RWATTAS5J JA^-REEP De Markies v. Bardelys Mo. 20275. LEIDSCH DAGBLAD. Maandag 19 April Tweede Blad Anno 1926. BINNENLAND. B^erdanGoedDE_BESTE FEUILLETON. HUB I H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana per fiets te Katwijk Zee. Men meldt un? uit Katwijk Zee: Zaterdagmiddag nngoveer te drie ure werd de gemeente Katwijk met eien bezoek vereerd door deze vorstelijke personen. Van het mooie harde strand, het lente zonnetje en den wind in den rug trokken de Hoogc Bezoeksters partij door van af het „Wassenaarsclie Slag'" per iicts naar hier te peddelen. Even voor dat de Vorstelijke personen hier aankwamen, arriveerde de Koninklijke auto en toen naar informaties van den chauffeur bleek dat aanstonds de Koningin cn dc Prin ses hier langs het strand zouden aankomen, ging de mare van mond lot mond en spoeden velen zich naar den Boulevard om H. M. en Haar Dochter te zien. Men zag Moeder en Dochter als twee ge wone stadsdames gearmd de werf opkomen (de chauffeur had de fietsen op het strand overgenomen) waarna H. M. de Koningin ec-n groep bijeengeschaarde Katwïjkschc vrou wen heel vriendelijk toeknikte, hen goeden middag wensclite en eindelijk zeer belang stellend informeerde naar dc algemeene toe stand op visscherijgebicd. Toen men II. M mededeelde dat deze nu verre van rooskleurig genoemd kon worden, sprak H. *M. cr Haar leedwezen over uit, er bijvoegende dal het te hopen is dat dan de zomer.haring' visscherij meer loonend moge zijn. Dit korte, ongedwongen en hartelijk onderhoud wcrklc er natuurlijk toe mede om bij het plaatsnemen cn het vertrek per auto een herhaald „hoera!" aan dc Bezoeksters .itfie roepen, dat op de meest minzame wijze door buigingen cn vriendelijk lachen werd beantwoord. Het publick was enthousiast over dit spontaan zicli geven van Koningin en Prin ses en ieder was verrukt 'óver de Prinses, die van een jong meisje, zooals ze voor eenige- jaren gedurende 6 weken onder ons verkeer de, opgegroeid was tot zoo flinke jonge dame. Gevolgd door den inspecteur van politie en den hoofdagent gingen de vorstinnen langs de vroeger bewoonde villa bij den Tol, om langs den nieuwen verkeersweg via Kat wijk a. d. Rijn en Wassenaar, naar Den Hang terug te gaan. Do blocmenkoopman Ravensbergen uit öegsigeest, Zaterdagmiddag met zijn wagen met bloemen aan den Straatweg staande ter hoogte van Bijdorp", viel onverwacht een hoogte eer ten deel. Onder de vele passee- rende auto's stopte er plotseling eene waarin gezeten was II. K. II. Prinses Juliana, die na den prijs van dc bloemen gevraagd hebben de, eenige van de mooiste bloemen van R. kocht, waarmede dc man bijzonder ingeno men was Officieels berichten. Bij Kon. besluit ir-aau A. Moolenbeek. Op zijn verzoek met ingang van 20 April 1926 eervol ontslag verleend uit zijn-betrek king van notaris ïc Zwolle. Goedkeuring van de Berner overeenkomsten omtrent spoorwegvervoer. Een wetsontwerp is ingediend lot goedkeu ring van dc op 23 October 1924 te Bern ge sloten overeenkomsten omtrent het goede renvervoer eu het reizigers- cn bagagever- vocr per spoorweg. Blijkens de memorie van loclichting zijn de vruchten dor gehouden conferentie twee overeenkom sten, te welen een „convent ion internationale concernant Ie transport des marchandises par chernins de fer (G. 1. M.)" met 7 bijlagen en een „convention interna tionale concernaul le transport des voya- geurs et des bagages par chernins de fer (C I. V.)" mei 2 bijlagen Deze beide over eenkomsten zijn den 23en October 1924 te Bern door de diplomatieke vertegenwoordi gersvan Bftlgie, Bulgarije, de vrije stad Dan zig, Denemarken, DnilscliTand, Estland, Fin land, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ita- Hl', het Koninkrijk der Scrven, Kroaten en Slovenen, Letland, Lithauen, Luxembourg, Nederland,. Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, 'Spanje. Tsjecho-Slowa- kije, Zwèdon en Zwitserland, onderteekend. zcodat. nu ook Spanje, Portugal en Grieken land, die niet hadden deelgenomen aan de thans nog geldende overeenkomst zijn toege treden. het werkingsgebied der nieuwe over eenkomsten zich, afgezien van Rusland, vrij wel over het gchecle Europeesche vasteland zal uitstrekken. Ter toelichting van den inhoud der beide verdragen, welke aan dc goedkeuring der Sta ten-Generaal worden onderworpen en met een Nederlandsche vertaling bij het wetsont werp zijn gevoegd, wordt o.m. aange.tëekend, dat de goedcrenovereenkomst, welke moet dienen ter vervanging van de bestaande, in hoofdzaak naar den vorm nieuw is. Hoewel dc nieuwe regeling op sommige punten, waarvan dc voornaamste nader ziin aange duid. principieel van de thans geldende af wijkt, stemt toch de inhoud der nieuwe over eenkomst materieel grootendcels overeen met de bestaande, gedurende haar 30-jarige toe passing deugdelijk gebleken regeling; de slof is echter in de nieuwe overeenkomst syste matischer geordend. Voorts is in onderschei dt np leemten, welke in de sedert de laatste wijziging cn aanvulling verloopcn lö jaren in de beslaande overeenkomst zijn gebleken, voorzien, zijn talrijke voorschriften, over wc-lkcr uitlegging in den loop dier jaren strijd was ontstaan, verduidelijkt. Eindelijk zijn in dc overeenkomst bepalingen opgeno men, welke lot dusver wel reeds in liet in ternationaal goederenvervoer per spoorweg werden toegepast, doch hare geldigheid slechts ontleenden aan dc omstandigheid, dat zij. na door een groot deed der spoorwegad- ministraliën van Europa in onderling overleg tc zijn vastgesteld, in de internationale 'goe- dërontarievcn waren opgenomen. Nieuw is de aan het ontwerp-rcizigcrs- c-n bagage-overeenkomst van 1911 ontleende be paling, dat onder de werking der overeen komst ook zullen kunnen worden gebruikt geregelde automobiel- en scheepvaartdien sten, die in aansluiting aan een vervoer per spoorweg en onder verantwoordelijkheid van een der bij de overeenkomst aangesloten sta ten of onder dc overeenkomst vallende spoor wegen internationaal vei voer bcwcrkstclü- 2°n- Een zeer belangrijke aanwinst is de nieuwe, geheel omgewerkte en uitgebreide bijlage 1 der overeenkomst en de in verband daarmede bij art. 60 §2 ingestelde en in bij lage VII nader geregelde deskundigencom missie. Dc nieuwe bijlage I, waarin voor waardelijk ten verveer toegelaten goederen in zes klassen en dc vervoersvoorwaarder. in verschillende rubrieken systematisch zijn geordend, is opgetrokken op den gronoslag j van het ontwerp, hetwelk in 1912 werd sa- I mc-ngesteld door een daartoe opzettelijk bij- cengcroepen technische conferentie, waarin ook Nederland was vertegenwoordigd. Teneinde deze bijlage zooveel mogelijk ge lijken tred le doen houden met de uitkomsten van de wetenschap en met de ervaringen der spoorwegen is een commissie van deskundi gen