De Hot der Leugcnen RUT IÉN VU DEZE RIEPEN NOG NIET GEPROEFD DAGBLAD, Woensdag 28 Juli No. 20359. BINNENLAND^ LEIDSCM Tweede Blad Anno 9923. RECHTZAKEN. EERSTE KAMER. De Koningin terng. De Koningin is gisteren in het vaderland teruggekeerd. Omstreeks 10 uur 57 stoomde de trein, begeleid door den inspecteur der Wed. Spoorwegen, den heer G. van Meurs, het Utrechtsche Centraalstation binnen, WI^r zich vrij veel publiek had verzameld. De Koningin vertoonde zich echter niet. Na van locomotief verwisseld te zijn, vertrok de trein naar Soestdijk. Te ruim halltwaalf is de Koningin daar aangekomen. Ken talrijk publiek had zich aldaar verza meld om H. M. de verwelkomen. Even voor de aankomst van den trein arriveerde H. M. de Koningin-Moeder met gevolg in drie- auto's. De begroeting van Moeder en Dochter was allerhartelijkst. De Koningin, die een grijzen hoed en beige mantel droeg, zag er erg vermoeid uit. 5fficieele begroeting door autoriteiten had niet plaats. De burgemeester van Soest, mr. Deketh, was aanwezig op het plein buiten de halte. Direct werd in de gereedstaande auto s naar het paleis gereden, waarbij het publiek de Vorstelijke familie hartelijk toejuichte. Ook bij het paleis Soestdijk had zich een groote menigte verzameld. Te ruim 2 uur arriveerde H. K. H. Prinses Juliana ten paleize Soestdijk per auto uit Amersfoort. De Prinses heeft na haar verblijf m Zwit serland eenken tijd in een meisjeskamp doorgebracht. Op het station te Amersfoort nam de Prinses hartelijk afscheid van de meisje9, met wie zij gekampeerd had, door ieder van haar een handdruk en een kus te geven De meisjes zongen haar daarna het .Adieu, vaarwel loe, dat de Prinses uit volle borst meezong. Voorafgegaan door den inspecteur der recherche, den heer Lózekoot, wandelde de Prinses naar het Stationsplein, waar een aulo gereed stond, om haar naar Soestdijk te brengen. Een groote menschenmenigle juichte haar hartelijk toe. De Koningin heeft de vermoeienissen van de reis uit Zwitserland goed doorstaan. Zij heeft geleden aan bronchitis, die in üen beginne gepaard ging met tempera- Ju ursverhooging en afmattende hevige hoest buien. De temperaluur is nu normaal en het hoesten neemt af. H. M. zal nog^eenigen tijd rust moeten houden alvorens volledig herstel is inge treden. Het Nederlandsch-Belgisch Verdrag. Het Nederlandsch-Belgisch Verdrag staat op de agenda voor morgen van den Belgi schen Senaat De gevaarlijke electrische stroom. De heer De Muralt heeft aan den minis ter van Waterstaat de volgende yragen gesteld: le. Is het den minister bekend, dat deze dagen te Borculo een ongeval heeft plaats gevonden waarbij twee menschen en een koe het leven lieten tengevolge van het feit, dat een stalen luidraad. bevestigd aan een hoekmast van een bovengrondsch electrisch net, waaraan sterkstroomdraden waren opgehangen, onder stroom ge raakte? 2e. Is het den minister bekend, dat be doelde tuidraad van boven met een lus tus- schen de sterkstroomdraden, volgens de regelen der kunst, aan den mast was be vestigd, welke wijze van bevestiging, die op zeer veel plaatsen in den lande wordt toegepast, door onvoorziene omstandighe den heeft medegewerkt tot het doen ont staan van het ongeval? 