Verbond van Nederlandsche Werkgevers. EISCHT GOEDE KWALITEIT Verkrijgbaar bij J. C. v. d. STEEN Co. DE JOCKEY DUS EISCHT No. 20203. LEIDSCH OAG3LAD. Vrijdag 22 Januari Derde Blad. Anno 1926. Z.WSTSER STAAT AAN DE SPITS ENGROS ENGROS FEUIUETON. Te Amsterdam is in da „Industrieele Club" dc algeineene vergadering van het 'Verbond van Nederlandsche Werkgevers ge houden. Ir. C. F. Stork opende de vergadering en hield daarbij een rede, waaraan het volgen de is ontleend: Vóór dat het mogelijke was in da Neder landsche werkgeversorganisaties te komen tot con zoo groole en naar wij hopen zoo irrachtige vereemging a's de thans gevorm de, is ccn voorafgaande ontwikkeling noo- dig geweest in verschillende richling. Do Yereeniging van Nederlandsche Werk gevers, de oudste onzer drie organisaties, is op den drempel van deze eeuw in Twente gehoren en vond spoedig in ons gcbeelc lar.d warme hrlangslclling en grootcn aanhang in werkgeverskiingon. Haar oprichters voerden een ernstigen elrijd tegen de eerste editie Ongevallenwet, welke zonder de krachtige opposilie uit werkgeverskringen op kostbare bureaucra tie zoude zijn uilgeloopen. Als Vc-recniging in haar geheel heeft zij onder meer in haar credit te boeken gehad de oprichting van de Centrale Werkgevers Risicobar.k, die in al haar latere uitbreidin gen voor ons- geheelo bedrijfsleven van steeds grooler belang is geworden. ïk vertrouw, ü.,i ook in onze georgani seerde vereoniging het streven naar be dachtzame maar daarorn niet te angstval lige verbetering van nrbcidsloeslanden en sociale voorzorg zal blijven hecrsclien, en dat daardoor ook in dc toekomst het verwijt van achterlijke denkbeelden met fierheid zal kunnen worden afgewezen. - In 1017 is naast de oudste onzer drie ver- aonigingen ccn neutrale werkgevérsvcrecni- ■ging opgericht die een nuttige organisatie van tal van verspreide industrieele verccni- gingen let stand bracht: lvct Verbond van Nederlandsche Fabrikanlcn-Verecnigingcn. Uit den aard der zaak werkte deze vcreeni- Cjing in de eerste jaren van haar bestaan eigenlijk uitsluitend op commercieel gebied. Voortgaande merkte spr. op dat (er. ge volge van dezelfde statuten-wijziging, na den oorlog twee nieuwe vereenigingen wer den geslicht, nl. hot Centraal Overleg, die onderling overleg van verschillende ver- oenigingen op het punt van arbeidsvoor waarden behartigt, cn die spr, in dit ver band niet nader zal liesnrekcn, en het Cen traal Industrieel Verbond, dat zich op uit- eluiiend commercieel cn economisch gebied ®ing bewegen. Door den hier besproken loop der zaken was de eigenaardige situatie ontstaan, dat de Ver. van Nod. Werkgevers samenwerken de met het Centraal Industrieel Verbond cn daarnaast het Verbond van FabrikahlenVer- conigingen zich nis neutrale werkgeversver- cenigir.gen geheel op hetzelfde gebied bewo gen, terwijl in liet algemeen door de leden op sociaal-wetgevend en economisch gebied f in dezelfde richling werd gedacht cn zij commercieel veel gemeenschappelijke be langen hadden. Hol lag voor de hand, dat in de verscliil- ïwvde vereenigingen stemman opgingen, tvelke aandrongen op fusie: Als meost wenschelijke vorm voor de Fu sie werd oen voortbestaan van de Ye-reeni- ging van Nederlandsche Werkgevers op ge- ireorganiseerden grondslag cn met den nieu wen naam