De Leidsche Burgemeester gaat heen. No. 20490 DONDERDAG 30 DECEMBER Anno 1926 OFFICIEELE KENNISGEVING STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws 1 van heden. LEIDSCH DAGBLAD 1 PRIJS DER AD VERTE NTIEN: J 80 Cta. per regel. Bij regelabonnement belangrijk (ageren prijs. Kleine Advertentiën, uitsluitend bij vooruitbetaling. Woensdags en Zaterdags 60 Ctabij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cta Bureau Noordelndspleln Telefoonnummer* voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postchöque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54 PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden t 2.35. per week70.18. Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18. Franco per post 1 2.35 portokosten. Dit nummer bestaat uit DRIE Bladen EERSTE BLAD. i DIENSTPLICHT. Aangifte ter inschrijving. De Burgemeester der gemeente Leiden brengt ter kennis van belanghebbenden, dat op de daarvoor in die gemeen le aangewezen plaatsen is aangeplakt een openbare kennis geving, betreffende inschrijving voor den dienstplicht in Jannari a.s, van de in 1908 geboren mannelijke personen. Voor vorenbedoelde inschrijving zal meer bepaald zitting worden gehouden ter Ge meente-Secretarie (afd. „Militaire Zaken"), Breestraat No. 119, hoek Wolsteeg, alhier, van des voormiddags 10 uur tot des namid dags 3 uur: op Maandag 3 Jannari a.s. voor hen, wier 'geslachtsnaam aanvangt met de letter A of B; op Woensdag 5 Jannari a.s. voor hen, wier geslachtsnaam aanvangt met de letter C, D, E of F; op Vrijdag 7 Jannari a.8. voor hen, wier geslachtsnaam aanvangt met de letter G. H of I; op Maandag 10 Jannari a.s. voor hen, wier geslachtsnaam aanvangt met de letter J, K of L; op Woensdag 12 Jannari a.s. voor hen, wier geslachtsnaam aanvangt met de lettel M, N of O; op Vrijdag 14 Jannari a.s. voor hen, Wier geslachtsnaam aanvangt met de letter P, Q of R; op Haandag 17 Jannari a.s. voor hen, wier geslachtsnaam aanvangt met de letter S of T; op Woensdag 19 Jannari a.s. voor hen, wier geslachtsnaam aanvangt met de ietter U, V of W tot en met We; op Vrijdag 21 Jannari a.s. voor hen, wier geslachtsnaam aanvangt met de letter W van W[ al, X, Y of Z. Door een ieder, die tot aangifte verplicht is, moet een uittreksel uit het geboorte register betreffende den in te schrijven per soon of het huwelijksboekje van diens ouders worden overgelegd. Nadere inlichtingen hieromtrent kunnen worden verkregen aan de afdeeling „Mili taire Zaken" voornoemd, op werkdagen van des voormiddags 9 uur tot des namiddags 12'/j uur en van des namiddags l'/s uur tot 3 uur; des Zaterdags van des voormid dags 9 uur lot de9 namiddags 12'/t uur. N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeestpr. Leiden, 30 December 1926 5937 DE TOOVERRING. Een uitstekend geslaagde uitvoering. De jaarlijksche uitvoeringen, welke gege ven worden door de leerlingen van de zangschool van den heer C. B. Duyster, ge lijken op elkaar als druppels water. Die tot operettes bewerkte sprookjes zijn alle zoo ongeveer van denzelfden aard en van den zelfden bouw, maar toch: onder de goede leiding van den heer Duyster en niet het minst dank zij de uitstekende regie van mevr. A. van der LijkeSytsma, weet men er ieder jaar weer iets aardigs van te maken, dat aantrekt en dat boeit, kortom, dat de zeer vele belangstellenden een prettigen avond bezorgt en aan 's heeren Duyster's naam weer wat meerderen luis ter bijzet! Zoo was het ook gisteren in een prachtig bezetten schouwburg bij de uit voering van „De Tooverring", een kinder operette, vrij bewerkt naar een sprookje uit „Duizend en één nacht" door Otto Ludwig. Evenals vorige jaren vertolkte mej. R. Gaykema de hoofdrol van Ben Ali, den onschuldigen en eerlijken knaap, die door den toovenaar