Lederwaren-Opruiming ONZS KWAUTfIT Het intern. Concours-Hippigue te Hootddorp De Hot der Leugenen HOUANDsa-ZWIISERSCrlE Mo. 20354. LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 22 Juli Tweede Blad Anno 1926, KERK- EN SCHOOLNIEUWS. NOORDEINDE11 - S. G. J. DE GROOT Duitschland leidt in den Landenwedstrijd. NetL-Herv. Kerk. Beroepen: Te Maarssen: J. H. F. Remme, te Amsterdam. Aangenomen: naar Tilburg: J. Nijenhui3 Ockhuijsen, te Oterleek. Bedankt: voor Hedel: H. Ewoldt, teRaams- donksveer. Gerei. Kerken. Tweetal: Te oude en Nieuwe Bildtzijl: B. G. de Bruyn, cand. te Purmerend, en J. de Koning, te Vries. Bedankt: voor Loenen aan de Vecht: C. Veltenaar, te 's Gravenhage. Chr. Geref. Kerk. Drietal: te Kornhorn: A. Bikker, cand. te Noordeloos; J. Drenth, cand. te Hoogeveeo, in W. Kremer, cand. te Zwolle. Beroepen: te Broek o. Akkerwoude: J. Drenth, cand. te Hoogeveen. Ned.-Herv. Kerk. Algemeene Synode. I. De 111e vergadering van de Algemeene Synode is gisteren in het Gebouw der Alge meene Synode geopend door den presi dent van jaren, ds. D. Zoete te Lemmer, Na de voorlezing van Joh. 17 begroette hij de prae-adviseurs en den secretaris en w.ijst op beproevingen, op het overlijden van c^en heer P. Landsman, maar ook op zegenin gen. Herinnerd wordt aan den dag, toen de quaestor-generaal, mr. S. J. Hogerzeil, 25 jaren dit ambt had mogen vervullen, en aan de gedachtenisvieringen der heeren Van Swet en dr. Weyland. In het bijzonder wordt gedacht aan de blijde dagen weLke aan het Koninklijk gezin Hen deel zijn geval len. Ten 9lotle wijdt hij aan de hand van Söderblom's boek: De ware Broederschap, een bespreking aan de Wereldconferentie te Stockholm, waar de wonderbare eenheid in Christus tot uitdrukking kwam in den moei- iijksten tijd dien men zich denken kan. De Synode blijkt te zijn samengesteld zoo als is medegedeeld. Echter (Teedt voorloopig voor dr. H. Schokking diens secundus, ds. A. B. te Winkel, op, berwijl de heer F. La- bouchère zich doet vervangen door den heer M. E. van der Veen, ouderling te Utrecht. Tot president der Algemeene Synode wordt benoemd dr. G. J. Weyland, (e Veere; tot vice-president ds. D. Zoete, te Lemmer; 1 tot secundus van den vice-president ds. F. Tammens, te Zuidbroek. De president aanvaardt zijn functie met f een woord van dank aan ds. Zoete, die op de conferentie te Stockholm de -aandacht opnieuw heeft gevestigd. Daar was de Ned. Herv: Kerk door verschillende afgevaardig den vertegenwoordigd. Prof. dr. Slolemaker de Bruine heeft er gesproken over de op voeding, prof. dr. J. A. Cramer over den We- rendbond der kerken en spreker zelf over de verhouding van den christen tot de natie en den slaat. Spr. ontmoette te Stockholm Seima Lagerlöf en hoorde haar spreken over de eenheid die noodig is. Hij herinnert aan een van haar schoone verhalen, waarin Hatverson aan Peter Nord de voorwaarden noemt om tot het doel te geraken. Deze zijn niet alleen te verkrijgen van de handpen ning, maar ook hard werken en verzaken. Deze voorwaarden worden ook ons gesteld. De handpenning is door ons reeds ontvan gen, maar in het licht der openbaarheid moet haid gewerkt worden en staande in de schaduw van hel kruis moeten wij ons zel- ven verloochenen, met de ervaring, dat van dat kruis een stroom van genade afvloeit over de wereld. Vervolgens worden praeadviseurs, secre taris en vice-president toegesproken. Het Reglement van orde