ingesteld, waarin Duitsohiand, Frankrijk en Italië permanent zijn vertegenwoordigd, terwijl elk der bij de overeenkomst aangeslo ten staten' des'gewensclit met gelijke rechten zich in de zittingen dier Commissie kan doen vertegenwoordigen. Nijverheidaiaad. Naar aanleiding van een door den mi nister van Binnenlandsche Zaken en Land bouw gegeven wenk heeft de Nijverheids- raad zich gewend lot dc Centrale Commis sie voor de statistiek met liet verzoek, of bij de aanbeveling voor de vervulling van komende vacatures-rekening kan wor den gehouden me', den wensch van den Rand, om het indusjrieefle element in ge noemde commissie le versterken. Aan een uil zijn midden benoemde com- sie, bestaande uit dc hoeren Ir. G. A. Kcsslor, voorzitter. J. C. Redelé, mr. A. N. Molenaar, mr. L. CL Kortcnhorst, S. Wouda, leden, en mr. J. II. van Schermbeek, secre taris, heeft, de Raad opgedragen hel verdrag tot aanvulling vau hel Nederïan<Rcli-Duit- sche Verdrag van handel en scheepvaart van 31 December 1851 cn hel Nederiandsch Duitsche douane- en crochet verdrag tc bc- studceren en hom daarover van voorlich ting le dienen. Hoewel dc Raad over hel algemeen- slechts ontwerpen van wel, waarover zijn oordeel door do Regeering vóór de openbaarmaking wordi gevraagd, in behandeling neemt, heeft hij in afwijking van dat stand punt aan den minister van Financiën een advies uitgebracht over het ontwerp van wet lot nadere voorzieningen len aan zien van de heffing van de vermogensbe lasting, de verdcdigingsbelasting I en de inkomstenbelasting, omdat dit ontwerp niet door den legenwoordigon minister, doch door diens ambtsvoorganger was in gediend cn het dus niet is uitgesloten, dat daarin wijzigingen worden aangebracht, in welk geval met dc opmerkingen van den Raad nog rekening kan worden gehouden. In dat advies liceft de Raad er op gewe zen, dat ccnerzijds ,-uan de belastingambte naren vér strekkende bevoegdheden moe ien worden verleend, om ie bereiken, dat de belastingplichtigen zoo juist mogelijke aangiften doen, doch dat anderzijds a an de belastingplichtigen de noodige wettelijke waarborgen moeten worden gegeven, om le voorkomen, dal van die bevoegdheden een .willekeurig gebruik wordt gemaakt. Bij de vermogensbelasting, zooals die oor spronkelijk was vastgesteld, was deze a an gelegen beid op zeer bevredigende wijze geregeld. Reeds veel ongunstiger voor de belastingplichtigen werd over het alge meen de regeling, die oorspronkelijk is neergelegd in de wet op de inkomstenbe lasting. In dc herhaalde wijzigingen dozer heide wetten zijn de aan dc belastingplich tigen gegeven waarborgen steeds verzwakt en wel op deze wijze, dat eerst de bepalin gen van de eene wet. meestal die op de inkomstenbelasting werden verscherpt en daarna de bepalingen van de andere wet daarmede in overeenstemming werden ge bracht. Tegen hel in overeenstemming brengen van deze wetten, hetwelk uit be lasting-technisch oogpunt misschien ge- wenscht'is, zou bij don Raad geen over wegend bezwaar bestaan, indien niet altijd die regeling werd gekozen, die den belas tingplichtige de rr\insle waarborgen biedt en hem de minste rechten geeft. Ook in dit wetsontwerp wordt weder op dien weg voortgegaan. Hiertegen meent de Raad le moeten opkomen en in dat verband heeft hij bezwaren ontwikkeld tegen een viertal in het wetsontwerp gedane voorstellen en wel twee lot wijziging van de wet op