Uitgewogen Blikgroenten Geblancheerde Gezouten Groenten GELDKONINGEN. E. J. SCHOONDERGANG-SPEET. Heerengracht 63, Tel. 601 No. 20485 LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 23 December Tweede Blad Anno 1926 BINNENLAND. EERSTE KAMER. TWEEDE KAMER. FEUILLETON. BOND VAN GEMEENTEVELDWACHTERS. De afdeeling Zuid-Holland" van den Bond van Gemeenteveldwachters in Neder land, hield gisteren te Gouda een ledenver gadering in het gebouw „Daniël". De voor zitter, de heer J. Timmermans, uit Benthui- zijn, opende deze vergadering met een har telijk welkom, waarna de notulen werden gelezen door den secretaris, den heer A. de Jong, uit Streefkerk, en onveranderd wer den goedgekeurd. Bij de behandeling der in gekomen stukken werden eenige mededee- lingen gedaan over de verhouding tot den Centralen Bond, terwijl door den Bondsvoor zitter, den heer J. Huizinga, burgem. van Ter Neuzen, ook nog eenige mededeelingen geschiedden. De begrooting over 1927 werd ingediend door den penningmeester, den heer Tempelaars, uit Kelhel. Verslag en begrooting stemden tot groote tevredenheid. De uitslag van de gehouden stemming we gens periodieke aftreding was, dat de aftre denden, de heeren Tempelaars uit Kethel, Ritsema uit Zwammerdam en Vis uit Bode graven werden herkozen. Voorstellen van de leden waren niet ingekomen, evenmin had het bestuur deT afdeeling een voorstel. Nadat de voorzitter den leden had dank ge zegd voor hun tegenwoordigheid, werd de vergadering door den voorzitter gesloten. HET NEDERLANDSCH-BELGISCH VERDRAG. Vragen van den heer Krijger. Door het gemeentebestuur van Rotterdam is aan de Eerste Kamer een adres gezonden in zake het Nederlandsch-Belgisch tractaat. Daarin worden twee punten naar voren ge bracht, nX.: het Rijn-Maas-Scheldekanaal en het Antwerpen-Moerdijkkanaal. Na verschillende bezwaren te hebben ontwikkeld, verzoekt het gemeentebestuur de Eerste Kamer haar goedkeuring aan dit verdrag te onthouden. De heer Krijger heeft aan de Ministers van Buitenlandsche Zaken en van Water- slaat de volgende vragen gesteld: 1. Zijn de Ministers bereid mede te dcelen op grond van welke overwegingen de advie zen door Gedeputeerde Staten van Zeeland uitgebracht in verband met het verdrag met België wel aan de Eerste Kamer der Staten- Generaal ter vertrouwelijke kennisneming door de leden zijn overgelegd, terwijl die kennisneming aan de leden der Tweéde Qamer niet werd toegestaan? 2. Zijn de Ministère bereid aan bedoelde adviezen zoodanige publiciteit te geven, dat ook de leden der Tweede Kamer er als nog kennis van kunnen nemen? De heer W. Suermondt Lzn. schrijft in Ec.-Stat. Berichten het volgende: Het valt te betreuren, dat de voorstanders van het Belgische Verdrag zoo weinig in zicht vertoonen in de factoren, die Antwer pen zijn bijzondere positie als haven verlee- nen. Te betreurenswaardiger is dit, omdat aldus de kracht wordt onderschat, waar mede een haven als Antwerpen goederen tot zich trekt. Indien toch gelijk het geval is de goederen zeer gemakkelijk hun weg via deze haven nemen is het duidelijk, dat kleine verschuivingen in de omstandigheden ten gunste van een dergelijk centrum een geheel onevenredig sterkere toeneming van het daarheen stroomende goederenkwantum ten gevolge zullen hebben. Enkele gegevens omtrent Antwerpens po sitie mogen daarom hieronder ëen plaats vinden. De beteekenis van deze haven tegenover Rotterdam en Hamburg blijkt uit de tonnen- maat van de