De Markies v. Bardeijs No <£0241. LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 8 Maart Tweede Blad. Anno 1926. BINNENLAND. Schrale Huid PUKOL FEUILLETON. Eersta Kamer. TroJ. dr. J. R. Stotemaker do Bruin: wordt al* lid va» do Eeróte Kamer opgevolgd floor prol. mr. dr. B. O. de Savörnin L-ohman. Begrafenis dr. P. van Hoek. Zaterdagmiddag had op Oud Eik en Dui den le -Den Ilang de ter-aarde-bcslelling plaats varï liet stoffelijk overschot van v.7ij- 1on den heer dr V. van Hoek, in leven oud- dirceleur-generaal van den Landbouw én lot'zijh dood raad-adviseur van liet.depar tement van Binircnlandscbe Zaken cn Landboüv/. Een zeer groot aantal autoriteiten en be kende persoonlijkheden op het gebiei van land- en tuinbouw woonde de plechtigheid l ij. Aan de groeve werd allereerst 1 woord voerd door dr. A. J. Swaving, waarnemend directeur-generaal van den Landbouw, ver tegenwoordigende den minister van Binnen- landsche" Zaken cn Landbouw. Deze wees xt op. hoe de overledene jarenlang iu ver schillende rangen den la ede met eere heeft gediend, cn daaraan zijn besta krachten heen gegeven Zijn groote kennis van den landbouw, zijn heldere blik, en de consciën tieuze opvatting van zijn taak waren o.in. dc eigenschappen, waardoor hij zicli in do verschillende betrekkingen, welke door hem werden bekleed steeds lieeft onderscheiden. Namens den minister van Binncnlandsehe Zaken cn Landbouw, bracht spr. hulde aan do nagedachtenis van dezen hoogst bekwa men en hoogst verdienstelijken hoofdambte naar. Voorts sprak dr. Swaving nog een enkel woord namens dc gezamenlijke ambtenaren en beambten van do directie van den land bouw, waarvan de heer Van Hoek bijna 23 jaar liet hoofd is geweest. Zijn groote kennis, zijn scherp doorzicht, zijn stalen geheugen, zijn nauwgezetheid bij de behandeling van zaken en zijn vermo gen, om spoedig tot de kern van moeilijke kwesties door le dringen, dwong aldus spr. ónze bewonderiug af; daarnaast won hij de genegenheid van do ambtenaren door zijn eenvoudige, sympathieke persoonlijk heid. Hij wilde in alles het goede en wilde zoo gaarne voor een ieder het beste. Na den lieer Swaving trad naar voren Prof. B. van den Burg, rcctor-magnificus van dc Landbouw-hoogeschool le Wapenin gen. Deze roemde het heldere inzicht van dr. Van Iloek in alle vraagstukken den landbouw betreffende en zijn grondige een voud, die aanstonds het vertrouwen van de landbouwers wist te winnen. Spr. herdacht voorts .in het bijzonder wal de heer Van Hoek voor liet landbouwonderwijs gedaan heeft, waarin hij een overwegend landsbe lang zag, en schetste de sympathie van den .overledene voor de landbouw-hoogeschool. Hierna werd het woord gevoerd door den hoer V. R Y. Kroesc. voorzitter van het Ncdêriandscli Lahdbóuwcomifé, die sprak mede namens verschillende organisaties. Deze spr. wees er op. hoe goed de heer Van Hoek dc mentaliteit van het platteland kende. l)c heer Maerlnnd. voorzitter van de ver- eeniging van Rijksconsulenten voor den Landbouw, herdacht den overledene als oud-collega en oud-ehef. Hij schelste hem als een gelukkige vereeniging van theore tisch welen en praetisch kunnen, als een man van onbeperkte locwijding, groote .werkzaamheid en liefde voor zijn laak. Ten slotte sprak Prof. -dr. II. Blink als yriend-van den overledene. Namens de familie bracht hij dank aan dc aanwezigen voor hnn belangstelling. Talrijke kransen dekten de