de inkomstenbelasting cn twee tot wijziging van de wel op de vermogensbelasting. Beslissingen van Ged. Staten. Op de vragen van den heer Van Aallen iri zake den termijn van beroep door ge meentebesturen tegen beslissingen van Ged. Staten, indien deze beslissingen twee dag- teekeningen dragen, antwoordden de mi nisters van Binnenl. Zaken cn Landbouw en van Arbeid, H. en N.: In verschillende provinciën plegen de be sluiten van Ged.. Stalen cn daaronder ook de beslissingen, waartegen krachtens art. 200 der Gemeentewet, of art. 3, 3c lid, der Pandhuiswet 1920, of art. 7, -ie lid, der Wa renwet 1919 beroep op de Kroon voor dc ge meentebesturen openstaat', twee dagteeke- nir.gen te dragen, dc eene van dc vaststel ling, dc andere van dc verzending. In andere provinciën is dit niet het geval. Tusschen die twee dagleekcningcn pleegt een termijn le liggen van eenige dagen, doch er zijn uitzonderingsgevallen, waarin die termijn lot zelfs een tweetal weken om vatte. Het is niet le ontkennen, dal door het ver loop van een zij liet nog zoo korten tijd tus schen het nemen van het besluit van Ged. Staten cn den dag van verzending het aan de gemeentebesturen toegekende recht van beroep wordt verkort, daar de beroepstermijn volgens de uitdrukkelijke bewoordingen der gc-noemdc wetsbepalingen, loopt van dc dag- iee-kening der beslissing. In verband met diezelfde wetsbepalingen kunnen de ministers van Binnenl. Zaken en Landbouw en van Arbeid. H. cn N. niet dc toezeging doen, tè zullen bevorderen, dat in dc toekomst dc termijn voor het beroep ge rekend wordt aan. tc vangen met de tweede der dagleekcnipgen vau de beslissingen van Ged. Staten. Met betrekking tol dit standpunt zij nog verwezen naar liet Kon. Besl. van 27 Sept J1923. Het voornemen bestaat echter, cr, voor zooveel noodig, Lij Ged. Stalen op aan te dringen, dal, indien verzending plaats vindt na dc vergadering van hel college, volgende- op die, waarin dc beslissing is genomen, deze beslissing alsnog definitief in de latere ver gadering worde vastgesteld. Ook zullen, voor zooveel noodig, Ged. Staten worden gewezen op de wcnschelijkheid, dat de termijn tus schen den datum van de vaststelling van liet besluit en dien van de verzending zooveel mogelijk wordt bekort. „Zonnestraal". Onder leiding van den voorzitter van het voorloopig bestuur, den heer Jan A. van Zulphen, is de eerste ledenvergadering ge houden van de in September gecon- s'.ituecerde Vereeniging Zonnestraal, Ned. Vereeniging tot het Oprichten van Arbeids- kolonies voor Tuberculoselijders in Neder land. De vergadering is gehouden op hel land goed Zonnestraal nabij Hilversum, dal het Diamantbewerkers Koperen Stelen Fonds Nieuwe Levenskracht aan de nieuwe ver eeniging in bruikleen zal geven en waar dc eerste Nederlandsche arbeidskölonie voor tuberculoselijders zal worden gesticht. Overeenkomstig de voordrachten van het voorloopig bestuur zijn tot bestuursleden ■gekozen de heer Jan A. van Zulphen, voor zitter Diamantbewerkers Koperen Slelen- fonds Nieuwe Levenskracht, I-Iilversum; mevrouw A. E. J. de VriesBruins, arts, lid Tweede Kamer le 's-Gravenhagemr. L. Lielaert Peorbolte, directeur-generaal der Volksgezondheid te 's-Gravenhage; de heer D. Kooiman, lid van Gedep. Slalen van Noord-Holland le Purmcrcnd; arts L. li overmans, directeur van den Gem. Ge neeskundigen- en Gezondheidsdienst te Am- terdam; de heer G