ingeklaarde zeeschepen: Jaar Anl*-fcrpen Jïötterdflra flambur* 191912.024.796 13.038.1.94 14.183X100 102 111.033.743 1 0.665.128 9.572.S21 102 212.702.653 12.282.894 13.005.0S9 192 314.730.473 12.338.016 15.400.923 192 416.410.021 1S.089.2M 15.622.020 192 517.171.359 16.670.643 16.696.813 Terwijl sommige zeehavens meer speciaal den naam van export en andere van import- haven verdienen, is Antwerpen een van de weinige plaatsen, waar de in- en de uitvoer vrij goed tegen elkander opwegen: 80 pet. van de ingeklaarde tonnemaat wórdt door den uitvoerhandel benut Dank zij de groote hoeveelheid goederen voor uitvoer beschik baar, stellen schepen voor een reis naar Antwerpen zich dikwijls met lage vrachten tevreden. De Lys, Schelde en hare kanalen voeren meel, glas, lijnkoeken en zachte zeepen uit Frankrijk aan en steenkool uit Henegouwen. De Maas, Sainbre en hare kanalen brengen steenkool en metalen uit Luik, lei Uit Frank rijk, voorls steen, meel en bier. De Belgische textielfabrieken exporteeren 60 pet van hare productie, de ijzerfabrieken 75 pet, de glas-, zink- en cementfabrieken 90 pet en de wapen- en kantfabrieken 95 pet De binnenvaartschepen, die deze goederen aan voeren, keeren terug met petroleum, granen, koffie en guano uit Amerika, koloniale wa ren uit de Congo en Brit9che koloniën, wol en zinkerts uit Australië, ijzererts uit Zwe den en Spanje. Wat vaste stoomvaartverbindingen be treft, troeft Antwerpen elke andere continen tale haven, zoowel in aantal als verschei denheid van bestemming. Behalve de 190 vaste lijnen, zijn er 60 stoombootmaatschap pijen, die geregeld, ofschoon niet op te vo ren vastgestelde dagen, Antwerpen aandoen. Met de volgende landen staat Antwerpen in geregelde verbinding: 22 Taste diensten op Brlttannte en Ierland, 8 de Noordseeharens, T M de Ooetsee, 7 m Scandinavië, T Frankrijk, 7 „ft Marokko, 28 de MiddclL Zee en de Levant, 8 t, de Zwarte Zee, 8 Spanje, 6 m M op Portugal, 7 tt West-Afrlka, 3 Oost-Afrika, 5 Zuid-Afrlka, J1 n Noord-Amerlka (Oostkust); 15 Zoid-Amerlka (Oostkust), 8 Brltsch-IndtS, 7 Ocntraal-Amerlka, 9 it n Noord-Amerlka (Westkust), 11 n Züld-Amerika (Westkust), 2 „de Roode Zee en Perzische Golf, 18 het Vprre Oosten, 3 tt Nederlandsch-Indlë, 8 Australië, De Stuwadoorekosten te Antwerpen zijn, zooals op de Haagsche bijeenkomst in Mei 1924; van de „Baltic and White Sea Confe rence" werd medegedeeld, lager dan in eenige andere Europeesche haven, n.l. 1/3 per ton tegen -1/6 tot 4 shilling elders. Ant werpen is een zeer goedkoope bavei), wat verband houdt met de grootte van de daar binnenkomende schepen (hoe grooter schip, hoe lager de gemiddelde onkosten). De ge middelde inhoud van de te Antwerpen bin nenkomende schepen was in 1925 1855 tons RECLAME. en 5647 tegen 1248 te Hamburg en 1413 te Rotter dam. De havenwerken in aanleg zullen dc te genwoordige capaciteit van Antwerpen (20.000.000 tons) verdrievoudigen. Antwer - pen komt dan in het bezit van 47 K.M. kade lengte, 600 H A. havenóppcrvlakte én 1600 II.A. handejsterrcin en spoorwegemplace menten. Het is opvallend, dat onder de werken, die men van plan i9 ten behoeve van Antwer pen te maken, reeds het Moerdijkkanaal wordt genoemd. DE INTERNATIONALE ECONOMISCHE CONFERENTIE TE GENEVE. Hat N. V. V, vraagt vertegenwoordiging. Op 4 Mei zal te Genève de Internationale Economische conferentie plaats vinden. Tot dëzo conferentie zullen niet alleen de bij den Volkenbond aangesloten staten, maar