wordt vastgesteld en besloten, dal na de eerste zitting geen voor dellen van niet-leden der Synode meer in behandeling zullen worden genomen. Kennis wordt genomen van hel verslag ran de verrichtingen der Alg. Synodale Com missie. Over verschillende benoemingen, welke moeien geschieden, wordt gesproken en de lijd daarvoor wordt vastgesteld. Besloten wordt Vrijdag met de financieel e aangelegenheden te beginnen. Naar aanleiding van een punt in het ver slag der Algemeene Synodale Commissie betreffende combinatie van gemeenten, houdt de heer Bloem een uitvoerig betoog, waarin alle nadruk valt op de wenschelijk- heid, om met het combineeren in N.-Bra bant en Limburg zeer voorzichtig te zijn. Deze aangelegenheid van de combinatie van de gemeenten, zal, evenals ten vorige jare, door een afzonderlijke commissie worden behandeld en later opnieuw worden bespro ken. De strijd in de Gereformeerde Kerken. In een gisteravond gehouden vergadering van belijdende leden der Geref. Kerk van Zandvoort verklaarden 26 personen zich te blijven voegen onder den kerkeraad, waar van ds. Van den Brink praeses is. Voorts werd namens 15 afwezigen hetzelfde ver klaard. Ook waren aanwezig twee ouder lingen van oud-Amsterdam-Zuid., Eenige broeders, spraken hun afkeuring uit over de afzetting van de kerkeraadsleden, met wier houding zij warme sympathie betuigden. Daarna voerde het woord dr. C. Kop penaal. Deze verklaarde, dat hij overtuigd was, dat ds. v. d. Brink en de meerderheid van den kerkeraad trouw waren gebleven aan Gods Woord, aan de belijdenis en aan de Kerkenordening, en dat hij daarom beslo ten had, lid te blijven van deze Geref. Kerk. Nadat een der ouderlingen van Amsterdam- Zuid officieus steun en medewerking aan de Kerk van Zandvoort had toegezegd, eindigde dr. Koppenaal de bijeenkomst, die zich door een ernstige en opwekkende stemming ken merkte, met dankzegging. Deze daad van dr. Koppenaal zal, naar verwacht wordt, er toe voeren, dat ook hij uit zijn ambt als dienaar des woords bij de Gerf Kerken zal worden ontzet. Een aantal leden van de Geref. Kerk te Schoonhoven, die zich van het verband met de kerk hebben losgemaakt en ook niet meer onder het gehoor van den predikant ter kerk komen, hebben pogingen in het werk gesteld tot oprichting van een Evangelisatie. Ds. Wisse, Chr. Gerf. predikant te Utrecht heeft toegezegd voor deze Evangelisatie te zullen optreden. Zendingsdag. Op het landgoed Raaphorst te Wassenaar van H. M. de Koningin werd gisteren de eerste zendingsdag gehouden, uitgaande van de classis 's Gravenhage der Christ. Geref. Kerk. Aan den zending9dag ging een bidstond vooraf in den Eben Haëzerkerk te Den Haag waarin voorging ds. H. Janssen, leger- en vlootpredikant in algemeenen dienst. De zend.-dag stond gisteren onder leiding van ds. J. L. de Vries van Rijnsburg, die de openingsrede hield. In de morgensamen komst spraken verder ds. Joh. Jansen van Leiden over: „Een handvol meel" en ds. J. D. Barth van Alphen a. d. Rijn over „De roepstem Gods beluisterd in het werk der zending", daarbij sprekend over de geschie denis van den Macedoniër. In de middagsamenkomst trad als eerste spr. op ds. H. Janssen, leger- en vlootpred. in algem. dienst, die sprak over: Een oude schuld, daarbij wijzend op wat de vaderen in Indië gezondigd hebben en nu de kinde ren moeten goedmaken. Ds. P. de Smit van Boskoop, de tweede spreker, handelde over: Alle