Humor uit het Buitenland.
Het College van Zetters
VARIA.
Kroegbaas; Zeg, heeft die rum die 'k je meegaf, je vrouw
van der vorkoudheid afgeholpen
Klant; Daar was geen kans op; ik vatte zeil kou onder.
VG£- /I
(London Opinion).
Moeder: Maar waarom lig jij in bed, Annie? Jij bent toch
nicI stout geweest, zooals Betty.
Annio: rk ben uit mezelf naar bed gegaan, 't Is een sym
pathiestaking. (Humorist).
Muoder; - boei, Wim, om met je zusje te kibbelen op Zon
dag. Laat me nooit meer hooren dat je Marietje een kat noemt
'm: - r.eei «T1 moesje, maar de eerste keer dat ik eun
kat zie, zal ik Marietje tegen hem zeggon. (Passing Show).
Boor: Zeg, Harm, ze vertellen me, dat de dokter vijf ste
ken in een van je wonden heeft moeten naaien, na die vecht
partij met Krelis.
Harm: En hebben ze ook verteld, dat ze voor Krelis een
naaimachine noodig hadden7 (Humorist).
Schedelkundige: Ahl Deze stcrkontwikkelde knobbel
wijst op voorzichtighpid!
Onderzochte: AvwJ (J hebt gelijk. Daar timmerde oen
struikroover me op m'n hoofd, omdat ik m'n porU*fe"»lie had
thuisgelatenl (Lite).
En waarom noem je het „de spooktrein Piet
Omdat ik hem zoowat niet te zien krijg. (Passing Show).
door het militaire muziekcorps. 9.50
6 20: Concert door de Steiner-kapel. 7.50:
Populair orkestconcert. Orkest en F. Bau-
mann, tenor. 9.5011.50: Dansmuziek.
Langenherg (4684 M. (proef-uitzending).
10 5012.20: Requiem voor 8 cello'9 en
klein orkest, Popper. 3.505.20: Orkest
concert. 7.208.50: Concert door het
groote orkest.
Hamburg (394.7 M.) 7.50 T.m. Nieuw
jaarsconcert, Posaunenkwartet v. h. Bremer
symphonieconcert. 12.25: Nieuwjaars
concert. 1.052.10: Kamermuziek.
3 505.50: Orkestconcert. 7.2011.15:
Nieuwjaarsconcert door het versterkte or
kest.
Münster (241.9 M.) 12.50—1.50: Concert
door het Schoenmakerskwartet. 6.25
6.05: Lezing over Bach en Mozart met
illustr. op de piano. 8.651020: Dans
muziek.
Brussel (608.6 M.) 6.20—6.20: Orkest-
concert. 8.5010.60: Galaconcert, Mile.
Mergan, zang Om 9.60 onderbroken door
een vertelling: Le chien et l'oiseau.
VOOR ZONDAG 2 JANUARI.
Hilversum, 1050 M. 8.30—Ö.30: R.-K.
Omroep. Mej. Anny Seveke, sopraan, Frl.
Gizi Toth de Kisker, piano. Hr. F. Jan
sen, bariton. 1 Aria uit ,,Acis und Golta-
tia", Handel, sopraan. 2. Ave Verum Cor
pus, Mozart, bariton. 3. O, Jesu vol gena
den, Guido Gezelle, Andriessen, sopraan.
4. De heer J. Bakker spreekt over: Een
gave Gods. 5. Cor Jesu, Jansen, banton.
6. Jesu allerliefste Kind, Guido Gezelle,
sopraan 7. Lied van den Arbeid u. h. St.
Jozefs-oratorium, J. A. S. v. Schaik.
10.30: Dienst i. h. Geb v. d. Vrije Ge
meente te Amsterdam. Spreker: Ds. A.
Binnerts, Doopsgez. pred. te Haarlem. 1.
Orgelspel, 2. Lied 248 1, 2, N.P.B.-bun
del. 3. Gebed. 4 Tekst: Lucas 10 38—42,
over: Martha en Maria, 5, le deel toe
spraak. 6. Lied 200 1, 2, 5, 7, N.P.B.-
bundel. 7. 2e deel toespraak. 8. Gebed 9.
Lied 269 1, N.P.B.-bundel 10. Zegenbede.
11 Orgelspel. 1—2.30- Kamermuziek door
het Hollandsche trio. Betsy v Breemen—
Sohrik, viool. Sophie TabakspinderRoe
per, piano. Henk v. Wezel, cello 3
5 u.Middagconcert door het H.D.O.-or
kest, o.l.v Nico Tret-p Soliste. Mara Dy4.
hoorn, sopraan Aan d vleugel: Egb Veen.