ook alle niet-aangesloten staten, die een be langrijke positie in het internationale econo mische leven innemen, worden uitgenoo- digd. Elk land zal ten hoogste vijf afgevaar digden kunnen aanwijzen, benevens een onbeperkt aantal deskundigen, die geen recht tot sprejten of stemmen hebben, tenzij de conferentie dit recht verleent. Het Nederl. Verhond van Vakvereenigin gen heeft thans een brief tot de regeering gericht, waarin het er op wijst, dat de agenda voor deze conferentie een aantal be langrijke vraagstukken bevat, die ook voor de arbeidersklasse van groot belang zijn. Dit is voor den raad van den Volkenbond, die indertijd de commissie van voorbereiding heeft ingesteld, één der redenen geweest, om in deze commissie ook eenige vertegenwoor digers van de internationale vakbeweging op te nemen, o.a. de heeren J. Oudengeest en L. Jouhapx, benevens den heer Pauwels, be stuurslid van het Internationaal Christelijk Vakverbond. Hieruit concludeert het N. Y. V., dat de Volkenbondsraad prijs stelt op de medewer king van de vakbeweging in dit vraagstuk. Het N .V .V. wijst nog op de rol, die de vakbeweging speelt op de Internationale Ar- beidsconferenlies en op het feit, dat bij de uitvoering van allerlei sociale maatregelen de vakorganisaties'hoe langer hoe meer be trokken worden. Het is mede met het oog daarop, dat het N. V. V. de regeering ver zoekt in de gelegenheid te worden gesteld egp afgevaardigde naar de Internationale Economische conferentie te mogen aanwij zen. (Volk) NON-4CTIVITEITS-TRACTEMENT. In voorbereiding is. naar de „Tel." meldt, een K. B., waarbij aan ambtenaren, die bet ambt vgn lid van Ged. Staten of wethouder in de gemeente aanvaarden een non-activi- teits-tractemcnt zal worden toegekend. A. VOOGD, t Op 60-jarigen leeftijd is te Rotterdam overleden de heer A. Voogd, hoofdredac teur van het dagblad „Scheepvaart" en van het „Rotterdamse)! Weekblad", jarenlang ook Rotterdamsch correspondent van hel „Handelsblad" en in de laatste jaren eco nomisch medewerker van de „Telegraaf", correspondent van Reuter, enz. In handelsr en scheepvaartkringen was de heer Voogd om zijn degelijke kennis zeer gezien. Hij is van de oprichting af president der RotteTd. Journalisten-Vereeniging geweest en vele jaren bestuurslid (penningmeester) van den Nederl. Journalisten-Kring. De heer Voogd was officier in de orde yan Oranje-Nassau. OFFICIEELE BERICHTEN. Bij Kon. besluit is op verzoek eervol ont slagen mr. H. C. van Blommestein aU rech ten-plaatsvervanger ipde rechtbank te 's-Gravenhage; is benoemd tot burgemeester van Borg haren, mr. M. M. P. H. Brouwers. GEEN DANSVERGUNNING TE AMSTERDAM. De burgemeester van Amsterdam heeft aan den gemeenteraad de volgende nota ge richt: Naar aanleiding ran de in uw zitting van 10 December jl.- aangenomen motie van hel raadslid Weiss om hel dansen in het open baar op Zondag 26 December a.s. toe te staan, heeft de ondergetekende de eer mede te deelen, dal hij aan de in die motie ver vatte uitnoodiging geen gevolg heeft kunnen geven. Afgescheiden van zijn aan uw ver gadering bekende bezwaren, heeft lot zijn besluit de overweging geleid, dat hij daartoe wettelijk niet bevoegd is. De audiënties van den minister van Marine en van Onderwijs zullen Maandag niet plaats hebben. RECLAME. Brandwonden, kneuzingen, sneden er. schrammen behooren onmiddellijk behan deld te worden met Foster's Zalf Deze anti septische zalf verlicht de pijn en gaat ontsteking tegen Zij is voorts zeer heilzaam voor aambeien, eczeem en alle jeukende huidziekten. 