No. 20230. LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 23 Februari Tweede Blad. Anno 1926. OE VUILVERBRANDING. Gemeenteraad van Leiden. FEUILLETON.. Het Geheimzinnige Telefoongesprek. Wal leert de ervaring hier te lande en in het buitenland ons omtrent de vuil ver wij dering door den heer K. DILLING, oud-inspecteur der Ned. Heide-Maatschappij. V. ad c. Bij de beoogde verwijdering der afvalstoffen moeten de noodige hygiënische maatregelen worden genomen, zoodat dil slelseJ ook in dat opzicht als het meest volmaakte zal moeien worden aangemerkt. Dit is mogelijk. Het lossen der vuilnis wagens. waarmede het vuil in de slad wordt opgehaald, moet onder een overkapte, ge sloten loods plaats hebben, opdat elke hinder van stof, papier en zelfs een onaesthetisch aanzien wordt vermeden. Genoemde Directie heeft zich bereid verklaard de benoodigde overdekte inrichting voor haar rekening te slichten, waarvoor een jaarlijksche vergoe ding moet worden betaald. In onze groole sleden zijn de meeste vuil niswagens van losse afneembare bakken voorzien, waardoor het dus mogelijk is, deze hakken met behulp van éleclrische kranen op zeer eenvoudige cn praktische wijze in de wagons te ledigen. Bi] elk slelsel is natuur lijk lossing der vuilniswagens noodig cn het lossen der vuilniswagens op deze wijze beteekent liet laden der wagons, zoodat voor dc Gemeente het laadloon vervalt. Bij deze afvoermelhode kan dus elke han denarbeid worden vermeden en door gebruik van electrische kracht kan het' lossen vlug en goedkoop geschieden. Ter* voorkoming van het wegwaaien van papier uil de gela den wagons tijdens het vervoer, moeten de wagons worden afgedekt met ramen van vlechtwerk met nauwe mazen, waardoor elke hinder voor de omgeving en tijdens het vervoer is uitgesloten. ad d. Het overladen der afvalstoffen uit do wagons in de kipkarren" moet zoowel om financieele en hygiënische redenen mecha nisch worden uitgevoerd. De aangewezen werktuigen, hiervoor zijn loopkranen met grijpers, waarmede het lossen vlug is uit te voeren, waardoor de zekerheid van tractie wordt verhoogd Daar het lossen der wagons, nl. overladen yan het vuil in de kipkarren, builen in het open veld plaats heeft, is voor die omgeving van de verwerking der afvalstoffen niet de minste hinder te duchten en behooven bij de inrichting van de overlaadplaals geen bij zondere maatregelen te worden genomen. Bijaldien deze in de praklijk door ervaring blijkt noodig te zijn, kan dezelfde voorzie ning worden getroffen als bij de plaats van afvoer. Uit een en ander is zonder meer op te ma ken, dat aansluiting van de lerreiuen met 'm afzonder!, zijtak aan 't spoorwegnet noo dig is en dus de overlading plaats heeft op de in cultuur to brengen gronden, bij voorkeur zoover mogelijk van den hoofdspoorweg ver wijderd. Eventueel aesthelische bezwaren worden door het ommantelen mei hpsch- singels ondervangen, die spoedig hoog zullen opgroeien door bemesting met het stadsvuil en dus het terrein met het vuil geheel aan het oog onttrekken. Ontsiering van het land schap wordt op deze wijze geheel buiten gesloten, hoewol van ontsiering bij toepas sing van dit systeem absoluut geen sprake is. Ik wensch dit dan ook uitsluitend te berde te brengen om de gelegenheid lot het aan voeren van gezochte argumenten tegen dit Stelsel te ontnemen. ad e. Uit cultuur-technisch oogpunt is het voor het welslagen der ontginning nood zakelijk, dat van lo voren gezorgd wordt Voor een dóórlatenden ondergrond. Als deze van nature niet doorlatend is, moet hierin door een diepe bewerking met sfoom- of imolorploeg worden voorzien. Een diep losse bodem geeft bij dit slelsel vooral