5.30 n.m Dienst in de Ned. Herv. Keik
te Utrecht. Voorgunger ds. P. de Haas. 1.
Orgelspel. 2. Zingen: Ps. 113 13. 3.
Lezen Pred. 1. 4 Gebed. 5. Zingen: Gez.
250 4—7. 8. Preek over „Alles nieuw",
naar aanl. van Openb 21 3a. 7. Zingen:
Gez. 14 4. 8 Dankgebed. 9. ZingenPs.
103 3. 10. Zegenbede. 11 Orgel. 8 u.
Pers- ön sportberichten 8.10: V.A.R.A.
avond Mej. Tini Bosman, viool en alt
viool. De heeren: J. Bonda, piaDO. B Smit*
cello. P. G Prins, clarinet Mej. G. Hoo-
genberk, sopraan De heeren A v. Strien,
tenor. A Krelage Jr., piano Spreker: De
heer A. H Gerhard, lid van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal
Daventry, 1600 M. —3.50: Concert door
dr versterkte militaire band I. l'Anson,
sopraan. R Easton, bas 5.60: Het be
roemde gedicht „The ancient manner",
voorgelezen door J. C. Squire - 6 05: Om
roep: The British red cross society and
order of St John Hospital Library.
6.08: Causerie Fifty years of Uganda. -
6.50- Dienst in de St. Outhbert's kerk
Edinburgh - 8.05 Kerstdienst id de St.-
Phillip's kerk Liederen door blinde mu
sici en dichters 8 30 Studio-kerkdienst
9.15: Oproep: The Royal mineral water
hospital. Bath 9 20 Weerber meuwa.
9.35 Strijkmuziek. O Haley, sopraan
Strijkorkest. 10.30—10.50: Orkestmuziek.
Parijs „Radio-Paris", 1750 M. 1.05
2.10: Concert. Orkest en Hr Léoni, zang.
Hr. Schmidt, viooL Hr. Charcoucket, cello.
5.05—5.55: Dansmuziek door de Jazz
Symphonic. 8.5010.20: concert. Or
kest Mario Cazea en vocale solisten. Dans
muziek.
Königswusterhausen 1300 M. en Berlijn
484 en 666 M. 8.20: Morgenconcert.
Michaelkerkkoor en orgelbegel. 10.50:
Concert. Tonkünstler-orkest. 11.40: Max
en Paul, humoristen. 12.30: Concert.
W. Niemann, piano. M. Seeret v. Eyken,
alt. 3.50; Concert Etté, kamer-orkest.
7.20: „Die F.edermaus", operette in 3
acten vaD J. Strauss. 9.5011.50: Dans
muziek.
Langcnberg, 468.8 M. en Münster, 241.9
M. 6,509.50: „Der Freischütz", opera
in 3 acten, van C. M. v. Weber.
Hamburg, 394.7 M. 8.3510.20: Con-
oert (piano, orgel, viool, cello). 12 25
-1.05: Sylvcsterconcert. 1.051.50: Ka
mermuziek. 3 606.15: Dansmuziek.
7.20—9.40: Dansmuziek.
Brussel 509 M en Antwerpen 266 M.
8.5010.50: Orkestconcert om 9.50 on
derbroken door een lezing.
VOOR MAANDAG 3 JANUARI.
Hilversum, 1050 M. 12.00: Politieber.
3.304.00: Vrouwenhalfuurtje door
mevr. Rhémonda 6.006.00: Kinder
uurtje door mevr. Ant. v. Dijk 6.056 45:
Concert door het H. D. O.-orkest 6.45
7.15: Tuinbouw-halfuurtje 7.157.45:
Engelsche les voor beginners 7.45: Po
litieber. 10.00: Persber. 8.10: Vlaar-
dingsche Avond. 1. Harmoniever. „Concor
dia"'. dir L. v. d. Tand 2. Chistel Har
moniever „Sursum Corda", dir. Adr. J. de
Maare. 3. Strijkorkest „Beethoven" 4 Man
nenkoor „Orpheus", dir. P. v. d. Putten 5.
Christel, gemengde koorver „Excelsior", dir.
M Groeneveld 6 Gemengd koor „De Stem
des Volks". Dameskoor „Viviezza". dir. me
vrouw K. Verhoef. De heer Van Berkel,
xylophoon. Rede door den heer G. G. R009:
Enkelp woorden over Vlaardingen.