5645 Foster's Zalf is alom verkrijgbaar A f 1.75 per doos. f 1.— per tube. Vergadering van Woensdag. (Vervólg.) DE BELASTINGWETTEN. Dc heer DE GIJSELAAR (C.-H.) acht de wijziging der personeele belasting, zooals deze thans wordt voorgesteld, nadeelig voor vele gemeenten. Zij brengt toch verminde ring van de hoofdsom der belasting en dien tengevolge van de opcenten, welke de ge meenten daarop heffen. De gemeenten zul len zich genoodzaakt zien, de overblijvende aanslagen te treffen met verhoogde opcen ten. Spreker zou deze belasting-wijziging liever uitgesteld hebben gezien, doch dit zou dan waarschijnlijk tengevolge hebben dat ook de successiebelaslingverlaging werd uitgesteld. De minister zet ons aldus de pin op den neus. Spr. zal zich hierdoor echter niet laten forceeren; hij zal tegen deze verlaging der personeele belasting stemmen. De heer SL1NGENBERG (V.D.) herinnert aan de sombere verwachting van minister Colijn ten opzichte van het jaar 1924, dat volgens dezen toenmaligcn bewindsman een tekort yan 100 millioen zou opleveren. Wan neer we nu de rekening zien, dan blijkt, dat datzelfde jaar een overschot van een mil lioen heeft opgeleverd. Spr. geeft toe, dat in dien tijd krasse maatregelen zijn genomen, die daartoe hebben bijgedragen, doch hij vraagt zich af of de Staten-Gcneraal al die maatregelen wel zou hebben goedgekeurd indien zij geweten hadden, dat de uitkom sten zoo zouden meevallen. Hetzelfde geldt voor 1925, dat eveneens mei een tekort werd aangekondigd en dat per slot een voordeel ig saldo van 41 mil lioen heeft opgeleverd. Maatregelen als de intrekking van art. 40 en van het 7e leerjaar hadden z. i. achter wege kunnen blijven. In de plaats van de nu voorgestelde ver laging had spn liever gezien, dat de mi nister de gemeenten ware tegemoetgekomen. Voorts had spr. gaarne gezien, dat een snel lere aflossing van de crisisschuld ware voor- gesteUl. Spr. acht het volkomen billijk, dat de meer draagkrachtigen het langst bijdragen in de aflossing der crisisschuld, zooals ook des tijds minister Colijn heeft betoogd. Ilij is echter benieuwd te vernemen, welk voor deel de minst draagkrachligen zullen heb ben van de voorgestelde afschaffing der ver dedigingsbelasting II. Verder becijfert spr. dat in den Jaatsten lijd een verschuiving van 75 millioen van de directe naar de indirecte belastingen heeft plaats gehad. Hiertegenover had spr. de voorkeur gegeven aan eenige verlagin gen van indirecte belastingen, bijv. van den süikcraccijns. Wat de successiebelasting betreft, deze moet men niet bekijken zooal9 de andere belastingen. Men kan hieraan een andere bestemming geven en indien de-minister voorstelde, den buitengewonen dienst met een. even.groot deel te verminderen, dan zou hij zich met de verlaging der successierech ten kunnen vereenigen. Sprekers fractie zal tegen de verlaging der successiebelasting en vóór de overige verla gingen stemmen. Dc heer VAN WASSENAER VAN CAT- W1JCK (C.II.) zou een mildere regeling wen- schen ten aanzien van de belasting van schenkingen. Hij beveelt den minister aan, in de toekomst schenkingen in geld onbelast te laten, althans tot een minimum die be lasting te reduceeren. De heer WIBAUT (S.D.) stelt vijf vragen: le. Is belastingverlaging noodig? 2e. Zoo ja, komt verlaging der successierechten dan in aanmerking? 