II. Sanders, hoofd administrateur der Gemeente-Ziekenhuizen te Rotterdam; mr. P. J. Reymer, bur gemeester van Hilversum; dc heer P. Keulemans, voorzitter van den Raad van Arbeid le Amsterdam; mr. L. N. Rooden- burg, voorzitter van den Ned. Centrale Ver een. lot Bestrijding der Tuberculose le 's-Gravenhage; dc heer Ad. ter Cock, be stuurslid der Alg. Ned. Vereen. Het Groene Kruis te Amersfoort; jhr. A. W. G. van Riemsdijk, lid van het "hoofdbestuur van het Ned. Roode Kruis te Aerdenhoul; de •heer E. Kupcrs. secretaris van het Xed Verbond van Vakverecnigingen le Amster dam; de heer B. F. Krantz, bestuurslid van het Verbond van Ned. Werkgevers te Leiden; dr. B. II. Vos, directeur van het Volkssanatorium le Heliendoorn, en dr. M. R. Heynsius van den Berg, directeur van dc Amslerdamsche Ver. lot Bestrijding der Tuberculose le Amsterdam. Het bestuur is machtiging verleend tot liet sluiten van een overeenkomst met het Koperen Stelenfonds betreffende het land goed Zonnestraal, tot liet aangaan van ec-n of meer leeningen tot voorziening in bouw- kapitaal en lot het eventueel verleenen van hypotheek op dc tc «lichten gebouwen. Christ. Zeeliedenbond. Op dc laatstgehouden algemeene vergade ring van den Christ. Zeèliedenbond in Ne derland, is een commissie benoemd, om de v.enschclijkheid van eventueelc verplaatsing \r.n het bureau van den Bond, dat nu te Öcbevemngen is gevestigd, tc onderzoeken. Deze commissie is mei haar arbeid gereed gekomen cn heeft bij het hoofdbestuur een rapport ingediend, waarin geconcludeerd wordt, dal het met het oog op de propagan da in het koopvaartbedrijf gewenscht is het bondsbureau te verplaatsen naar een der zeehaven-plaatsen, waarvan Rotterdam dan dc voorkeur heeft. Het bureau van de Scheveningsche afdcc- ling zou dan meer naar dc havens kunnen verplaatst worden. Het hoofdbestuur heeft dit rapport met al gemeene stemmen aanvaard. De afdcelingcn kunnen zich er nu over uitspreken. Bestrijding internat, ireindiefstallen. Volgens enkele Duitsche bladen is Ier bestrijding van diefstallen op internationale sneltreinen een regeling getroffen-tusschen dc Duitsche eft Nederlandsche politic-autori teiten. De besprekingen hebben le Bentheim plaats gehad op initiatief van Ncdwlandsche zijde. Het probleem der werkverschaffing. De minister van binnenhindsche zaken en landbouwheeft, naar „De Gemeente", or gaan van de Vereeniging van sociaal-demo- RECLAME. •955 cratische gemeenteraadsleden meedeelt, aan een aantal gemeentebesturen een brief ge zonden. waarin wordt medegedeeld, dal het den minister is gebleken, dat door onder scheidene particuliere werkgevers in sleecl? toenemende male gebruik wordt gemaakt van arbeidskrachten (inwonende zoons van arbeiders c.d.) die niet voor plaatsing bij do werkverschaffing in aanmerking komen. Vermoedelijk moet voor een gedeelte de oorzaak hiervan worden gezocht in de orn* standigheld, dat deze arbeidskrachten ge neigd zijn voor elk aanbod van loon te gaan werken cn daardoor te ontkomen aan de noodzakelijkheid om elders werk te aan vaarden, terwijl daaraan levens mogelijk niet vreemd is het feit, dat do werkgevers, cr op vertrouwende, dat de gezinshoofden bij de werkverschaffing kunnen worden ge- plaats', den arbeiders, die voor plaatsing daarbij niet in aanmerking komen, wel ter wille willen zijn cn hen daarom liet in het sleenbedrijf voorhanden zijnde werk later