bcleckenis door betere waterverzorging der planten in droge tijdon, terwijl bij overvloedigen regen val geen nadeel voor dc gewassen wordt on dervonden. Verder is noodig een doelmatige parcel lee ring, ni vol leering, aanleg van wegen en wa terleidingen, waartoe van elk bepaald ter rein een plan van aanleg moet worden op gemaakt na de noodige melingen, water passing en grondonderzoek. Het grond onderzoek heeft naast de vaststelling van Öen weerslandsgraa'd vooral betrekking op die van de aanwezigheid van grondsoorten, als de veenachtige laag. waarvan sprake is in de brochure van de h.h. Hudig en Meier cn die oorzaak is van het optreden van ziek ten. Uit den aard der zaak mag niets worden verwaarloosd om hel succes van den aanleg financieel zoo goed mogelijk te doen zijn. Vooral waar het hier een zaak betreft, die niet alleen dc belangstelling heeft van de overheid, en bovendien bij welslagen, dat voor mij buiten allen twijfel vaststaat, tol gevolg zal hebben, dat het vraagstuk der verwijdering van afvalstoffen voor de steden in ons land definitief zal zijn opgelost. Het vervoer van het vuil naar de lan.d- bouwveldcn moet eveneens met mechanische trekkracht geschieden Bij deze bemesting mol de afvalstoffen, zijn deze zonder verdere sorlcering te verwijderen, zoodat hel slelsel zicli ook leent lol een gemengd ophalen der afvalstoffen in de stad, hetwelk voor de uit voering van den reinigingsdienst een belang rijke factor is. De toegepaste bemesting moet bij den aanvoer direct met een dunne laag grond worden afgedekt en blijft verder aan de inwerking van de tucht blootgesteld. De sloffen zijn na ongeveer 6 maanden in een zoodanig stadium van verrotting gekomen, dat dan het tijdstip van vermenging met den grond is aangebroken. Door deze vermenging wordt hel noodza kelijke „leven" in een eertijds dorren en sterielen grond gebracht. Door ruime toetre ding van de lucht ontstaat een zoo gunstige baclerieën werking tegelijk met humus- vórming, dat de in het vuil vooradige plan ten voedingsstoffen gemakkelijk mobiel wor den en door de planten kunnen worden op genomen. De heiile zucht om haar doelloos wczca Eq verlaogt naar hooger staat, Geef haar steden, U\r bron van leven: liet vuil van Uwe straat. Hoewel op een bellterrein alle mogelijke voorwerpen worden aangevoerd, is het toch opmerkelijk, dat na eenige jaren hier van in den bodem niets meer wordt terug gevonden. Bij hun bezoek aan de landhouwvelden te Hilversum kwamen de h.h. Hudig en Meier, eerder genoemd, die op verschillende plaat sen boringen uitvoerden tol dezelfde ontdek king en spraken daarover hun verbazing uit. Deze bijna algcheele verlering der afvalstof fen is voor uilvoering van dit slelsel van groot belang, omdat ecnerzijds daardoor geen sorteering noodig is. anderzijds de gelegen heid bestaat op dezelfde gronden nieuwe be mesting lot te dienen, zonder dat blijvende ophooging ontslaat. Hot is begrijpelijk, dat steenen cn scherven niet vergaan, welke be standeden dan ook bij het bovenkomen door ploegen worden verwijderd en voor het aan leggen van wegen worden benut, zoodat op kosteloozc wijze het materiaal hier voor wordt verkregen. Met het oog op de zware bemesting heeft men bij het verbouwen van graangewassen vooral de eerste twee jaar rekening te houden met lcgeoren door een te wcelderigen groei. Hoe wel b vb. met het telen van haver op nieuw land uitstekende uilkomsten ziin te verkrij gen, is die teelt in verband met een sterken groei niet aan te bevelen, maar verdient bic- tenculluur en aanleg van grasland de voor keur. Een voor de hand liggende cultuur op deze terreinen is b.v.b. aanleg van boom gaarden. zoodat