De Markies v. Bardelys fjo. 202ÖS. LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 12 Mei Derde Blad Anno 1926. BINNENLAND. Vilt de ^roote mode 6-- 6-- EERSTE KAMER. FEUILLETON. Oliicieele berichten. hu Kon Besluit zijn benoemd lot rijks- -uivelvisiteur de tijdelijke rijkszuivcWisi- teurs C. J- Esseling te Gouda en G. L. Rit meester te Middelburg; zijn benoemd tot lid der Centrale Com missie voor de Statisliek mr. G. Vissering, «resident der Nederlandsche Bank te Am sterdam, en mr. E. P. L Steenberghe, direc- leur van A. van Puyenbroek's Textielmaat- schappij ie Goirlc. Legerorders. In een te verwachten legerorder wordt J melding gemaakt var. wijzigingen in de I regeling van de bezoldigingen enz. voor I het militaire personeel der landmacht. Vol gens de gewijzigde regeling zullen in de bezoldigingsschaal V voor opzichters 3e, 2e en le klasse en hoofdopzichters de minima Tesp. f 2100, f 2800; f 3400 en f 3900 bedra gen en de maxima f 2G00, f 3200, f 3900 en f4200, te bereiken na een aantal dienstja- j yen als opzichter van resp. 4, 10, 18 en 22. De minima der in bezoldigingsschaal IX i bedoelde le, 2e en 3e groepen zijn f 1350, f1550 en f 1/00, de maxima f 1S50, f 2100 f2160 (het laatste alleen te bereiken door gehuwden of hen. die gehuwd zijn ge wcesl), resp. te bereiken na 16, 16 en 20 I voor jaarwcddevcrhoAging tellende dienst jaren De minima voor hoefsmid-instructeurs en hocfsmid-hidpinstructeurs worden vastge- steld in bezoldigingsschaal XII op f2000 en f 1900, de maxima, na 18 voor jaarwed- I deverhooging tellende dienstjaren op f 2900 en f 2600 (voor gehuwden) en f 2800 (na -16 dienstjaren) en f2500 (na 14 dienstjaren) voor ongehuwden. De hoefsmid-instructeur -heeft den rang I van opper-wachtmeesterna 6 jaar dienst dien rang kan hem den rang van ad- I judant-onderofficier worden verleend. De hoefsmid-hulpinstructcur heeft den rang van wachtmeester; na G jaren dienst in dien i rang kan hem de rang van opperwacht- meester worden verleend. De minima in bezoldigingsbesluit. XIV [zijn voor marechaussee le en 2e klasse; wachtmeester, opperwachtmeester^ en ad- I judant ondcroffivierresp. f 1200; f 1300; f1400; en f 1600; de maxima f 1G00; f2350 (gehuwden)2750 (gehuwden)en f 3000. te bereiken resp. na 7. IS. 22 en 24 voor jaarweddeverhoogin? lellende c^nstjaren. Vcor ongehuwde wachtmeesters en opper wachtmeesters zijn de maxima na 1G en 20 jaren f 2300 en f 2700. De marechaussee 3c klasse geniet een jaarwedde van f 1200. In een dezer dagen te verwachten leger order wordt de minislerieele beschikking meegedeeld, krach lens welke aan de mili tairen. die zulks wenschen. op 25 Mei a.s. op vertoon van hun bewijs van lidmaat schap van de Kat. Vereeniging Pro Rege, extra verlof kan worden verleend naar Utrecht tot hel bijwonen van de algemeene jaarlijksche vergadering dier vereeniging. De voorgeoelenden. Op vragen vaD het lid van de Tweede Kamer, den lieer K. ter Laan, betreffende RECLAME. VILTHOEDEN L)c Faam is wèl zoo goed. 7, 4760 het aantal voorgeoefenden, ingelijfd bij de lichtingen 1922—1928 Hoeveel voorgeoefenden zijn achtereen volgens ingelijfd bij de lichtingen 1922 1026? Hoeveel voorgeoefenden zijn niet inge lijfd, omdat zij vrijloofcten of om andere redenen voor vrijstelling? heeft de minister van oorlog geantwoord: Getal ..voorgeoefenden" ingelijfd als: gewoon buitengewoon Lichting. dienstplichtige, dienstplichtige. 