DE WILDE HERTOGIN.
No. 20441
LEIDSCH OAGBLAD, Dinsdag 2 November.
Tweede Blad Anno 1926.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
het nederlandsch-belgisch
verdrag.
De N. R. Crt. hield gisteravond de juist
heid van hare „onthulling" staande.
„Het Bruselsche Laatste Nieuws, aldus het
Blad. is op inlichtingen uitgegaan „in de
omgeving van minister Francqui", waar
men het blad verzekerd heeft, „dat deze
nooit" in onderhandelingen van dergelijken
aard gemengd was. en dat het dus onmoge
lijk is dat hij de kwestie van een bevoordee
ling van Antwerpen zou te berde gebracht
hebben."
Gelukkig is slechts de omgeving, die te
goeder trouw kan zijn, en niet minister
Francqui zelf, verantwoordelijk voor dit de
menti. Wij kunnen niet gelooven dat mi
nister Francqui en Dr. Schacht, de president
van de Duitsche Rijksbank, het over zich
zouden kunnen verkrijgen te loochenen, dat
besprekingen van groote beteekenis over
Eupen en Malmedy tusschen hen hebben
plaats gehad, en dat bij die gelegenheid de
mogelijkheid van een stelselmatige begunsti
ging van de haven van Antwerpen door den
heer Francqui geopperd is: iets waaromtrent
wij volstrekte zekerheid hebben."
Dat de heer Francqui zijn denkbeeld als
geoorloofd beschouwde, verbaast het blad
voor het overige niet. Hij kan, zakenman als
hij is, uit de houding van Nederland den in-
dnik krijgen, dat wij zelf het als een plicht
beschouwden onze belangen tegenover die
van Antwerpen op den achtergrond te schui
ven. Hij kon in het verdrag onze erkenning
zien. dat ieder kunstmatig voordeel
van Antwerpen boven onze havens geoor
loofd. en ieder natuurlijk voordeel van onze
havens boven Antwerpen een onrechtvaar
digheid is. Hij dacht blijkbaar slechts conse
quent door te gaan in de door het verdrag
aangewezen richting."
De correspondent van de „Tel." te Berlijn
heeft zich tot dr. Schacht gewend, die hem
machigde tot het publiceeren der navolgende
erklaring-.
„In de besprekingen over Eupen-Mal
médy, die door den president der Duitsche
Rijksbank, dr. Schacht, gevoerd zijn, is
de kwestie van de haven *an Antwerpen
niet aangeroerd.
Tot zoover de verklaring van den presi
dent der Duitsche Rijksbank.
In gezaghebbende Berlijnsche kringen
vestigt men de aandacht op het feit, dat bij
jongste onderhandelingen over het
Duitsch-Ned. Handelsverdrag de kwestie
van de haven van Antwerpen een groote rol
heeft gespeeld. De Nederlandsche gedelegeer
den wezen er op, dat krachtens het Vredes
verdrag van Versailles de haven van Ant
werpen zekere voorrechten genoot boven die
an Rotterdam. De Nederlandsche onder
handelaars vroegen daarom gelijkstelling en
zij drongen er bovendien op aan, dat aan
Rotterdam dezelfde faciliteiten zouden wor
den verleend als aan Antwerpen. Van Duit
sche zijde werd aan dit verzoek gevolg ge-
zeven, maar niet in den zin als de Neder-
andsche onderhandelaars hadden verzocht.
Zoodra namelijk de termijn, gedurende
welken Duitschland op grond van het Vre
desverdrag van Versailles aan Antwerpen
uitzonderingsmaatrrg''^n moest toestaan,
len einde was, he ^mlschland deze opge
zegd, ten einde ahho^s tot gelijkstelling van
Antwerpen en Rotterdam te geraken. Het
is duidelijk, dat Duitschland niet tezelfder
tijd voorrechten kan intrekken en toestaan.