Mestaphorus (de heer G. I. van der Linden) wordt uitgezonden om den tooverring te zoeken bij de dwergen, en zij deed dit op waarlijk prijzenswaardige wijze. Haar spel was vlot en los en bracht, mede door den goeden zang. het geheel op een hooger plan dan een jaar geleden. Mej. C. van Staveren, als Flamingo, de goede geest; en ook mej. J. Wiggers. al9 Fatma; mej. A. van der Lelie, als Dahlah, en mej. D. Muske als Ahmed, sloten zich daarbij volkomen aan, terwijl een fraaie elfen- dans, benevens een tweetal 9olo-dansen door mej. Marja Tjaskjent. uit Den Haag. de aantrekkelijkheid dezer welgeslaagde vertolking nog verhoogden. Daarbij: pas sende muziek, keurige en kleurige costuums (uit het magazijn ,,Erato,r), in het 4de bedrijf prachtige kleeden en tapijten, welwillend afgestaan door Vroom en Dree9- man, veel bloemen en warm applaus zie daar in vogelvlucht de gunstig stemmende feiten van dezen avond. Op Woensdag. 5 Januari, zal een tweede opvoering worden gegeven. Gelijk bekend komt het batig saldo ten goede van de vereeniging „Armenzorg". Bij beschikking van den min. van On derwijs is de faculteit der wis- en natuur kunde aan de Rijksuniversiteit alhier, alsnog voor het studiejaar 19261927 voor het af nemen van het apothekersexamen versterkt met de deskundige mej. dr. A J. Steenhauer, privaat-docent aan gemelde universiteit Te 's Gravenhage slaagden voor het Staatsexamen Machinist ter Koopvaardij (voorloopig diploma) de heeren P. Bink en P. de Geus. beiden leerlingen van den Machi nistencursus, verbonden aan de Ambachts school alhier. De aandacht van de mannelijke inge zetenen dezer gemeente, die geboren zijn in 1908. wordt gevestigd op een in dit blad voorkomende openbare kennisgeving van den burgemeester, betreffende aangifte ter inschrijving voor den dienstplicht in de maand Januari a.9. Foto B. JONKER Zn. Wij geven hierboven een foto van onzen scheidenden burgemeester jhr. De Gijselaar, genomen in zijn werkkamer ten Stadhuize. AFSCHEID VAN DEN BURGEMEESTER r. VAN LEIDEN VAN DE BURGERIJ. Huldiging in den Foyer der Stadsgehoorzaal. Nadat het bekend geworden was, dat onze Burgemeester aan H. M. de Koningih zijn verlangen had te kennen gegeven om met ingang van 1 Januari a.s. als zoodanig af te treden, vormde zich spontaan een commis sie van ongeveer honderd personen, van ver schillende richting en stand met het doel Jhr. mr. dr. N. C. de Gijselaar een huldeblijk aan te bieden Tot leden van het uitvoerend Comité tot aanbieding van dit huldeblijk werden aangewezen het College van Wet houders, de gemeentesecretaris met den heer E. G. H. Gerlings, kassier als penningmeester en den heer F. G. Rosier, referendaris, chef van algemeene zaken ter secretarie als secretaris. Aan deelneming van de zijde der burgerij ontbrak het niet, maar wel vormde het een punt van ernstige overweging, waar uit dit huldeblijk zou moeten bestaan. Dank zij het initiatief en den gewaardeerden raad van den heer Stenfert Kroese (firma S. C. van Doesburgh, alhier) kwam men op het gelukkig denkbeeld een Gedenkboek uit te geven, onder den titel- „Leiden tijdens het burgemeesterschap van Jhr. mr. dr. N. C. de Gijselaar, 19101927". Van dit gedenkboek bij de firma Van Doesburgh te Leiden uitgegeven, werd heden een fraai uitgevoerd exemplaar den schei denden burgemeester aangeboden met een naamlijst der deelnemers. Het exemplaar van het Gedenkboek en het exemplaar van de Naamlijst zijn uit de hand gebonden, de kop verguld, gebonden in uit de hand getoept kalfsleder en uit de hand verguld met een spiegelvergulding, met op de voorzijde het wapen van Leiden in goud. De binnenzijden van de banden zijn ver guld met een breede dentelle, terwijl de schutbladen vervaardigd zijn van hand mar merpapier met een sporadische goudspikke- ling. Het