uitvoeren. Hierdoor wordt echter, bewust of onbe wust, door de werkgevers in meerdere ge meenten de zoo noodige verhuizing van jonge arbeiders naar elders tegengewerkt cn wordt er toe medegewerkt, dat bijna alle werklooze gezinshoofden gedurende do win termaanden bij dc werkverschaffing tewerk gesteld moeien worden. Het behoeft geen beloog, zegt de minister, dat liet dringend gcwcnsclU is, dat in dezen toestand verbetering wordt gebracht. De minister noodigt de gemeentebesturen daar om liit hun medewerking daartoe te ver leen cn door bijv. ter zake in overleg te Reden met de in de gemeente woonachtige went- gc-vr-r? of hun organisaties. De minister ver zoekt daarbij op het zeer ongewenschte van den toestand als hier bedoeld le wijzen cri er op aan te dringen, dat in de eerste plaats in dienst worden genomen gezinshoofden, die als eenig kostwinner voor hun gezin op treden en dat inzonderheid met dc tewerk stelling van twee of meer leden uit één ge- - zin, althans gedurende den lijd, dat dc werkverschaffing in de gemeente geopend is. zooveel moge'ijk wordt vermeden. Van hetgeen ter zake door de gemeente besturen is verricht, wil de minister gaarne binnen een maand door tussehenkomst van den rijksinspecteur voor dc werkverschaffing in de provinciën mededeeling ontvangen. Werkloosheidsverzekering. Naar de „Stand." verneemt, hebben hc' Christ. Nationaal Vakverbond cn hot R.-K. Werkliedenverbond aan den minister van arbeid, handel cn nijverheid een adres ge zonden, waarin zij cr aan herinneren, dat toen eenige jaren golcden de werkloosheids- kassen ten gevolge der buitengewone crisis omstandigheden op een aparte wijze door het Rijk moesten worden geholpen, zulks ge schiedde onder verschillende voorwaarden, waarvan er een was, dat voor dc uitkccrin- gen het Rijk werd verdeeld in drie gemeen lek lassen. Dit voorschrift, dat de kasbcslurcn noodwendig hebben moeten aanvaarden, geeft lol groolc moeilijk li eden aanleiding en is voor meerdere leden financieel schadelijk. De uilkeeringen bij eventuecle werkloosheid zijn n.l. meer dan noodig verschillend al raar gelang de leden .wonen in een ge-, meenlc der lslc, 2de en 3de klasse. Uit ver- zekcringsoegpunt is een dergelijke klasse-in de cling voor menig bestuur overbodig, om dat de uilkeeringen bij werkloosheid toch reeds beperkt worden door een vast percen tage van bet verdiende loon door de ge- meenleklassen opgenomen in de collectieve contracten, doyr bpdrijfsgewijzc vastgestelde onderscheiding der werkloozen in geschool den, geoefenden en ongeocfcndcn enz., waar door veelal de leden, wonende in kleinere -\anr te: tajolsch van RAFAEL SABAT1X1. Had zij begivpen evenals jt; had "ecjsf wat er nu zou volgen» Ik hijgde ik' Kicnxie mijn handen samen cn het kostte mij moeite te luisteren naar. wat ik nu nog vernemen zou. „Een paar maanden geLeden, zooals u zich herinneren zult. vertrok ik naar Lavé- «an. Ik zag u, mademoiselle, even slechls. dat is zoo, maar sedert dal ougenblik stond uw bec-ld mij steeds voor oogen". Zijn stem werd een weinig zachter en hartstocht trilde in zijn woorden Zij scheen dat ook le be merken. want Het kraken van haar stoel deed mij denken da! zij opstond. ..Nu niet. mijnheer, nu niet", riep zij. ,.Hct is nu geen tijd. Ik smeek u denk aan uujn smart". „Dal doe ik, mademoiselle, en ik eerbie dig uw verdriet, en ik deel er in, geloof mij, met geheel