3e. 19 de minister bereid, zoo noodig in overleg met zijn ambtgenoot van Arbeid aangezien wettelijke voorschriften om trent aanleg van electrische geleidingen (huilen inslallatiën van fabrieken en werk plaatsen) nog ontbreken, den leiders van ondernemingen, die dergelijke electrische netten bouwen of onderhouden, te doen wijzen op het gevaar van de toepassing van tuidraden op de wijze als onder 2e. be doeld? Conferentie voor de veiligheid van 't verkeer. Op het in einde Maart gehouden Véilig- heidscongres werd op voorstel van den heer Edo Beigsma, voorzitter van de groep: Veiligheid op den weg, besloten een confe rentie van verkeersdeskundigen en belang hebbenden te beleggen. Op die conferentie zouden de op het congres ter sprake ge brachte onderwerpen beter onder de oogen worden gezien, dan zulks op een algfme:n congres mogelijk was. De eerste bijeenkomst werd tc Amster dam, onder leiding van dr. N. M. Josephus Jitta, voorzitter van het bestuur van het Veiligheidsmuseum, gehouden. Bij diens inleidende woorden wees deze er op, dat, wanneer deze conferentie alleen maar tot resultaat had, dat in het selnwe- zen voor het verkeer op den weg eanhpH gebracht wordt, men reeds kon zeggen, dat zij nuttig werk had verricht Daarnaast waren zeker nog wel andere vraagstukken, die onder de oogen gezien moesten wor den. Voor elk dezer onderdeelen zou een afzonderlijke commissie van ter zake des kunöigen benoemd moeten worden, die over dat onderdeel een rapport aan de conferen tie zou moeten uitbrengen. Alle aanwezigen op deze eerste bijeen komst der conferentie verklaarden zich met deze voorgestelde regeling accoord. Tot leden van het dagelijksch bestuur der ver- kec-rsconferentie werden met algemcene stemmen aangewezen: dr. N. M. Josèphus Jitta, voorzitter van het bestuur van het Veiligheidsmuseum; O. Bakker, chef van het Bureau Verkeerswezen der gemeente Amsterdam; ir. G. J. van den Broek, na mens den minister van Waterstaat; Edo Bergsraa, voorzitter van den A. N. W. B., Toeristenbond voor Nederland; ir. E. A. Gorter, directeur van het Veiligheidsmu seum, secretaris; G. Sormani,voorzitter van de Nederl. Unie van Arbeiders in het Automobielbedrijf; B. W. van Wclderen baron Rengers, secretaris van de Kon. Ned. Aulomobielclub; C. J. van 'Wijngaarden van Roos, secretaris van den Bond van Vrijwillige Verkeêrsinspecties in Nederland. Dit bestuur zal overwegen in hoeverre gebruik gemaakt zal worden van de nut tige wenken, die verschillende aanwezigen op deze eerste bijeenkomst maakten, inzake het bestudeeren van onderdeelen, in ver band met de verkeersveiligheid. Tc Mien opzichte werden voorstellen ge daan betreffende de normalisatie van de verkeerssignalen, het vereischte tracé van den weg, de aan voertuigen te stellen mi nimum eischen, ook inzake de verlichting, de opvoeding van het publiek en van de bestuurders van transportmiddelen, de eventueele uitsluiting van bepaalde voer tuigen, enz. Ter besludeering van dergelijke vraag stukken zal het dagelijksch bestuur der Verkeersconferentie bijzondere commissies in het leven roepen, die daarover rapport zullen uitbrengen. Dat bestuur kreeg te vens volmacht nog een of meer deskundi gen uit (e noodigen in hef bestuur zitting te nemen, indienTifet zulks in het belang van den goeden gang van zaken der werk zaamheden noodig mocht blijken. Ten slotte werd nog besloten, dat liet alcoholvraagstuk in verband met het ver keer niet in 'een afzonderlijke commissie vanwege de conferentie zou worden bestu deerd, aangezien dit vraagstuk onlangs op het op 16 Juni j.l. gehouden congres Alco- hol-Snelverkeer, te Utrecht, wel