grasland en fruilcultuur, ge lijk in de Betuwe en waarvan zeer hooge op brengsten worden verkregen, gecombineerd kunnen worden. Op deze wijze zal het eenmaal mogelijk zijn, dat de inwoners dezer schoone stad hun pic-nics met als hoofdgerecht kersen houden in kersenboomgaarden, die op het stadsvuil van Den Haag zijn aangelegd. Het treft mij a-ls vakman steeds bij ver nieuwing te vernemen, op welke praktische wijze sommige particulieren dikwijls het vuil nuttig weten aan te wenden. Dit trof mij kort geleden nog, toen mij ongevraagd werd medegedeeld, dat de weelderige groei van eerder zieke hoornen aan bemesting en in graving van stadsvuil van de Gemeente Laren was .le danken. Een ondervinding uit de praktijk, gelijk ook Dr. Faber en een rent meester in hel Vaderland in een ingezon den stuk vermeldden. ad f. De exploitatie der terreinen is op twee fhanicren mogelijk en wel als volgt: 1. cultuur in eigen beheer; 2. verhuur of verkoop. Uitvoering in eigen beheer geeft behalve eenig financieel voordeel een zekere voldoe ning, omdat men het aangevoelde vuil weer in den vorm van gewassen terug krijgt. (Slot volgt). RECLAME. 796 (Vervolg van gisteren.) Na heropening stellen B. en W. voorspoed- eischend te behandelen een voorstel tot aan koop van eenige.perceelen tuinland, gelegen Morschweg cn Pcsthuislaan voor respect, f 5.500 cn f 18.000. Hel voorstel wordt z. h. st. aangenomen. Hierna wordt behandeld punt 26. 26o. Voorstel: a. tol het aangaan van een 2-tal geldle ningen bij het Algemeen Burgerlijk Pen sioenfonds; b. tot verlaging van den rentevoet van de leening gesloten bij het Eigen Pensioen fonds voor de Europecsche Burgerlijke Amb tenaren in Ned. Indië, ingevolge raadsbesluit van 25 Januari 1925; c.tot aflossing van het restant der 51/* pCt. obligatieleening, aangeg&an krachtens raadsbesluit van *14 April 1919; d. tot vaststelling van den desbelreffenden begrootingsslaat. (36 en 37) Conform besloten. Nu wordt teruggekeerd tol punf*T5 (benoe ming van een lecraar(es) in de oude talen aan het Gymnasium). Benoemd wordt mej. G. M. Itibbink, van Leeuwarden. 7o. Praeadvies op het verzoek van Dr. N. J. Beversen, om ontslag als Rector van het Gymnasium. (31) Conform besloten. So. Praeadvies op hot verzoek van A. Callel, om eervol ontslag als onderwijzer bij het openbaar vervolgonderwijs. (32) Conform besloten- De Vrijz.-Dem. Partij verzoekt punt 29 eer der te behandelen en niet le laten rusten tot het einde, wanneer de raad vermoeid is. De VOORZITTER meent, dat dit punt fei telijk zonder debat wel zou kunnen worden afgedaan. Het belooft een debat, geschikt voor de Gehoorzaal. Ieder raadslid, weet pre cies, hoe men stemt in deze. Is de vergadering vermoeid, welnu, laat men dan aanhouden tot een volgende ver gadering. Ilij wil de 28 andere punten liever eerst behandeld zien, die zijn van meer haast. 9o. Voorstel tot verhuring van het perceel Terweepark No. 8, aan Ir. J. M. Rade maker. (4:3) Conform besloten. lo. Voorstel tol verhuring van de percee len weiland in den CronestevnpoJder, Sectie M. Nis. 3995, 3996 en 4003, aan H. C. Voor- sluijs. (44) Conform besloten. llo. Voorstel inzake de verhuring van het Notarishuis aan den Burcht, aan de ver- eeniging van Leidsche Notarissen. (15) De heer EERDMANS wil voorop stellen, dat voor hem domineert de historische schoonheid vaji dit gebouw. De Burcht komt hier als verborgen parel zeer slecht uit. nij zou gaarne willen komen lot een meer waardige omgeving, doch dil voorstel leidt niet daartoe naar zijn meening. De boeren spannen er immers uit etc., de burcht lijkt wel een stal. Zelfs nu en dan niet ongevaarlijk voor bezoekers. Dan is er