R.H.W. Limonades
PIANOhANlEL van 1840
O. F.
Het Foto-Mysterie
DOES.
No. 20156.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 25 November
Tweede Blad. Anno 1925.
UIT DE PERS
Pi ANQ'S: ,'VUIÉHB. DilCAMQLA'S
ONS ÓJARIG huursysteen y.fRGl^AKKEUJKTaanschaffing
FEUILLETON.
Bet woord aan mr. Marchant.
Nu H. M. de Koningin aan mr. Marchant
ppdracht heeft gegeven tot het formeeren
^an een kabinet, welke opdracht door hem
18 beraad is gehouden, trekt bijzonder de
eandacht, wat de R.-K. bladen zeggen
Onder het opschrift: „Het woord is aan
mr. Marchant" schrijft „De Tijd" o.a. het
volgende:
„De Katholieke partij zal haar woord
houden, om niet samen te werken met de
genen, die vóór de motie-Kersten hebben
gestemd. De vorming eener parlementaire
meerderheid is dus onmogelijk.
Tenzij de leiders der partijen, welke vóór
de motie-KersteD en tegen onze somenwer
king hebben gestemd, een meerderheid uit
hun kringen beproeven. Of willen zij een
minderheidskabinet vormen b.v op de
programma's, die de heeren Marchant en
Vliegen hebben ontworpen dan kunnen
zij op een werkelijke „loyale oppositie" on
zerzijds rekenen.
Het slechte voorbeeld, dat de heer Mar
chant op 11 November gaf, zullen de Ka
tholieken niet volgen. Elk der wetsvoor
stellen. welke een minderheidskahinet-Mar-
chant gelieft in te dienen, zullen wij op
zijn zakelijke waarde toetsen en naar zijn
eigen verdiensten beoordeclen.
Loyaler, nietwaar, kan het toch wel niet?
Een minderheidskabinet, uit ervaren par
lementariërs samengesteld, dat zou steunen
op een vaste kern van een tweetal partijen
in de Tweede Kamer, is van democratisch
standpunt nog altijd beter dan een zaken
kabinet. En als er een minderheidskabinet
moet komen, heeft mr. Marchant. de man,
die de meerderheid kapot maakte, het recht
en den plicht om eerst aan de beurt te ko
men."
Waarom zou mr. Marchant niet aandur
ven, wat Mac Donald in Engeland wél heeft
gekund? besluit „De Tijd".
Thans geeft ook „De Morgen" (R.-K., St.-
Michaël) zijn oordeel over het program van
mr. Marchant:
Dat program ziet er lang niet kwaad uit,
en met de mep$te punten er van zouden wij
ons zeer we! kunnen vereenigen, al moet
dadelijk het voorbehoud worden gemaakt,
dat veel. zoo niet alle9, afhangt van de wijze
van uitvoering der uiteraard algemeen ge
houden punten, welke erop voorkomen.
Toch eelooven we, dat de heeren te vlug
zijn.
De Katholieke kiezers zijn dit is nu
eenmaal niet voor ontkenning vatbaar ln
Juli 1.1. ter stembus gegaan in de overtui
ging. dat zij gingen medewerken wel niet
aan een Kabinet-Colijn maar dan toch aan
een Kabinet uit de rechterzijde. Het gaat
niet aan en zou ook niet met de eischen
van een gezonden kiezersinvloed overeen fe
brengen ztm als nu maar „pardoes" om met
een vriendelijk collega te spreken, de Ka-
.Iholieke S'aatspartij het roer omwierp en
„oiir nirhfs dir nichts" aan ebn linksche
combinatie deelnam.
De coalitie-politiek heeft 40 jaren geduurd
.en haar nu priis te geven, zonder raadple
ging der kiezers, zou door vele Kathölieko
kiezers slecht worden begrepen en in menig
gemoed verwarring veroorzaken. Onze partij
is daarop niet voorbereid. Als grootste partij
ook van de nieuwe eventuecle combinatie,
cn omdat zonder dat het wantrouwen van
vele Kafholieke kiezers wel in het geheel
niet te overwinnen ware. zou zij bovendien
een eigen regeeringsprogram moeten ont
werpen. waarop, weliswaar, heel wat zou
kunnén voorkomen, waf thans ook op het
program van mr. Marchant prijkt, doch dat
er zoowel in negatieven als in positieven
zin, toch nog wel een beetje anders uit zou
zien.