Uit deze omstandigheid alleen reeds blijkt,
dat niemand, die de houding der Duitsche
regeering in de kwestie der Westelijke ha
vensteden kent. op het denkbeeld kon ko
men, dat er te Berlijn gezaghebbende lieden
zouden zijn, die aan Antwerpen de concur
rentie met Rotterdam en Hamburg zouden
willen vergemakkelijken. Op een oogenblik,
dat de Duitsche handelsvloot, ten koste van
groote offers, die zoowel door het Rijk als
door de betrokken maatschappijen gebracht
worden, weder wordt opgebouwd, zou men
nimmer van den Rijksdag gedaan kunnen
krijgen, dat het Duitsche goederenverkeer
kunstmatig naar een buitenlandsche haven
geleid wordt.
Te Berlijn is de algemeene opvatting, dat
het bericht van de „Nieuwe Rotterdamsche
Courant" pure fantasie is van een onvoor
zichtig en tendentieus berichtgever, aldus
de „Tel."-correspondent
Uit Brussel meldt men aan de „Msbde":
Naar ik verneem wordt hier de aanleiding
tot het bericht van de N. R. Ct. inzake
Eupen-Malmédy en bevoordeeling van Ant
werpen gezocht in een onderhoud dat
Francqui een viertal jaren geleden te Ber
lijn met Duitsche autoriteiten heeft gehad
en waarbij men hem uitlatingen in den
mond heeft gelegd die hij zou hebben uitge
sproken.
Verder was Francqui ginds niet als mi
nister maar als finantieel gedelegeerde van
de regeering-Theunis om er in verband met
de terugname door het Reich van de in Bel
gië gebleven marken te spreken over Bel
gische tegenprestaties bij het regelen der
sequestiezaken
Daarbij werd niet over de kwestie Eupen-
Malmedy gesproken.
STAATSBEGROOTING 1927.
Hoofdstak VI (Marine).
Verschenen is het voorloopig verslag
over de begTooting van Marine voor 1927.
Daaraan is ontleend:
Men achtte het thans beter de kwestie
der reorganisatie der marine buiten be
schouwing te laten, evenals de samenvoe
ging der militaire departementen, nu te
dezen aanzien het overleg met Indië is ge
opend en de begrooting in geen enkel op
zicht is vooruitgeloopen op den uitslag van
dit overleg. Wel wenschten sommige le
den de vraag te stellen of de voorberei
ding van de reorganisatie van het marine-
beheer, waaraan de minister nu bezig is
en waarmede ook de benoeming van een
raad-adviseur in algemeenen dienst ver
band houdt, een zoodanige is, dat daarbij
niet alleen formeel, maar ook feitelijk niet
op die beide maatregelen wordt vooruitge
loopen.
Verscheidene leden wilden niet nalaten
hun ingenomenheid met de aanzienlijke
daling (met f 3.119.943) van het eindcijfer
der begrooting uit te spreken. Men hield
zich daarbij er van overtuigd, dat ook de
minister bij zijn bezuinigingsmaatregelen
er van is uitgegaan, dat aan de waarde
van de marine als zoodanig geen afbreuk
zal worden gedaan.
Andere leden stonden tegenover deze
bezuinigingen vrij sceptisch. De bezuiniging
mag niet gaan ten koste van de gewich
tige belangen, die de marine heeft te
dienen.
Verscheidene leden waren van oordeel,
dat van een eenigszins belangrijke bezui
niging op de marine-uitgaven in deze be
groeting niet gesproken kan worden.
Met betrekking tot den nieuwen aan
bouw van materieel werd gevraagd naar de
plannen van den Minister ten aanzien van
den aanbouw van een onderzeeboot voor
den dienst in Nederland ter vervanging
van één der verouderde.
Bedenking werd door deze hrcren geop
perd tegen de mededeeling in de memorie
van toelichting, dat voorshands het aan
tal onderzeebooten voor Indië niet zal wor
den uitgebreid. Eén en ander zou er op
neerkomen, dat, voor wat het in bespre
king zijnde materieel betreft, voor de ver
dediging van Ned.-Indië voorloopig als
eindpunt wordt genomen het bezit van 9
jagers en 12 onderzeebooten. Gevraagd
werd, uit welken hoofde de Minister van
oordeel is hiermede te kunnen volstaan.
Voor nieuwen aanbouw is in twee jaai
tijds ongeveer 4 millioen minder uitgetrok
ken. Een zoodanige vermindering in de
voorziening van hetgeen voor de defensie
noodig is, werd hoogst bedenkelijk ge
acht.