van .alle zijden onder de oogen was gezien. Het bureau der verkeersconferentie is gevestigd in het Veiligheidsmuseum, Hob- fcemastraat 22, Amsterdam. Personeel in Overheidsdienst. Gisteren is lo Arnhem het congres van den Ned. Bond van Personeel in Overheids dienst, onder voorzitterschap van den heer N. van Hinten, voortgezet. In bespreking kwam het jaarverslag van den secretaris en het beleid van het hoofdbestuur. Na zeer uitvoerige discussie keurde het congres bij acclamatie het beleid van het hoofdbestuur goed. Bij de bespreking van het verslag van den penningmeester werd door de afd. Amster dam voorgesteld om gelden beschikbaar te stellen voor steun aan muziekvereenigin- RECLAME. 8592 Naar het Engetsch van JUSTUS MILE FOSMAN. Door J. S. ,6) Maar Mac Kensie viel me in de reden. „Daar zijn overwegende redenen voor, waarop het niet noodig is in te gaan," zeide hij. „U bent juist de man om het te doen, Mr. Mallory. U bent gewend aan groote moeilijkheden en gevaren. Dat is op zich zelf voldoende! Wij willen er ook een zaak van maken. Ik ben bereid u aan te bieden neen, wacht, wacht een beetje! u aan te bieden duizend francs in de maand voor uw diensten. Dit is alleen bedoeld als scha devergoeding, omdat we u uit uw werk halen, en we moeilijk mogen verlangen, dat u zich zooveel moeite zal' geven voor een zaak, die u niets aangaat, en er nog financieele offers voor brengt." Ik zag, dat de toorn, die zich eerst op het gelaat van Mallory afteckende, weer ver dween. „Dat spreekt vanzelf," sprak hij naden kend. „Ik moet leven en door deze bezig heid kan ik me ten minste eens een poosje losmaken van mijn gezwoeg voor die krant. Duizend francs in een maand veertig pond! Dat is voor mij een weelderig be staan. En weer deelnemen aan het groote schaakspel om leven of dood. Dat rekt jue ook aan. Vlug van vltoord en van geest, bedacht zijn op alles."... Ik doe het! Ik i5« *ieeren' hen uw man!" En hij achte helder op en stak Mac Kensie over ue (afel de hand toe. Maar Mac Kensie was juisi druk bezig met zijn meerschui men pijp. Von Altdorf vond het op daf oogenblik noodig een sigaret te gaan rollen en ik o, ik schaam me nu om het le erkennen ik zat, zonder dat het noodig was, mijn da/s fe verstrikken, met een kleur als vuur. Ik was niet zoo verhard als Mac Kensie en Von Altdorf. Mallory keek eerst naar ons en toen naar zijn uitgestrekte hand. Zijn gezicht stond bedroefd, als van een kind, dat men pijn gedaan heeft. Hij trok zijn hand langzaam terug en begon toen, eenigszins verbaasd en stotterend: „Maar, heeren, ik ik begr#..." Toen -hield hij plotseling op en zweeg. Zijn gezicht werd afwisselend purper en doodsbleek. „Ahaf" zei hij daarna zacht. „Ik geloof, dat ik er iets van begin te begrijpen. Jullie wilt het zelf niet doen, omdat je het te min vindt. Het is een laag werkje, denk je geen heer zou zoo iets willen doen, en daarom bedank jullie er voor en je wilt de hand niet aannemen van iemand, die er zich wel toe leent. Jullie hebt uitge keken naar een naar een geschikte be drieger en daarom heb je mij uitge kozen I" Hij liet het hoofd een oogenblik in de handen zakken. Nooit heb ik iemand gezien, die zich zóó beschaamd en vérnederd toon de. Ik vond het pijnlijk om aan te zien. „Jullie hebt mij uitgekozen?" begon hij opnieuw, half fluisterend. vHet i s ook een werkje, dat tegen de borst stuit, niet waar, een arme vrouw le bedriegen? Zij zal ons vertrouwen, mij allereerst, zou ze niet? Ze zal zich verlicht en gelukkig voelen zoo lang, lot haar de waarheid wordt verteld. 