Men kan deze beide laatste bezwaren
partij-b-ï* varen noemen; laten zij dat zijn;
het zijn dan toch partij-bezwaren van zoo-
R^CLAME.
Overal verkrijgbaar. 7065
iiET OP HANDELSMERK R.H.W.
danigen aard, dat een eventueel samengaan,
naar den wensch der heeren Marchant en
Albarda, al zeer spoedig zou eindigen, in
dien er geen rekening mede gehouden werd.
Wal er dan za! moeten gebeuren?
In ieder geval lijkt het ons, dat de nieuwe
toestand eventueel niet kan intreden dan na
verkiezing--n, waarbij de Katholieke Staats-
partij zich op z'n minst de kwestie eener
parlementaire samenwerking voorbehoudt
j Dat een zakenkabinet in de gegeven
oogenblikkelijke omstandigheden, en gezien
de nu eenmaal afgelegde verklaring van
mgr. Nolens, overigens buiten Kamerontbin
ding de eenige mogelijkheid de gelegen
heid opene en den overgang vorme tot de
mogelijkheid van Kabinetsvorming op den
grondslag eener krachtige parlementaire
meerderheid met een zakelijk program,
welks goede uitvoering jaren van samen
werking zou noodig maken, is dan een on-
ontkomrlijke consequentie van het hier ge
zegde.
Uit het „Centrum" (R.-K.):
Juist de promptheid, waarmee hier de
cheque op lafel werd geworpen,-doet tot
bijzondere voorzichtigheid manen.
En dan komt vóór alles de vraag: wil ik
met dezen koopman in zaken-relatie treden 7
Wie rustig de chèque beziet, bemerkt al
ras, dat het heelemaal goen chèque is. 't Is
een formecle acte van vennootschap, al
thans van een handeling voor gemecne re
kening. En dan, zoowaar, nog met een iet
wat onbetrouwbaar uitzienden compagnon
cr bij. Zonder dezen kan de transactie niet
tot stand komen.
En de verstandige koopman krabt zich.
eens achter de ooren, cn zegt: Kom mor
gen nog maar eens terug
Het „Handelsblad" (Lib.) schrijft:
Wij hebben, toen wij in het door mr.
Aalberse geleide „Centrum" betoogd zagen,
dat naar constitutioneel gebruik aan den
heer Marchant, den „verwekker der crisis",
de opdracht moest worden gegeven, ge
dacht aan een plagerij. Herklonk al te zon
derling. Maar wij hebben ons daarin ver
gist. D.v.z. een ondeugendheid van iemand,
die de vrijz. democraten wil plagen, blijft
een advies in dien geest aan H. M. waar
schijnlijk ook nu. Van een parlementair ka
binet immers kan alleen sprake zijn, als de
roomsch-katholieken meedoen en dat deze
na den spot, waarmee zij des heeren Mar-
chant's draai ter zake van het gezantschap
bij het Vaticaan hebben begroet, het zelf
nu reeds zouden kunnen wagen hun draai
te nemen, is eenvoudig ondenkbaar.
Een parlementair kabinet veronderstelt
U cü een meerderheid. Die hebben de vol
gelingen van de heeren Marchant en Al
barda samen niet, ze komen slechts tot 3]
leden en als men mr. Arts er bij rekent tot
32 Dat een deel van de democratische ka
tholieken zich te dezer zake zouden afschei-
don van de fractie is iets, waarvan mis
schien de heeren Albarda en Marchant
droomen, maar met de werkelijkheid of de
waarschijnlijkheid heeft dat zelfs geen verre
verwantschap.
Het kan dus niet anders, of de opdracht,
thans aan den heer Marchant verleend, be-
teekent van te voren oen mislukking. De
heer Marchant zal het blauwtje, dat hij bjj
de katholieken in ontvangst heeft te ne-
I men, nu als formateur in spe formeel en
I
kelijkheid te maken, doch haar verder maai
rustig aan de reaktie ten prooi lieten.