baar. Voordat de stoet het sterfhuis had ver laten was daar een rouwdienst gehouden. Waarbij ds. J. Sirks was voorgegaan. De zaak-Geelkerken. Over de buitengewone kcrkeraadsvergaxle- 'rlng in' Amsterdam-Zuid wordt aldus ge meld: Bij de opening der vergadering bracht de voorzitter, dr. Geelkerken, hot verzoek van de buitenstaande gemeenteleden om de ver gadering bij te wonen over. De Kcrkeraad had geen bezwaren, doch prof. Grosheide, een der afgevaardigden, wel. Toen de ker- keraad echter door prof. Ridderbos ge steund werd, werd'besloten een zestal, later verminderd tot een drietal, binnen te laten. Deze heeren kregen allereerst 5 minuten het woord. De heer Van Erk sprak de af gevaardigden der Synode toe en zeide dat de gemeente liet dr. Geelkerken zeer kwalijk zou nemen als hij de „verklaring" toekende, dat de gemeente wilde, dat dr. G. alleen ge bonden werd aan Gods Woord en aan de Belijdenis,- doch niet aan menscheninzettin- gen. Daarop verkjaarde prof. Grosheide waarom de afgevaardigden gekomen waren, n.l. om den cisch van de Synode, dal dr. G. do .verklaring" teekent. over te brengen en voorts den Kerkcraad le bewegen, dezen cisch te ondersteunen cn dr. Thijs, de an dere afgevaardigde zeide hetzelfde, er aan toevoegend, dat indien de „verklaring" niet geleekend werd, dr. G. onherroepelijk afge zet zou worden. Hierop verklaarde dr. G:, dat hij in geen gevat iels tegen zijn geweten in zou doen cn voorts, dat de hem beschik baar gestelde lijd van 4 dagen om een der gelijke gewichtige beslissing te nemen, waar duizenden Gereformeerden indirect bij be trokken zijn, zeer kort was. Daarop werd het woord verleend aan de ouderlingen, waarvan er niet minder dan 11- de zaak uit eenzetten. waaronder prof. dr. Woltjes cn dr. De Froe. Unaniem verklaarden zij, dat de kerkcraad nooit er bij dr. G. op aan zou dringen om een dergelijke verklaring le teekenen en dat de gevolgen voor de Synode waren. Ook sprak men zijn verontwaardi ging uit over de wijze waarop men den Ker kcraad tegen zijn roeping in; wilde doen handelen. Dc afgevaardigden kregen de op dracht do Synode mede le doelen, dat de Kcrkeraad geweldig verontwaardigd is over de „schandelijke verklaring" en dat hij nooit zijn predikant deze zou laten teekenen. Dr. G. las nog het volgende telegram voor, dat van zijn volgelingen uit groot-Amsterdam was ingekomen: „Honderden medebroeders uit groot-Amsterdam bidden u pal te staan voor de waarheid Gods cn het goed recht van uw predikant." De vergadering werd om halfcén ge sloten. Besloten is hedenavond weder in buiten gewone vergadering bijeen te komen oin de te volgen gedragslijn nader vast te stellen. Indien dr. G. een antwoord aan de Synode zendt zal dit vergezeld gaan van een schrijven van den Kerkeraad, waarin hij do Synode waarschuwt voor de dreigende ge volgen. Gisteravond vergaderden de comité's- Geelkerken om te bespreken hoe de actie het best voortgezet kan worden. Terstond na de beslissing der Synode zal er een samen komst zijn van alle gemeenteleden van Am sterdam-Zuid om te bespreken in hoeverre zij zich door de uitspraak der Synode ge houden achten. De Algemeene Synode zal Woensdag om twee uur weer bijeenkomen. Deze zitting zal niet openbaar zijn. Don derdag misschien zal een openbare zitting gehouden worden. De leden van de Marinusgrocp hebben een club opgericht, die genaamd is: Anli- Ethische-Club. Hel doel dezer vereeniging