3e. Mag belastingverlaging doorgezet worden die voor de gemeenten nadeelig is? 4e. Is het redelijk zich le ver zetten tegc-n een verschuiving van de verla ging der personeele belasting lot een voor de gemeenten gunstiger tijdstip? 5e. Is het re delijk dat, indien tot uitstel van de perso neele- en inkomstenbelastingverlagingen zou worden overgegaan, tevens de verlaging der successiebelasting wordt uitgesteld? Op de vraag of belastingverlaging noodig is, antwoordt spr., dat de rechten der ambte naren ten aanzien van art. 40 en de invoe ring van het 7c leerjaar behooren vooraf te gaan aan belastingverlaging. Het meest noodig ware echter, eerst de gemeenten te helpen. Destijds is een nood- uitkeenng aan de gemeenten gedaan, doch op een volgende uilkeering wordt tevergeefs gewacht. Het motief was: er is geen geld. Doch nu is het geld er wel en behoort de verbetering van de financicele verhouding tusschen Rijk en Gemeenten vooraf te gaan aan belastingverlaging. Tenzij de minister over een reservepotje beschikt om de ge - meenten te helpen. Spr. breekt hier zijn rede af. daar de Ka mer zich te half vier in afdeelingen wil be geven voor het onderzoek van een aantal wetsontwerpen. Te 3.25 uur verd gt de VOORZITTER de vergadering tot heden elf uur. (Vergadering van Donderdag 22 December.) Geopend te 1.05 uur. Voor tter: Jbr. Mr. RUYS DE BEERENBROUCK, REGELING VAN WERKZAAMHEDEN. De VOORZITTER deelt mede, dat de vergadering van Donderdag door hem om 11 uur zal worden uitgeschreven. INDISCHE BEGROOTING. Aan de orde is de voortzetting dér be handeling van de begrooting van Ned.- Indië voor 1927. De beer MOLLER (R-.K.) zet zijn gis teren afgebroken rede voort. Het motief van de regcering, dat de nog niet gecon solideerde primitieve toestand op Nieuw- Guinea belet om er meer Katholieke mis sionarissen heen te doen gaan, begrijpt spr. niet. Beteekent dat, dat de inboor lingen geen vrijheid van godsdienst heb ben Waarom dan geheele gebieden over een zoo groote uitgestrektheid uitgesloten van zending of missie Ten aanzien van bet onderwijs pleit do heer Moller voor subsidies voor Katholieke scholen in Indië en spreekt de hoop uit, dat de Regeering niet zal medewerken aaD de uitbreiding van het godsdienstloos on derwijs. De heer DROOGLEVER FORTUIN (V.-B.) betoogt, dat het verschil in koers tusschen den gouverneur-generaal Fock en den gouverneur-generaal De Graeff be paald zal worden door de veranderde om standigheden. Het beleid van den heer Fock heeft het mogelijk gemaakt, dat de heer De Graaff meer aandacht zal kunnen wijden aan de cultureele behoeften in Indië Om drie re denen acht spr het noodzakelijk, dat zoo krachtig mogelijk tegen het communisme wordt opgetredenin de eerste plaats ter bescherming van bet Europeesch element, in de tweede plaats, opdat geen chaos zal ontstaan, die de normale ontwikkeling van Indië voor jaren achteruit zet, in de derde plaats ter voorkoming van buitenlandsche inmenging. Het communisme beeft ook het gevaar, dat het zich oriënteert naaT plaat selijke behoefte. Het zaJ aanvankelijk niti Geautoriseerde vertaling naar het Engelsch van E. PHILIPS OPPENHEl.M door W. M. D. SPIES—VAN DER LINDEN. 