van Verbond van Nederlandsche ■Werkgevers en liquidatie der beide vcrceni gingen, gekozen. Zooals men weel, vervolgde ir. Slork, beeft degene die thans tot U spreekt zich niot herkiesbaar gesteld en zal dus ue lei ding in andere handen overgaan. Aan het slo! van zijn rede sprak ir. Slork den wensch uil, dal het Vcrboi.d onder de leiding" van een nieuw bestuur cn in dezelf de samenwerking met bevriende organisa ties, waarin lot dusverre de verschillende voréehiglngen 'móchten werkzaam zijn, veel goeds zal tot sla'nd brengen in het belang van de Nederlandsche industrie. Namens het oude Verbond sprak de lieer J. G. R-edelf, voorzitter van hel Verbond van Ned. Fabrikanlcnvoreenigingcn cenigc woor den van dank lot don lieer Slork. Da fusie der drie organisaties Diverse redevoeringen Bestuursverkiezing. Toen mij, aldus spr., het voorzitterschap van het Verb, van Ned. Fabrikantenvereni gingen was opgedragen, wist men van mij, dat ik een voorstander was van innig en volledig samengaan mef do andere vereni gingen en in mijns benoeming heb ik dan ook een bevestiging gezien van don wensch van de groota meerderheid mijner vereni ging, om in dien geest toenadering (c ont moeten. Toen dus ook van andere zijde de wensch om lot (ttsio (c geraken werd geuit, kon ik tb toegestoken band met ver' rouwe;: aanvaarden. Van onze 'zijde (reden in het nieuwe ge bouw binnen een totaal van 1030 leden, te weten: 33 verenigingen, waarvan 12 tedc- raticf, 130 individueels leden en 03 dona teurs. In 1923 traden nog toe 21 leden en 9 donateurs. Wij verwachten, ahlus besloot do heer Rc- delé zijn rede. hier to vinden een hecht ge bouw, waarin de ■Nederlandsche industrie zich thuis zal gevoelen, wetende, dat liaro belangen tot recM cn tot uiling zullen ko men, verenigende, waarin wij allen Ihn zijn, rékening houdende cn eerbiedigende o.ns ieders overtuiging, ook waar die af wijkt van die van anderen. De heer Alb. Spanjaard wijdde vervolgens csnigt ivoorden van afacheid aan dc trouwe leder, van het voormalige C. I. V. Het C. I. V., aldus spr., heeft slechts een kort leven geleid. Opgericht in 1929, na do veelbewogen jaren van den oorlog en in een tijd, dat het zakenleven nog in volio glorie verkeerde,althans in schijn bare glorie, werd in 'de Ver. v. Nederl. Werkgever de behoefte gevoeld, de werk zaamheden zoodanig te splitsen, dat onder haar eigen zorgen bleven de sociale werk gevers-aangelegenheden, terwijl aan de doch- ter-verceniging het O. I. V. werd overgedra gen alles wat meer in het bijzonder op commercieel en economisch terrein lag. Ook dit is In den loop der jaren geblekt» een taak van groeten omvang te erin, nl meen ik voor mij, dat het nie t noodig wape geweest die werkzaamheden in twee vereenigingen gescheiden le houden. De tp heeft mij daarin gelijk gegeven, want steeds hebfcen Ver. v. N. W. en Cl I. V. als esn goede moeder en een goal; doehtsr in volmaakte eendracht alle zorgen, op welk terrein ook, samen gedeeld. Zjj het ook, dat de eind beslissing bü twee nagenoeg verschillend samengestelde besturen uitbleef. En nu u'ü, aldus eindigde spr. zijn rade, voor de keuze van eeu nieuw bestuur slaan, ineen ik aan het woord van afscheid-aan mij n leden en looral aan do oude bestuurs leden, een woord van dank te moeten ver binden voor do toewfiding