geheel doet denken aan de oude Regentenbanden. Voorts worden nog een honderdtal exem plaren in blauwen band met eoud ter ziiper beschikking gesteld, terwijl een aantal exem plaren in bronskleurigen band in den handel wordt gebracht. Dit boek dat de geschiedenis van Leiden in deze periode beschrijft, werd samenge steld door een twintigtal hoofdambtenaren der gemeente, ieder voor het aan hem toe vertrouwde departement. De Commissie van Uitvoering vertrouwde deze uitvoering van het Gedenkboek aan een Commissie van Redactie toe, waarin de oud-hoogleeraar prof. dr. P. J. Blok als hoofdredacteur de'1 taak der redigeering op zich nam, in overleg met den heer Stenfert Kroese, den uitgever en met medewerking vooral van den chef der secretarie, den heer Rosier. Zoo kwam een in hooge mate interessant werk in zeer korten tijd tot stand, -ïnti van een zestigtal keurig uitgevoerde photo's, waar onder een voortreffelijk portret van den af tredenden burgemeester, het Stadhuis, de werkkamer van dezen magistraat, de Raad zaal, de woning van den burgemeester op het Rapenburg, stadsgebouwen, stadsgedeel ten, enz., verder kaarten en grafieken. Royaal gedrukt met fraaie letter, Fransche titels voor elk artikel en sobere versiering, maakt het boek ook uiterlijk een voortreffe- lijken indruk en zal zeker algemeene be langstelling wekken. Prof. Blok schreef er een korte inleiding voor, waarin hij den persoon van den aftredende en diens werk zaamheden in het algemeen, de verandering van Leiden in dezen tijd, benevens de wor ding van het boek beschreef. Daarop volgen een 25-tal artikelen, som mige er van bestaan hoofdzakelijk uit be langwekkende cijfers en staten, andere uit samenhangende beschouwingen, als die over de grenswijziging van 1920 door mr. dr. van Strijen, gemeente-secretaris; de Politie, door den comm. van politie, den heer P. Stapel; de openbare Werken van ir. Driessen, direc teur van Gemeentewerkende Distributietijd door dr. J. J. van Eek, directeur van den Keuringsdienst van Waren, destijds de lei der van het distributiebedrijf; de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit; de Markt en Havendienst; Openbaar Slachthuis; En degeest, Rhijngeest, Voorgeest en verschil lende andere „diensten" bij 't Stadsbestuur. In al deze stukken treedt de werkzaamheid van den burgemeester op den voorgrond en blijkt de groote persoonlijke sympathie, die hij zich van de zijde zijner ambtenaren wist te verwerven; de beste hulde, die men een regeerder want dat was de burgemeester kan bewijzen. Een afzonderlijk door den gemeente ambtenaar den heer Spiesz bewerkt album, dat den burgemeester tegelijk in passenden smaakvollen band werd aangeboden, bevat de namen der Commissie en die der honder den deelnemers aan het huldeblijk, waardige herinnering, aan deze voor Leiden zoo be langrijke periode en aan den man die in deze jaren aan het hoofd der gemeente stond. Met het Uitvoerend Comité, en de leden der Commissie vereenigden zich hedenmid dag te drie uur een aantal deelnemers aan het huldeblijk, dames en heeren, in den ver sierden Foyer der Stadsgehoorzaal, waar le Burgemeester Jhr. mr. dr. N. C. de Gijselaar en mevrouw De GijselaarViruly werden ontvangen. De voorzitter van het Uitvoerend Comité de heer Aug. L. Reimeringer aan wien de eer te beurt viel het huldeblijk aan te bieden, hield bij deze gelegenheid de navolgende rede: Hooggeachte MijnheeT en Mevrouw de Gijselaar, Toen de mare zich verspreidde, dat U, Mijnheer de Gijselaar, Uw ambt als burge meester zou nederleggen, kwam al dadelijk bij velen den wensch op U bij Uw aftreden een bewijs van sympathie, van vriendschap van dankbaarheid voor hetgeen U voor deze gemeente hebt gedaan, te geven. De moei lijkheid was op welke wijze; reeds sierde een