Zaterdags nog een vrachtrijder. De toekomst van een hotel daar lijkt hem niet rooskleurig. Hoogstens zich aanpassend bij die wagens ctc. Zijn de kosten door den pachter eenmaal gemaakt, dan zitten wij aan dezen vast. Het zou een bóeren-uit spanning worden, vreest hij. Hij vraagt tenslotte, in hoeverre juist is, dat dc notarissen er nog een zeker recht hebben, zie hun adres. De heer KNUTTEL meent, dat door dit voorstel weinig zal veranderen. Hij ver wacht, dat in ieder geval geen storende ver bouwingen zullen plaats vinden. Den heer COSTER doel het genoegen, dat B, en \V„ nel als hij in 1924 die uitstalling nu toch ook hinderlijk oordeclen voor be zoekers. Nu gaat men soms logeeren in Noord wijk en Den Haag wegens gebrek aan logies. De heer HUURMAN erkent, dat het een monumentaal gebouw betreft. Hij gaat na der in op het adres der notarissen. Blijkbaar is er een misverstand, want een overeen stemming met de notarissen is niet bereikt, in tegenstelling met hetgeen B en W. mee deelden. Een andere gelegenheid te vinden is niet gemakkelijk voor de notarissen en het er zijn van zoo'n gelegenheid acht hij toch in 't gemeentebelang. Juridisch mogen B. cn W. gelijk hebben, doch er is ook nog een moreele zijde. Hij wil voorstellen oen langer opzeggingster mijn toe te staan, tot 1 Mei 1930. De heer W1LMER erkent, dat het voor de notarissen moeilijk is, doch 1930 is wel licht te lang. 1 Jaar is echter te kort. Bo vendien, wanneer do tijd zoo nijpt, zal men de notarissen wellicht gaan uitbuiten. De VOORZITTER: Vooral als men cr zoo over praat. De heer DEUMER acht het een moeilijke kwestie. Kan verkooping van roerende goe deren niet geschieden op Hout- en Kalver markt? HeU vestigen van een hotel acht hij onnoodig. gezien hoe op goeden stand ge legen hotels zelfs verdwenen. Spr.. die zijn betoog voorleest, is zeer moeilijk te verstaan, ook door lal van op merkingen etc. uit den raad. Do VOORZITTER voelt niets van die mo reele verplichting, waar de notarissen hel contract van hun kant verbraken. De heer Backer exploiteert Graanbeurs en Burcht zeer goed. Wanneer hij nu nog een hotel daar wil inrichten, lijkt hem dat zeer nuttig, want er is behoefte aan hotel ruimte. De kamers zijn uitnemend, evenals het gebouw. Het plan acht hij zeer logisch. Altijd is geklaagd over#dc vieze boel. Nu kwam er gelegenheid om wijziging le overwegen cn dit is geschied. Van overhaasting is toch geen sprake. Een jaar tijd krijgen de nota rissen om te overleggen. Feitelijk acht hij het niet in hel belang van notarissen, die rommel te verkoopen, die, dat weet hij uit ondervinding, daar vrijwel te geef is. Zeker, er komen wagens, auto's, enz., maar dat is zoo erg niet. Hij begrijpt niet, waarom de notarissen de zaak zoo op de spits drijven. Maar dat schijnt Leidsche gewoonte om alles bij request in den raad te brengen, zie het adres van vanmiddag, dat afgehandeld is. Hot hotelwezen is hier deels vernield. Een herleving is wenschelijk. De heer v. HAMEL komt er logen op. dat de notarissen liet op de spits drijven. Dal doen z. i. B. en W., die een soort wraak willen oefenen voor de nederlaag bij dc Mare-demping, meent hij. Nu werpen B. en W. zich toch op als beschermers voor het raonumenlschoon, dat er naar zijn meeniüg aan den Burcht niet is. Aan de toekomst van een hotel daar ge looft hij lieelemaal .niet. Het kan nimmer een hotel zijn, voldoend aan de eischcn des tijds en eerlang zal de lieer Backer dan wel om steun aankloppen bij de gemeente. De heer v. Eek was destijds tegen het niet weer verhuren aan wie goede huurders waren gebleken, nu. de notarissen zijn altijd goede huurders geweest en toonden zich al tijd loyaal