Iedereen kent Abdijsiroop LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 6 November Derde Blad Anno 1926. Buitenl. Weekoverzicht. PARIJSGHE HERFST. NIEUWS UIT BELGIE. No. 20445 De zegeningen van de dicta tuur. In Amerika de repu blikeinen en de droogte in 't gedrang. Ambtenarenstiijd in Oostenrijk. Echec der Engelsche mijnwerkers. I in landen met een dictatuur keeren de aanslagen met den regelmatigen gang van een uurwerk terug. Dat is nu eenmaal niet anders. Men ziet het aan Italië en Spanje, i Op „el duce" is wederom een aanslag ge pleegd, die evenals de vorige volslagen is mislukt Is het wonder, dat in de kringen van zijn aanhang geloofd wordt, dat de lei der onaantastbaar is, dat de Voorzienigheid over hem wTaakt? Mussolini is daar blijk baar ook van overtuigd, waar hij toch ver zekerde, dat hem niets zal gebeuren, voor zijn werk is voltooid! Maar wie ziet de toe komst voor zich open liggen Het is overigens wel eigenaardig, dat de aanslagen van zoo bijzondere zijde komen. Vorige maal van een uit het evenwicht ge raakte dame, nu van de zijde van een 15-ja- rigen jongeling. Ware het niet, dat deze laatste er zelf zoo slecht is afgekomen de woedende menigte lynchte hem eenvoudig dan zou men kunnen zeggen, dat er een soort van reclame achterzat. Doch gekheid Ier zijde. Het is immers ernstig genoeg. Mede door de uitspattingen, waaraan de fascisten zich in tal van plaatsen hebben overgege ven en die natuurlijk hier en daar weer een beslist anti-Fransch cachet droegen. Tegen dit laatste schijnt de fascistische regeering nu ernstig te willen optreden, hetgeen trou wens tijd wordt, want de verbittering aan weerszijden van da Alpen is groeiende. De moordaanslag werd gepleegd op een aren zegetocht van Mussolini, die te Bo- ogna zijn hoogtepunt zou bereiken en dat, vooral na het schot, bereikt heeft ook. Be donderen moet men de koelbloedigheid van el duce", die even kalm als tevoren zijn program afwerkte alsof er niets was ge schied. Uit de onregelmatigheden die nu, na den goeden afloop reeds plaats hadden, is zoo eenigszins af te leiden wat er zou zijn ge volgd, zoo de aanslag eens was gelukt. Een ware bloed-terreur zou dan over Italië zijn losgebroken, daaraan is geen twijfel moge lijk, waaraan heel wat onschuldigen ten offer zouden zijn gevallen. Een der Ita- liaansche ministers wees o. i. zeer terecht daarop. Uit den aard der zaak wordt in Italië ge dacht aan een complot, niet aan een op zich zelf staand overspannen geval van een jeugdig delinquent. In hoeverre dat juist is, moet nog blijken, maar eenige grond voor de complot-gevoelens vindt men in het juist door de Fransche politie op het spoor geko men en verijdelde samenzweringscomplot legen het Spaansche directorium. Waarom zou in Frankrijk ook niet tegen de Italiaan- sche dictatuur zijn samengespannen, te eer, waar Italianen mede schuldig staan aan den voorbereiden aanslag in Spanje? Zware verdenking rust o.a. op generaal Riccioti Garibaldi, wiens gangen thans l ernstig worden nagespeurd. Het tegen Spanje gerichte complot betrof geen moordaanslag, maar een compleet plan de campagne tot het verwekken van een opstand. Bedoeling was zich meester te maken van eenige voorname posten in Ca- talonië, daar den opstand te proclameeren en dan Catalonië is altijd voor Spanje een broeinest van ongerechtigheden ge weest met de daar verzamelde opstan dige elementen een opmarsch te beginnen naar Madrid. Wapen-depots waren in ge reedheid etc. De Fransch politie heeft Spanje een groo- ten dienst bewezen door dit plan in de kiem te smoren. Voor het Spaansche directorium is dit wel zoo