Wij spreken van kans, niet van zeker
heid. Wij onderstellen de mogelijkheid
sommigen onder ons zien zelfs de waar
schijnlijkheid dat de katholieke partij
thans nog uiet rijp er toe is om mede een
demokratisch bewind te vormen, m.a.w. dat
de demokratische strooming in de katho
lieke partij hiertoe nog niet sterk genoeg
is. Maar, hoe dit zij, allen zijn wij het er
over eens, dat de vraag of een demokra
tisch meerderheidsbewind reeds mogelijk is,,
allefn kan blijken bij de besprekingen over
l een regeeringsprogram, die-aan de vorming
van zulk een bewind zouden moeten voor
afgaan.
Mocht hij zulke besprekingen met de ka
tholieke partij blijken, dat er geen moge
lijkheid bestaat om tot overeenstemming te
komen over een program, dat onze partij
en onze kiezers voor het heden zou bevre
digen, welnu, dan gaan wij niet op de
regeeringssamenwerking in.
Haast hebben wij als partij niet. Onze te
genwoordige positie bevalt ons best. En
voor een schijn-demokratisch bewind zijn
wij niet te vinden.
Dit is, gelooven wij, al voldoende om te
doen blijken, dat men die praatjes over
onze „belustheid" nu voortaan maar moest
ophóuden.
Niet belust zijn wij. Wel bereid. Op be
hoorlijke voorwaarden. In het belang van
de arbeidersklasse.
RECLAME.
7097
LEVERT OYER
HET CEHEELE
LAND FRANCO
HOFLEVERANCIER
LEIDEN
BREESTR'109
DEN H HOUT5TB9
UTRECHT
CHOORSTR 52
PIMMCUI ANn.
spoedig krijgen, meer in den vorm en met
meer haast, dan hij het anders -zou hebben
gekregen. Maar dan zijn wij ten minste iets
verder. Dan ie voor iedereen duidelijk ge
maakt, dat althans nu de tijd nog niet ge
komen is voor de democratische regeering,
ten aanzien waarvan men zich in democra-
tischen kring zoo gaaifie aan illusies over*
geeft.
„Het Volk" (S.-D.):
Wanneer wij thans ons telkens weer be
reid toonen om te zamen met vrijzinnig-
demokraten en katholieken een regeering
te vormen, is do eenige reden van onse
houding deze, dat wij hierin onder de te
genwoordige omstandigheden de eenige
kan6 zien op een demokratisch bewind en
dat wij ons tegenover de arbeidersklasse
mo3 verantwoord achten, wanneer wij er
niet naar zouden streven die kant tot wcr-
Het Wassenaarsche Uitbreidingsplan.
Op de vragen van het Raadslid M. Joëls
Jr., inzake het uitbreidingsplan van Wasse
naar hebben B. en W van Den Haag ge
antwoord:
Tusschen-. 's-Qravenhage en Wassenaar
heeft geen ander overleg, het uitbreidings
plan van laatstgenoemde gemeonte betref
fende, plaats gehad dan omtrent de aanslui
ting van de hoofdverkeerswegen van dat
plan aan die van het Haagsche uitbrei
dingsplan. Dit overleg, dat mondeling is
gevoerd tusschen den directeur van den
dienst der Stadsontwikkeling on Volkshuis
vesting en den architect-ontwerper van net
uitbreidingsplan voor de gemeente Wasse
naar, heeft tot eesn behoorlijke aansluiting
dier wegen geleid.
B. en W. zijn van oordeel, dat bij het uit
breidingsplan, zooais dit door de gemeen
te Wassenaar is vastgesteld en door Ged.
Staten goedgekeurd, het natuurschoon in
hooge mate zal worden vernietigd, en dat
dit plan niet in overeenstemming is met
art 11 van het Woningsbesluit. In verbana
hieimede hebben B. en W. der Koningin
vorzocht het besluit van Gedeputeerd^ Sta
ten te vernietigen.
Prof. Henri Evers 70 jaar.
Bij de receptie, aangebeden door den Se
naat der Technische Hoogeschool le DeLft,
Ier gelegenheid van den 70sten verjaaidag
van den hoogleeraar Henri Evers, heeft
gisteren de rector-magnificus, prof. dr. G.
van Iterson Jr.. oen rede gehouden.
Vervolgens spraik prof. dr. ir. J. Kraus,
die namens het college van curatoren prof.