Daventry, 1600 M. 11 20: Concert door
hel Davenlrykwarlet en solisten (bariton,
viool, piano) 12.05: Vocaal concert
12.25: Daventry kwartel (vervolg). 1.20
2 20: Orgelconcert van de Southwark-Kathe-
draal. Vioolsolo's. 4 20: Concert door de
R. A C dansband 5 20: Causerie: A.
Scottisch tea table. 6.35: Kinderuurlje.
6.20 Orkeslconcert v h. Rialto-theater.
650: Weerber., nieuws. 7.05 Orkestcon
cert. 7.20 Literaire critiek. 7.35: De
48 preludes en fugues van Bach. Piano
muziek. 7.45. Causerie: January. 8.06:
James Bernard Een karakterstudie „Our
Partner", en een gouddelvers vertelling
8.20- Vroolijk half uurtje door de Metro
politan Police Minstrels 8.60: Vocaal
concert door Olive Carey. 9.05: „Key
board", muziek vaD Mozart. 9.20: Weer
ber., nieuws 9 35 Sir F. Dicksee.
9.60- „The axt9 league of service traveling
theatre", tooneelvoorstelling 10.20—
11.20: ,Orpheu9 and the Orphean". Voor en
tegen Jazz Causerie met muzik. ill. 11.20
12 20. Dansmuziek
Parijs .Radio-Paris". 1750 M. 10.50
11 20: Nieuws en muziek. 12.502 10:
Concert dooi het orke9t Gayina Mile. De-
monthy, zang 5 05555: Concert.
Piano- en vioolmuziek en gedichten voor
lezing. 9 0510.50- Fragmenten u. d.
operette „Mme Favart' Offenbach.
KönigswOsterhausen, 1300 M en Ber'ijn
484 en 566 M 1 50—7 20. Lezingen en
lessen. 7.50- Concert en Prof. Pelschni-
koff, viool 9 5011.50: Dansmuziek door#
de Kermbachkapel.
Langenberg, 468.8 M. 10.2011.50:
Orkestconcert. 3 506.20: Orkestcon-
cert. 7.359 05: Vioolconcert. Terese Sa-
rata, viool. Vioolconcert G-moll, Mendels
sohn. Dansmuziek.
Hamburg. 394.7 M. 11:50—1.20: Or
kestconcert.1.252.05: Kamermuziek.
3.354.20: Nieuwjaarsliederen. Orkest en
zang. 4.205 15: Liedjes bij de luit.
5.20550. Concert door de Sandor-kapel.
7.209.20: Rudolph Philipp-avond. Koor
zang.
Brussel, 509 M. en -Antwerpen, 266 M.
8.20; De Radio-Courant. 8.5010.50:
Operette-programma. Orkest en solisten.
Door den minister van Financiën is bij
de Tweede Kamer ingediend een wetsont
werp strekkende tot afschaffing van de col
leges van zetters voor de directe belastin
gen. Als dit wetsontwerp wet geworden zal
zijn, zal daardoor opgeheven worden de
wet van den vijfden April 1870, zooals die
gewijzigd is bij de wet van 2 October 1893,
terwijl alsdan nog een pnar andere wetten
en Koninklijke Besluiten buiten werking
zullen komen.
De reden, waarom de minister een einde
maken wil aan het bestaan dier colleges is
de bezuiniging. Blijkens de memorie van
toelichting toch op het bedoelde wetsont
werp eischen deze colleges jaarlijks van
den staat aan presentiegelden enz. een uit
gaaf van f 64.000. Terwijl de minister over
tuigd is, dat het practisch nut, dat het raad
plegen van deze colleges voor de belasting
heffing oplevert, niet opweegt tegen de ge
noemde uitgave. Waar bezuiniging aller-
wege op het staatsgebied vereisdht is, moe
ten dus de zetters tot het verleden gaan
behooren. Bovendien is de werkkring van
deze colleges sedert 1 Jan. 1920 zeer inge
krompen. Was de oorspronkelijke bedoe
ling, dat ze zouden dienst doen bij de aan
slagregeling van alle directe belastingen,
sedert genoemd jaar werden ze alleen nog
maar geraadpleegd op het stuk der grond
belasting. De opzet bij de instelling van
deze colleges is natuurlijk geweest om bij
de aanslagregeling ook het niet-ambte-
naars-element een stem in het kapittel te
geven. Maar nu is de minister van oordeel,
dat opheffing van deze colleges de heffing
der grondbelasting in geen enkel opzicht in
gevaar brengt, dat betreft dus de admi
nistratieve zijde. Terwijl de minister ervan
overtuigd is, dat van dezen maatregel even
min gevaar of nadeel is te duchten voor de
belastingplichtigen. Als nu zoowel het één
als het ander naar het oordeel van den
minister en de Kamers juist is, dan bestaat
er ook geenerlei bezwaar tot de uitvoering
van dezen bezuinigingsmaatregel, wt!!:e
ruim zestigduizend gulden in de schatkist
doet blijven.