einden der aarde zullen het gedenken, daarbij Psalm 22 28a als uitgangspunt van zijn toespraak nemend. Ds. D. Driessen van 's Gravenzande knoopte vervolgens aan Ps. 72 16a zijn toespraak vast die tot titel droeg: Het rui- schen van den Libanon. Ds. J. L. de Vries van Rijnsburg sprak de slotrede Uit, uitgaande van het Woord uit Samuel: „Toen het volk in het woud kwam, ziet, zoo was er een honingvloed". Buiten het programma om werd het pu bliek, dat in grooten getale was opgekomen, verrast met een toespraak van de Pandita Djawa Latoe Mahina, inlandsch pred. te Bandoeng, die over de Inlandsche Christe nen cn het Inlandsche leger sprak. Na het zingen van Ps. 138 1 werd de Zendingsdag door ds. de Vries met dankzeg ging gesloten. Benoeming van hoogleeraren (e Amsterdam. De Amsterdamscho gemeenteraad be noemde tot gewoon hoogleeraar in de histiologie dr. G. C. Heringa, te Utrecht, en tot gewoon hoogleeraar in de oudo ge schiedenis en de Romeinsche antiquiteiten;' dr. D. Cohen, bijzonder lioogleeraar aan He Rijksuniversiteit te Leiden en conrector van het Lyceum te 's-Gravenhage. Dr. G. O. Heringa, de opvolger vau prof. iWoerdemann, werd den 19en April 1890 te Fort de Koek geboren, waar zijn vader officier van gezondheid was. Hjj bezocht in Leiden het gymnasium en universiteit eni deed in 1914 het artsexamen. Twee jaar later promoveerde hg te Leiden cum laude op een proefschrift: De ontwikkeling der lichaampjes van Grandy en Herbst. Na zrjn promotie bleef dr. Heringa pro sector bij prof. Boeke, met wien hij in 1919 naar Utrecht kwam. Aanvankelijk voel de hg zich aangetrokken tot de studie van den bouw en de ontwikkeling van het periphere zenuwstelsel. Onder den titel: Uber den Bau und die Entwicklung des sensiblen peripheren Nervensystems, ver scheen een studie in de verhandelingen van de Academie van Wetenschappen. Eeu artikel in de Psychiatrisch Neurologische Bladen, The anatomical basis of nerf construction, werd in 1921 ter gelegenheid van het 50- jarig bestaan van dit tijdschrift met deö Adriaan-prijs bekroond, In la tier jaren besteedde prof. H. meer aandacht aan de bestudeering van liet bind weefsel, speciaal met gebruikmaking van de gelatinemethode en donkerveld-microsco- pie, waarbij hij den laatsten tijd trachtte het bindweefsel ook van colloïd-chemisch standpunt te bezien. De resultaten dezer onderzoekingen werden in het Tijdschrift voor Geneeskunde en in de Verslagen van de Academievan Wetenschappen vastgelegd. Prof. dr. D. Cohen word geboren te Deventer, 31 December 1882, en is dus ruim 44 jaar oud. Na in zijn geboorteplaats eerst de lagere school en daarna het gym nasium te hebben bezocht, werd hi|' 18 December 1901ingeschreven als student in de Letteren aan de Loidsche Universiteit. Hij was een tijdgenoot van prof. dr. Krom, alhier, met wien hij in dezelfde club van) het L.S.C. zat. Op 6 Juni 1912 promoveerde de heer Cohen tot doctor in de klassieke letteren op een proefschrift, getiteld; „De magistra- tubis Aegyptiis externis Lagidanun regni piovincias administrantibus", waarmede hij1 de aandacht in de wetenschappelijke wereld op zich vestigde. In 1923 werd dr. Cohon toegelaten als privaat docent in de Grieksche Papyrologie aan de Leidsche Universiteit en toonde zich door zijn uitnemende colleges een uitne mend dooent De openbare les, waarmode hij zijn col leges opende, luidde: „De Grieksche papy rologie en hare beteekenis