0, het is al te erg!" Hij nam het glas, dat nog half gevuld gen in de afdeelingen van den Bond. Voorts verdedigde Amsterdam het voorstel om de gesalarieerde bestuurders op 60-jarigen leef tijd le pensionneeren. De heer Van Duin (Rotterdam) verdedigde hel volgende voorstel: „Het hoofdbestuur stelle zich in verbin ding met het N.V.V. teneinde te komen lot de slichting van een fonds, waaruit steun kan worden verleend aan den Bond van Ar- beidersmuziek- en zangvercenigingen in Nederland." De penningmeester, de lieer Lindemans, deelde mede, naar aanleiding van het voor stel lot subsidieering van de muziek en zangvereenigingen, dat het hoofdbestuur voormolens is bestaande subsidieverle ning te wijzigen. De pensionneering van ge salarieerde bestuurders op 60-jarigen leeftijd zal op het volgend congres aan de orde wor den gesteld. De voorzitter wees er op. dat bij de subsi dieering van muziek vercenigingen enz. naar centralisatie moet worden gestreefd, zoodat spr. lot aanneming van het voórstel- Rottcrdam adviseerde. Met het voorstel-Amsterdam (pension- neering van bezoldigde hoofdbestuurders op 60-jarigen leeftijd) kon het hoofdbestuur niet terstond accoord gaan. Het is altijd mogelijk, in bijzondere gevallen een speciale regeling le treffen. De bestaande contributierogeling dient onveranderd te worden gehandhaafd. Het congres stemde da ai-mede bij accla matie in. Voorts verklaarde de voorzitter dat hel' hoofdbestuur bereid is tot het houden van besprekingen over uitbreiding van de onge vallenverzekering, al verwacht het' daarvan niet veel. In elk geval zullen financieele of fers noodig zijn. Aangenomen werd een voorstel-Delft om krachtig te ijveren voor het behoud of we derinvoering van de 45-urige werkweek Eveneens werd aangenomen een voorstel van dezelfde afdeeling om te streven naar een betere regeling van de rechtspositie van de Rijksambtenaren op weekloon. Ook het voonstel-Kootwijk om te bevor deren dat aan de arbeiders in dienst van 'i Slaalsboschbedrijf dezelfde rechten worden toegekend als aan het overige rijkspersoneel, werd aangenomen. Besloten wepd aan het N.V.V. ïïiee le dee- len, dat de Bond een definitieve beslissing verlangt ten aanzien van den Ned. Slraat- makersbond, n.l. of deze Bond nog langer aangesloten zal kunnen blijven indien hij geen fusie op redelijke voorwaarden wil aan vaarden met een der daarvoor in aanmer king komende Organisaties. Bond voor Staatspensionneering. De Bond voor Staatspensionneering heeft le Amsterdam zijn algemecne vergadering gehouden, onder leiding van den heer C. v. d. Velden, die in zijn openingswoord zei, dat het' zich niet laat aanziesi, dat de pre- mievrije Staatspensionneering «.poedig in een wet zal zijn geregeld. Maar de toeneming van de belangstelling in het lot van ouden van dagen is een gunstig teeken, dat den bond aanmoedigt in zijn streven. Blijken^ het jaarverslag telde de Bond in den aanvang van het jaar 46.763 leden in afdeelingen en 600 algemeene leden. Het jaar sloot met een voordeelig saldo van f 3974. De secretaris, ets. D. A. van Krevelen, heeft gesproken over den indireclen invloed van den Bond op de verzorging van de ouden van dagen in ons land. Het vreugdeschot. Men zal zich herinneren, dat midden vo rige maand een 17-jarig meisje uit