en royaal. En nu deze houding van B. en W., die hij maar niet nader wil Icwalificeeren. De heer WILMER meent, dat den heer Backer een eerlijke kans moet worden go- geven. Hij acht een optreden tevoren tegen dezen heer niet sympathiek. Hij stelt echter voor het woord slechts lo veranderen in voorloopig en dus voor loopig vóór 1 jaar te verhuren. De heer v. ECK kan den heer v. Hamel niet steunen. Het geldt hier toch een wijzi ging van inrichting, niet een wijziging van huurder De VOORZITTER raadt den heer Wilmcr aan zijn voorstel in te trekken Het voorstel acht hij praclisch niet mogelijk. Dan weel de heer Backer niet waaraan hij toe is. De notarissen zijn steeds loyaal en civiel behandeld, herhaalt hij. Een goede huurdci houdt zich toch aan contracj Deden de no tarissen dat? Nu bieden zfj ook weer hel bod van den heer Backer! De heer EERDMANS blijft vreezen, dal we er niet op vooruit gaan op deze manier en daarom voelt hij wel iets voor hot voor stel Huurman. De VOORZITTER zegt, dat zoo toch voor- dcclig voor 'de gemeente een proef met een hotel wordt genomen, waaraan werkelijk behoefte is: Het voorstel-II u u r m a n wordt ver-, worpen met 2110 stemmen. Voor de heeren Eerdmans. Bergers. Zui- dema. Wilbrink. Huurman, v. Hamel, Wil* mer, Groeneveld, Spendel. Deumer. Het voorstel van B. en W. wordl z. h. st. aangenome n. 12o. Voorstel lot openbaren verkoop va» op dc Sladstimmerwerf aanwezige, buiten gebruik gestelde en onherstelbare voorwer pen en materialen. (33> Conform besloten. 13o. Voorstel lol aanvaarding van de voor-, waarden, waaronder door Gedeputeerde Sla- ten vergunning is verleend voor den aanleg en de exploitatie van een hoogspanningslijn ten behoeve van de levering van electrici- teit in de gemeente Noordwijkerhout (buurt schap „de Zilk"). (34) Conform besloten. 14o. Voorstel om Burg. en Weth. te mach tigen lot H. M. de Koningin het Verzoek le richten, het maximum aantal patiënten, dat in de beide paviljoens voor vrouwelijke en mannelijke jeugdige idioten van het krank zinnigengesticht „Endegecst" mag worden verpleegd, lijdelijk (e vermeerderen. (46), Conform besloten. 15o. Voorstel: a. tot overname in eigendom bij de ge-- mcente van verschillende thans gedempte en aan den Rijnsburgerweg verheelde ge deelten sloot ten Noord-Oosten van dien weg b.lot overname in eigendom bij de ge meente van een strook grond, gelegen ten Noord-Oosten van- en bereids verheeld aan den Rijnsburgerweg, Sectie P, No. 10 gcd.j c. lot aankoop van verschillende ten Noord-Oosten en ten Zuid-Westen van den Rijnsburgerweg gelegen en aan dien weg verheelde strooken grond. (40) Conform besloten. 16o. Praeadvies op het verzoek van dé Leidsche Duinwater-Maatschappij, om ver gunning tot het aanbrengen van verschil lende wijzigingen in hare machinale instal latie en in haar buizennet. (48) Conform besloten. 17o. Voorstel tot hel geven van namen aan eenige stralen en aan dc lijdelijke brut over de Maresingelgracht. - (49> De heer EERDMANS verzoekt de namen op bruggen wat bescheidener aan te brengen Het voorstel wordt z. h. st. aangenomen. 18o. Voorstel tot verlenging van den ter mijn van ontruiming van verschillende on bewoonbaar verklaarde perceelen. (50) Conform besloten. 19o. Praeadvies op hel verzoek van de afd. Leiden van de vacanliekolonic „Naar Buiten" ,om toekenning van een subsidie in' de kosten van uitzending van kinderen naar een vacantiekolonie. (51), De heer KNUTTEL vraagt of hiermeo bedoeld wordt de bij de begrooting toege zegde uitbreiding van gemeentesteun 1 Deze manier van steunen acht hij verkeerd. Do gemeente moet zich z.i. niet inlaten met categorieën van coroitó's. Z.i. moet ctc go- raeente zelf deze zaak ter hand nemen. Verzetten zal hij zich niet, want dan zou« den thans de kinderen de dupe worden. De heer HEEMSKERK meent, dat eerst* bij falen van het particulier initiatief de Uit het leven van den beroemden Engelsciien detective HERBERT PORTER. Vrij bewerkt naar het Engelsch door J. IL (Nadruk verboden). 