23) Weiss hield op met spr» ken en stak een sigaar weer in de mond. Littleson, een paar passen verder, voelde zich het zweet op het voorhoofd uitbreken. Zijn adem ging snel. De langzame .verpletterende woorden van zijn vriend hadden hem in een toestand van opwinding gebracht, waartoe hij zich nau welijks in staat geacht had En Norris Vine, de onverstoorbare was zichtbaar getroffen. Weiss had bijna als in bezieling gesproken. Het scheen bijna onmogelijk, zijn woorden licht te tellen. ,.U hebt mij iets gegeven, om te overden ken," zei Vine langzaam. „Ik zou het na tuurlijk betreuren zoo'n stand van zaken als u daar beschrijft, teweeg te brengen. Intus- S'hen, ik ben. zooal» u opmerkt, geen man van zaken. Ik kan u niet volgen in all**, wat u zpgt Het schijnt mij toe. dat als die geweldige daling van fondsen werkelijk plaats had. de slinger, vooral als het onder nemingen op solide basis betreft, heel gauw op zijn plaats terug zou zwaaien. Waarden herstellen zichzelf altijd." „En de menschen, die ervan zouden pro fiteered" zeide Weiss naar voren Ipunend, »,zijn vreemdelingen, die aan zouden komen zetten met hun goud, om voor zichzelf een aandeel in ons land te koopen voor de helft van de waarde ervan." Hij hield op. om een oogenblik naar de telefoon van het buitenkantoor te luisteren, die dringend belde. Tpen bij den hoorn uit de hand legde, wendde hij zich tot Vme. „Luister eens," zeide hij; „U twijfelt aan mijn woorden. Buiten in het kantoor "wacht iemand, om mij voor zaken te spreken, een man, die een even groote vijand van mij is als u. Ik bedoel John Drayton." den gouver neur van New York. Zoudt u hërfi een eer lijk man noemen?" „Zeer zeker," antwoordde Vine. „Vindt u, dat hij een helder oordeel heeft?" „Ongetwijfeld," verzekerde Vine. „Nu, luister dan," zeide Weiss. Ik zal hem vragen in dit kantoor te komen, ik zal de quaestie behandelen als een bespiegelende discussie en dan zal ik hem vragen, wat het gevolg zou zijn van oen stap, zooals u van plan bent." „Uitstekend," antwoordde Vine. „Ik ver bind mij tot nie(s. maar ik zou graag John Drayton's meening hooren. HOOFDSTUK XVI. Een waptnstÜatand. Weiss ontsloot de kantoordeur, liet die wijd open staan en kwam een oogenblik later terug met een langen man met gnjs haar, korten dichten baard en gouden bril. Dpze schudde Vine hartelijk de hand en knikte tegen Littleson. „Wat. jij hier in het hol van den leeuw, Vine?" merkte hij glimlachend óp. „Pas op, dat zij je niet opetenI" .Vine glimlachte. „Ik ben niet bang," zei hij, „vooral niet, als u hier bent, om mij bij te staan. ,'JDé heer Vine toont, dat hij onze natio nale deugd bezit, namelijk „durf," zei Weiss. „Ik geloof werkelijk dat hij hier is om slechte getuigènisseri tegen ons te verza melen en die later te benutten als hij zijn bfi.ksem slingert. Wij kwamen al pratend tol een interessant twistgesprek en u moef oo een punt- uitspraak doen." John Drayton ging zitten en nam (Je sigaar, die Weiss hem aanbood. „Goed," zei hij, „ik wil met genoegen aan het gesprek deelnemenmaar het is overijld van je Weiss, om mij uitspraak te laten doen, want je weet heel goed, dat ik met mr. Vine bier sympathiseer. Ik haat jullie million- nairs met jullie trusts, in principe natuur lijk. want ik moet bekennen, dat er beste kerels bij zijn. die'verduiveld goede sigaren rooken." liet hij er op volgen, terwijl hij de zijne uit den mond nam en een oogenblik bekeek. „Dal hindert niet," zei Weiss. „Het is min der eèn quaestie van gevoelens dan van j« oordeel. Wij stelden het geval, 'dat. laat ons zeggen, een half dozijn mannen, die een po sitie innamen als ikzelf en Phineas Duge en Littleson hier. ik geloof, dat ik wel kan zeg gen,. het half dozijn vermo'gendste mannen van Amerika, plotseling, in