Eibergen werd gedood door een geweerschot, als vreugdeschot bedoeld, gelost door den 23- jarigen kommies H. Schendel, -uit Vrcden, die een dubbelloops jachtgeweer had afge schoten bij het passeeren van een bruilofts stoet. De kommies, die zeer gunstig bekend staal, is --door het Schöffengericht te Mun- chen "veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden. was met absint, en dronk het met een slok leeg. Na een oogenblik echter begon hij weer te lachen. Zijn oogen evenwel stonden op nieuw glazig. Het leek wel of het drankje van Mac Kensie hem voor eenige oogen blikken ont nuchterd had, en geheel ophield te werken, zcodra hij weer alcohol dronk. .„Kom, kom, heeren," zeide hij, „we moe ten niet twisten. We hebben te zamen een werkje te doen. Jullie denkt, dat ik geen geen gentleman ben. 't Kan me weinig schelen, wat jullie denkt. Geef mij mijn veer tig pond en ik zal het werk doen." Hij deed al zijn best om zich zoo goed mogelijk te houden en wendde zich tol Mac Kensie met een zekere waardigheid. „Uw uw logica, meneer, is me een beetje onbegrijpelijk. Als het bedrog is, dat ik moet taan plegen, maar 'ik kan niet in zien, dat bet zoo is, dan bent u er de aan legger van, dan bent u medeplichtig. Wam» neer wenscht u, dat ik zal beginnen?" „We zullen dadelijk beginnen," sprak de oude Schol. „Morgen al. lederen dag uit stel kan noodlottig zijn." Hij keek voor zich op de tafel. Zelfs Mac Kensie kon den Ier niet goed in de oogen zien. „Wat uw vermoedens betreft aangaan de onze houding jegens u, daarin vergist ge u natuurlijk ten eenenmale.Wij zijn metu in alles gelijkelijk verantwoordelijk voor wat er gebeuren gaat. U zal worden voorgesteld aan mevrouw uw echlgenoote uw echt- genoofce, begrijpt ge door mij. U zult ioderen dag esn paar uur met haar door brengen in. mijn huis, of in den tuin, als ze dat liever heeft. Het onderhoud zal zoo kort zijn. zullen we zeggen, wegens haar zwakte en den toestand van haar zenuwen. Zr) zal (Zitting van gisteren) Snppl. Marinehegrooting. Aan de orde is, na het afdoen van eenige kleine wetsontwerpen, het welsbnlwcrp tot wijziging van het Vide hoofdstuk der Slaats- i begrooling voor 1926 (Verschillende onder werpen). De heer VAN WASSENAER VAN CAT- WIJCK (C. -If.) zegt gaarne te willen mee werken om de zuinigheid te betrachten en liij zal den Minister den functionaris raad-adviseur voor Marine niet onthou den als het strekt tot bezuiniging. De nieuwe adviseur zal tevens hoofd der afdeeling per soneel zijn en spr. vraagt of hij dan nog tijd genoeg heeft om adviseur te zijn. Wordt eennrtial de functie van raad-adviseur op genomen, dan wordt de functionaris alleen hoofd der afdeeling personeel. Dat lijkt hem nogal zonderling. Het hoofd van die afdee ling moet alle personen goed kennen en hoe zal dat mogelijk zijn als hij als marineman gopensionneerd. is. De overplaatsing van de opleiding van Gorkum naar Vlissingen zal ook zuinigheid bcteekenen. Het behoud van het wachtschip te Vlissingen dient met het oog op even tueele mobilisatie. In dat geval echter wordt de opleiding natuurlijk stopgezet. Is dan het wachtschip nog wel geschikt voor de lunc^ lie in mobilisatietijd? Er zijn stellig voor dcelen aan verbonden om de opleiding niet tc koppelen aan het wachtschip. Spr. vraagt den Minister deze kwestie nog eens te be zien. Het wachtschip heeft in vredestijd geen dienst te doen, maar het moet voor mobilisatie-tijden gereed zijn. De heer DE MURALT (V.