voor de bescha vingsgeschiedenis". Toen het Leidsch Universiteitsfonds be stond tot het verkrijgen van een leerstoel in de oude geschiedenis in het bijzonder van den Hillinisüschen tijd, viel op Cohort onmiddellijk de aandacht Zün benoeming volgde en op 10 December 1924 aanvaard de de nieuwe hoogleeraar zijn aimbtf met oen oratie over: „Universalisme in den aanvang van het Hellenistische tijdvak". Sedert geeft de hoogleeraar te Ledden geregeld colleges, die zeer de belangstel ling wekken. Tegelijk vond hij tijd en gelegenheid om conrector te zijn van 'het Haagsch Lyceum waar men zijn heengaan zeer betreurt. RECLAME. Qoedertn buiten de opruiming KORTING 7967 RECLAME. 8381 NVKCLLANOSCH- [^WiTSERSCHE j CHOC&LAOE- PA&RIEK CHOCOLADE REEPEN WERDEN UITSLUITEND IN NEDERLAND AFGELEVERD VAN 8 JANUARI 1925 TOT 10 JULI 1926. Dus IN 1ï JAAR EN 3 DAGEN. DIT STÜ6END SUCCES DANKEN W!» AAM Het gure regenachtige weder van Diiis dag deed bij velen de hoop op een paar mooie zonnige dagen voor het groote land- fcouwfeest te Hoofddorp wel aanmerkelijk verminderen, doch gelukkig maakte Woens dagmorgen die minder goede verwachting weer voor niéuwen moéd plaats. Bijna den geheelen morgen heeft hét zonnetje ge- schepen en al kwam er een flinke bries op. zetten en werd de lucht zoo nu en dan zwaar bewolkt, het weder bleef zich den geheelen dog vrij goed houden. Nadat de burgemeester zijn openingsrede had uitgesproken, bracht een Zwitscrsch officier een heildronk uit op Hoofddorp en werden de aanwezigen op de gevoelige plaat gebracht, waarna men naar het ter rein ging en met de afwerking van het pro gramma werd begonnen. Hot aantal bezoekers werd dezen eer sten dag op ongeveer 3000 geschat. Dit zal heden (Donderdag) ongetwijfeld wel ceni- go duizenden meer bedragen, in aanmer king genomen ook dat voor dezen dag de tribune reeds geheel was uitverkocht. No. 1. Hengsten, aangespannen, goed gekeurd, type landbouwtuigpaard. Prijzen verguld zilveren medaille, f 100, f 50, f 25, en f 25. Ie prijs D. van Wieringcn te Abbencs met Griedel; 2e pr. D. L. van mr. de Mor tel van Wijk, te De Bilt, met Jogulux ex Harnak; 3e pr. G. v. cL Drift te Houten (Utr.), met Dtavid; 4e pr. dez met Elbert; eerv. verm. verkregen Buurman en Moek- hof te Spaarndammea-polder met Gcoffry on Gill en M. D. Noordzij te Rotterdam met Kakelion. No. 2. Eenspannen luxe:tuigpaard, 1.55 en daarboven; nieuwelingsklasso, open voor paarden welke in 1926 nog geen len prijs hebben gewonnen, (als eenspan), (in ternationaal). Prijzen zilveren med. van Horeeaf Haarlem, f 100, f 50 en f 25. Ie prijs Gebr. van der Haar, te Zeist mot met Histori Leopard; 2e pr Dre A. Drory de Perez, te Voorst met Bee-lea Leaderette 3e pr. Stal „Witte Brug" te Rijs (Fr.), met Gartou Beauty 4e pr. Gebr. van der Haar te Zeist, met Greys tore Primrose; cerv. verm, verkregen J. F. Vos, te Den Haag met Hero Leopard co mevr. J. Deutz, Schaick-Marlof, te Amsterdam met Honita.' No. Bestgaand rijpaard, drossuurprocf voorkeu ring volgens art. 29 van liet Centr. Comité van Concoursen-hippique in Neder land. Prijzen: verg. zilv. rued- van do ver- eeniging voor vreemdelingenverkeer ,,'fc Koggeschip" te Amsterdam, f 100, f 50, en f 25. Ie prijs luit. C. L. Hqllert te Amers foort met Germaan; 2e pr Frh. von Lan gen te Berlijn met Goliath; 3c pr. Prinz Pr. Sigismund von Prcussen te Kolzow, met Christoph II Eerv. verm. verkregen kapt. jhr. K. F. Quarlea