het oog van de heele wereld als volkomen onbetrouwbare werden aan de kaak gesteld als zij bedreigd werden met Volkomen bankroet en gevan genisstraf wegens misdrijf. Wat zou dan de uitwerking daarvan op het heele land zijn, laat ons zeggen voor de vólgende acht en veertig uur ongeveer?" John Drayton nam zrjn sigaar uit den mond. „De reden, waarom ik die Trusts van jullie zoo haat," zei hij met nadruk, „waar om ik het verfoei, dat al de macht van dit land in handen is van enkele mannen, zoo als wie je daareven noemde, is juist dat, mocht gebeuren waar je op zinspeelt, het land tegenover een catastrophe zou staan, die den ondergang zou beteekenen van hon derdduizenden van zijn onschuldigste be woners. Toen speelde er voor 't eerst gedurende dit onderhoud een glimlach om dp gevulde lip pen van Weiss. Zijn brilleglazen konden de flits van triomf, die plotseling uit zijn oogen schoot, niet verbergen. Hij wendde zich lot Vine. „Hoort u 't?" antwoordde Norris Vine. „Natuurlijk weet ik niet. hoe jullie op dit gesprek gekomen bent," vervolgde Dray ton. ..maar in mijn Iaat9le artikel, in de „North American Revieuw." dat de heer Vinp hier zich misschien herinnert, stelde ik het geval, dal maar een enkel man een van de groolsle handelslrusts hier te lande zou beheerschen en ik trachtte aan te too- nep, waf er zou gebeuren met de klein1 aandeelhouders, als een houder van zoo'n massa aandeelen over den kop ging. Het is een pijnlijk iels om le erkennen, maar het lijdt geen twijfel dat het bestaat. Wij, Amerikanen, zijn een groot handelsvolk en de dollarkoorts woedt een beetje te fel in ons bloed. Wij willen te ver grijpen. Vine, dat weel ik. is het met mij eens „Ja." antwoordde Vine, „ik ben bet met u eens Hij stond op. Drayton volgde zijn voor beeld. „Ik ben hier eigenlijk klaar," merkte hij op. „Ik moest je chef spreken in het belang van een cliënt van mij. Ga je mijn kant uit, Vine? Ik ga naar de club." „Ik volg in een. paar minuten," antwoord de Vine. John Drayton ging weg en de drie man nen waren weer alleen. „U ziet, mijnheer Vine," zei Weiss lang zaam. „dit is niet hel land of de eeuw van Don Quichot Strijd tegen onze Trusts en ons geldwezen met uw welsprekendheid, a.s u daar zin in hebt. maar bemoei u niet met dingen, waar u geen verstand van hebt. En, wat nu met dat document van u?" „Ik ben niet in staat, om op dit oogenbliif een definilief besluit le nemen," zei Vine op staande. ..Eerlijk gezegd, ik wil bet stuk zóó gebruiken, dat het u het grootst mogelijk? kwaad doel. Daartegenover staat, dat ik in de verste verte niet de gevolgen had voor zien. waar u en John Dravton op gewezen hebt. Ik zal dit alles nog eens moeten over denken ..Wij zijn open vijanden." zei Weiss, „en er is geen reden waarom wij elkaar niet a.s zoodanig zouden res pee leuren. Wij verzoe ken u bij de beschaafde oorlogsgebruiken re blijven. Doe geen aanval zonder tenminsie een woord van waarschuwing. Het zal. b?r halve in T onze. ook in 't belang van ande ren zijn." „Uitstekend." zei Vine. „Dat beloof ik." Hij verliet het kantoor zonder verder iel* te zeggen, zonder een van de beide mannen de hand te geveD. Weiss ging op zijn stoel zitten en Littleson, die over a! zijn leden beefde kwam naast hem staan. „Stephen." zei hij. „je bent een groot man. Kom nn eens mee hier vandaan naar Parkpr pn laten we een glas drinken Mijn zenuwen staan op springen." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5