mijn har'. Maar dit is wel hel juiste oogenblik cn indien u de belangen van dien man werkelijk wilU behartigen, dan.moet gc mij tot hel eind aan loc aan- hooren". -VI sprak hij me', groolc h Jieid en ge- toch klonk -er eerbied in zijn loon-, of die echt was of-met kan ik n:ot beourdeë- lüifc-ii u verdriet heb:; mademoiselle.. geloof mij dal het mij-ook veel kost,-en in- 'Cn ik u nog meer doe lijden door lie:geen I *k zeg, bedenk dan hoe hard het voor mij j is de reden van uw komst Je moeien verne men. Weet u wat het is verleend le worden door jalouzic? Kan u zich dal voorstellen? Zoo ja, dan kun' u ook iets begrijpen van de foliering die ik doorstond toen u mij be kende dat u dien Lespéron lief hebt, cn smeekte of ik hem wou redden. Mademoi- sciie. ik heb u lief met mijn gcheele hart en ziet heb ik u lief. Ik Jieb u bemind van het eerste oogenblik of aan dat ik u op La- védan gezien heb en u de mijne te mogen noemen daarvoor is geen offer mij te groot, geen gevaar dat ik niet op mij durf nemen". Mijnheer, ik smeek u „Moor mij aar;, mademoiselle", riep hij. En loc-A met een kalmer stem ging hij voorl: „Op '1 oogenblik heb! ge dien mijnheer dc Lespéron licl „Ik zal hem altijd liefhebben! Altijd, mijnheer!" „Wacht, wacht, wacht!" riep hij uil; dat zij Rem in dc rede viel Verveelde hem. „In dien hij in leven bleef en u trouwde met -hem cn go waart dagelijks in zijn gezel schap, dan twijfel ik. niet of uw liefde zou voortduren.' Maar indien hij moest sterven of verbannen worden en u zag hem niet meer, dan zoudl ge hem een poosje betreu ren. maar clan helaas! zoo gaat liet meestal met mannen en vrouwen dan zou dc lijd cersi uw verdriet helen en dan uw hart". „Nooit, mijnhce" n neen. nooi'!" „Ik ben ouder dan gij, kind! Ik weet hel. Nu 'verlangt ïcg vurig zijn levëu le redden romdat ge hem liofhadt, maar ook .omdat, gc hem verraden hebt en-ge zoudl zijn dood hiel graag op uw "geweienhebben"- Hij zvVecg een oogenblik-, toen verhief hij de stem en zteide: „Mademoiselle, ik bied u het leven aan van hem dien ge licfhebl"* „Mijnheer, mijnheer!" riep hét .arme kind. ik wist wel dat u goed was! Ik wist wel „Wacht een oogenblik! Versta mij niet verkeerd. Ik zeg niet dal ik het u geef, maar dat ik hel u aanbied". „Welk verschil is daar in?" „Indien u liet licbben wilt dan moei u het koopen. Ik heb gezegd dal ik voor u alle gevaren wil trolsecren. Om uw minnaar tc redden Iroiseer ik het schavot. Indien ik verraden word of indien dc zaak bekend wordt, dan valt mijn hoofd zeer zeker in plaats van het hóófd van Lespéron. DIl wil ik wagen mademoiselle dat doe ik zelfs gaarne indien gc mij beloven wilt daarna mijn vrouw le worden". Roxalanne kermde, toen zweeg ze. Ein delijk sprak ze; „O mijnheer, u is onmccdoogend! Wat voor koop durft ge me aan le bieden?" ..Een zeer mooie koop voorzeker", zei die duivel in dc gedaante van een mensch. ..Ik zet mijn leven op het spel legen uw hand". „Indien indien u mij waarlijk liofliëbt zooals ge beweert mijnheer, dan zoudt ge mij een dienst bc-wijzen zonder belooning". „In alle dingen zou ik dat willen. Maar is het mogelijk een man die dol verliefd op u is le vragen een ander in uw armen te voeren, cn dat nog wel op gevaar al zijn eigen leven Ie wagen? Ach mademoiselle, ik ben maar een oiensch en onderhevig aan nienschclijkc zwakheid. Indien ge wilt toe stemmen dan zal Lespéron vrij wezen, maar