aan het werk der Vereeniging, en vooral voor de waardesriag, die ik als voorzitter, steeds heb mogen Ondervinden. Hierna rojrdc de heer Muysken het woord «'Ui, namens do leden der Vereïtvging ran Nederl. Werkgevers, den heer Stork bjj zjjn heengaan hartelijk dank te z,eggen voor de eminente wjizs, waaróp hij gedurende zijn voorzitterschap de veveeniging heeft geleid. De doorwrochte redevoeringen, welke de heer Stork in de jaarvergaderingen der veioeniging steeds heeft gehouden, de wijze, waarop hij de basluursvergaderingen wist to leiden en het contact, dat lij met. dc ledan onderhield, dit alles stemde spr. tot groote dar.kbaarhaid. Hij vertrouwde, daarmede namens alle leden te hebben mogen spreken. (Langdurig applaus). tij de daarop volgende wkieznig werden tot bestuursleden gekozen do uaerem S. va>i den Berg Jr., pres.-dir. der N. Vs. van den Eergk's Fabrieken, te Rotterdam; Jos Blom- jcus, dir. der WoHenstoIfeafabrick, J. A. lilomjous, te Tilburg; ir. Hl C. W. van Dijk, chef van den dienst van exploitatie der N. S. te Utrecht; H. Smidt van Gelder, dir. der N. V. Ver. Kom Papierfabrieken oor firma Van Gelder Zonen, te Amsterdam; II. P. Gdderman C.M.zn., lid der firma II. 1', Gelderman Zonen, te Oldensaal; mr. A. II a c-x, dir. der N. V. Mij. tot Exploitatie van Limburgsche Steenkolenmijnen „Oranje Nas sau Mijn", te Heerlen; J. van llall, dir. van den houthandel v. h. Enthoven Zoon, te Zwolle; D. J. van Houten, lid der firma O. J. van Houten Zoon, te Weesp; M. C. Koning, dir. du Stoomvaart Mj. „Neder land", te Amsterdam; B. F. Krantz, lid dei- firma J. J. Kranta Zonen, to Leiden; Johan A. Laan, dir. der N. V. Wessanen'd Kon. Fabrieken, te Wormerveer; B. H. M. Lips, eed. etm. van Lips' Brandkasten- en Slóten fabrieken, te Dordrecht; M. J. van Löben Sols, dir. van de N. V. Steenfabriek „De Loenensehe Middelwaard", to Velp; ir. J. Muysken. dir. van Werkspoor, te Am sterdam; Th. van Eavesteyn, dir. der N. V. A. Hilton's Tabak- en Sigarenfabrieken, te Delft; J. C. Reilelé, dir. van de N'. V. Bis cuitfabriek „Victoria" te Dordreaht; ir. J. F. E. Regout, gedelegeerde van dan l!aad van Bestuur van do N. V. Kristal-, Glv- <-n Aardewerkfabriek „Da Sphinx", te Maas tricht; A. Spanjaard, oud-dir. der N. V. Stoomspinnerijen Weverijen v.h. S. .1. Spanjaard, te Berne; N. J. Voorsmit, dir. der N. V. W. A Scholten's Aardappelmeel fabrieken, te Groningen; dr. F. G. Waller, gcd. com. der Nod. Gist- en Spiritusfabriek, te Delft. Tot algemeen voorzitter werd gekozen dr. F. G. Waller, en tot voorzitters de herren J. O. Redelen A. Spanjaard. Als alg; secretarissen werden aangewezen de fieeren dir. P. W. J. H. C' irt van der Linden en mr. A. N. Molenaar; als secretarissen de hoeren B. G. Slotemadrer en mr. .1. Ekker, en als adj.-eeoretaris de heer A. Rorn Colt hol'. Dr. F. G. Waller, hierna aan het woord komend, sprak zijn erkentelijkheid uit over het feit tót. eersten voorzitter van het Ver bond te zijn aangewezen. Ik zou, nidus spr., echter de functie'niet hebben kunnen aanvaarden, indic-n niet do hoeren Span jaard en Redeló bereid waren gevonden als voorzitters op te treden en een krach tig aandeel te nemen in de werkzaamho den, die de leiding van ons Verbond met zich brengt. Bij zijn benoeming heeft spr. echter als voorwaarde- gesteld