gedenkteeken de stad als herinnering aan Uw beleid als burgemeester in de oor logsjaren en met Uw GOsten verjaardag werd U Uw portret in olieverf aangeboden, toen het denkbeeld aan de hand werd ge daan een boekwerk saam te stellen, waarin zou vermeld worden, wat tijdens Uw bur gemeesterschap in Leiden was tot stand ge komen. Dit denkbeeld werd met sympathie Le- groet, en nu werd door hen, die het initia tief in dezen hadden genomen, een aantal ingezetenen van allen rang en stand opge roepen om een Comité te vormen om de uit voering van dat plan mogelijk te maken. Aan dien oproep werd met ingenomenheid voldaan, alle autoriteiten, burgerlijke als militaire, vertegenwoordigers van handel en nijverheid, voorzitters van verschillende vereenigingen namen zitting in het groote Comité; ook hier vond het voorgestelde plan groote instemming en met de uilvoering werd een klein comité belast. Dit comité richtte zich tot alle hoofden van dienst om medewerking, aan elk werd verzocht een kort rapport op te stellen, van al wat onder het burgemeesterschap van mijnheer de Gijselaar was tot stand geko men. terwijl prof. Blok werd uitgenoodigd de algemeene leiding ie nemen en het schrijven van de inleiding op zich te ne men. Een goed bekende firma, de Firma S. C. Doesburgh, de heer Stenfert Kroeze was met de uitgave belast en zorgde voor keurige uitwerking en deed het boek in keurigen band omvatten. Met groote opgewektheid kweten de hee ren zich van deze taak en prof. Blok vas zoo welwillend het redacteurschap waar te nemen, de rapporten kwamen tijdig binnen en het boek, verlucht met een zestigtal pla ten, kwam op tijd gereed. Alles is dus naar wensch uitgevoerd, ter wijl de heer Spiesz zoo welwillend is ge weest voor een keurig uitgewerkte lijst der deelnemers te zorgen. Het comité heeft mij verzocht U namens de deelnemers dit geschenk als een bewijs van hulde der Leidsche burgerij aan te bie den, met groot genoegen zal ik mij van die vereerende opdracht kwijten, maar alvorens hiertoe over te gaan, zij het mij vergund nog een blik in het verleden le werpen. 20 Januari 1910 werd U Jhr. Mr. Nicolaas Charles de Gijselaar benoemd tot burge meester dezer gemeente en reeds dadelijk werd deze benoeming met groote instem ming begroet Velen hadden U reeds als student gekend en men had van U de beste verwachtingen, verwachtingen die niet zijn beschaamd. Reeds vóór Uw installatie als burgemees ter op 1 Maart in den Gemeenteraad werd U ook benoemd tot Curator der Universiteit, en wij mogen der hooge Regeering dank baar zijn voor haar juisten blik. Leiden en de Universiteit zijn nauw aan elkaar ver bonden en in Uw persoon waren èn de be langen der Gemeente én de belangen der Universiteit, waar U zelf gestudeerd had. uitstekend vereenigd; naast Leiden lagen de eer en de voorspoed der Universiteit U nauw aan het harte en met onverdroten ijver hebt ge ook voor den bloei der aloude Universiteit geijverd. Als oud gezien lid van het Leidsch Stu dentencorps droegt Gij de jonge studenten een goed hart toe. Zij zagen U gaarne in hun midden en Gij gevoeldet U bij hen ge heel thuis. De eerste jaren van Uw burgemeester schap waren, zonder te miskennen de zware plichten, die op U rustten, in verge lijking met hetgeen later kwam, te be schouwen al9 de aangenaamste en minst zorgvolle. De schitterende studentenfeesten met de nooit overtroffen Alionora-opvoering hadden plaats in het begin van Uw burgemeester schap in Juni 1910. BINNENLAND. Het afscheid van burgemeester De Gijse- laar van de Leidsche burgerij. De Eerste Kamer heeft het ontwerp-We« genbelasting aangenomen. Een rampok-terrenr op Oost-Java. BUITENLAND. 