1922 1035 292 1923 1993 712 1924 2786 1305 1925 2812 1494 Van de lichting 1926 zi.in nog geen voor geoefenden ingelijfd. De Ned. Vei. voor wettelijke bescherming dei arbeideis ontbonden. j De Nederlandsche Vereeniging voor wet telijke bescherming der arbeiders heeft een vergadering gehouden, onder voorzitter schap van prof. dr. W. II. Nolens, waarin behandeld is een voorstel van het bestuur om tot ontbinding der vereeniging over te gaan. Dit voorstel was nader toegelicht in een nota van den secretaris, den heer J. Gerritsz, waarin tevens een overzicht van de werkzaamheden der vereeniging werd gegeven. De voorzitter, die van de oprichting der vereeniging (op 23 Febr. 1901 le Amster dam) af lid van het bestuur is geweest, vulde een en ander uit persoonlijke herin nering aan. Hij wees op den invloed, welke de vereeniging op den voortgang der sociale wetgeving in ons land heeft geoefend en memoreerde hetgeen prof. Ir. J. P. de Vooys op de conferenties der Int. Ver. voor Wette lijke bescherming der arbeiders heeft, tot- stand gebracht. Prof. de Vooys dankte prof. Nolens voor al hetgeen deze in hel belang der 9ociale wetgeving ïn het bijzonder op internationaal terrein, heeft verricht. Besloten is de vereeniging le ontbinden en het kassaldo aan den Ned. Werkloos- heidsraad over te dragen, daar deze lid is van de Int. Ver. voor Socialen Vooruitgang. Voorts werd besloten het archief en de bibliotheek eveneens aan den Nederl. Werk- Ióosheidsraad af te staan. Reeds eerder was een deel hiervan overgedragen aan de biblio theek der Handelshoogeschool te Rotterdam. Voor zoover er nog van een en ander dub bele exemplaren zijn, werd besloten deze aan hel seminarium van prof. mr. C. W..de Vries te Rotterdam, af te staan. Het geneeskundig onderzoek ingevolge de Pensioenwet Op de vragen van mejuffrouw Groene- weg betreffende schrapping van alle vrou welijke artsen van de dokterslijst, die voor de keuring van ambtenaren door den Pen sioenraad wordt opgemaakt heeft de heer De Geer, minister van Financiën het vol gende geantwoord: Het dienstbelang vorderde de samenstel ling van een nieuwe lijst van voor pensioen keuringen aan te wijzen geneeskundigen. De practijk heeft geleerd, dat die keurin gen slechts aan een beperkt aantal, in de hoofdplaatsen van het land gevestigde ge< neeskundigen moeten worden opgedragen. Op de vervallen lijst kwamen 884 manne lijke en 13 vrouwelijke geneeskundigen voor. Van die 13 vrouwelijke zijn er 6 ge vestigd in gemeenten, niet behoorende tob die, waar volgens de nieuwe regeling door inwonende geneesheeren kan worden ge- kenrd. Van de 7 overigen komt er l op de nieuwe lijst. Het ligt in het voornemen van den ondergeteekénde, de lijst alsnog met een aantal vrouwelijke artsen uit te breiden. Het rapport der marine. Het vermelde in het uittreksel uit den brief, welken de Minister van Marine a.i. betreffende de reorganisatie van het mari ne-personeel aan de Tweede Kamer heeft gezonden, dat het in het voornemen ligt in het algemeen den duur van het bedrijf in Indië te brengen op drie jaar zonder en vier jaar met gezin, moet aldus ver duidelijkt worden Het ligt in het voornemen in het alge meen den duur van het verblijf ia Indië te brengen op drie jaar, voor ongehuwden op twee jaar, voor gehuwden, indien zij niet en vier jaar indien zij wel door him gezin worden vergezeld, met gelegenheid zich vrijwillig te verbinden voor een lancer ver blijf. De watersnood. Naar het Huisgezin" uit betrouwbare bron verneemt, heeft het Rijk f 1.600.000 beschikbaar gesteld tot herstel en verster king der dijken in Noord-Erabapt en Gel derland. De kruin van de diaken zal gebracht wor den op een hotgte van ejen halven meter 'boven den hoogsten waterstand 111 Ja nuari 1.1. Op verzoek der waterschappen zal de provincie voor de uitvoering zorg dragen. Landarbeideisactie. Het „D. v. N.