is de actie tegen dr. Geelkerken voort le zet ten. Men deelt de „Tel." in Amsterdam-Zuid mede, dat hel de bedoeling der leden is, indien dr. G. afgezet wordt en de Kerke raad hem handhaaft, een nieuwen kerke raad le vormen, waarin o.a. broeder Mari- nus en broeder Van Koeten, dc twee aan klagers, zitting hebben. Ond-minister Lambooy. De aftredende minister van oorlog en ma rine a. i., de heer Lambooy, heeft Zaterdag ochtend aan het departement van marine afscheid genomen van verschillende aTdee- lingschefs en andere ambtenaren of officie ren, met wie zijn ambsvervulling hem meer rechtstreeks in aanraking bracht. Verder heeft hij aan hel departement van oorlog afscheid genomen van verschillende autoriteiten van de landmacht, in Den Haag aanwezig. Bewijzen van Nederlanderschap. Gelijk indertijd gemeld, had de minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw bepaald, dal bij de aanvrage van een bewijs van Nederlanderschap aan den aanvrager do vraag moest worden gesteld of hij zich in liet buitenland ging vestigen en zoo ja, dat er dan een onderzoek moest worden inge steld of de belanghebbende zijn belasting (Rijks- cn Gemeente-) hier to lande geheel had voldaan. Wanneer dit laatste niet het geval was dan mocht aan belanghebbende onder opgave van die reden het gevraagde bewijs niet worden uitgereikt, voor die schuld was betaald. In ceri ander schrijven aan do Commissa rissen der Ivoningin. deelt de minister nu, naar wij vernemen, mede, dat bovenbedoeld oudérzook nopens de vraag of belangheb bende zijne belastingen hier le lande geheel heeft ^uilaan, kan Achterwege blijven wan neer Irc? betreft: a? personen, die voorne mens zijn zich in de Nedcriandsche koloniën te vestigen, aangezien de wet van 4 Augus- stus 1917 (Staatsblad No. 007) de gelegen heid opent tut invordering van belasting schuld in de koloniën; b. werldooze Neder- landschc arbeiders, die zich in bet buiten land willen gaan vestigen. Ook met betrekking lot de afgifte van be wijzen van Nederlanderschap voor het kleine grensverkeer met Duitschland kan vorenbedoeld onderzoek omtrent belasting schuld van belanghebbenden achterwege blijven. Met het oog op de uitbreiding, welke de afgifte van bewijzen van Nederlanderschap als reispapier allengs heeft verkregen, acht dc Minister hel zeer gewenscht, dal die stuk ken, af te geven voor bovenomschreven doeleinden, in het bijzonder wat den hoofd inhoud betreft, volgens een door den minis ter vastgesteld uniform model worden opge maakt. Op het bewijs zal in dc verschillende ge vallen. uitdrukkelijk het doel zijn te ver melden, waarvoor het wordt afgegeven, met name onderscheidenlijk voor reizen naar of verblijf of vestiging in België en/of Luxem burg, dan wel voor grensverkeer naar Duitschland. Op dc in het grensverkeer naar Duitsch land te bezigen bewijzen van Nederlander schap behooren liet signalement, de hand- teekening en het portret van den houder (de houdster) le worden aangebracht. Voor reizen naar of verblijf in België of Luxemburg kan invulling van het signale ment achterwege blijven. Alle leden boven den leeftijd van 15 jaar van een naar België of Luxemburg reizend Nederlandse!» gezin moeten een individucel bewijs van Nederlanderschap bezitten, voor zien van hun portret en hunne handleeke- ning. Hetzelfde geldt met betrekking tol al léén naar die landen reizende kinderen be neden dien leeflijd in gezelschap