Waar nu de Colleges van Zettere binnen
kort wel uit ons belastings-apparaat zullen
verdwijnen, willen we over deze colleges
hier een en ander zeggen, temeer -.vaar het
bleek, dat er nog menschen en heusch
geen onontwikkelden zijn, welke de be
doeling en den arbeid dezer colleges niet
kennen Voor bedoelde wet van 1870 dus
voorgoed in het archief geborgen wordt,
deelcn we onze lezere mede, wat deze wet
inhield.
De wet dan is verdeeld in een drietal
paragrafen. De eerste spreekt over de
samenstelling en inrichting van de colleges
van zetters en de benoeming der leden: de
tweede gaat over de vergaderingen en de
werkzaamheden der colleges, terwijl de
derde eenige bij de invoering noodige over
gangsbepalingen bevat.
Begonnen wordt dan met te constatee-
ren, dat in iedere gemeente een college van
zetters is, voor gemeenten beneden de
10.000 zielen bestaat zulk een college uit
vijf, voor grootere gemeenten uit zeven le
den, terwijl in nog grootere plaatsen meer
dan één college, welker aantal het bij de
wet genoemde maximum niet mag over
schrijden, benoemd konden worden en ook
benoemd zijn, terwijl deze colleges onder
ling haar werkzaamheden kunnen verdee-
len. De burgemeester der gemeente was
ambtshalve voorzitter dier colleges, maar
werd als zoodanig vervangen door een
hoofdambtenaar der directe belastingen,
wanneer het zaken betrof der (oude) belas
ting op het bedrijf en andere inkomsten.
De benoeming der leden geschiedde door
den Commissaris der Koningin in iedere
provincie voor den eersten October des
jaars uit één door den gemeenteraad bij
hem ingezonden lijst van tweemaal zooveel
personen als benoemd moesten worden. Bij
gebreke van een aanbeveling kon de Com
missaris zelf tot de benoeming overgaan.
Voor de grootere gemeenten (boven 10.000
zielen) bezat de Commissaris het recht in-
stede van den burgemeester een wethouder
of een lid van den gemeenteraad als voor
zitter aan te wijzen. De eenmaal benoemde
leden hadden zitting voor vier jaar, als
wanneer ze herbenoembaar waren.
De vereischten voor het lidmaatschap
waren: men moest dertig jaar wezen en in
het volle bezit zijn van burgerlijke en bur
gerschapsrechten, terwijl geestelijken, be
dienaren van den godsdienst, notarissen,
ambtenaren bij de Rijksbelastingen of bij de
gemeentebe^uren en militairen in werke-
lijken dienst niet benoembaar waren. De
zettere moesten voor de aanvaarding van
hun betrekking in handen van den voor
zitter van het college een eed afleggen,
waarin zij zwoeren bij de toepassing van
de wet nauwgezet en onpartijdig en volgens
het geweten te werk te zullen gaan. Tot
dusverre de paragraaf, die de samenstelling
en de inrichting der colleges regelde (art.
1 tot en met 9).
Omtrent de vergadering en de werk
zaamheden werd het volgende bepaald De
voorzitter roept al dan niet daartoe door den
bovengenoemden ambtenaar der Rijksbe
lastingen uitgenoodigd, zoo dikwijls hij dat
noodig oordeelt, een vergadering samen.
Deze ambtenaar was volgens het Kon. Be
sluit van 13 Mei 1870 de Provinciale inspec
teur der directe belastingen, sedert 1894
was dien9 titel directeur der directe belas
tingen enz. Deze ambtenaar was niet ver
plicht alle vergaderingen van het college
bij te wonen; hij behoefde dat slechts te
doen zoo vaak hij het wilde, terwijl de
rijksontvanger der directe belastingen der
gemeente uitgenoodigd kon worden door
den voorzitter of door den directeur om op
de vergadering aanwezig te wezen Het
college was dan behulpzaam bij het vast
stellen van de aanslagen voor de directe
belastingen en diende van advies op ver
zoek- of bezwaarschriften tegen opgelegde
aanslagen. Alle besluiten of handelingen
van de colleges van zetters, in strijd met
de wet of waartoe de wet hun geene be
voegdheid gaf. werden op vooretel van den
bedoelden rijksambtenaar door de Gedepu
teerde Stalen nietig verklaard.