-Br." meldt: Naar aanleiding van de conferentie op Donderdag met oud-Ministc-r Aalberse heb ben de* afgevaardigden van de Boerenbon den van Zevenbergen, Zevenbergschen Hoek en Langeweg alsmede de Maatschappij van Landbouw afzonderlijk en gezamenlijk besprekingen gehoudën. Ieders houding is gebleken in de zeer druk bezochte vergadering van Maandag avond van de afgevaardigden van werk gevers en werknemers. Gebleken is dat Zevenbergschen Ilock in het geheel niet tot onderhandelen bereid is. De Maatschappij van Landbouw verschuilt zich achter hare statuien. - Langeweg is bereid voorstellen te doen en- le onderhandelen, rechtstreeks met de arbeiders. Alleen Zevenbergen wilde onderhandelen u-et <b landarbeiders-organisatie en kwam met voorstellen in dezen geest. Ofschoon men hiernaar wel doren had is met Zeven bergen nog geen aocoord getroffen. Voor hel oogenblik staat dus vast. dat te Zevenbergschen Hoek zeker en te Lange- vveg waarschijnlijk de staking na Dinsdag zal ingaan. Nader meldt men: De besturen van de onderscheidene Jand- arbeidcrsorganisalics hebben op lieden de staking geproclameerd voor Langeweg en Zevenbergschen Hoek. Gistermiddag vond nog een bespreking plaats iusschen de werkgevers van Zeven bergen en de organisaties voornoemd. Mocht ook daar geen resultaat voor oen collectief arbeidscontract ie bereiken zijn, dan zou ook^heden de slaking le Zevenber gen ingaan. 'Uit de Communistische Partij. Naar wij vernemen za! de oude afuee- ling Rotterdam der C. P. H. geen genoegen nemen met de opvatting van het partij bestuur, dat men niet langer beschouwd wordt als lid der C. P. H. Deze opvatting acht men in strijd met de reglementen. De oude afdeeling beschouwt zich nog steeds als lid der G. P. H. en zal als zoodanig het congres te Amsterdam bezoeken. Er zijn 18 afdeelingen der C. P. II. - in den lande, die aan haar zijde slaan en de erkenning van de oude afdeeling Rotterdam zullen eischen. Indien deze eisch wordt geweigerd, zullen de bedoelde 18 afdeelingen weigeren aan het congres deel te nemen. (Zitting van gisteren). Bioscoopwet Aan de orde is de behandeling der Bios coopwet. De heer POLAK (S.-D.) heeft bewonde ring voor de techniek van den bioscoop, maar hij betreurt het dat het object dezer tecliniek niet altijd bewonderenswaardig is. Een middel tot vermaak is de bioscoop geworden en hij schenkt der menscliheid producten die niet alle even goed zijn. Hij is de gevaarlijkste bedreiging voor too- neel en muziek geworden. Zóó bezien heeft hij een belangrijke achteruitgang gebracht. Voor de hooge waarde die spr. aan het tooneel hecht, zou hij kunnen wenschen, dat de bioscoop nooit was gekomen. Vaak is door den bioscoop de smaak van het publiek grover geworden. Het vertoo- nen van belachelijke draken, het plastisch uitbeelden van allerlei misdrijven helpt zeker niet om den goeden smaak te ver fijnen, De paedagogische en wetenschappe lijke bioscoop is goed en de rest had ons bespaard kunnen blijven. Maar de bios coop is er nu eenmaal Hij is goedkoop en gemakkelijk toegankelijk en dus het ccni- ge vermaak voor een deel der bevolking geworden. _ls er nu aanleiding voor c., overheid tot ingrijpen, reglementeeren en repressief optreden 1 In de eerste plaats met het oog op de kinderen. De schade lijke invloed op de kinderen wordt z.i. over dreven. Spr. herinnert aan de Indiancn- lectuur van Aimard en Cooper en spr. ge looft niet dat de invloed daarvan heel erg is, En het gevaar dat het rustige lezen en herlezen heeft, doet het- verhaal wel licht