van hun vader of moeder naar België of Luxemburg, dan kunnen zij op het bewijs van Nederlan derschap van hun vader of moeder (of van beiden) worden vermeld. Dezelfde regelen gelden met betrekking tot de afgifte van bewijzen van Nederlan derschap. bestemd voor grensverkeer naar Duitschland waarbij echter nog valt op te merken, dal naar Duitschland reizende kin deren beneden den leeftijd van 15 jaar sleeds ook kunnen vols taart met een zgn. „Kindcr^iusweis". Prof. Blok over De Rnyter. Li de heden te Amsterdam gehouden ver gadering der Kon. Akad. van Wetenschap pen, hield prof. dr. P. J. Blok oud-hoog leeraar in de Vaderlandsche geschiedenis alhier een voordracht over het leven van Do Ruyter, waarvan hij de eerste twee pe rioden behandelde, met gebruik vooral van diens merkwaardige journalen, voor de laatste 15 in getal cn sedert 1896 in het Rijksarchief aangekocht vnn de familie De RuyterDe VVildt bij wie zij na den dood van Engel de Ruyter berustten. Hij begon met een korte beschouwing over Brandt (Leven van Michiel de Ruyter 1635) als ge schiedschrijver, navolger van Hooft, maar met veel minder historisch inzicht en his torische kritiek, doch vooral geprezen om zijn stijl en verhaaltrant. Daarna kwam prof. Blok tot zijn eigen lijk onderwerp en ving aan met de loopbaan al3 zeeman van Dc Ruyter te schetsen, voor namelijk als hoogbootsman. In het voor jaar van 1632, kort te voren gehuwd, ont moetten wij hem in zijn eerste journal als stuurman op de Grocnlandsvaart naar Jan Mayen, zeide spr. In dit journaal vindt men belangrijke aanteekeningen van zijn bano", zijn studiemateriaal blijkbaar voor zijn eerste stuurmanschap, Na ccn tweede Groenlandsvaart hebben wij een journaal van een kaperkruistocht tegen de Duin kerkers (1C37) merkte spr. op. In 16-10 toog hij voor het eerst als schipper ter koop vaardij naar Rreslau, in 164142 was hij schout-bij-nacht van de utilitaire expeditie naar Portugal, in 1644—51 vond spr. hei» in een aantal journalen weder als schipper van een eigen «chip op kóopmansreizen naar Barbarije en do Caribische eilanden (niet naar Ooat-Indië) Üit den laatsten tijd hebben wij zooals spr, opmerkte enkele zijner koopmansbrieven, aanteeke ningen omtrent lading cn prijzen, enz. waaruit zijn koopmans-aanlog blijkt. Na zijn derde huwelijk met de weduwe, Anna van Gelder, uit een omgeving vnn „varen? dc mannen" als hij, wil hrj voorgoed thuis blijven bij dc zijnen. Dan komt in den zomer van 1CD2 de Eerst, Engelsclic oorlog, die dadelijk dc algemeene aandacht ook buiten Zeeland op hem vestigt. Zijn derde, zijn groote periode begint dan eerst in zijn 46ste jaar. Spr. eindigde niet. te wijzen op 29 April a.s., gedenkdag van De Ruyters' dood te Syracuse vóór 250 jaren. De grenc-donane. Het slalions- en treinpersoneel der Nedcr iandsche Spoorwegen heeft instructie gekre gen om zooveel mogelijk (c voorkomen, dat de reizigers, komende uil hel buitenland, op de grensstations in Nederland in de treinen de douane-ambtenaren afwachten om hun bagage te laten visitecrcn cn cer9t daarna naar de visitatiezaal gaan om hun inge schreven bagage vrij te maken, waardoor Ircinverlraging kan ontstaan. Dc reizigers moeten tijdig vóór aankomst op het Nedcr iandsche grensstation in eten trein gewaar schuwd worden, indien zij ingeschreven ba gage hebben, zich onmiddellijk na aankomst rnel linn handbagage naar de visitatiezaal tc begeven. Nederl, Vereeniging