het presi dentschap slechts voor een jaar op zich te nemen. Do heer Wolier sprak vervolgens enkeie woorden omtrent het doel van hot Verbond en de toekomstige werking. De heer Stork heeft er op gewezen, dat bij de groote meerderheid vnn de leden van do Ver. van Ned. Workgevors, van het Ver bond van Ned. Fnbrikantenvcreenigingen, en van het Centraal Industrieel Verbond, de overtuiging was doorgedrongen, dat oen fusie wcnschelijk en noodzakelijk was. Wannoor wij voor een oogenblik de Ver. van Ned. Werkgevers cn het Centr. Ind Verbond nis één eenheid beschouwen, dan waren doel en beginsel geen ander dan die, welke bij het Verbond van'Ned. Fabrikan- tenvereenigingen voorzaten. Een eigenlijke principiecle roden voor het bestaan dezer twee groepen wns dus niet aan to wijzen. In plaats van <lrie vereenigingen, ia thans tot stand gekomen óén organisatie, omvat tonde 417 -individueels leden en bovendien 38 vereenigingen van werkgevers, in totaal 1178 nijveren, die naar een ruwe schatting een aantal van circa 300.000 arbeiders in hun dienst hebben. In "dit verband deelde spr. mede, dat de Ver. van Ncd. Werkgevers en het Centr. Ind. Verbond zich tot dusver bij groote meerderheid cn rrijhandctestandpunt heb ben geplaatst en dat het Verbond van Nca. Fabrikantenvcrecnigingen steeds gemeend heeft goed te duen dit veelomvattend pro bleem in zijn midden niet tot een princi- pieele beslissing te brengen.' Voortgaande, merkte apr. op, dat het Verbond zoowel zijn leden, alsmcdo do pu blieke opinie beeft voor te lichten over alle sociale onderwerpen, waarbij industrieels belangen betrokken zijn. Dr. Waller wees er voorts op, hoe vóór den oorlog in Europa een sterk aangroeien de bevolking, niet het minst do arbeiden de aland, in welvaart steeds toenam, en allerlei maatregelen, die groote uitgaven met ziclit brachten, mogelijk bleken, welke RECLAME. 9712 N.V.HOUANW cnacauoEFi r»d^TER2»ftEstKtN.>ACHT 18 en 20. LEIOEN Bell U even 1127 op ©n wij zenden direct vertcjjenwoord *jer. 9738 kort tc varen nog voor iels ongerijmds vrer- d.on werden gehouden. De verklaring hiervan vindt men, indien men zich rekenschap geeft van de reusach tige industrieele ontwikkeling, met name van West-Europa, en wanneer men tevens in het oog houdt van hoe jongen datum t deze ontwikkeling nog is. I Het beste blijkt dit misschien uit het feit, dat in 1860 in Duitechland slechts 12 millioen ton kolen werden geproduceerd, waarvan natuui'lijk nog een groot gedcelto moest dienen voor den huisbrand, terwijl in 1913 dit cijfer ,do bruinkolen op steen- koolwaarde berekend, gestegen was tot op 220 millioen ton. In een Ln het Haagsch Maandblad ver schenen artikel zegt ir. Stokvis, dab er, ruw geschat, 250.000.000 paardekraehten op de wereld zijn, die het werk doen van plm, 3.750.000.000 xnenschciï, dat is meer dan tweemaal zooveel als de gohvC1"1 aarde her bergt. - 4 ?v - Deze ontwikkeling der techniek heeft het ook mogelijk gemaakt, dat b.v. in ons land de bevolkingstoeneming van 1860 tot 1920 geweest is van 3.309.128 tot Op 6.865.314, en dat niettegenstaande deze reusachtige toe neming de levensstandaaid sterk omhoog ging, met name ook voor de arbeidende klasse. Wanneer men het groote leger van werk- loozen in Engeland cn in Duitschland op het oogenblik waarneemt, dan dringt zich