dieper doordringen dan het luchtige zien van de beelden. Spr. is niet tegen reglementeering van den bioscoop voor kinderen en laat. die loopen, behalve een algemeen verbod voor kinderen van alle biosewpbezoek, gelijk dit. ontwerp toestaat. Iets anders is de keuring der films voor volwassenen. Over het politiek karakter van dit ontwerp is al een'ge malen gedis cussieerd. Het is één der pogingen der rechterzijde om haar subjectieve opvattin gen aan het gcheele volk op te dringen. In tal van aangelegenheden is dat streven merkbaar. Spr. wijst op de Zondagswet, op verbod van wedstrijden op Zondag, op het stuitende optreaen vnn Eer en Deugd, die zich aanstelt als bezitter van het 1110 nopolie van eer en deugd, op het optreden tegen litteraire kunstwerken onder voorge ven, dat deze pornographie ziin, op liet verzet tegen de staatsloterij. Het zijn alle uitiivr-1 van een streven van een deel des volks om het andere deel opvattingen op >te dringen. De Bioscoopwet doet hetzelfde met de keuring van films voor volwassenen; het is een begin van een censuur op kunstwer ken. Een volgende stap zal de tooneelcen- suur ziin Die bestaat reeds, zegt men, maar dat is niet juist Censuur bestaat in Engelandcèn hooge ambtenaar neemt kennis van alle tooneelstukken vóór ze op gevoerd worden Dit hebben wij hier te lande niet, althans nog niet Voorafgaan de beslissing over al of niet toelating wordt niet gegeven. Pas als men aan de opvoe ring toe is kan de burgemeester t-usschen- beide komen als hij vreest dat de openbare orde zal worden verstoord Is er nu een vaststaande opvatting van zedelijkheid Niemand zal dit toegeven. Dit ontwerp brengt onvervalschte censuur en als die er eenmaal is, dan is de baan geopend voor allerlei uitbreiding op kunst en ander geestelijk gebied. Uit welk soort menscken zal de centra-ip keuringscommissie beslaan Het is dwaas heid op grond van zedelijkheid films af te keuren, ómdat niemand kan vaststellen vrat zedelijkheid is. Er zijn menschen die bloote knieën van sportjongetjes al onzedelijk vinden. Bij een centrale keuring legt menigeen zich al neer, maar daarna komt nog de mogelijkheid van na keuring. Elke negory kan nu de centrale keuring nog eens over doen. De centrale commissie zal met zorg worden samengesteld, maar wie waarborgt een even zorgvuldige samenstelling van de plaatselijke commissies De plaatselijke keuring kan spr. niet ac cepteeren. En wat moet er van het bios coopbedrijf terechtkomen, wanneer iedere gemeente kan doen wat. ze wil Met c»eo centrale keuring heeft men ten minste eenig houvast, maar de plaatselijke keu ringscommissies ontnemen alle zekerheid aan het. bedrijf. De C.C. zal zoo objectief mogelijk zijn de plaatselijke commissies zullen juist subjectief keuren. Naast zede- lijkheidscensuur komt er dan nog politieke censuur. Om al deze redenen is dit ontwerp vooi spr. onmogelijk te aanvaaracn. Dit wetje brengt voogdij over volwasse nen en die is onaannemelijk en dc Staat heeft dat recht niet. Wie dat recht neemt, omdat hij dc macht heeft, doet nnreclih De lieer RINK (V. Bacht dit ontwerp overbodig en schadelijk. Voor de bureau craten wordt nu een ruim veld geopend. Het is oen aanslag op de persoonlijke vrij heid en schept rechtsonzekerheid voor Zc-er- velen. Was deze wet noodig? Spr. wijst op art. 135 en art. 188 der Gemeentewet.; Op openbare vermakelijkheden kunnen verordeningen worden gemaakt, indien die openbare orde dit noodzakelijk maakt. Alles wat in deze Bioscoopwol staat kan de ge meenteraad ook vaststellen. De burgemees ter past de verordening toe en hem is de beoordeeling