van Kaashandelaren. Aan het jaarverslag der Ncderhndseh? Vereeniging van Kaashandelaren over 1925 is het volgende ontleend: Het afgeloopen jaar heeft voor den kaas handel wederom teleurstelling gebracht; h\j is niet vrj} gebleven van velerlei onaange name verrassingen. Ds icaysprijzifi Konden in het algemeen hoog warden genoemd en werden in de maanden Augustus-September van Duits olie zijde buitengewoon opgedreven, als redon waarvoor kan geiden het in-wer king-treden van de verhoogde Duitsghe in voerrechten op 1 October. I>c reactie daarop is niet uitgebleven en bij een zeer matten haudoi zijn de prezen langzaam naar be neden geloopon, waartoe hot slechte ver loop van den Franschtti geldkoers niet weinig heeft bijgedragen. Ten aanzien van het kaasraork, dat nog steeds aan den export verbonden is, vermeldt het verslag' o.a. dat liet der vereeniging gelukt is, op 17 November j.f. een onder houd over deze zaak te hebben met den Minister van Binnenlandsche Zaken en Land bouw. De Minister verklaarde daarbij, dat voor hora een nieuw licht in deze zaak was opgegaan, en gaf de verzekering, dat de kwestio in ernstige studie zou worden genomen. Binnen niet al te langen tijd was een antwoord van hom te verwachten. Door liet demissionair worden van het ministerie kan over de actie der voreeniging verder niets definitiefs worden medegedeeld. De vereeniging bl$ft echter te dezer zake dili- g-ei t om zoodra de gelegenheid daar is, opnieuw stappen te doen. De vereeniging besloot voorts in principe de leveringen aan Duitschland a contant te stellen. Met andere vereenigingen en coöperaties in den kaashandel zou contact worden gezocht teneinde zoo mogelijk to komen tot een algemeene overeenkomst. Do Friesche Coop. Zuiveloxportvcr-.e igïng wei gerde echter aan de voorbereidende bespre kingen deel to nemen. Dit had tengevolge, dat de belangstelling voor dëze belangrijke kwestie aanmerkelijk verminderde en het öagelrjksch bestuur oordeelde hot doelloos, de besprekingen onder deze omstandigheden te laten doorgaan. Toch heeft het bestuur deze aangelegenheid, van welker groot be- RECLAME. j Indien de Iiuid van handen, gelaat of lippen, schraal, ruw ol gesprongen is, gebruik dan de terslond ver zachtende en spoedig genezende Boos 30 cl. 1803 lang hei nog len volle overtuigd is, niet «heel opgegeven en ten dezo voeling go ouden flüet de Voreeniging voor Zuivel industrie en Melkhygiëne. Het aantal loden is in 1925 vrtfvol stationnair gebleven; einde 192-1 waren er 55 gewone en 5 buitengewone leden; ciude 1925 resp. 56 en 3. Da rokening over 1925 sluit met een bei.g salto ad f69.61. Be ingevoerde con tributieheffing (vrijwillige vaststelling der contributie met oen minimum vau fló voor de gewone leden) had t -t. resultaat, dat van de 58 gewone loden f 1020 word ontvangen Opleiding Indische apothekers. Ho. hoofdbestuur der Nederl. Mij. ter Bevordering der l'harmacie heeft e:n adres gericht tot den Minister van Koloniën om de bezwaren uiteen te zetten, welko liet gevolg nonden zijn van e n opleidings-in- ricliting voor apothekers in Ned.-Indië. Aan dit adres is toegevoegd een meer uitvoerig*) bespreking van dit onderwerp door dr. J. J. Hofman, voorzitter der Maat schappij. Het plan beslaat n.l. bij den geneeskun digen dienst, afwjjjkeiul van d: opkiiing der apothekers in Nederland, in Ned.