Ziehier in groote trekken de inhoud van
bedoelde wet Gaan we nu nog een en
ander uit de desbetreffende Koninklijke Be
sluiten na. Datgene wat bepaald werd ten
opzichte van vacatie gelden, vergoedingen
en bureaukosten slaan we als zijnde van
minder belang over. Het spreekt vanzelf,
dat de arbeid der colleges van zetters niet
pro deo geschiedde, hetgeen reeds blijkt uit
het feit. dat de opheffing een bezuiniging
op de uitgaven van f 64.000 bewerkstelligt.
Dan blijft niet veel andere over dan wat in
de wet op de Grondbelasting omtrent de
zetters en hun werkzaamheden wordt ge
zegd. Immere sedert de invoering van de
Rijksinkomstenbelasting in haar nieuwen
vorm wa9 de taak der zetters bepaald tot
het behulpzaam zijn bij het vaststellen van
de waarde der in die belasting vallende
eigendommen.
Welnu, eerslens wa9 aan de zettere op
gedragen te schatten eigendommen, die
ontstonden, belastbaar werden of verande
ring ondergingen. Dit schatten geschiedde
dan door een rijksambtenaar der belastin
gen en een lid van het college van zetters,
welke te handelen hadden naar voorschrif
ten daaromtrent door deze wet aangegeven.
Deze schatting werd dan vastgesteld door
het 'college met den bewuslen ambtenaar.
Bij verschil van meening tusschen het col
lege en den ambtenaar besliste de Commis
saris der Koningin. Bij verzet tegen een
aanslag diende het college van zetters de
Gedeputeerde Staten van advies, gelijk ook
geschiedde bij verzet tegen een schatting
van eigendommen, waarvoor de belastbare
opbrengst eerst later geregeld of verhoogd
werd, gedacht werd aan ontgonnen woeste
gronden, drooggemaakte buitengronden enz.
We meenen thans voldoende gezegd te
hebben over het college van zetters, dat
binnenkort waarschijnlijk uit onze staats
machine verdwijnen zal. Laat ons de hoop
uitspreken, dat de minister het bij het
rechte eind heeft, als hij zegt. dat door deze
opheffing den belastingplichtige geen gevaar
ducht
De bliksemafleider.
Twee eischen moeten aan den bliksem
afleider worden gesteld: in de eerste plaatj
moet de metalen geleiding van den bliksem
afleider tot in den aardbodpm onafgebroken
aanwezig zijn Wanneer er een hiaat n,
wordt het gevaar door den bliksemafleider
vermeerderd in plaats van verminderd In
de tweede plaats moet er een goede en juist
geconstrueerde aardverbinding zijn Want
ook wanneer de aardverbinding gebrekkig is,
doet de bliksemafleider meer 9chade dan nut.
Het verdient de aandacht, dat toestellen,
die de noodlottige uitwerking van het on
weer van bepaalde plaatsen willen afleiden
niet pas sedert Benjamin Franklin bestaan,
doch sedert duizenden jaren bekend zijn.
Reeds de oude Egyptische priesters keuden
binnen bepaalde grenzen de wetten van den
bliksem. Zoo bevinden zich op den tempel
van Edsu twee opschriften, die vermelden,
dat de vier vlaggenstokken, die boven het
gebouw uitsteken, het onweer afwendden en
het gebouw beschermden De ingang van
dezen oud Egyptischen tempel, die meer dan
drieduizend jaar oud moet zijn, wordt be
schermd door twee hooge torens. Er bevin
den zich gleuven in het metselwerk die van
boven tot beneden loopen. In deze gleuven
bevinden zich geweldige houten masten die
aan den top met koper zijn beslagen en wim
pels dragen Het opschrift luidt hier ..Dit is
de hooge Pylonbouw van den God Edsu.
Masthoornen bevinden zich paarsgewijze op
hun plaats om het onweer tegeD te houden".
Ook op den tempel van Dendrah bevindt
zich een dergelijk opschrift dal van de naast
den tempel staande 3040 M hooge houten,
met koper beslagen en aan den bovenkant
toegespitste palen verklaart; „zij zijn be-
2—6