overgelaten wat noodig is, .pre ventief, ter beveiliging der openbare orde; ook al heeft de gemeenteraad geen speciale verordening gemaakt. Met de bevoegdheid die de Gemeentewet aan den Burgemeester geeft, is de gansclie materie le behandelen. Alleen dc Rijkskeuring kunnen zij niet in stellen en de instelling daarvan is dan ook hel motief geweest voor deze wet. Over h rigoureus optreden van burgemeesters v i. steeds en veel geklaagd. Over te slap in treden beeft spr. nog nooit hoor» u kkv_"m De feitelijke grond voor dit wetsontwerp be slaat niet. De commissie io'. herzien! 1 j van de Gemeentewet heeft gezocht naar r a n del om beroep in te stellen van te- I - s- sTngen van den burgemeester krachten? art. 188. Trof. Oppenheim was-zelfs voor schrap ping van dit artikel Spr. wijst er op, dal de r n'nc de noeming van een centrale eomn;;>-r aan zich houdt. Waar vindt men de nood.,'- on afhankelijke figuren voor hrt l imacr h ïpv De Staatscommissie van de Gepc-v r.tewet was tegen uniformiteit in art. 188 en dus niet voor beroep Maar daardoor ve'rvah ook de grondslag voor de Rijkske. 17, d c uni form zal zijn. Er is daarna nog ivn keuring. Het hang] dus af van den Gen,rn.Ici-aad of die keuring vóór of na de Rijkskeuring komt. Minister Ruys was 111 zijn wetsont werp tegen een nakeuring. Spr. geeft een overzicht van de thans besta.ai le plaatse lijke regelingen in verschillede gemeen ten. Hieruit blijkt, dat de na Reuring over bodig is. Niets dan willekeur is le wachten en rechtsonzekerheid. De fractie van den Vrijheidsbond is n dit ontwerp. De heer VAN NAGELL VAN AMPSEN (v. b.) ziet geen heil in strafbepalingen De zedelijkheidswetlen van Regout hebben geen nut gehad, want de onzedelijkheid is niet verminderd. Hij zet uiteen, dat de voorstan ders van deze wet zelf niet welen wht het beste is. De heeren Ruys en Heemskerk hebben indertijd de nakeuring bestreden en nu verdedigt men die met kracht Spr. kan «ijn stem voor dit wetsontwerp niet geven gelijk mr. Rink uitvoerig beeft aangetoond De heer SL1NGENBERG (v. d.) vraagt waarom de minister van Financiën dit wets ontwerp za! verdedigen. Wie zal straks de wet conlrasigneeren? Waarom is de minis ter van Binnenlandsclie Zaken niet hier? Spr. is er voor regelen le treffen, waardoor de excessen in de bioscoop voor dc kinde ren worden tegengegaan. Als de laatste wij ziging, de nakeuring, niet was aange bracht. zou spr. vóór deze wel zijn. Spr. sluit zich aan bij den heer Rink wat be treft de overbodigheid dezer wet. De lieer BRIET (a.r.) weet. dat de prin- cipieele tegenkanting tegen.deze wet niet sterk meer is. Alleen de heer Polak bleef principieel. Spr. is voor vrijheid op geestelijk gebied, maar hij meent, dat dit met de bios coop niets te maken heeft. De bioscoop is het niet waard er zooveel drukle ovec te maken. Geestelijke waarde heeft zij zeer weinig. Uitingen des geestes hebben recht op bestaan al kan spr. ze niet altijd waar- deeren; maar de film is geen uiting van kunst en heeft geen blijvende beteekenis. Ze is niets dan ontspanning en vermaak-en spr. wil dit wel erkennen, maar dan is het ook noodig. dat die ontspanning binnen de perken blijft. Spr. breekt zijn rede af. De vergadering wordt verdaagd lot heden elf uur. Naar hel Engelsch van RAFAEL SAB ATI NT. 56, SLOT. Opdat ïlicts mijn plan zou verzwak ken en ten laatste liet aanschouwen van Roxalanne zulk een vurige begeerte haar le bezitten, bij mij zou opwekken en jfcijn plan misschien aan het wankelen brengen, had ik een getuige meegenomen 'Voor onze laatste samenkomst. Daarom had jk Ganymedes verzocht, mee te