-India ten inrichting te maken, waar jongelieden zonar behoorlijk voorbereidend middelbaar' of gjm- nasiaal onderwijs t-.it apotheker zouden kwe nen worden opgeleid. Uit de verschillende mededeelingen, dia hot hoofdbestuur dor M ij. uit Duitschland, Zwitserland ou Denemarken heelt ontvangen, blijkt in tegenstelling mot do mededeelingen van liet aan de regeering overgelegde ver. slag. dat ook in die landen evenals elders, voor do opleiding tot apotheker een bc. hoorlijk voorbereidend, gymnasiaal of midi oejb.nnr onderwijs noodig is; dc z.g. „Matu. ritHl" wordt overal gcëisciit. In het rapport van don burgerlijk g:r :ox fcur.digen dienst wordt de verwachting uit. gesproken, dat deze opleiding voof h l rijk veel voordceliger zou zjjn dan een opleiuing aan de universiteit, terwijl uit de bereke ningen, welke an.n liet adres zijn toegex voegd, duidelijk blijkt, dat dè uitgaaf voor eon dergelijke school belangrijk heoger zou z'tjn, dan in hot rapport wordt aangegeven» liet hooMlestuur der Mij. ia daarom van oordeel, dat \cor onze koloniën dezelfde eischca aan de opleiding van apolhekcw dienen te worden gesteld als voor bei moe- dorland; dat door bet voorgestelde plan op kostbare wijze jongelieden zouden worden opgeleid, die, zoo-als later zou blijken, niet kunnen voldoen aan de eischon. die in bet l.olang der volksgezondheid ook in IndiiS moeten worden gesteld; dat de verwachting, dat doze jongelieden zich op kleine plaatsen in Indië zouden vestigen, door geen enkel rootiet is tc verklaren; dat het daarom eer Jee gewenscht is om in de behoefte aan apothe kers in Indië te voorzien door op gouveine, roentskosten jongde dto uit Indië in de ge legenheid te stollen aan één der Nederl. I niversiteitén tot apothckc-r te worden op geleid onder voorwaarde, dat z» na afloop van hun studie oen bepaald aantal jaren als pachter of apotheek-beheerder een gouvernementsapotheok in kleine plaabvn hun beroep zullen uitoefenen. Het N. A. S. en Moskou. Bij referendum hebben de leden van het Nationaal Arbeids-Secrelnriaal met groote meerderheid het eongresbesluil tol aanslui. ting bij dc Roode Vak-lnlernalionale Ie Mos kou bekrachtigd. Hel aanlal loden van hel N. A. S. bedroeg op 1 Januari 1.1, 11.099. Tot consul van Italië le Rotterdam is benoemd dc heer Cav. C. San Giorgi te Kalwijk-aan-Zce. Naar het Engel sell van RAFAëL SABATIN1, 2) „Messieurs", lispelde bij mei die ver waandheid die bij kon aanwenden en dc )ogen kool op Cliatelleraull gevestigd, ..ik wou een toast op iemand uitbrengen". Hij stond voorzichtig op hij was zoover geko men dat hij zich niet anders dan met de grootste voorzorg kon bewegen. Hij wendde zijn oogen at van den graaf en vestigde ze 'Op zijn gias. dat half ledig was. Toen gaf hij een wenk aan een bediende om het te vul len. „lot den rand toe. heeren!" beval bij In de dille die toen volgde, poogde hij mei den eenen voet op den grond en den andere op een sioel te gaan slaan, maar daar hij moeile had zich in evenwicht le houden b.oet hij rechtop staan, hetgeen veiliger was, al was het minder scliilderachlig. Hoeren, ik drink op de meest ongeëven aarde, de schoonste, de lustigsle en koelste 'Oelvrouw iu heet Frankrijk. Ik drink op Aarr duizenden bevalligheden, waarvan de laani lol ons is doorgedrongen en op haar groo.sle en grievendste charme, haar koel? onverschilligheid voor een man. Ik daag u 1 ie Irachlen de minnaar te worden, dc rol -Van Endvmion le spelen bij deze Diana. ..Daartoe