veilig, om van gemakkelijk niet te spreken. Want of deze regeerings- vorm in Spanje even sterk staat als thans het fascisme in Italië, zie, dat is zeer aan gegronde twijfel onderhevig. Geheel uilgesloten schijnt ons zelfs de mogelijkheid niet, dat tezijnertijd de aan slag zal worden herhaald of dat Catalonië eigener beweging er moeten daar toch reeds ingewijden zijn zal beginnen. Doch: een gewaarschuwde regeering geldt voor twee! Is in Spanje de strijd direct vermeden, deze zal, zij het gelukkig onbloedig, in Oostenrijk en in de Vereenigde Staten juist een aanvang nemen. In Oostenrijk is een vergelijk tusschen de ambtenaren en de nieuwe regeering Seipel ook niet mogelijk gebleken, daar de ambtenaren vasthielden aan voor de schatkist te zware eischen vol gens de regeering. Opnieuw is nu een ulti matum gesteld en niets wijst er op, dat dit zal worden aanvaard. Geen zich zelf respecteerende regeering zou trouwens o. i. een door een categorie van personen gesteld ultimatum kunnen aanvaarden. Waar zou een regeering dan heengaan I In de Vereenigde Staten is bij de verkie zing van een derde gedeelte van Senaat en Huis van Afgevaardigden door de democra ten een belangrijke overwinning behaald. In den Senaat is de republikeinsche meer derheid, practisch gesproken, verdwenen. c'fs met^ behulp van eenige destijds door de republikeinen zelf uitgezette partijleden ?e.?g. Lafollette-jrroep is een meerder heid niet verzekerd. Voor president Coolidge dientengevolge een zeer moeilijke Periode aan, want gezien hun succes, zullen e democraten fel den strijd voortzetten om s raks over 2 jaar ook te trachten bij de j'residentskeuze en wat daarmee annex is, p- tnumfeeren. Zou Alf. Smith, de populaire RECLAME. gouverneur van den staat New-York, die voor de derde maal met groote meerderheid werd herkozen, de democratische presi- dentschapscandidaat worden? Overwerkte Zenuwen Jalmeeren en worden gesterkt door Zeanwstillende en Zenuwsterkende Jnhardt's Zenuwtabletten azen Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten 3405 ALF. SMITH. Verder dient vermeld de overwinning der „natten" op de „drogen" bij de jongste ver kiezingen, zoodat wel mag worden vasgte- legd, dat het volledige drankverbod het welk ook 'n volledig echec bleek te zijn, trots al het geld dat ter handhaving is besteed eerlang zal verdwijnen om plaats te maken voor soepeler regeling. Ook in dit opzicht is Smith een zeer geschikt candidaat. De strijd in Engeland inzake het mijn- conflict schijnt nu op zijn einde te loopen. Het aantal werkwilligen neemt iederen dag toe, de mijnwerkers en de leiders voelen alleen te staan, nu zoowel embargo op kolen als verplichte steun door de vakvereenigin- gen is geweigerd, zij het dat deze pil ver guld is door het uitschrijven van een vrij willige sleun-aclie, die geen baat kan geven. Ten einde raad zal men zich thans wel gaan schikken in districtsregelingen, die dan zullen worden samengevat in een nationale regeling. Welk laatste weinig meer is dan een doekje voor het bloeden, dat begrijpt men. Een mooi gebaar om in schijn nog eenigszins den aftocht te dekken. Stelt men daartegenover, hetgeen te be reiken was geweest met een minder extre mistisch gevoerdbeleid van de bestuur ders, ongerekend het aantal slachtoffers, dat straks zal vallen, daar een te werk-stellen van alle mijnwerkers is uitgesloten! Het wordt voor de mijnwerkersfederatie een volslagen echec 1 Het is nu volop herfst in Parijs. Alle ken- teekenen zijn er. Zoo lang ze konden, heb ben de Parijzenaars getracht het idee ran een na-zomer vast te houden. De zon hielp mee wat ze