-B.) betoogt, dat de Hollandsche vloot nimmer als uitgaande vloot in oorlogstijd kan dienst doen; zij is slechts een deel der kustverdediging. De vloot voor Nederland is een kleine bij zaak, voor Indiê hoofdzaak. Het is dus niet geWenscht, dat hier te lande zooveel be- roepspersoneel aanwezig is en in Indië zoo weinig. De benoeming van een raad-adviseur pre- judiceert op geen enkele beslissing omtrent de reorganisatie der Marine. Spr. zal samen voeging der Departementen zeer toejuichen en hij is natuurlijk voor de aanvrage van gelden om versleten materiaal te vervangen door nieuw. Met verbazing las spr. in bet Voorloopig Verslag, dat er leden zijn voor eenzijdige ontwapening van Indië. De soc.- democraten toch zijn van die opvatting teruggekomen en er is maar één Kamerlid dat daar nog voor is. Spr. slaat op het standpunt van Mac Do nald, die alle oud materiaal wilde vervan gen door nieuw. voorloopig natuurlijk niets meer verwachten of verlangen, daar gij elkaar, om zoo te zeg gen, als vreemdelingen zult ontmoeten. Als ze gered is, en voldoende sterk geworden, zullen we haar alles uitleggen. Mijn woning is, als u het nog niet weet, het oude klooster met den grooten tuin Jusschen de Rue Den- fert Rochereau en den Boulevard Raspail." Mallory sloeg met zijn vuist op de lafel. „Wat?" schreeuwde hij. „Wat? Mensch, zeg dat nog eens! De groote tuin, die achter op de Rue Boissonade uitkomt?" „Dezelfde," stemde Mac Kensie loe. „Goede Hemel!" zei de Ier zachtjes, cn zijn oogen werden wijd en vreemd. „En 'zeg me eens, wandelt de Prinses soms in den tuin, lang, heel mooi, met bronsach- tig bruin haar?" „Hoezoo?" vroeg Sir Gavin, „Wel, ik heb een kamer in de Rue Bois sonade!" zei' Mallory. Het was. alsof hij in zichzelf sprak. „Ik heb de Prinses gezien. En ik'doe het niet!" riep hij plotseling uit. „Ik ben geen bedrieger en jullie zult er geen van mij maken ook! Ik heb veel verkeerds gedaan en ik heb geen enkele reden om trotsch te zijn op mijn leven en op wat ik er van gemaakt heb, maar ik wil die vrouw niet bedriegen hfi&r hel laatst van allen op de wereld." „Je hebt toegezegd het te zullen doen," zei Mac Kensie rustig. „En als u weigert het te doen, dan kunt u er zeker van zijn, dat deze vrouw binnen een week krankzinnig is, en wet waarschijnlijk ongeneeslijk krank zinnig." Mallory ging met een hand onder het hoofd zitten en dacht na. „Het is het noodlot," fluisterde hij. ,;Bij mijn ziel, het is het noodlot, ik kan er niets tegen doen. Haar te leeren kennen, haar de Do heer W1BAUT (S.-D.): U heeft toch geen kans Engolsch minister te wordenI De heer DE MURALT begrijpt de houw ding der sociaal-democraten niet, dat zij nu weer vóór ontwapening van Indië zijn In verband met de overplaatsing van de opleiding vraagt hij hoeveel marine-stand-» punten Nederland wel noódig hecftl Er zijn er nu zes en dat lijkt hem veel te veel en niet in het belang van de weerkracht der marine. Er kan heel wat opgeruimd wor* den. Het station tc Nieuwcdiep kap niet opw geheven worden omdat daarmede millioenen verloren zouden gaan. Amsterdam kan ook niet gemist worden evenmin als Vlissingen, Vooral dit laatste punt kan niet gemist wor-» den. De rest echter kan opgedoekt worden en hij is dus voor opruiming van Gorkum, Bovendien acht hij de opleiding te Vlissin gen veel beter op haar plaats De oprichting te Gorkum is geschied omdat het milieu •daar beter was. Maar weet men wel, dat die op te leiden jongelui mannen van 17. 