zal men een Adonis in schoon- «era moeien wezen, een Mars in dapperheid, ri .10 ln dichterlijke gave, een Fros in 'd° La Fosse voort, die zich zeer »ï,i i ,"s l*oeI(ie in jnythologie en klassieke ««dichten. „En ik' vrees", hikte hij „dal hri niemand gelukken zal. daar hel den eenigen man in geheel Frankrijk op wien wij al onze I hoop hadden gevestigd, niet gelukt is. Ilee- I ren verheit u van uw zitplaats! Het is do onovcrtrelfelijke Koxalanne do Lavédan!" De quaestie amuseerde mij bijzonder, maar loch maakle ik mij wel eenigszins ongerusl. Ik wierp een vluchtigen blik op Chalelle- rault om le zien hoe hij de zaak opnam en deze weddenschap om de edelvrouwe te winnen, die hem door den koning was aan gewezen en die hij (e vergeefs had trachten te verwerven. Hij was met de anderen op verzoek van La Fosse opgestaan óf niets kwaads vermoedende óf dat vermoeden te onbeduidend beschouwende orn invloed uit te oefenen op zijn houding. Toch verduis terde zijn gelaat bij hel hooren van haar naam. Hij zetle zijn glas met zulk een kracht neer, dat hel dunne voetje brak cn een roode slroom wijn vertoonde zich op liel wilte tafellaken en verspreidde zich rondom een zilveren bloemvaas. Dio vlek deed hem tot zich zelf komen en herinnerde hem aan alle goede manieren, dio hij een oogenblik had vergelen. „Bardelys, duizend maal vergiffenis voor zijn lompheid", mompelde hij. Gemorste wijn is een goed voorleeken", antwoordde ik lachend. En die ecne maal heb ik aan die uilspraak geloofd, want was die wijn niet gemorst en had dit hem niet lot bezinning gebrachl, wie weet of er dan geen bloed was gevloeid. Zoo had de mis plaatste grap van mijn luchtharligen La Fosse belrekkelijk geen kwade gevolgen ge had. Maar van de quaeslie welke was opge worpen, werd niet zoo gemakkelijk afgezien. Mademoiselle de Lavédan werd openlijk be praat en zelfs werd gedoeld op de hofmakerij van den graaf, eerst van Ier zijde, later meer openlijk, mei een gemis aan icieschheid, waarvan ik slechls de schuld kan geven aan den wijn waarmee do heeren hun versland bedwelmd hadden. Met toenemende onrust lette ik op den graat. Maar hij toonde geen verdere teekenen van woede, lfij zat le luis teren alsof het hem niels aanging. Soms glimlachte hij zelfs om een grap en einde lijk ging hij zoo ver, dat hij meedeed aan de vroolijke zeilen en zich verdedigde voor hun aanvallen, die op zulk een opgcweklen loon gedaan werden, dat men haast niet merken kon hoe weinig hij bemind was en hoe men zich inwendig verheugde over zijn laalsle teleurstelling. Een oogenblik bleef ik met mijn rug in mijn sloel zitten en nam geen deel aan de algemeene scherts. Maar eindelijk mis schien geanimeerd door de wijze, waarop Qhatellerault het opnam cn gekalmeerd door den wijn, waarvan ik evenals mijn gasten misschien wat al te veel gc-bruik had gemaakt spr.ik ik enkele woorden en ais ik dal niet gedaan had, zou dit ver haal nooit geschreven geweest zijn. „Chatellerault," zei ik lachend, „houd op met die uitvluchten om u zelf te verdedi gen, beken, dat het niels dan verontschul digingen zijn en erken eerlijk, dat ge er dit zaakje onvergefelijk onhandig hebt afge bracht voor iemand, die het voorrecht had door den koning gesteund ie worden." Een blos kleurde zijn gelaat, hel eerste bewijs van toorn sedert hij den wijn ge morst had. - „Uw succes, Bardelys, maaki u ijdel en uil ijdelheid ontslaat verwaandheid," ant