kon, om die illusie te verster ken. Maar nu is het gedaan, haar krachten zijn uitgeput. En zware wolkluchten hangen over Parijs neer. Af en toe klettert de regen. Het is gedaan met de frissche, fleurige vrou- wenkleeding, die tot voor korten tijd nog de Parijsche straten sierde. Donkere wollen mantels en bontkragen hebben ze ver vangen. Ook in de parken zijn de frissche zomer- kleuren verdwenen, en hebben plaats moe ten maken voor de somberder herfsttinten der chrysanten maar hoe lang zullen die het nog uithouden? Want reeds beginnen er nachtvorsten te vallen. De boomen hebben reeds een groot deel van hun bladeren verloren. In den tuin der Tuilerieën ligt op de paden een heel bruin tapijt. Mannen met roodgerande petten zijn daar voortdurend druk bezig met hun be zems en harken en kapwagens om dat mooie tapijt weg te ruimen. Hoog opgesta pelde wagens doode blaren worden wegge reden. Vogels zie je en hoor je er nu bijna niet meer. Die houden zich schuil in de takken, en wachten op den een of anderen dage- lijkschen wandelaar, die hun brood komt voeren, en tracht hen uit zijn hand te lee- ren eten. Want niet alleen Amsterdam heeft zijn „musschenman", die heeft Parijs ook, en niet één, maar verscheidene zelfs. Er zijn er bij, die het heel ver gebracht heb ben: die zóó zeer het vertrouwen van de vogels hebben weten te winnen, dat die tot op hun schouders de kruimpjes komen weg halen. Eén is er bij wien een paar van de brutaalste musschen de kruimpjes van zijn lippen durven pikken. En trotsch dat hij daarop is! Geen openluchl-eonceTten meer in de parken! En de enkele huurstoeltjes, die er nog staan, blijven ook zoo goed als leeg, staan zielig ongebruikt naast elkaar. En weldra zullen ze heelemaal opgeruimd worden. Maar op de boulevards, dóór zitten de Parijzenaars nog buiten, op de terrassen der cafés. Want dii&r staan de bekende Parij sche „brasero's", open potkacheltjes, waar in houtskool en cokes gestookt wordt, en die een enorme hitte verspreiden kunnen, zoo dat twee of drie ervan voldoende zijn om een groot café-terras te verwarmen een ideale uitvinding werkelijk, die den Parijze naars veroorlooft om zelfs tot in het hartje van den winter hun café-crême en hun apé- ritif in de open lucht te genieten. Hier en daar naast de café's hebben zich weer de marchands de marrons geïnstal leerd met hun fornuis en hun zakken kas tanjes een van de eerste teekenen in Parijs, dat de winter nadert, dat de kou op komst is de kou die zoo'n zakje gloeiend heete geroosterde kastanjes tot een aller heerlijkste versnapering maakt, waaraan midinetteljes en werklui niet alleen, maar ook ..heeren" en „dames" zich gaarne te goed doen! Maar ze zijn dit jaar alwéér duurde.- geworden, de gproos'erdp kastanjes precies zooals alles hier duurder wordt, steeds duurder, hoezeer de franc ook in waarde stijgt. Maar de kastanje-koopman, die weet ten minste te vertellen, waaróm hij zijn prijzen heeft moeten opslaan, al weer. Door de „maladie de l'encre", die de kastanjeboomen in Frankrijk aantast, zoo legt hij uit. In het jaar 1882 is die ziekte voor het eerst verschenen in de Baskische provinciën, en heeft zich sindsdien sterk uitgebreid. En er schijnt niets tegen te doen te zijn alle aangetaste boomen sterven. Zoodat er hoe langer hoe minder kastanjes in Frankrijk zijn. En daardoor worden ze vanzelf duurder. Een heel logische uiteen zetting. maar dat neemt de teleurstelling van midinetteljes en andere liefhebbers niet weg! In het Bois de Boulogne, daar ziet ge nu bijna geen auto's meer rijden, daar ziet je nu zelfs op Zondagmorgen bijna geen wan delaars meer. Hoogstens