5) „Ja. dal is nog het merkwaardigste Yan alles. Dc aanvrage staat op naam van.... Fraulein Emma Heliberg. Ik kan me voor stellen, dat u wat in het midden wilt bren gen. ieder woord weet ik vooruit. Deukt u eens over dc historie na. U hebt nu nog tijd genoeg. Om vier uur-kom ik u halen." tin de werkkamer van Dr. Loebe. waar een kleine groep personen verzameld was, hing een benauwde en benauwende atmosfeer. Aaö eon klein tafeltje had een inspecteur van politie plaats genomen, die azntc-ekenir.g maakte van de verklaringen der verschillende personen, die achtereenvolgens door den commissaris ondervraagd werden. De telegramjongen, een aardige blonde jongen, gaf met een flinke stem inlichtingen. „Ja, dat is de manheer, aan wien ik gisterochtend om 11 uur 10 het telegram .heb afgegeven." „Dat was in het trappenhuis, nietwaar?" „Ja. Op de trap van de eerste naar de tweede verdieping. Mijnheer scheen mij ver wacht te hebben. Toch lijkt hy mrj vandaag efn beetje grooter, maai- ik geloof, dat lig gisteren pantoffels aan. had „Had Mijnheer hetzelfde pak aan als vandaag?" „Neen. Hij had een licht pak aan." De commissaris wendde zich tot Dr. Loebe: ,JJ wilde wat zeggen?" „Ja. Ik hèb heolcmaal geen licht pak." Do politieman ging naar de gang en opende de krakende deur van een kleeren- kast, die daar stond. De blikken der aan wezigen volgden hem met spanning. Plot seling ging er een gemompel van verbazing op uit do aanwezigen., In de klerenkast hing op een beugel een licht pak! „En wat is düt dau?" vroeg de com missaris triomfantelijk. Loebe kromp ineeu van schrik en keek nerveus rond of hij Herbert Porter ook zag. „Dat is een nieuw raadsel," stamelde Loebe eindelijk. „Dit pak is niet van mij." Er ging nogmaals een algemeen gemompel op. De stemming der aanwezigen was tegen den natuurkundige. Duiten ging de deur open. De commissaris keek op. Herbert Porter verscheen »met c-en heer naast zich. „Dat is de huisheer, commissaris. Mijn heer Walden was zoo vriendelijk mij eenige inlichtingen te ver 3e haffen, die hij gaarne hier wilde herhalen." „Wat kunt u ons over het gebeurde meedeelen?" vroeg de commissaris, terwijl hij den pas-binnengekomene onderzoekend aankeek. „Ik woon," begon derie, „op de derde verdieping; onmiddellijk boven deze woning. Gisteravond, kort na zeven uur, hoorde ik een doffen slag beneden mij, als het ge luid van een val. Ik meen ook exi schreeuw gehoord te hebbenmaat- dat kan ik my ook verbeeld hebbeu. Mjju huurder, Dr. Loebe, is zoo'n beetje wat men zonderling noemt, en daarom heb ik er verder maar niet veel aandacht aan geschonken. Ik dacht, dat een van de machines, waaraao hij werkt, omgevallen zou zijn." „Wat merkto u verder op?" „Ik hoorde, dat tweemaal de telefoon ging." „Ifm. dat was du3 in yen tjjd tus- schen zeven en acht?" „De doffe val, dien ik hoorde, was kórt na zeven uur. Toen de telefoon ging, was het al over achten. Dat weet ik zeker, want om acht uur heb ik in de voorkamer het licht aangestoken." „In elk geval" de commissaris ver hief 2tjd stem „in elk geval werd dia doffe slag gehoord op een tijd, dat Dr. Loebe nog thuis was." Herbert Porter haalde de schouders op. „U zult moeten toegeven," wendde de commissaris zich nu tot Loebe, dat de zaken een wending nemen, die niet gunstig voor u is." „Ik kan mij bij deze meening