Evers van fyarte gelukwenschte en hoopte,
dat deze nog vele jaren voor zijn familie
en zijn vrienden gespaard moge blijven.
Spr. sloot zich verder geheel aan bij de
woorden, door den rector gesproken. Door
het dwingend artikel van de H. Ö.-wet zal
de Hoogeschool niet langer van zijn krach
ten en talenten kunnen profiteeren.
Prof. Van der Sleur, sprekende namens
de afd. Bouwkunde, zeide zich te verheugen
dat de jubilaris voor hem staat „als een
krachtigen eik in een bosch". Hij hoopte
van ganscher harte, dat prof. Evers nog een
lang en gelukkig leven tegemoet moge gaan.
Hierna sprak namens de studenten de
heer A. S. Brevet ,die er op wees, dat de
arbeid van prof. Evers door de leerlingen
len zeerste wordt gewaardeerd.
Volgende spr. was mr. dr. J. Wyteraa,
burgemeester van Rotterdam.
Dr. ir. D. Slothouwer, uit Amsterdam,
sprak daarna namens oud-studenten.
Prof. 'Evers dankte zeer onder den in
druk allen, die hem dezen dag tot een
onvorgctclijken hebben gemaakt en zegt in
het bijzonder burgemeester Wyteina dank
voor de hulde van Rotterdam.
Do receptie werd door nagenoeg alle
hoogleeraren bezocht, verder door het cu
ratorium. Onder de aanwezigen werden
verder opgemerkt dr. ir. F. G. Waller, dr.
H. P. Berlage, prof. J. A. van der Kloes en
mr. N. Smeding.
Onderscheidingen.
Bfj Kon. besluit is C. G. Paap, eere-voor-
zitler van de Utrechische Christelijke Jonge-
mannenvereeniging, le Utrecht, benoemd
lol ridder in de orde van Oranje-JVassau.
H. M. de Koningin heeftbenoemd in de
orde van Oranje-Nassau; lot commandeur
met de zwaarden, luilenant-kcrionel C. II.
Rije, van hel Deensche leger; lot officier
met de zwaarden majoor J. H. Hansen van
het Noorsche leger, en kapitein J. Törsleff
van het Deensche leger; lot officier den
heer N. L.. Hansen, scheikundige bij het
Deensche leger.
De salarissen van de brievenbestellers.
De leden van de commissie van overleg
voor Posterijen en Telegrafie, aangewezen
door den Centralen Bond van Nederlandsch
Tost-, Telegraa<r- en Telefoonpersoneel en
den Centralen Ned. Amblenaarsbond heb
ben een brief gericht aan den Minister van
Waterstaat, waaraan het volgende is ont
leend:
De postale commissie van overleg heeft,
tot groote voldoening van ondergeleekenden,
geadviseerd de bestellers te brengen onder
de ambtenaren op jaarloon en wel met een
salaris van f 1300f 1800, gelijk aan dat
van den gevangen-bewaarder, welk voorstel
ook in de centrale commissie van overleg,
vrijwel algomeenc instemming mocht vin
den.
Tol hun teleurstelling vernamen zij in
de gehouden zitting der commissie, dat het
brengen van het salaris der bestellers op
f 1800 niet zou vallen binnen de grenzen,
welke door de regeering ten aanzien van
deze salarisherziening zijn gesteld.
In verband hiermede zij het ondergelee
kenden veroorloofd, er met nadruk op te
wijzen, dat de besteller, krachtens den aard
van zijn functie, niet is te vergelijken met
de groepen van werklieden, die worden be
zoldigd naar de voor de Rijkswerkliedcn
geldende regeling.
De ongeregelde, vroege, late, nacht- cn
Zondagsdiensten', de intensiveering van hun
arbeid, de vermindering van de promotie
kansen, de overneming van het werk. dat
vroeger door beter betaalde categorieën
(kantoorknechts* assistenten en conducteurs)
werd verricht, rechtvaardigen volkomen een
loon als door de commissie van overleg
werd geadviseerd.