wat sport-men- schen nog, die weer of geen weer, voor niets ter wereld hun dagelijksche „footing" zouden willen missen. En wat eenzame of dichterlijke zielen, die in den weemoed van de stervende bladeren een troost zoeken voor den weemoed van hun eigen hart. Daar dwaalt nu ook weer rond de „herfst- minnaar". Weet ge niet. wie hij is, de „herfstminnaar"? een heel eigenaardige Parijsche figuur. Daar ziet ge hem gaan. met aan zijn arm een dame, die niet heel jong meer is, en ook niet heel mooi meer. Hijzelf daarentegen is jong. is knap. en is een en al beminnelijkheid en voorko mendheid. Vol genegenheid houdt hij zich naar zijn gezellin toegebogen, en zoo dren telen ze samen langzaam de stille paadjes door van het weemoedige herfst-bosch. Een enkele maal vindt je hem alleen zitten op een bank. Ga naast hem zitten, en maak kennis met hem. Dan zal hij u vertellen van zijn herfst-stemming, zijn herfst-liefde. Dan zal hij u zeggen, in meer of min dichterlijke bewoordingen, dat niets hem zóózeer ontroert als de herfst, vooral de herfst van een menschen-leven, speciaal de herfst van een vrouwenleven. Hij zal u vertellen, dat de mooiste taak, die een man zich denken kan, is een vrouw te troosten, die niet jong en niet mooi meer is. haar nog een beetje vreugde te geven, wat illu sie van geluk. Dat daarom, hij voor zich, geen grooter voldoening kent dan zoo'n eenzame, al wat oudere vrouw, die zoo zielig alleen door het bosch wandelt, aan te spreken, en haar te vragen, of hij niet een heel klein eindje haar zon mogen ver gezellen op haar wandeling door 't herfst- bosch. „O, de blijdschap, die je zoo langzamer hand ziet opstralen achter het eerst weige rende afwijzende gezicht!.... En dan hoe langer hoe méér haar vertrouwen te win nen. dat eindelijk zij alle wantrouwen varen laat. en op mijn arm leunend, met een ge lukkig gezicht zich overgeeft aan haar illusie, en we samen bewonderen, zachtjes voortkuierend over de stille paadjes, het gouden licht dat door de boomen schijnt, den bleckblauwen hemel, en de duizend hiaten van gele, roode en bruine blade ren Tranen zult ge in zijn oogen zien blin ken, bij het oproepen van deze gevoelens. En zelf zult ge misschien ook even iets weg te pinken hebben. Verwonder u niet, als je hem plotseling ziet opstaan en snel een zijweg ziet in schieten. Wat was daar? Was daar mis schien plotseling een te troosten ziel ver schenen? Liep daar één eenzame vrouw?. Ge kijkt, kijkt.... niets ziet ge echter en de „herfstminnaar" is verdwenen, en blijft weg. Maar, als ge weer voor u uitkijkt, ziet gp twee boschwachters naderen. En als ge een praatje met de boschwach ters maakt, en hun vertelt van uw eigen aardige ontmoeting, dan zullen de bosch wachters half nijdig, half lachend u ver tellen. dat de „herfstminnaar" bij zijn ge voelvolle troostmanieren er nog deze heb belijkheid op nahoudt, dat hij na de poëti sche boschwandeling er gewoonlijk met het handtaschje der getrooste dame vandoor gaat Parijsche herfst.... (Van onzen bijzonderen correspondent) Het Vlaamsche volkstooneel Een gesprek met Johan de Meester. Tooneel is in Vlaanderen het stokpaardje van velen. Welke gemeente in Vlaanderen heeft niet, hoe klein ook, haar dilettan tengezelschap Wie kent er niet dezen oi genen artist en spreekt niet een al-beslis send oordeel uit over het werk van auteur X of schouwburgbestuurder Z, of doet niet mee, al zij het dan nog zoo onschuldig, achter een pot bier, in een rustig café, aan de intrigues rond dit tooneeltournooi of rond dezen theater Weinigen van wie zich willen voordoen als zijnde gevoelig voor kunst en