van Ufford te Til burg met- Oh No, en Bendler Tatter6all te Berlijn met Sabel No. 4. Eenspannen, luxe-tuigpaard, "be neden 1.55 M. nieuwelingenklasse; open voor paarden dlie in 1926 nog geen len prijs hebben gewonnen (als éénspan), (interna- tionaal). Prijzen: zilv. meet van Vreem delingenverkeer te Haarlem; f 100, f50, en f 25. Ie prijs Dre A. Drory de Perez te Voorst met Winmoor King; 2e pr. J. F. Vos, te Den Haag, met Glanavon Mignon; 3e pr. Gebr. van der Haar te Den Haag, met Airedale Sportsman; 4e pr. A. A. ten Boa te Almelo, met Game Cock. Eerv. verm. verkreeg Gebr. v. d. Haar met Princess. Hierna werd ter opluistering te zien ge geven een Caroussel te voet door 120 meis jes; openluchtspel van rhythmiscke bewe gingen op de muziek van Gricg uit Ases Tot en Morgenstimmung, onder leiding van mevrouw Demead, Leerares te Haarlem en den heer Kramer, directeur van het Sta dion-Orkest te Amsterdam. Dit attractienummcr werd keurig uitge voerd. De verschijning en de rhythmische bewegingen van deze meisjes, gekleed in witte japonnetjes en met bloemen en groen omkransd, maakten een overweldigenden indruk. No. 5. Concours van landelijke rijver- ecnigingen, waarvan de voorkeifring 's mor gens had plaats gehad. Prijzen: Wi6selbo- ker, aangeboden door den heer H de Bruin te Tengbergen; luxe rijhoofdsstel, aange boden door de Haarlemsche Manege, f 75, f 50 en f 25. Ie prijs Rijvereeniging Zevenbergen; 2e pr. Landelijke rijvereeniging „Kapitein van der Wal", Haarlemmermeer. Indivi dueel toegekend: le pr. mej. Jo de Vlie ger; 2e pr. Chr. van Wijk; 3e pr. A. Noor- dam 4e pr. L. van Aart5e pr. Olaij6e pr. A. den Ouden; 7e pr. Van Dam; 8o pr. Kaselaar, 1, 2, 3 en 5 wonen te Haar- lommcrmeer; de overigen te Zevenbergen. No. 6. Eenspannen, luxe-tuigpaard, open klasse; 1.55 M en daarboven (internatio naal). Prijzen: Verg. zilv. med. van de Eerste Onderlinge Paardenr en Veeverze- keringmaatschappij te Den Haag; f 100, f 50 en f 25. le pr. Dre A. Drory de Perez te Voorst, met Witcham Sunrise; 2e pr. Gebr. van der Haar, te Zeist met Histon Leopard; 3e pr. H. F. Bultman te Haarlemmermeer met Tip Top; 4e pr. stal „Witte Brug" te Rijs met Garton Beauty. Eerv. verm. ver kregen A. v. d. Koppel te Zeist met South- gate Meadow Sweet en J. F Vos te Den Haag met Hero Leopard. No. 7. Eenspannen fokmerriön, typo landbouwtuigpaard, ingeschreven in het N. S. Tg., welke ais eenspan fokmerrie op een coucours te Hoofddorp nog geen len prijs hebben gewonnen, toebehoorende aan personen, wier hoofdbedrijf landbouw ifl. PrijzenGouden med. aangeboden door de Hengstenvereeniging „Ons Belang" té Haarlemmermeer, f 100, f 50, f 25 en f 25, Naar het Engelsch van JUSTUS MILE FOSMAN. Door J. S. HOOFDSTUK I. i). Een dwaasheid heb ik het altijd gevonden le beweren, dat iemands karakter, zoo wol het goede als in het kwade, bepaald zou worden door de omstandigheden, waarin hij leeft, door het droevige of blijde spel, dat j hel noodlot met hem speelt. Toch hield Von Altdorf legen mij vol, i dat het zoo was en niet anders. We zaten «nt in den avond op het terras van een her vroolijke en drukke café's op den ouden >oulevard Michel te Parijs en babbelden över den lijd, waarin we trachtten een hoog P&ü te spelen, dat ons echter door sterker dachten uit de hand was genomen, en tot fcen zoo zonderling eind was gebracht, als Been van de medespelers, hoe schrander ook ooit had kunnen vermoeden. „Hoe is het anders mogelijk," vroeg Von I iVAi0r*' ^en's Mallory juist in het café dAlenpon moest komen op dien gedank- waardigen avond? Waarom ging hij niet op Qen ingeslagen weg voort, en stierf ten slotte j een dronkaard en een misdadiger? Was et niet juist doordat de omstandigheden, "waarin hij de daarop volgende weken zich f ?ag" .