de vraag op of niet in het jaar 1913 een hoogte punt bereikt is, waarbij Europa een groot ge deelte van de overige wereld voorzag van indu3lriecle producten en in ruil daan-oor kreeg levensmiddelen en de voor de kleeding onmisbare grondstoffen, als katoen, linnen, wol, om van lal van andere noodzakelijke grondstoffen en producten te zwijgen. Voorts is er de reusachtige kapitaalvernie tiging door den oorlog en dc daardoor nood zakelijk geworden buiten-Europeeschc lee ningen, die in hoofdzaak door Noord-Am e- rika aan Europa zijn verstrakt. Dc rollen zijn juist omgekeerd: Europa is vantrrediteur, de biteur geworden. Onder de voor ons land belangrijke kwesties, aldus spr., behoort zeker wel de vraag hoe onder dc zooeven genoemde veran derde omstandigheden onze bevolkingstoe neming van jaarlijks 100.000 menschcn aan ccn beslaan moet worden geholpen cn welke sommen daarvoor noodig zijn. Deze vraag wordt betrekkelijk zelden in politieke debat ten of in de pers naar voren gebracht. Van 1889 tot 1920 steeg de bevolking van 4.500.000 tot op G.900.000, een toename dus van 2.400.000. (Jit do bedrijfstelling van het jaar 1889 blijkt, dat in den landbouw, veeteelt en tuin bouw, in dat jaar werkzaam waren 525.000 personen, en in 1920 G2G.000 personen. Daarentegen sleeg het nanlal personen dat in de nijverheid werkzaam was, van 532.000 tot op 1.029.000 personen, cn zij, dio in dc z.g. handelsbedrijven, dat zijn de overgroote meerderheid van den warenhandel cn de vcrkccrsbedrijvcn, werkzaam waren, van 269.000 op 581.000; dat in andere beroepen van 311.000 op 444.000. Dc overgroote meerderheid heeft in de eerste plaats in de industrie cn verder in de handelsbedrijven plaatsing gevonden. Dr. Waller stelt op den voorgrond, dat hij een warm voorstander is van den 8-urigen werkdag, echter met dien verstande, dal deze hief moe' leiden tot ccn sterk verminderden levensstandaard. Ten slotte wijdde dr. Waller uit over de verstandhouding tusschen werkgevers en werknemers. Aan dc hand van mededeelin- gen verschenen in „The Times", deelde de heer Waller mede, dat hij gelooft, dat op don duur de samenhang van het economisch ge beuren meer algemeen goed zal worden, en zoowel tot werkgevers als werknemers het besef zal doordringen, dat krachtige samen werking van allen, die bij do productie be trokken zijn, noodig is om onzen bestaanden levensstandaard te behouden en zoo moge lijk te verhoogen. Ook op deze rede volgde algemeen ap plaus. Nadat de heer ir. C. F. Stork den algcmee- r.en voorzitter mot dc door hem uitgesproken rede had gelukgewenscht, werd de vergade ring gesloten. RECLAME. TF.GEM KEELPIJN 0697 Uit het Engelse h door ARTHUR APPLIN. Vertaling van Mevr. M. J. LANDRóTOLLENAAR. (Nadruk verboden). (ÖG ,Ik voel me als een onmogelijk gc Jrochl," 'Uiislerde hij, „een kruising van een wassen elalage-pop 011 een doodbidder. Aardig van jo het met me le wagen." Fay had hem graag wiUcn vertellen, dal hij alles voor haar was. dat alle anderen on mogelijke gedrochten waren, marionetten, die bespeeld werden door een of andere god heid, die veel gevoel hel voer humor do Kod der conventie misschien. Ze liet zich ge heel gaan. Er hocrschte een absolute her menie tusscher. hun lichamen, hun geest an dc muziek. Het drong half tol haar door, dat de dansvloer