schoonheid. Tooneel is voor het volk van Vlaanderen in den meest uit- gebreiden zin als een behoefte, veel meer dan in welk ander land misschien. De aanleiding daartoe? Veel is daar over te vertellen maar een antwoord te geven op deze vraag ligt niet in onze bo doeling. Meer bepaald wenschen wij u in verband hiermede te schrijven over een initiatief, dat zich meer dan verdienstelijk heeft getoond, met Dame het Vlaamsche Volkstooneel. De oorsprong van dit gezelschap ligt a»u den IJzer, aan het oorlogsfront. Daar was door dr. O. de Gruyter, thans bestuurder van den Koninklijken Nederlandschen Schouwburg te Antwerpen, en Juliaan Platteau het „FroDttooneel" opgericht dat den „Schouwburg van de Koningin" be speelde aan het IJzerfront en bij de Vlaam sche soldaten weldra zeer populair geraak te. Te Götingen, waar eeD gevangenen kamp was, gaf de heer Staf Bruggen ook tooneelvoorstellingen voor de krijgsgevan genen en na den oorlog kwamen beide I RECLAME. 8362 en weet, dat het het aan gewezen middel is tegen ver koudheid, influenza, hoest, bronchitis, heeschheid, kink hoest, asthma en andere ziek ten der ademhalingsorganen. Onbegrijpelijk ia het daarom dat er nog menichen zijn dio met hun telkens terugkeerende bronchitis aanvallen blijven voortsukkelen. Probeer toch Akker'a Abdijsiroop. groepen bijeen en reisden het Vlaamsche land af, evenals het bezette Duitsche ge bied, waar Vlaamsche soldaten verbleven. Daaruit groeide het eigenlijke Vlaam sche Volkstooneel, onder de leiding van dr. O. de Gruyter, met als administrateur de heer dr. J. Goossenaerts, de organisa tor van de Vlaamsche wetenschappelijke congressen. Na het einde vaD zijn gevan genschap werd de Vlaamsche dichter Wien Moens secretaris van het gezelschap. Na drie jaren in stad en dorp voorstellingen te hebben gegeven met zijn gezelschap in een geestdriftige atmosfeer, werd dr. De Gruyter benoemd door het Vlaamsch-de- raocratisch College van Antwerpen tot be stuurder van den Stedelijken Nederland schen Schouwburg. Dit was de vrucht van het werk dat de algemeene aandacht op hem gevestigd had en onvoorwaardelijk bewondering afdwong. Het VI. Volkstoo ncel deed nog een jaar voort met Lieven de Gruyter aan de leiding maar moest dan een jaar zijn werking schorsen. De baan was evenwel gebroken Het zaad van het goede tooneel in Vlaanderen was uitge worpen en als eerst was beweerd dat een reizend tooneelgezelschap hier te lande tot mislukking was gedoemd, gingen er nu tal rijke stemmen op om de voortzetting van het begonnen werk te bepleiten. Voortgezet werd het, gelukkig, en hier bij onderging het een verjongingskuur in streven, programma en werkwijze. Wies Moens haalde Johan de Meester en Gerani Rutten uit Nederland naar Vlaanderen, de eerste voor de regie, de tweede voor «lc decoratie. Het eerste jaar reeds werd een prachtig gevuld repertorium afgewerk». Na dit jaar kwam er weer verandering, bet secretariaat en organisatie-centrum werd verplaatst naar Brussel en kwam in handen van de-n Vlaamschen journalist Jun Boon, terwijl de heer de Meester als artistiek medewerker kreeg den heer René Moelaert, voor decorbouw, Karei Albert, van Antwerpen en Eug. Van de Velde, den directeur van de „Schola Cantorum" te Brussel, voor de muziek, alsmede Victor Servranckx van Brussel voor teekeningen van aifichen enz. Het nu bestaande Vlaamsche Volkstoo neel is, laat ons zeggen, technisch zoo ge ëvolueerd. Maar wat is het doel gewor den, hoe is de oriënteering, welke plaats wenschen de leiders dat het innemen zou in Vlaanderen en in heel de Nederland- sche cultuurbeweging 1 Zich aan de bron zelf