^e!E Scheel veranderd hebben, at hij zich integendeel wis' te verheffen een grootheid van geest, tot een zielen- ei, die ons allen beschaamde? Vertel me oens? I zei ik" ernstig, „op dien avond dat geleid door iets, dat boven ons menschelijk begrip uitgaat. Hij was ons als hot ware toegezonden om ons werk op zich te nemen. Maar bovendien, als de omstandigheden den mensch vormen, hoe komt het dan, dat Denis Mallory niet later een veel grooter schurk is geworden, dan iemand ooit van hem gedacht bad, ^ater toen de omstandigheden hem er letterlijk toe drongen? Leg me dat eens uil?" Maar Von Altdorf zei niets. Hij schudde zijn grijze hoofd en staarde voor zach uil naar den drukken boulevard, met zijn eindc- loozen stroom van wagens, rijtuigen en voetgangers. Het was de eerste maal, dal we elkander weerzagen sinds de onvergetelijke gebeurte nissen van twee jaar terug. Twee jaar zeg ik? Ze leken me toen nog niet meer dan twee weken. Ik zie nog hun gezichten voor mij, ik hoor nog de stemmen van Je mede spelers in het groote spel, Mr. Mallory ea Sir Gravin en Von Altdorf en den Prins en nog duidelijker staat me voor het r laat en de stem van de ongelukkige vrouw, wier lot in onze handen scheen te liggen. Het was onze eerste ontmoeting sinds dien, cn we hadden elkaar veel te vertellen. Von Altdorf was uit Weenen naar Parijs gekomen met een speciale opdracht van den keizer, in wiens diplomatieken dienst hij was getreden, cn ik was uit Londen ever- gekomen om hem te zien. Toen we samen gegeten hadden, waren we op het idee gekomen om de oude buur ten aan de overzijde van de rivier weer eens op le zoeken, den vroolijken boulevard weer te zien met zijn boomen en zijn koffie huizen en de troepen luidruchtige studenten. Alles was er nog als vanouds. Ik had me van onze ontmoeting veel voorgesteld, en het deed me goed hem yyeer bij me te hebben, en met hem tot in het oneindige te pralep over alles, wat we sa men beleefd hebben cn wat 'we nooit ver geten zullen; maar ik was toch een weinig teleurgesteld,. Daar was en bleef een >kere gedwongenheid tusschen ons, we bekeken do dingen niet uit hetzelfde oogpunt. Von Altdorfs geest was geheel vervuld van zijn werk, van de Oostenrijksche politiek. Het heden en de toekomst vervulde hem zoozeer, legde zoo geheel beslag op hem, dat hij zich min of meer geweld moest aandoen om zich te verplaatsen in hel verleden. Ook ik was den laatsten lijd opgegaan in de zorg voor mijn eigen zaken en voor mijn eigen toekomst. Maar de wonderlijke avon turen, die we hadden beleefd, stonden mij veel sterker voor den geest dan hem. En zoo is hel dan gebeurd, dat ik mij. nadat Von Altdorf afscheid had genomen, heb nedergezet, om, voordat ook mijn her innering begon te yerbleekiyi, zoo nauw keurig als mij maar mogelijk is de geschie denis neer te schijven van den man, di3 onze vriendschap en bewondering wist te winnen in zoo hooge mate, dal aan ieder ander mensch, bij hem vergeleken, mij klein en onbeduidend toeschijnt. Ik kan er niemand meer kwaad mee doen door over deze dingen te