Verscheidene andere leden konden zich
met deze denkbeelden geenszins vereeni
gen. Naar de meening dezer leden kan voor
de vervulling onzer internationale ver
plichtingen uit een oogpunt van neutrali-
teitshandhaving en lidmaatschap van den
den Volkenbond in de Indische wateren
het best worden gezorgd door een uitge
breide poli tie-vloot, samengesteld u.»
kleine, snelvarende schepen. Zij moesten
zich dan ook verzetten tegen den verde
ren aanbouw van onderzeebooten voor In-
dië en tegen de aanvrage >cn gelden voor
den aanbouw van alweer nieuwe torpedo
jagers. Door deze leden werd ook bezwaar
gemaakt tegen den aanbouw van een nieu
we onderzeeboot.
Gevraagd werd naar de voornemens van
den Minister omtrent den vliegdienst. Ook
werd de vraag gesteld in hoeverre de
mededeelingen in de pers omtrent over
plaatsing van de kustwacht van Leiden
naar Amsterdam juist zijn.
Sommige leden vroegen zich af, of de
Minister in de versobering van de forma
tie van de in Nederland dienende marine
niet te ver is gegaan. Men' wees op de
opheffing van de geneeskundige inspectie
voor de zeemacht., In dit verband werd
gevraagd, hoe de Minister de voor 1924
wenschte beperking van personeel wil be
reiken.
Aangedrongen werd op verbetering van
de wachtgeldregeling en op het spoedig ter
hand nemen van een wettelijke regeling
betreffende den rechtstoestand van het
personeel.
Gevraagd werd, waarom de Vlootcommis.
sie, die reeds meer dan een vol jaar zeer
onvoltallig is, niet wordt aangevuld, waar
door deze commissie feitelijk niet ïd staat
is haar werk behoorlijk te doen.
Gewezen werd op de moeilijke omstan
digheden, waarin zich het oud-marine-per
soneel dat voor 1918 gepensionneerd is,
bevindt. Een herziening dezer pensioenen
werd dringend noodig geoordeeld. Op het
ten spoedigste treffen van maatregelen tot
verbetering van de positie van dit gewe
zen personeel werd door deze leden aan
gedrongen. 0
Verscheidene leden drongen er op aan,
dat de andere departementen meer gebruik
zouden maken van 's Lands werven en
werkplaatsen.
Het aantal commandeurs te Hellevoet-
sluis (10) achtte men voor dit kleine be
drijf te hoog.
Sommige leden wenschten, dat ook onge.
huwde schepelingen boven 23 jaar, diè kost
winner zijn of worden, de kostwinnersver
goeding zouden krijgen.
Sommige leden vestigden er de aandacht
op, dat het dringend noodzakelijk is de
bestrijding van de venerische ziekten voor
al in dien zin aan te vatten, dat de haar
den der besmetting worden bestreden.
Gevraagd werd, of de minister kan ine-
dedeelen, welke regelingen nu in overleg
met België getroffen zijn ten opzichte van
den loodsdienst op de Schelde.
Gevraagd werd voorts, of de minister
reeds tot een beslissing is gekomen inzake
de vervanging van zeilschepen voor den
loodsdienst door stoomloodsvaartuigen. Men
drong er op aan, het pensioen voor lood
sen te stellen op 2 pCt. per dienstjaar.
Wederom werd gevraagd of niet kan
worden voldaan aan den wensch der op
den Nieuwen Waterweg dienstdoende lood
sen om Rotterdam als standplaats te zien
aangewezen.
NEDERLAND EN DE VOLKENBOND.
In verband met de verkiezing van Ne
derland in den Volkenbondsraad heeft de
regeering als vertegenwoordigers in de
Permanente Raadgevende Commissie, welke
overeenkomstig art. 9 van het Volkenbcnds-
verdrag den Raad van Advies dient in
militaire aangelegenheden, aangewezen luik
een. b. d. C. van Tuinen, schout bij naóht
II. G. Surie en luitenant ter zee le kl.
D. Vreede, resp. voor zoover betreft vra
gen van weermacht te land, ter zee en in
de lucht
ROODE KRUIS CONFERENTIE TE BERN.