18 jaar zijn. Denkt men nu heusch, dat die el ders in zooveel minder gunstige conditie zouden verkeeren ars hier in Gorkum Onder hel oude personeel zit eer een ge-, moedelijkheid dan een slechte geest. Onder hen vindt men die beroeps-kankeraars niet. Spr. acht hot daarom zelfs beter do jonge'ui naar Vlissingen over te plaatsen. Hij hoopt ook, dat tal van Zeeuwsche jongens lust zullen krijgen in deze opleiding en dat is een goed slag. De combinatie van wachtschip en opleiw dingsschool juicht spr. cok loe. Spr. begrijpt, dat c-r weer oppositie is, maar die is er altijd tegen iedere bezuini ging. Hij aanvaardt ze echter gaarne en wil den Minister wel steunen. Ten slotte vraagt sur." of het juist is, dat de rijkswerf te Hellevoelsluis zal worden op geheven als deze overplaatsing tot stand komt. Als dat juist is. wil de' Minister dan de gemeente wat helr-en als dat noodig is. Er zijn leden, die de overplaatsing def opleiding willen uitstellen. Zij hopen er mis*» schien op, dat deze Minister zeer spoedig verdwijnt, zooals hij onverwacht weer if verschenen. Spr. is tegen uitstel en hoopt, dal de Minister zijn denkbeeld zal onder-/ zoeken. Mevr. POTHUIS-SMIT (s.d.) mengt zich niet in den strijd GorcumVlissingen. Zif hoopt dat de overplaatsing bezuiniging betee kent en dan is ze er natuurlijk vóór. Over de paedagogische argumenten zal ze maar niet" spreken. Zij herinnert maar een-s aan de feesten te Kiel toen H.M.'s Heemskerk daal feestelijk werd on l van gen. Misschien wijzen Mie uit dat het maar beter is de vloot te li-» quideeren. Wal de twee nieuwe torpedojagers be treft, zij acht de uitgave daarvoor nutteloos, omdat de Nederlandsche vloot tegen andere hand te geven, haar in de oogen te zujp. Hoe moet dat afloopenl Ik zeg u, het is het noodlot 1 Ik zal hel werk doen, sir, weea daarvoor niet bang. Kellner, nog een absint» maar goed sterk!" Mac Kensie protesteerde; maar de lef weerde hem woest af. „Wat duivel, sir!" schreeuwde hij en Mac Kensie. die waarlijk geen lafaard is, zonk verschrikt in zijn Jlocl terug. .Wat duivel, sir, u hebt wel mijn diensten gekocht voor veertig, pond in de maand, maar niet mijn persoon en niet mijn ziel! Als ik verkies le drinken, dan zal ik drin ken, verslaan?" Hij smeet het water in de absint en zwolg het heele glas leeg. Toen zakte hij op zijn stoel in elkaar en zwetste half mummelend over allerlei. Mac Kensie loosde een diepen zucht. Ko< lonel Von Altdorf plukte zenuwachtig aan zijn snor, het voorhoofd bedenkelijk ge fronst. Inderdaad, het spel begon al heef slecht, en de hulp, waarop wij ons verlaten moesten, leek al heel onbetrouwbaar. „Komaan, heeren," riep ik uit op een loon, die opgewekt moest verbeelden le zijn, „met langer te blijven zitten komen we nu niet verder. Vooruit, we gaan allen naar bed en zien elkaar morgenochtend weer!" Ik klopte Mallory op den schouder cn hij rees steunend op. Hij wist zich nog tafriclijk le beheerschen, liep voort, zonder le zwaaien en hield zijn mond, maar zijn bogen stonden star en glazig en waren met diepe, zwarte kringen omgeven; zijn mond stond opc ns somber en vastberaden. Hij draaide zich on? en sprak met £en van de bedienden, die even weg liep en hem daarna een stuk ij8 bracht, in een krant gewikkeld. (WonH vervolgd)j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5