gaan tot in de kamer. ^ij las het geschrift lot hel einde toe door, toen sloeg zij de oogen bedeesd naar mij op er' van mij naar Ganymedes, die stijf op 2ljn post stond bij de deur. - Was dit het beste wat u gedaan kon £r,JJ»en« mijnheer?" vroeg zij eindelijk. „Ja, ■Alleruiterste, mademoiselle", antwoordde Jp 3'ni ..lk begeer den dienst dien ik u be- czen heb niet le vergrooten, maar het was of hel schavot. Mevrouw uw moeder was gelukkig vóór mij bij den koning ge- t.281,? had hel geval van uw vader be- 1 d' ^00r loe te geven dat hij een ver- V was- Ik was een oogenblik, toen ik dat ide wanhoop nabij. Hel doel mij er »,l. genoegen, mademoiselle, dal ik Wrk 1 was den koning le kunnen a,eP lot vergevensgezindheid", fc*' us 'p vijf jaar zal ik mijn ouders niet tnh en zuchtte en haar verdriet deed ^6 zeer aan. VranwVïf nie^ no°dig. Ofschoon zij niet in Sr-inin mo"en tomen, kunt u hen wel in ►DJ?anjc gaan bezoeken". „O ja", peinsde zij, „dal is al iels, niet waar?" „Zeker; in deze omstandigheden zelfs zeer veel". Zij zuchtte weder en een oogenblik was alles stil. „Wilt u niet gaan zitten, mijnheer?" zei ze eindelijk. Ze was heel stil vandaag, die kleine meid heel rustig en heel ingetogen. ,,Ach, dat is haast niet de moeite waard"; zij sloeg haar oogen op alsof zij honderd vragen wou doen. „Is u tevreden met mijn pogingen, mademoiselle?" vroeg ik. ...fa, ik ben tevreden, mijnheer". Dat was dus hel einde, dacht ik bij mij zelf en onwillekeurig zuchtte ik ook. Toch maakte ik geen aanstalten om heen te gaan. ..Ts u voldaan, dat ik dal ik volbracht heb wat ik had beloofd?" „Weer waren haar oogen neergeslagen en zij deed een schrede in de richting van het venster. „Zeker. U hadt beloofd mijn vader van het schavot le redden. Dat heeft u gedaan, en ik twijfel niet of u heeft alles gedaan wat u kon om den tijd van zijn ballingschap te verkorten. Ja, mijnheer, ik ben voldaan, u heeft uw belofte naar wensch vervuld". Ziezoo! Volgens het besluit, dat ik hier komende gevormd had, bleef mij niets an ders over dan mij terug le trekken en heen le gaan. En toch, niettegenstaande dat be sluit niettegenstaande honderd van zulke besluiten kon ik aldus niet heengaan. Eén vriendelijk woord, één vriendelijke blik ten minste, wou ik hebben om mij te troost ten. Ik zou haar ronduit mijn plan meedee- len, en ze zou dus zien, dat er nog wel iels. goeds, eenig gevoel van eer in mij zat; ze zou dus achting voor mij hebben, als ik weg was. „Ganymedes", zei ik. „Monsieur?" „Geef de manschappen bevel op 1e stij gen". Zij keerde zich om en keek mij met heel groole verbaasde oogen aan, eerst mij en toen Rodenard. Maar zelfs toen zij hem aan zag boog hij en ging de kamer uit om te doen wat ik hem gezegd had. Wij hoorden zijn sporen rinkelen in de hall en op hét voorplein. Wij hoorden h£m met zijn schorre stem een bevel geven, en daarna hel geluid van paarden hoeven, hel rinkelen van tuig en al het geraas verbonden aan hel gereed maken lot vertrekken. „Waarom hebt u bevel gegeven lot opstij gen?" vroeg zij eindelijk. „Omdat mijn zaken hier zijn afgedaan; wij gaan dus weg". „Gaat u weg?" zei ze. Nu waren haar oogen neergeslagen; toch begreep ik de uit drukking van haar gezicht. „Waar gaal u naar toe?" „Ik ga weg", antwoordde ik. „Dat is op het oogenblik het eenige wal iels bette ken L Ik zweeg om iets weg te slikken, dal mij verhinderde te spreken. „Vaarwel!" zei ik en stak haar de hand toe. Nu onlmoelle haar blik den mijne, onbe vreesd, maar vragend. „Meent u, mijnheer, dat u Lavédan al dus gaat verlaten?" „Als ik toch vertrekken moet, wat doel hel er