Bjj ministerieels beschikking is aange
wezen als vertegenwoordiger der Nederland
sche Regeering op de bijzondere Roode
Kruis-conf eren tie, welke op 16 November
e.k. te Bern zal aanvangen: mr. H. G.
Dreöselhuys, lid van de Tweede Kamer der
State n-G ener aal.
J. M. H. MERCKELBACH. f
Op het perron van het station te Am-
hem La Zaterdagavond, toen hij per trein
naar zijn woonplaats Maastricht zou gaan,
plotseling overleden, 66 jaar oud, de heer
J. M. H. Merckelbach (R.-K.), oud-lid van
de Tweede Kamer, oud-notaris te Maas
tricht en lid van den Raad van Beroep
voor de Directe Belastingen te Roermond.
CLASSIFICATIE BIJ DE NEDERL.
SPOORWEGEN.
Bij den Minister van Waterstaat heeft een
bijzondere audiëntie plaats gevonden over
de classificatie der gemeenten bij de Nel-
Spoorwegen. Voor het personeel waren ,Ter-
tegenwoordigd van den personeelraad de
heeren Moltmaker en Timmerman in hun
kwaliteit van voorzitter en secretaris. Lang
durig werd-het recht van het personeel be
pleit, om gelijk gesteld te worden met het
Rijkspersoneel, waardoor een aantal stand
plaatsen naar een hoogere klasse werd over
gebracht.
Door den Minister werd daalegen aange
voerd. dat de directie der Ned. Spoorwegen
ten eenenmale dit recht ontkent en wel be
reid is met den Personeelraad de algeheele
classificatie te herzien Het resultaat van de
bespreking is. dat de Minister zich opnieuw
zal wenden tot de directie, waarna nog eens
een nieuwe conferentie zal worden gehou
den.
HOOGERE RIJKSAMBTENAREN.
Zaterdag hield de Vereenigingsraad van
de Centrale van Hoogere Rijksambtenaren
zijn gewone jaarvergadering te Amsterdam,
onder voorzitterschap van mr. J. Draaver,
Deze gaf in zijn openingswoord een over
zicht van den stand van de verschillende
vraagstukken, die voor de ambtenaren van
belang zijn. Hij deed uitkomen, dat er op
verschillend gebied eenig nieuw leven is te
constateeren. Zoo is van den Minister van
Justitie een wetsontwerp te verwachten,
waarin een belangrijk deel van de rechts
positie zal worden geregeld. Ten aanzien
van de salarisregeling is het wachtwoord
„rust uitgegeven. Intusschen gaat het over
leg tusschen de regeering en de ambtenaren
voort. Ook bij de classificatie der gemeenten
inzake den standplaatsaftrek zijn uitne
mende belangen der ambtenaren betrokken.
Het bestuur is diligent, opdat bij dit alles
aan de bijzondere belangen der hoogere
ambtenaren de noodige aandacht wordt ge
wijd.
Mr. K. J. van Nieuwkerken, rechtskundig
adviseur der Centrale, hield een lezing
over: „Ambtenaar en onrechtmatige over-
heidsraad
Bij de rondvraag werd er de aandacht
op gevestigd, dat ambtenaren, die hun
dienst per eigen auto uitvoeren, de nieuwe
wegenbelasting zullen moeten betalen. Aan
gedrongen werd op een compensatie hier
voor door verhooging van de toelage voor
gebruik van eigen auto ingevolge het Reis
besluit.
Het bestuur zal aan deze aangelegenheid
zijn aandacht schenken.
HET GOUDEN FEEST VAN HET
NOORDZEEKANAAL.
Gisteren bestond IJmuiden officieel 50
jaar, daar het 50 jaar geleden is, dat liet
Noordzeekanaal werd geopend. Dit feit z 1
men op schitterende wijze herdenken. Er
word1 een week lang feest gevierd.
Vrjjdag begonnen de fasten reeds met
de officieele opening van een winkelweek.
Tevoren was reeds de seismische ten
toonstelling geopend door den voorzitter
van het algemeen feestcomité, wethouder
J. Cs Dunnebier, nadat de voorzitter der
tentoonstellingscommissie, de heer J. Kos
telijk, gemeente-secretaris, een inleidende
rede had gehouden.
Des avonds trokken vier muziekcorpsen
rond, om den ingezetenen kond te doen,
dat de winkelweek was geopend.