niet aan sluiten, commissaris," antwoordde Herbert Porter in plaats van zijn cliënt." Het is door getuigen onweerlegbaar vastgesteld, dat een vreemde zich in de woning van Dr. Loebe heeft bevonden. Dr. Von Bodendorff, die hier naast mij staat, heeft zelf met dien vreemde gesproken, en nog wel op een tijd, dat Loebe in persoon tegenover hem stond. Het zal dus onze laak zijn allereerst dezen vreemde op (e sporen." „Och wat," de commissaris maakle een ongeduldige handbeweging; „ik denk, dat die vreemde niemand anders is dan dc be roemde „Groole Onbekende."" „U vergist u. Ik herhaal: er was inder daad een vreemde in Loebe's woning, iemand met wien zoowel Dr. Von Boden dorff als Dr. Loebe zelf door de telefoon ge sproken hebben." „Goed. Mogelijk, dat er een vreemde was. Maar dan heb ik daar zoo mijn eigen idee over. Hoe zou het bijv. wezen, als de aan wezigheid van dien vreemde afgesproken werk was en dienen moest om de zaak ge compliceerd te maken en Dr. Loebe te ont lasten?". Loebe schrok wéér op en legde de hand op het hart: „Maar, commissaris...." Ilij voelde, dat cr een hand op zijn arm gelegd werd. Hij keek op. Het was Herbert Porter, die hem glimlachend aanzag. „Waarom klampt u zich aan zoo'n on waarschijnlijke verklaring vast, commissa ris? Ligt de aanwezigheid van een inbreker niet veel meer voor de hand?" „Inbreker.inbreker.zeker Een inbreker, die als een goed-getrainde be diende naar de telefoon gaat als er opgebeld wordll Ik begrijp niet hoe een man van u ervaring, Mr. Porter, zoo iels aan kan nemen." „Toch wel." „Dan is uw fantasie levendiger dan de mijne. De inbrekers, waar ik mee te maken heb gehad, hielden er niet van die vriende lijkheden op na. Of zij lieten de telefoon rus tig bellen, óf zij sneden de draden door, wat vrijwel de gewoonte van de heeren is." „f k kan me heel goed een inbreker voor stel ten," antwoordde Herbert Porter onver slaanbaar en met een glimlachend gezicht, terwijl hij zijn handen in zijn broekzakken begroef, „die den hoorn van het toestel neemt en zich aanmeldt met don naam van den man, wiens ongenoode gast hij is." „Hebt u heusch zulke grappenmakers ont moet in uw praktijk?" „Ik denk absoluut niet aan een grap, maar aan een situatie, die den inbreker er toe dwingt aan de telefoon te komen." „Misschien wilt u dan zoo goed zijn," zei de commissaris uil de hoogte, „mij een situatie le schilderen, waarin dal noodig zou zijn." „Met het grootste genoegen," klonk lief vriendelijke antwoord van den kalmen Brit. „Stelt u eens het .volgende voor: een man, laten we hem mijnheer Schultze noemen, hoort dat aan een andere man, laten we zeggen, Dr. Loebe, een bezoeker wacht. Mijnheer Schultze heef! dringende redenen om le wenschen, dat dit bezoek niet piaats heeft. Méér nog.hij is er erg op gesteld, dat die bezoeker niet met Dr. Loebe spreekt, maar met hem zelf. met Schultze. Voorts is het hem bekend, dal die bezoeker Dr. Loebe nooit van zijn leven gezien heeft. Wat zal hij nu doen?" De commissaris keek zijn inspecteur eens aan en haalde de schouders op. „Ik begrijp er geep. steek van." „Welnu dan. Mijnheer Schultze zal om (e beginnen iels bedenken om Dr. Loebe uit zijn woning weg le krijgen. Laten wij aan nemen: hij zal hem een gefingeerde invita tiekaart zenden." Gefluister. Algemeene verbazing bij ds aanwezigen 1 „Nu gaal de lieer Schultze aan het werk. Bij een liefhebberij-tooneel heeft hij wel eens als kapper gefungeerd; hij grimeert zich zóó, dat hij, oppervlakkig gezien, vect overeenkomst vertoont met Dr. Loebe, w;cnf volle baard niet zoo heel moeilijk te imilee- ren i9. (Wordt vervolgdji

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5