bevragen scheea ons het beste middel om daaromtrent nauw keurig ingelicht te worden en Voen we de zer dagen in eeD van de artistiek-intieme eethuizen in de omgeving van de Monnaie, Johan de Meester aantroffen, in zenuw achtige haast bezig met een middagmaal te verwerken, vielen we maar dadelijk met de deur in huis en vroegen hem hoe hij zich zelf de rol van het Vlaamsche Volks tooneel in Vlaanderen, en voor de Neder- landsche tooneelontwikkeling en besona- ving over het algemeen voorstelt 1 Het ging niet makkelijk J. de Meester aan het pra ten te krijgen. Het betrof immers eigen werkMaar na een eerste contact kwam er warmte in en toen vernamen we het: Het doel van het Vlaamsche Volks tooneel Ik stel het me tweeledig voor, mijnheer. Kultureel: voortzetting van het werk van dr. De Gruyter door mede te werken aan de kultureele ontwikkeling van Vlaanderen, door het brengen van goede eenvoudige tooneelkunst in aJle kringen, ook in de kleinere plaatsen. Het is met trouwens sterk opgevallen crat *n Vlaanderen de beste krachten in dorpen en kleine plaatsen schuilen Dan artistiek: door de uitroeiing van het verslapte, zich zelf overlevende impressionisme dat, on der allerlei vormen van realistisch of ge- styleerd tooneel nog steeds blijft voort woekeren, zelfs zonder dat mes ernstig verzet opmerkt, in Vlaanderen zoowel als in Nederland, in de officieele schouwbur gen zoo goed als in de kleine amuse mentstheatertjes. Het is nu bijna vijftien jaar geleden dat Marinetti in Italië, de Sturm-groep in Duitschland, de nieuwe kunst ingeleid hebben. SindsdieD is er »n heel Europa gewerkt. Spanje gaf Picosso, Parijs den essayist Cocteau, Duitschland Franz Werfel, Amerika O'Neill Rusland zette de kroon op het werk Meyerhold is, sedert de gothische mysterie-spelers, de eerste tooneel-man die eenheid van vorm en inhoud terugvondMidden in dit werkende, zoekende, creëerende Europa liggen Vlaanderen, maar vooral ook Hol land, genoeglijk te slapen. In Holland is de toestand het ergst Niet alleen de art-isten slapen daar, maar ook 't publiek heeft gemerkt dat het zich evengoed thuis kan vervelen als in den schouwburg en dat de fauteuils van de modern ingerichte bioscopen, véél, en veel comfortabeler geconstrueerd zijn dan de verouderde schouwburgstoelen. Men slaapt dan thuis of in de bioscoop en de schouw burgen staan veelal leeg In Vlaanderen bestaat er een kleine, vooralsnog zwakke beweging. Teirlinck gnf den stoot. Na hem kwamen Anton van de Velde 0D Paul de Mout, en, als executan ten, het Vlaamsche Volkstooneel onder lei ding van JaD Boon en uw dienaar. En uw repertorium En het suc ces 1 Tooneel heeft geen succes in Holland omdat de uitbeeldingswijze verouderd, niet boeiend meer is Er bestaat geen bewe ging die publiek en artisteu in gelijke mate interesseert, zooals in '80 het geval was, toen KI008 en zijn vrienden heel Holland wisten to electnseeren. In Holland is lamst-, kunst, .n Vlaanderen is kunst een behoefteHet VL Volkstooneel heeft in Vlaanderen succes doordat we een re pertorium en een uitbeeldingswijze bren gen die opgegroeid is en geheel gevormd is naar de karakteristieKc voorkeur en be hoeften vaD het Vlaamsche volk, dat leert onder invloed van Poesje en van Folklore, Reuzen enz. Ons repertorium is grooten- deols geschreven door Vlaamsche strijders, die één geheel zijn geworden met hun pu bliek het strijdende Vlaamsche volk. Of we in Holland succes zullen heb ben 1 De Tijl-matinée in Amsterdam was iels eenigs Ik kreeg daar toen de stellige over tuiging, dat het publiek in Holland toch wel ontvankelijk kan zijn voor tooneel en ik werd