De Zaterdagmiddag was aan de sport
gewijd. Op het Stormvogelterrein werden
athletiek- en voetbalwedstrijden gehouden.
Des avonds gaven in den schouwburg
Thalia de vier plaatselijke gymnastiekver-
eenigingen een uitvoering.
Zondag werd het halve eeuwfeest in de
kerken herdacht
De plaats is schitterend versierd en ver
licht Het feestcomité heeft de voornaamste
pleinen en toegangswegen versierd, terwijl
de buurtvereenigingen voor de straten heb
ben gezorgd.
RECLAME.
zeker werkend bij verstopping.
Alle 2 of 3 dagen een Laxin -bonbon na den
avond maaltijd,, regelt de sp/jsverteering.
3154
De groote feestdagen zj)n heden en Don
derdag. Heden hééft de vlootrevue en het
vuurwerk plaats, Donderdag komen de
officieele gasten uil Den Haag, Amster
dam en Haarlem.
NAT. BUREAU VOOR VROUWENARBEID.
Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan
van het Nationaal Bureau voor Vrouwen
arbeid werd gistermiddag receptie gehou
den in het perceel aan de Van Speyksfraat
te Den Haag, waar het Bureau gevestigd is.
Van vele organisaties waren vertegen
woordigsters gekomen om het bureau en de
leidsters, die zich een algemeene bekend
heid hebben verworven, geluk te wenschen.
Ook werden enkele toespraken gehouden.
Namens de vereeniging „Arbeid Adelt"
sprak mevr. Therese Hoven, die huldo
bracht aan de leiding en haar sympathie
uitsprak jegens hot bureau en de directie.
Namens de Nederlandsche Vereeniging
van Huisvrouwen sprak de presidente van
het hoofdbestuur, mevr. BraunsSchagen,
die dp gelukwenschen der vereeniging over
bracht. terwijl ook de presidente der Haag-
sche afdeeling mevr. Van Braam Houck-
geest, het woord voerde en speciaal mej.
Anna Polak en haaT medewerksters, mej.
Heynen en mej Van Dijk. huldigde.
Óok werd nog gesproken namens de Ver
eeniging van Staatsburgeressen waarna de
directrice van het Bureau, mej. Polak, allen
dankte.
Er waren veel bloemstukken gezonden.
RADIO-OMROEP.'
Het Hoofdbestuur van het Alg. Ned. Ver
bond heeft besloten een commissie in te
stellen, die door overleg met de daarvoor
in aanmerking komende vereenlgin^en en
instellingen zal trachten een oplossing te
vinden, waardoor de verdeeldheid, die het
gevolg zou zijn van de uitvoering van het
advies der Staatscommissie, voorkomen
wordt, zoo algemeen mogelijk bevrediging
wordt gewekt, en tevens wordt bewerkt dat
de Nederlandsche Radio-omroep dienstbaar
wordt gemaakt aan de wenschen der land
en stamgenooten in de omliggende landen.
EEN LEGERCONTROLESTATION.
Een dezer dagen is op het Bondskantoor
te Den Haag een vergadering gehouden van
vertegenwoordigers der Bondsbesturen van
de Landelijke Bonden van Schoenmakers
patroons en schoenwinkeliersvereenigingen
De vergadering werd geleid door mr. J. A.
G. M. van Hellenberg Hubar. Besloten werd
een Vereeniging „Leder-conlrole-station op
te richten. Het doel der Ver. is, de fabricatie
en het verwerken van goede kwaliteit leder
te bevorderen. Een der middelen hiertoe is
het vaststellen van normen, waaraan onver-
zwaard zool leder dient te voldoen.
Leden A zijn de oprichters (bovengenoem
de Bonden).
Leden B: Lederhandelaren en looiers, die
het „controlestempel" van het station op hun
leder plaatsen, hetwelk als waarborg dient
voor onverzwaard zooileder.
Het onderzoek van het onder controle van
het station staande leder zal geschieden door
het Rijksproefstation ten bate der Leder-in
dustrie te Waalwijk.
De vergadering droeg het uitwerken der
genomen besluiten inzake de oprichting op
aan mr. van Hellenberg Hubar en F. Hés-
sels, bondsadministrateur.