schrijven. Denis Mallory is ver wog, buiten het bereik van wat deze weslersche wereld over hem zou willen zeggen, en zij is ook ver wegl Mac Kensie is terug in Londen. Hij houdt spreek uur in Harley Street, waar ge hem op vaste uren en tegen betaling van een niet gering honorarium kunt spreken. Ik zie hem nu en dan, maar we spreken nooit meer over Parijs. Von Altdorf is. zooals ik zeide, le cWeenen, en de Prins i> tot zijn vaderen vergaderd Geen van dezen zou ik door mijn verhaai kwaad kunnen doen. De dingen, die ons diep getroffen hebben, zijn nooit tot het publiek doorgedrongen, hoe weinig hel ook gescheeld heeft of er was genoeg van uil- gelekt om er alle dagbladschrijvers van te doen smullen. Hel Staatje waarvoor we hebben in zorg gezeten, en samengezworen en gevochten, is van de kaart van Europa verdwenen, als zooveel andere kleine Bal- kanstaaljes, over welker geschiedenis meest al zoo weinig bekend is. Veel van wat ik ga vertellen heb ik niet zelf gezien of gehoord. Maar dan heb ik het uit de eerste hand, van de menschen, wier lot in die dagen met het mijne zoo nauw verbonden was. Ik herinner mij, dal ik op dien avond ge dineerd had in de Avenue Kléber, en dat zoowat tegen elven de fiacre, waarin ik zat, langzaam de lange, rechte Rue de Renncs afrolde. Ik zeide, dat het lente was. Een zoele, lauwe voorjaarswind woei me te gemoet.. een lucht vol lentegeuren, van jong groen en seringen en jasmijn. De kastanjes spreidden hun jonge bladeren uit cn de bloesemknoppen konden denzelfden nacht nog wel opengaan. Dit alles deed het bloed sneller vloeien en vervulde het hart met een vage onrust. Ik ademde diep en strekte mijn armen uit. De wereld is te loom," zei ik bij mezelf, „Er is geen romantiek meer, zelfs niet in romantische Parijs. Er zijn geen avonturen meer te beleven. Ik zou willen duelleeren, of een koninkrijk veroveren, en een schoone bruid rooven, die al op het eerste Tezicht doodelijk verliefd op me werd. Maar verwacht zoo iets op het einde van do negentiende eeuw in een zoogenaamd be schaafd land!" „Koetsier!" riep ik. De koetsier hield het paard in. ,,Ik verveel me in deze wereld, koetsier," legde ik hem uit. „Er is niets romantisch niets poëtisch meer in, behalve ikzelf. Kun je me niet ergens brengen, waar avonturen le beleven zijn?" De koetsier was een korte dikke man, met grijze krullen en een dikken, hobbeligcn vuurrooden neus. Hij haalde veelzeggend de schouders op en lachte. „Wat zou meneer denken van den Boulevard St.-Micbel?" „Neen," zei. ik verontwaardigd. „Mijnheer zou aan zooiels niet denken. Op den Boul Mich* is geen romantiek. Zet me dan maar af aan een of ander koffiehuis, breng me maar naar het Café d'Alencon." Ik stapte mistroostig het gezegde café binnen. De zwaarlijvige, minzame eigenaar kwam naar me toe en vertelÜe, dat er een paar vrienden van me geweest waren, en dat er binnen nog een paar Engelschen zalen, onder wie een beer, met wien ik den vorigen avond was geweest, iets van Mac Mac. „Aha," zei ik, „Mac Kensie I Sir Gravin Mac Kensie. Ik ging naar binnen en maakte een bui ging voor Madame, die, als op een troon, ernstig en zwijgzaam gezeten was aan do kas en de geheele ruimte overzag. SirGravin zat heelemaal achterin met een whiskey-soda. Tegenover hem zat een andere vreemdeling, geen Engelschman, misschien een Italiaan of een Oostenrijker. fWordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5