woordde hij met minachling. „Kijk eens aan!" riep ik mijn gasten toe. „Hoor eens aan, hoe hij een antwoord tracht te vermijden. Neen, neen, ge moet uw on handigheid bekennen." „Een onhandigheid," mompelde La Fosse op suften toon, „even in liet oog loopend als die van Tan, toen hij de koningin van Lydina het hof maakte." „Ik heb geen onhandigheid le bekennen," antwoordde hij vol vuur, cn de stem ver- hcliende. „Hel is gemakkelijk hier in Parijs ie verkeeren onder de kwijnende, sutlc, kraclitolooze schoonheden aan het hot, wier gunst men gemakkelijk verwerven kan omdat zij die hofmakerijen als een aardig tijdverdrijf beschouwen en verlangen naar een pretje, dat gij, grinnekende zotskappen, haar verschaffen kunt. Maar deze made moiselle de Lavédan behoort niet tot dat soort. Zij is een vrouw en niet een speelpop. Zij is van vlecsch en bloed; geen zaagsel, poeder en vermiljoen. Zij heeft een hart en een wil, niet een smaak, bedorven door ijdelheid en losbandigheid." La Fosse barstte in lachen uit. „Hoorll O hoort naar den apostel der kuisclvheidl" riep hij uit. „St. Grisl" riep een ander uit „Die brave Chatellerault heelt zijn hart cn zijn hoofd aan haar verloren." Ohalcllerault zag den spreker aan met oogen schitterend van toorn. „Ge hebt het gezegd," stemde ik lol „Hij is gevallen als haar slachtoffer en zoo maakt zijn ijdelheid haar lot een vereeni ging van alle volmaaklhedcn. Beslaat zulk oen vrouw als gij hebt beschreven, graal? Ach kom! In liet oog van een minnaar mis schien of in de verbeelding van een onzin- nigen dichter, maar nergens- elders in dc sufte wereld waarin wij leven." Hij maakte een gebaar van ongeduld. „Je bent onhandig goweost, Chatelle rault" hield ik Vol. „Je hadl geen tact. Er is geen enkele vrouw op dc wereld wier hart niet veroverd kan worden door een man, die er zijn zinnen op gezet heelt, als hij van tiaar stand is en in staat haar tiaar posilie tc doen behouden ol haar een he tere aan le bieden. Dc liefde van een vrouw, mijnheer, is een hoorn, geworteld in ijdelheid Uw 'attenties vleien haar en brengen haar in een stemming geneigd tot onderhandelen. Als ge dan liet oogenblik om lot den aanval over te gaan maar wij selijk kiest en dien waagt met de noodige handigheid zoo heel veel handigheid i! er niet eens toe noodig dan wordt ue strijd gemakkelijk gewonnen en zij gectt zich over. Geloof mij Chatellerault, ik hen meer dan vijf jaar jonger dan jij, loch hen ik in ondervinding vele en vele jaren ouder en ik spreek over hetgeen ik zeker weet." Hij lachte spottend. „Indien het aanvan gen van een beuzelachtig leven op achl- tienjarigen leeftijd met een liefdesgeschie denis, die eindigde in een schandaal, de grond is waarop go uw ondervinding licht gebouwd, dan ben ik hel mei u eens", zeide hij. „Maar hel overige, Bardelys, al uw mooie praatjes over het veroveren van vrouwenharten .geloof mij wanneer ik u zeg dal ge in uw heele leven nog nooit een vrouw hebt onlmocl want die schepsel tjes aan het hof ontzeg ik alle recht op dien naam. Als go een vrouw wilt lecren kennen, ga dan naar Lavédan mijnheer de markies. Indien go uw wapenrusting van verliefde listen op het eind een nederlaag wilt doen lijden beproef ze dan tegen de citadel van Pioxalanne de Lavêdans hart- Indien ge uw Irots wilt laten vernederen,' begeef u dan naar Lavédan. (Wordt vervolgoj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5