leggen." Norris Vine keek vol verbazing naar haar. Haar gezicht leek hem bekend, maar hij kon haar toch eerst niet thuisbrengen. De (wee mannen, die Vine aan het ondervragen was, waren maar al te blij, dat zij gelegenheid kregen, le vertreden, .ji ..Kan ik hieruit opmaken," vroeg Vine, „dal het uw stem was, die ik door de tele foon hoorde?" ..Dat kunt u," zei Virginia ,..en u mag °r mij wel heel dankbaar voor zijn. Ik weet niet of ik er verstandig aan deed, maar ik ben volkomen zeker, dat ik uw leven gertd heb." „Als dat het geval is," merkte Vine met een ongeloovigen glimlach op, „dan mag ik u tenminste wel een 9loel aanbieden." Virginia ging zitten en sloeg haar 9luier op „Kent u me niet meer?" vroeg zij. „ik ben 't nichtje van Phineas Duge." ..Ik herinner me u heel goed," antwoordde hij. „u hebt eens op een avond mei uw oom bij „Sherry" gedineerd." Zij knikte. „Dat is zoo," zeide zij. ..Ik heb u sedert enkele dagen gezocht. Feitelijk kwam ik naar Londen, om u te spreken." „Dat klinkt wat geheimzinnig," merkte hij droogjes op. „het feit in aanmerking ne mende. dat ik nog niet het genoegep heb ge had. kennis met u te maken." „Er is niets geheimzinnigs in," antwoord-*- de zij. ,.U hebt gestolen goed ontvangen. Mijn nich'je Stella stal papieren uit mijn oom's studeerkamer en gaf ze u. Door mijn onoplettendheid konden ze gestolen worden. Als ik ze niet terug krijg, is mijn leven ver woest." „Ga verder." zei Norris, „u bent niet klaar met vertellen," „Neen," zei Virginia, „dat hen ik ook niet. Ik volgde u naar Engeland om die pa pieren terug te krijgen, hetzij door diefstal, hetzij door een beroep op uw eergevoel te doen, of een •*'Vr middel, dal ik zou be denken, Ik oniüc&.e bij toeval, dat ik niet de eenige Amerikaan in landen fcen, die hier op zoek naar u wa9. Vanmiddag hoorde ik in een café in „Regent Street" een gedeelte van een afspraak tusschen twee mannen, onbekenden voor me, maar die blijkbaar alle twee tol de slotsom waren gekomen, dat dit bijzondere papier nog wat meer waard was dan uw leven. Van hen hoorde ik uw adres. Uw dienaar moet een handlanger van hön zijn, want zij wislpn precies, wat u van avond doen zoudt. Ik hoorde hen met elkaar afspreken, hier te komen en ik wist. waar dat op uit zou loopen. Ik besloot hun vóór te zijn. Het was niet uit eenig gevoel voor u, maar alleen, omdat voor mij alles ver loren zou zijn, als zij het stuk in handen kregen. Daarom kwam ik hier om u te waar schuwen, maar nauwelijks was ik er, of ik merkte dat iemand anders, die heel andere bedoelingen had. ook binnen kwam. We wachtten en wachtten ik in de zitkamer, hij in die slaapkamer. Ik hield mij of ik niets wist van zijn aanwezigheid. Hij scheen er genoegen mee te nemen, mij le negeeren. Terwijl ik mij afvroeg, hoe ik u moest waar schuwen. belde de telefoon. Tk nam den hoorn en u was 't. die sprak Toen kwam ik op 't idee. om een denkbeeldig gesprek mri u te voeren, dat den man, die luisterde, er toe zou brengen, heen te gaan. Ik deed he en hij ging weg Het moet als vrepselijke onzin voor u geklonken hebben, natuurlijk, maar het was de eenige manier, die ik be denken kon, om hem weg te krijgen Hij was overtuigd, dat u hier vannacht niet meer zoudt komen." „Weet u wie 't was, die man?" vroeg Vine. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 5