u zuil hem niet meer zien; cn ik wii mijn toegevendheid zoo ver voeren u een hall innr te geven om uw verdriet ie bóven te komen voordat ik mij weder bij u .vertoon om mijn luon ie vragen". „En indien ik wci'ger, mijnbeer?." Hij zuchtte. „Aan de waaide die ik liechl aan inijn 'leven met go toevoegen mijn zeer menschc- lijke jaloerschheid. Wat kunt ge hopen van die twee dingen te zamen?" ,.U meen! dal bij sterven moei?" „Morgen", klonk hel lakonieke antwoord van dien vervloekten bedrieger. Z-ij zwegen eenige oogcnbükken. Toe-n hoorde ik snikken. „Heb modelijden, mijnheer! Wees gena dig indien gc mij waarlijk lief hebt. O bij inng niel sier ven! Ik kan, ik durl hem niet laten sterven 1 Red hem mijnheer, dan zil ik iederen avond van mijn leven voor u bid den; ik zal onze Heilige Moeder voor u b:d- den zooals ik nu voor hem bid". Zou iemand ooit weerstand kunnen bie den aan zulk een onschuldige, vrome smeekbede? Heeft er ooit iemand beslaan die als antwoord op zulke eenvoudige woor den van liefde en verdriet zijn eigen ruwe •hartstochtelijke liefde kon opdringen? Zijn eenige antwoord was: „Ge kent den prijs, kind!" „God moge mij helpen! Ik moet den prijs betalen. Ik moet, want als hij sterft, komt zijn bloed op mijn geweien!" Toen bedwong zij haar smart en haar slem werd hard door den dwang dien zij zich zelf oplegde. „In dien ik u beloof u te trouwen namelijk óver een half jaar welk bewijs geeft ge mij dan dal de personen die gevangen ge houden wordt onder den naam van Lespé ron, in vrijheid gesteld woedt?" Ik hoorde zooicis als een snik van den graaf. ..Blijf in Toulouse lot mórgen: vanavond voor zijn vertrok zal hij afscheid van u ko men nemen." „Laat het dan zoo wezen, mijnheer," ant woordde zij. Toen sprong ik overeind. Ik k<«n het niet langer uithouden. IIcl zal u vei ba zen, dat ik den moed heb gehad zooveel le verdragen en baar zoo oneindig veel le lalpn lijden om mij zelf tc overtuigen hoe \er die scha\uit van een Gbatellcrault zijn bedrie gers-afspraak door zou voeren. Eon driftiger man dan ik zou hel beschot doorgetrapt hebben of haar door dat beschot heen den troost hebben toegeroepen, dat die afspraak of omkooperij van ChateTleraült heel e ma al geen afspraak was. daar ik al out* j stagen cn vrij was. En dan zon een driftiger man door zijn ingeving geleid verstandiger gedaan hebben dan ik door rcdcneeriDg. Ik deed de deur open, liep de gelagkamer dóór, een gangetje in. dat leiden moest naar de kamer, waarin zij zich bevonden. Maar hier in vergiste ik mij cn eer ik mij tot ten kcü- ner gewend had, waren er eenige kostbare oogenblikkcn verloren gegaan. Hij ging mij voor, eerst terug naar de gelagkamer cn loën naar een andere gang llij deed dc gangdeur wijd open en ik stond plotseling van aange zicht lol aangezicht tegenover Cbalellerautt, die nog rood zag van zijn pas ge voerden strijd. „U hier!" zei hij ten hoogste verbaasd: zijn gezicht betrok en hij werd doodsbleek, en dat mocht ook wel, ofschoon hij niet kon droomen, dat ik zijn afspraak afgeluisterd had. „Wij zullen terug gaan, niijulvei-r de graaf", zei ik. „Terug, waar naar loc?" „Terug naar mademoiselle. Terug naar «U Jcamer. die u zoo even ie ei' verlaten". En niet al le vriendelijk duwde ik hem weder ia de gang. en daardoor miste ik in de duister nis dc uitdrukking van zijn gezicht. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5