1 Het arbitrage-verdrag tnsschen Dnitsch* land en Italië is te Rome geteekend. De honding van Frankrijk tegenover China. Antwerpen krijgt zijn aan de Dnitschers betaalde boete terug. En al vertoonden zich in 1911 de eerste wolken op politiek gebied, in Leiden be speurde men hiervan niets en in 1913 werd alhier, zooals in het geheele Rijk, de feesten ter herinnering aan onze Onafhankelijkheid met groote opgewektheid gevierd. Heinas in 1914 brak de ontzettende we reldoorlog uit en een tijd van jammer en ellende brak ook voor ons land aan, al wer den wij voor den eigenlijken krijg gespaard. Maar toen juist in die tijden van rampspoed heeft U al Uw gaven en talenten onMooid, ten bate Uwer stadgenooten. al Uw door- zichl Uw organiseerend talent, Uw kennis hebt ge aangewend om de bewoners van Leiden het lot zoo dragelijk mogelijk te maken, en menige stad benijdde Leiden, waar door Uw wijs beleid. Uw goede doel treffende maatregelen de nooden tot een zoo klein mogelijken omvang werden terugge bracht. Nacht en dag waakte U voor de aan Uw zorg toevertrouwde gemeenteleden. Gij waart met recht ons aller Vader en zeer zeker door Uw optreden destijds hebt ge U een eerezuil in de harten der Leidenaren opgericht. Maar ook na den oorlog braken moeilijke, zware zorgvolle dagen voor U aan Op po litiek economisch gebied scheen het. of alles wat voor eeuwen heen langs lijnen van geleidelijkheid was opgebouwd, was omvergeworpen en veel werd van Uw ge duld en Uw kracht gevergd, maar met vaste hand hield U het roer van het schip in handen. Langzamerhand kwamen rustiger tijden, maar nu nog steeds werken de gevolgen van den oorlog door. Toen wierp een zware ziekte U op het ziekbed; maar God lof. U mocht herstellen en opnieuw U wijden aan Uw taak. Uw taak hebt ge vervuld met grooten ijver. Van alles wat in Leiden gebeurde, waart Gij da ziel. Uw belangstelling beperkte zich niet tot een onderdeel, maar ging uit naar za ken. de financiën, zoowel als naar verbe tering van het verkeer, de uitbreidingen der Fabrieken van Gas en Electriciteit als naar die van Endegeest en Rhijngeest, enz., enz. De Hoogere Burgerschool aan den Hoogen Rijndijk, de Blauwpoortsbrug. de mooie tramverbindingen met de omliggende ge meenten. het steeds uitbreidend debiet der Gas- en Electriciteitsfabrieken, de groote uitbreiding der arbeiderswijk, het mooie Kooipark. alles i9 onder Uw beheer tot stand gekomen. En daarbij hebt ge door Uw vriendelijk en opgewekt woord. Uw deelname in het lief en leed der bewoners van Leiden, eea groote popularilei verworven, maar ook zij, die met U in engeren kring hebben mogen samenwerken, waardeeren in hooge mate Uw scherpen blik. Uw juist oordeel, Uw groote kennis van zaken, het vermogen zich in alles in te werken en Uw humaan oordeel. Ook buiten Leiden is Uw werk gewaar deerd. getuige Uw benoeming tot Lid van de Eerste Kamer, tot Lid van den Zuider- zee-raad en vele commissiën. ook Uw Lid maatschap der Vereeniging „The Pelgrim- fathers". die U dikwijls naar Uw geliefd Engeland riep. zijn hiervan getuige. En waar ge nu met het nederleggen van Uw ambt als burgemeester van Leiden meer vrijen tijd beschikbaar zult hebben, daar kunnen wij verwachten, dat U zeker in bovengenoemde Commissiën nog veel zult kunnen verrichten tot heil van ons Land en onze Stad. Ook Hare Majesteit onze Koningin erken-» de Uwe groote verdiensten door Uwe bei noeming tot verschillende Ridderorden. Tot op het laatste oogenblik heeft U zich voor Leiden geïnteresseerd, getuige de groote grondaankoopen. in de laatste maan den geschied, de voorgenomen verbreeding van het Gangetje, en ten slotte de flinke daad. de uitvoering van het plan tot stich ting van den Leidschen Hout. een flinken stoot tot verwezenlijking te geven. En nu begrijp ik, dat een gevoel van wee moed in Uw ziele opkomt bij de gedachte.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 1