Dat het voorgestelde maximum-loon van
f 1800 niet te hoog kan worden genoemd,
moge U.E. o,a. blijken uit het feit, dat een
gehuwde besteller zonder kinderen ten
hoogste een zuiver inkomen van f 31.10 per
week kan bereiken. In vergelijking mei b.v.
een geld-ophaler in dienst der gemeente
Den Haag (die toch zeer veel overeenkomst
heeft met den quilanlie-besteller) op een
jaarloon van f 2150, is een maximum
salaris van f 1800 voor den besteller een
zeer bescheiden verlangen.
Ondergeleekenden verzoeken op grond
van een en ander U. E. met aandrang, al
het mogelijke in het werk le stellen, dat het
be9tellcrssalaris op het door de commissie"
van overleg voorgestelde maximum van
f 1300 wordl gebracht.
W aterstaatsper soneel.
Het hoofdbestuur van de Vereeniging van
Waterstaatspersoneel „Eendracht maakt
Macht" heoft in zijn vergadering van 23
dezer le Utrecht besloten den volgende*
brief aan den directeur van het Centraal
Bureau van Voorbereiding van ambtenaren
zaken te zenden:
„ln onze vergadering werd de toestand
besproken, waarin de beambten door de
laatste salarisrcgeling zijn geplaatst.
De vergadering was van oordeel, dat de
beambten bij den Rijkswaterstaat functies
bekleedcn, waaraan meer gezag en verant
woording is verbonden, dan aan vele amb«
tcnaren die thans op jaarloon worden gesa
larieerd.
Mitsdien werd aan hel bestuur opgedra
gen, u te verzoeken, het daarheen te leiden,
dat de ambtenaren bij den Rijkswaterstaat
weer in het Bezoldigingsbesluit. 1925 ondet
de- ambtenaren op jaarloon worden opgeno
men. Door de loonregeling voor de maand
en weeklooners zijn vooral de beambten op
derde klasse standplaatsen gedupeerd. De
vergadering drong cr daarom met kracht op
aan. dat in de allereerste plaats de beamb
ten .op maandloon en derde klasse stand
plaatsen een herziening ondergaan. Deze
beambten behooren volgens de vergadering
tot de' „ergste plooibewoners".
Hadden deze beambten indertijd 8 pCt.
salaris minder dan hun collega's op eerste
klasse standplaatsen, thans bedraagt hel
verschil 1G pCt.
Als derde punt werd naar voren gebracht
het garantieloon, bedoeld in art. 24. Men
sprak er de bevreemding over uit, dat op
lsle klasse standplaatsen 90 pCt. is gega
randeerd, terwijl op 3de klasse standplaat
sen slechts 85 pCt. van 92 pCt. is 78 pCt
van het loon op een 1ste klasse standplaats
is verzekerd.
De vergadering drong er daarom op aan,
u le verzoeken, dat aan maand- en week*
looners op 3de klasse standplaatsen even-»
als aan beambten op lsle* en 2de klasse
standplaatsen 90 pCt. van het loon. genoten
onder de „salarisregeling 1920", zal worden
gegarandeerd."
Arbeidsvoorwaarden in de Mijnindustrie.
Uit Heerlen wordt d.d. 24 dezer aan „Dö
Tel." gemeld:
Heden vergaderde alhier de Contact-corn*
missie voor de Mijnindustrie.
De afgevaardigden van den Nederland-
schen Bond, de Neutrale, en Prot.-Christe-
lijko Bonden drongen aan op de invoering
van een minimumloonrcgeting, terwijl de
Christelijke Mijnwcrkersorganisalie nog
verhooging van garantieloon voorstelde.
Beide verzoeken werden afgewezen, og
grond dat zulk een wijziging een beduiden
de verhooging der productiekosten teweeg
zou brengen, hetgeen de tegenwoordige ei*
tuati'e volgens de directies niet toelaat
De Nederlandsche Bond bepleitte Voorla
een verhooging van loonen voor stoker^
steenhouwers, en een afzonderlijke regeling
voor het spoorwegpersoneel
De mijndirecties deelden naar aanleiding
van dit verzoek mede, dat voorshands hier-»
op niet kan worden ingegaan.
Op een verzoek van de Chr. Mijnwer*
kers-organisatie om den zesurigen werkdag
te laten bestaan voor bijzondere feestdagen,
antwoorden de directies, dat daaraan niel
kon worden voldaan.