dan toe hoe?" „Maar haar verwarring nam toe; haar gezicht verbleekte „maar ik dacht dat wij een afspraak gemaakt hadden". „Stil, mademoiselle smeek ik u", riep ik uit. „Ik schaam mij als ik daaraan denk. Bijna evenzeer als over die andere afspraak, waardoor ik voor het eerst op Lavédan kwam. De schaamte over die eerste heb ik uitgewischl ofschoon u dal misschien niet met mij eens is. Nu wisch ik de schaamte uit vóór de tweede. Het was een onwaardige daad van mij, mademoiselle, maar ik had u zoo innig lief. dat het er voor mij niet op aan kwam hoe ik u zou winnen, als ik u maar de mijne mócht noemen. Ik heb de dwaling daarvan later ingezien, het was onbillijk, ik wil niet nemen wat niet vrijwillig gegeven is. En daarom, vaar wel!" „Ik begrijp u, ik begrijp u. mijnheer", fluisterde zij, maar de hand die ik haar toe slak nam zij niet aan. „ik ben er heel blij om, mijnheer". Ik (rok mijn hand plotseling terug. Ik nam mijn hóed van den stoel waarop ik hein had neergeworpen. Zij kon mij tenminste dat verdriet hebben bespaard, dacht ik. Zij be hoefde er geen blijdschap over te toonen. Zij kon mij een hand geven en in vriend schap van mij zijn gescheiden. „Vaarwel, ma demoiselle 1" zei ik nog eens, zoo slijf als ik kon. cn ging naar de deur. „Mijnheer 1" riep zij mij achterna. Ik bleef slaan. „Mademoiselle?" Zij stond daar heel zedig, met neergesla gen oogen en gevouwen handen. „Ik zal hier hee! eenzaam achterblijven". Ik bleef slaan. Ik wist niet wat ik hoorde. Mijn tyarl bonsde van hoop. scheen toen eensklaps stil te slaan. Wat meende zij? Ik keek haar aan en ik weet zeker dat zij doodsbleek was. Ik was bang dat ijdelheid mij dwaze dingen deed denken en durfde niet handelen op een bloot vermoeden al leen. En daarom zei ik: „Ja mademoiselje, u zult het eenzaam hebben, het spijl mij wel". Daar er een stille volgde, wilde ik weer naar de deur loopen en mijn hoop zonk in mijn schoenen bij iederen voetstap in die richting. „Mijnheer!" Haar stem hield mij terug toen ik vlak hij den drempel stond. „Wat moet een arm meisje doen mét deze groole bezitting in handen? Alles zal te gronde gaan als er geen man is om hel te besturen". „U moet die taak niet op u nemen. U moet een rentmeester nemen". ik hoorde iels dat bijzonder veel op een snik geleek. Zou het kunnen wezen? Groole «hemel! zou hel toch zoo kunnen wezen? Ik wilde het nog steeds niet vermoeden. Ik keerde mij weer half om. maar haar stem hield-mij terug. Nu was die stem onstuimig. „Mijnheer de Bardelys, u heeft uw be lofte gehouden. Wilt u geen betaling vra gen?" „Neen, mademoiselle", antwoordde ik heel zacht, „ik kan geen betaling aannemen". Een oogenblik sloeg zij de oogen op. Die blauwe diepten schenen beneveld. Toen sloeg zij ze weer neer. „Ach, wil u mij dan niet helpen?" barsllc zij los en zachter voegde zij er bij: „Ik zal nooit gelukkig zijn zonder u". „Wat meent u?" zei ik hijgend.cn wierp mijn hoed in een hoek. „Dal ik je liefheb. Marcel da! ik niet zonder je leven kan". „En kan je mij vergeven kan je mij vergeven?" riep ik uit, terwijl ik haar in mijn armen nam. Haar antwoord was een lach, waarmee zij haar verachting uitsprak van alles alles behalve ons beiden, alles behalve onze liefde. En tot antwoord slak zij mij haar lippen loe. En indien de verzoekintr van die lippen. Maar neen,-nu wordt ik onbe scheiden. Ik hield haar nog in mijn armen toen ik mijn stem verhief en riep. „Ganymedes!" „Monseigneur?" klonk zijn antwoord door het open raam. „Verzoek de manschappen af le stappen on nf te zadelen". -SC-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 9