Uit het Duitsch door ERNST KLEIN
Geautoriseerde vertaling
van L. DITHMAR1NE
(Nadruk verboden.)
32)
De sleutels bevonden zich aan den gou
den ketting in de broekzak van den versia-
?ene. Gemot opende alle laden en kastjes
maar er werd niets verdachts gevonden,
mets niet eens een liefdesbrief van de
6611 w a,n<^ere schoonheid.
»Wel," zeide Sir Walter, „deze jonge
man zou geen liefdescorrespondentie gevoerd
hebben? Ëen paar rekeningen daar, dklen
jyer het oprichten van het konsulaat in
iverpool Gemot, die laden en kastjes
Un zoodanig in orde dat ik tot de slotsom
'°m, dat er hier iets niet in orde is!"
XVIII.
Lady Grace had zichzelf overwonnen, zij
j deze volgenden morgen vroeg op en
=lnS met den eersten trein naar Londen.
oen zij in Carlton House Terrace aan
kwam
dokt Von<* 2^aar zuster te en de
er bezig haar temperatuur op te nemen.
kou^PWln^'ng' doorweekte schoenen en
nah^11 hadden gezegevierd over de sterke
rPTpUr Van Gloria en hadden haar te bed
dorpen.
in'a^ ?ei? bang dat er een longontsteking
aantocht is," zeide de dokter,
Met een luiden kreet wierp Grace zich op
het bed.
„Oh, oh," jammerde zij, „ik was er wel
zeker van, dat er iets verschrikkelijks ge
beurd was! Gloria ik heb dan heelen
nacht niet geslapen 1 Ik...."
Stil lag Gloria De koorts brandde op haar
wangen, in haar oogen. Toen zij sprak klonk
haar slem heesch.
„Hoe is het met vader?"
„Oh. hij is in de beste stemming. Het is
een heele tijd sedert ik hem zoo opgeruimd
gezien heb. Hij vroeg, wat jij en ik toch
voor dringends te doen hadden in de stad,
waarop ik hem gezegd heb, dat jij plotse
ling de nobele passie gekregen had om je
win tergarderobe in Londen te willen be
stellen. En mij zou je per telefoon te hulp
geroepen hebben! Ik ik moest toch een
grap bedenken, is het niet? En heu9ch het
huilen stond mij nader dan het lachen.
Vader lachte ook en zeide dat je alles mocht
koopen wat je wilde en op zijn rekening!
Hij houdt toch zooveel van je Gloria! En
omdat je het document voor hem terugge
vonden hebt, is hij je voor eeuwig dank
baar!"
Gloria sloot de oogen. Bij de gedachte aan
haar vader overviel haar opnieuw een gren-
zelooze moedeloosheid. Grace, hoe vervuld
zij ook was van haar Hgen zorgen, durfde
er niet naar te vragen. Schuw greep zij de
hand van haar zusterhoe warm. hoe
droog was diel In dit uur leerde de opper
vlakkige Grace nog een ander, haar tot nu
toe geheel vreemd, gevoel kennen. Gedu
rende dien dag had zij het toch niet gewaagd
om zichzelf te verontschuldigen of in een
beter daglicht te stellen De angst en zelf
verwijten lieten haar niet met rust Maar
zelfbekentenis i9 nog niet gelijk aan berouw.
In dit uur leerde zij ook wat het is: 1 erouw
te hebben! Zij gleed naast het bed neder en
begon te weenen. Zacht uit het diepst
van haar ziel.
Gloria, ziek. met koorts vechtend, toonde
zich nu wederom de sterkste Zij legde haar
hand op het hoofd van haar zuster en
streelde het met liefde. Zij begreep wat er
in haar om moest gaan. Het medelijden
overwon haar smart. Het is toch eindeloos
moeilijk onder den druk van eigen schuld
te lijden1
Met moeite begon zij te vertellen. En hoe
verder zij kwam. des te meer verdween de
kleur uit het gezicht van haar toehoordster.
Het document verdwenen! En de'brieven 1
De brieven!
„Wilde hij ze je niet geven?" stamelde zij.
„Ik heb hem gedoodl"
„Ahl"
Grace strompelde overeind. Staarde haar
zuster aan
„Ge ge dood?"