bijna leeg was, dat do men- cchcn in groepjes naar hen stonden te kijken rn samen (luisterden. Na Icn eersten dans hoorde ze iemand Tuk's naam noemen. Men had in hem den man herkend, die tegen Johnson geboksl haden hem gedood had. Even werd ze verlegen cn keek angstig maar zijn gezicht. Maar Dcrringtón merkte wan nicls. DU was liet, wat hij noodig had om dc onbehagelijke stemming kwijl to raken, die lompson veroorzaakt had; om -de onbeha gelijke voorstellen le vergaten en dat gevoel van eenzaamheid le overwinnen, dat "hem plotseling bevangen had. Vreemd, maar hij had zich daarginds nooit verlegen en eenzaam gevoeldhij had er nooil tijd voor gehad cn gcleeld in een wereld van mannen, van vee cn van paar den. Ilior was het leven heel anders. Het was een kunstmatige wereld, waar niemand zijn' medemenseh vertrouwde. En de vrou wen waren oppervlakkig. Ais ze van haar opschik ontdaan werden, van haar poeder en verf, haaT haarspelden en sierraden zou er niet veel anders overblijven don ecu kap stok, dacht hij. Even drukte hij Fay vaster tegen zich aan. De aanraking met haar slaak, jong lichaam gaf hem een eigenaardige gewaar wording. Zij was tenminste echt: vol levan, oprecht én, onbevreesd. „Dat va3 fijn," zei hij toen do muziek len slotte voor goed ophield en zo langzaam door de menschenmenigte hoen liepen.'„En nu ga ik maar liever weg, want er zijn zeker nog anderen, dio aanspraak op je ma ken. Ais ik hier alleen blijf, zal ik me voe len als cc-n uitgeknepen citroen." Iemand, die blijkbaar goed gedineerd had, klopte hem op den rug mot do woorden: „Mijn vriend Pukl Daar is de man, die Johnson r.aar de andere wereld geholpen heeftl" De menschen lachten en een lioera'tjo klonk van uit do richting van da deur, "waar een groepje mannen stonden te praten. „Breng me hier vandaan," fluisterde Der- rington angstig. Fay begreep, wat hij voelde, maar toch deed het haar plezier, wint ze was mensehelijk. Toen zs den ingang be reikten, liepen ze regelrecht in de armen van Bert Tompson. Zija zware, logge ge stalte vorsjiei'iio den weg. Nadat Dorringion hem verlaten had/was hij begonneii té drin ken op hel succes van hel conlract, dal hij den volgenden dag met Doban zou opstel len. Hij was net zoo ver, dat hij zich be wust was, dat hij niet heelemaal nuchter meer was. „Hailal" riep hij uit. „Dat is het (oppunil Ik had wel kunnen raden, waarom je zoo ccn haast had om weg tc komen. Je wou zeker aan Fay vertellen, wal we afgespro ken hebbenIk vind het best, hoorl Ga mee, dan zullen we het met sjampie beklin ken!" Hij zag de menschen naar da anticham bre slroomen door de geopende tusschcn- dcuren. Hij hoorde gezoem van stemman, ving enkele woorden opDat i9 hom...." „Nooit zoo iels gezien. Bij den eersten sloot.„Sloeg hem neer, als een slier...." „Ongelooflijk." Hij zag do gelegenheid voor reclame, die hem geboden werd. Hij pakte Puk bij den arm en draaide hem len anderen kant op. „Ga rnee. jongenlief. Heb ik liet je niet ge zegd. Wo zullen allee wel in orde bren gen." Hij slingerde naar voren. „Mijne lieeren, ik heb vanavond hot voorrecht aan u voor te stellen Derrington rukte zich los, duwde Tomp son zachtjes vooruit, greep loan Fay's hand en trok haar mee naar buiten. „Taxivlug. Carlton, Rilz, het eerste het beste restaurant. Als het maar vlug gaat.'