versterkt in mijn overtuiging, dat een groot deel van de onverschilligheid te wij ten is aan het feit, dat het tooneel in Hol land is blijven staan op het punt waar het vóór den oorlog gekomen is. Men weet nu perfect hoe deze mpneer een sigaret rookt en een ander een koningsmantel draagt De effecten, de intonaties zijn alle bekend en uitgeput. De revue-artislen voelen het beter Wil men in het moderne leven iets tot stand brengen, en dit geldt zoowel voor den kunstenaar als voor den fabrikant, dan moet men zonder ophouden werken, vinden, creëeren. De na-oorlogsche mensch leeft tweemaal zoo vlug en tweemaal zoo intens als de vóór-oorlogsche en heeft ook een dubbele dosis indrukken en sensaties noodig. Zij. die op dit oogenblik nog dp lei - ding hebben in Holland zijn allen vóór- oorlogsche menschen. Ze onderdrukken de ontwikkeling van het rhythme, door den Charleston te verbieden eD jagen het publiek uit de schouwburgen door het stukken voor te zetten, waar niets in te beleven is Het publiek wil in de schouwburgen mee- leven en men dwingt 't tot luisteren Zal het Hollandsche publiek met de Vla mingen meeleven? Ik hoop het Welke zijn uw plannen voor de toe komst? Voor dit seizoen heb ik er twee* „Lu cifer", gespeeld niet als een „stuk in ver zen", maar als een „drama in rhythme" En dan „St.Franciscus", het merkwaardigsit stuk, dat sedert den oorlog in Vlaanderen is geschreven, half revue, half liturgische han deling, van den nog maar zelden gespeelden jongen, zeer talentvollen Michel de Ghelde- rode. Met dit stuk heb ik voor 't eerst de hoop een definitief resultaat te bereiken. Het Vlaamsche Volkstooneel zal hier zich misschien voor het eerst geheel kunnen ontdoen van vreemde invloeden en iets tot stand brengen, dat nieuw en geheel eigen is, naar vorm en inhoud, en geheel gegroeid is uit de Vlaamsche volksziel. Sedert Marieken van Nijmegen is ons werk geweest als het werk van den tuin man, die verschillende bloemen kruist, zoo lang tot op zekeren dag een nieuwe bloem soort geboren wordt. Zal die bloem Fran- j ciscus heeten en zal de vader M. de Ghel- I derode zijn? Zoo ja, dan zal ook ons volks- 1 tooneel zijn eenheid hebben gevonden I Hierop namen we afscheid van den doel- i bewusten jongen Nederlander, die zich j blijkbaar sterk voelt in de uitvoering van de j taak. waarmede hij zich heeft belast, zoo belangrijk voor de instandhouding en den i bloei van het steeds sterker wordende i Vlaamsche bewustzijn Want het Vlaamsche Volkstooneel staat mede in het teeken van de Vlaamsche beweging, niet in den zin van den politieken strijd, maar in de betpekenis van de opvoedende kracht, die de Vlaam sche bevolking door actieve wprking nader brengt tot zich zelf. het nationaal bewust zijn van de Vlamingen aankweekt door dp aanschouwelijke voorstelling van een eigen Nederlandsche beschaving, kunst, ontwikke ling. Dat zulks ook pen zeker zelfvertrou wen schenkt, geloof in zieh zelf. pn dus den wil staalt van de strijdende Vlamingen, spreekt van zelf. De directe invloed van de voorstellingen van het Vlaamsche Volkstooneel op den geest van de Vlaamsche massa is onbe twistbaar. Tooneel is immers een van de meest populaire kunstuitingen, spreekt op een duidelijke manier tot ons volk. dat er onbewust den invloed van ondergaat En men stelle zich niet voor. dat het gezelschap zich alleen bepaalt hij de grooterp plaatsen waar officieele bijval en wierook te vinden is. In de kleinste plaatsen wordt opgetreden. Men moet in Vlaanderen hebbpn geleefd oir, tc weten hoe belangrijk zulks is. Want hier

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 9