„Ik verloor mijn kalmte. Ik had den
revolver meegenomen om hem eventueel
met het wapen in de hand te dwingen.
Maar toen toen Grace! Toen moest ik
het gebruiken om mij te verdedigenI"
Doodstil werd het in de kamer. Ieder van
de (wee vrouwen hoorde het kloppen van
haar eigen hart.
„Grace," ging Gloria verder, ..ik ben nog
niet uitgesproken! Wat er met de brieven
zal gebeuren weet ik niet: misschien zijn
zij reeds in handen van de politie Maar dat
is niet het ergste! Toen ik Las Vildas ge
dood had en daar nog stond me den revol
ver in mijn hand kwam er iemand in de
kamer en hielp mij ontvluchten! Dat was
Ha raid!"
Onbeweeglijk stond Grace daar. Het was
haar onmogelijk, het ontzettende, dat in
zulke korte uren over haar gekomen was. te
bevatten. Steen op steen stapelde het nood
lot op haarWaarom? Omdat zij vier
kleine brieven geschreven had
„Harald is in Londen", al9 door een
nevel hoorde zij de krachtlooze stem, .hij
kwam juist voor ons huis aan, toen ik op
weg ging naar Las Valdas Jouw regen
mantel hij zag mij voor jou aan, volgde
mij en gelooft nu dat ik ik het was
die met Las Valdas
Grace was nog steeds niet in staat om te
spreken. In haar moe hoofd ging die ééne
gedachte. Harald in Londen 1 Harald hield
Gloria voor de schuldige
„Ik heb er den geheelen nacht over na
gedacht," ging de zieke voort, „er zit niets
anders op dan dat je dadelijk naar hem toe
gaat en hem de heele waarheid zegt de
geheele, Gracel Hoor je mijl Hij moet, vóór
alles, ons helpen het afschrift te vinden I
Zou dan alles voor niets gebeurd zijn? Denk
er toch aan, dat vader nog de waarheid ter
oore kan komen I Want dat zal moeten ge
beuren I"
„Ik iknaar Harald
klaagde Grace, „Gloria, je eischt het onmo
gelijke!"
Plotseling richtte Gloria zich op. Nu schit
terden haar oogen niet alleen van koorts,
maar van opvlammenden toorn 1
„Ik eisch het onmogelijke?" riep zij met
bovennatuurlijke krachtsinspanning, „ik
ben moordenares ter wille van wie? Van
jou! Voor jouw schuld! En nu jammer je nog
dat ik het onmogelijke wil. omdat jij zult
gaan en mijn eer rechtvaardigen? Denk je.
dat mijn zusterliefde zoo ver zou gaan om
toe te laten, dat een man als Harald Neville
mij voor een vrouw zou houden als
voor de geliefde van Las Valdas? Onmoge-
lijk! Dat is wel het minste wat ik van je
vergen kan! En het is smaadvol genoeg dat
ik het moet vergen I Dat je het niet uit je
zelf doet!"
„Ik ga!" antwoordde Grace.
Twintig minuten later was zij terug. Haar
gelaat was vaalbleek. Haar lippen klapper
den als van koude
„Gloria, Gloria!" riep zij, „Harald is van
morgen in hechtenis genomenI"
XIX.
Generaal Sir Arthur Ryce liet Lord Ne
ville bij zich brengen. Hij en de vader van
den Lord hadden zij aan zij bij Ladysmilh
gevochten
„Daar heb je je in een leelijk wespennest
gestoken, Harald," begroette hij den ver
dachte.
Deze trok de schouders op en zeide kalm:
„Sir Arthur we moeten ons allemaal
buigen voor ons lot."
„Nonsense," riep Zijne Excellentie uit,
„dat zou ik nooit hebben kunnen gelooven,
Harald, dat je ter wille van een vrouw het
hoofd verliezen zoudt zelfs al was die
vrouw je echtgenoote."
„Lady Neville heeft met deze zaak niets
te maken. Sir Arthur"
..Des te erger voor jou. mijn jongen."
Sir Walter en de inspecteur Gernot waren
aanwezig en de eerste nam het op zich de
vragen te stellen. Hij en Harald Neville wa
ren te Eton tezamen school gegaan.
(Wordt vervolgd.)