-' Hij leunde achterover in do aulo en lachte, toen ze wegreden. „Goede hemel, wat een ontsnapping!" „Ik kan niet zoo maar wegloopen. Ze zul len me missen. Ik raag niet weg vóór twaalf uur." Fay's stem klont angstig. Ze was doodsbleek. ,.lk zal het wel voor je in ordo maken." zei Derrington vroóhjk. „Maak je maar niet bezorgd. Ik had je lech meegenomen, want ik rnoet met je spreken." „We wa hadden daar kunnen spre ken." Puk glimlachte een raadselachligen glim lach, die Fay oen beetje bang maakte. Hij kon zich voorstellen, wat voor een gesprek dat geweest zou zijn in tegenwoordigheid van Tompson. Hij greep haar hand en druk- »to die tusschen de zijne. „Vindt je het niet vervelend met mij ge zien te wordon, na wat er van tb week ge beurd is?" „Nadat je voor ons gestreden en gewon nen hebt?" Hij hoorda het verwijt in haar stem. naar antwoord verjoeg het gevoel van eenzaam heid. dat hem overvallen had. Het verleide hem, dat hij iemand toebehoorde, dat hij verantwoordelijk was voor iemand anders dan zichzelf. De taxi reed hen naar het Piilz en Der- rington zocht een tafeltje in de grill-room. Het was er rustig; het licht gedempt. Er wa ren weinig menschen en niemand lette op hen. Puk deed alsof hij at om Fay aan to moedigen. Hij begreep, dat haar maaltijden verwaarloosd warden, als zo in Londen was. Hel scheen een eigenschap van vrouwen te zijn om mannen vol te sloppen en zelf hon ger te lijden en in Fay's geval wist hij, dat haar salaris niet voldoende was om zoowel goede maaltijden als zijden kousen le koo- pen, om te zwijgen over mooie japonnen en echoentjes en dit had ze noodig voor haar vak. „Wat heerlijk," zei ze en keek hem danlc- Eaar aan. „Ik bm ip eeuwen niet uit eten eewecst." „Ik dachl, dat j. dikwijls uitgmoodigd zou worden." „Niet dikwijls en dan meestal door een verkeerd soort. Pech, hè?" „Door mannen als Tompson?" vroeg hij. Ze knikte c-ven en boog zich over haar bord. Derrington keek haar eenigen tijd aan zonder iets te zeggen. Het kostte hem zelfs moeite om te doen, also! hij at. Ze bad iels buitengewoon aantrekkelijks, iels, dal bij nooit gezien had in andc-rc vrouwen. Zo maakte het verlangen in hem wakker om baar le beschermen te beschermen tegen alle andere mannen. Ze zag er zoo teer en lijn uit; de zachte, gladde zwarte japou, die nauw om haar figuurtje sloot, deed haar nog tengerder schijnc-n. liet griefde hom tc be denken, dat ze alleen ir, Lc.ndcn was, bloot- geslaan aan alle beleedigingcn cn ruwheid. En toen hij bedacht, wat haar lot zou zijn geweest nan de zijdo van Tompson, als het noodlot hem niet in aanraking had gebracht met Marton, fcpqeg hij koude rillingen. Het leven in het Ve& Westen was misschien ruw, maar het was eerlijk; in deze wereld van overbeschaving was het gemeen en be angstigend. „Laten, we nu een sigarc! opsteken 1 ij or,zo kolfie," zei hij. toen ze kiaar wns mei eten, „dan kunnen wc rustig praten." „Ik zou zoo vee', willen zeggen, maar ik weet niet hoe," bekende Fay. „Ik woel. dat we je zoo heel veel schuldig zijn." Met een handbeweging legde hij haar ho' zwijgen op. Zijn bewegingen waren als zijn verdediging bij hei boksen. Ze weerden alles af, dankbètuigingon en vleierij zoo goed als aanvallen, HVordl vervolgd)',

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 9