Zij zijn evenwel bereid den nachtdienst
voor bijzondere feestdagen te laten verval
len, en daarvoor in de plaats een nacht*
dienst in te voeren, na beëindiging van be
doelde -feestdagen om 12 uur 's nachts.
Besloten werd de vergadering tc verda
gen tot 1 December a.s.
De Volkenbond.
Uit Genève wordt gemeld:
De Nederlandsche regeerin heeft den se-*
cretarte-generaal van den Volkenbond ver*
scheiden internationale verdragen, waaron-#
Uit het leven van den beroemden Engelschen
detective Herbert Por'^r.
Vrij bewerkt naar het Engelsch door J. II.
(Nadruk verboden). -
2).
Wij beiden, mijn metgezel cn ik, hadden
natuurlijk met begrijpelijke belangstelling
Daar dit toonecltje gekeken. Plotseling raakte
mijn buurman mijn arm aan en zei half
luid met een stem. waarvan ik duideliik
merkte, dat zij beefde:
„Stelt u nu uw toestel in en houdt u
klaar."
- Half geschrokken, half verwonderd, deed
ik wat mij gevraagd werd; ik schatte de
sterkte van hel licht om goed te kunnen
instellen; daarop zag ik mijn klant vragend
aao...want voccHuopig wist ik nog niet
waarop ik mijn toestel moest richten
„Richt uw toestel op dal huis daar," fluis
terde hij, ..zoodat die beide vensters ook op
de foto komen.''
Ik knikte, want nu begreep ik duidelijk
de bedoeling van onze expeditie; de foto
moest een komisch beeld uit het volksleven
vastleggen. Zoo zat ik zwijgend, steeds met
den gummibal in de hand. toen plotseling
ot mijn verbazing de beide venters, zonder
a. ik zou kunnen zeggen waarom, elkaar
weer in de haren zaten. Dezen keer
^breeuwden zij niet, maar in plaats daar-
n sloegen zij er deé te flinker op los.
•ES??. probeerde hen te scheiden, toen
kehng uit het huis, waarop ik mijn toe
stel gericht had, een lieer kwam, die op de
beide mannen loestapte, blijkbaar van plan
voor scheidsrechter te spelen.
„Los," commandeerde mijn klant op dit
oogenblik; „die drie moeten op de foto
Ik drukte op den bal.de opname was
gemaakt.
Dijna op hetzelfde.oogenblik gaf mijn
lastgever den chauffeur een teeken door te
spreekbuis en op slag suisden wij weg Ik
boog een weinig uit het venster en kon
constaleeren. dat de vreemde zijn scheids-
rechterstaak met bewonderenswaardige snel
heid verricht had: de beide straatventers
hadden elkaar den rug toegedraaid en maak
ten aanstalten om heen te, gaan. De heer
zelf was verdwenen misschien was hij
in den auto gestapt, die daar gewacht had
en nu in razende vaart naar de stad reed
in dezelfde richting als wij, nauwelijks
tweehonderd passen achter ons.
Weer waarschuwde mijn geleider den
chauffeur; deze verhoogde onze snelheid
thans tot het maximum en we suisden met
zulk een vaart over den Klausenburgerweg.
dat de wagen heen en weer slingerde en ik
éen paar maal bang was, dat we zouden
omslaan. Mijn metgezel had gedurende den
geheelen ril de handen in de zakken gehad.
Nu trok hij de linkerhand uit den zak van
zijn overjas cn nam voorzichtig het chassis
met de plaat uit hel fototoestel, terwijl hij
het mij overreikte. Daarbij wierp ik «?én ver
wonderden blik op zijn rechterarm en nu
pas ontdekte ik, dat hij de rechterhand
miste. Een looze handschoen, die vastge
naaid scheen te zijn, bungelde aan zijn
mouw. Hij zag. dat ik er naar keek. en hij
glimlachte. „Nu ^ult U begrijpen, waarom
ik de opname niet zelf gemaakt heb", zei
hij. „Ik mis de rechterhand"
Herbert Porter haalde een klein gouden
étui uit zijn vastzak en knipte het open.
„Rookt U?"
„Alstublieft". De jongedame nam voor
zichtig een van de fijne, dunne sigaretten
uit den koker. „Ik moet U nog zeggen, dat
mijn metgezel verscheidene malen uit het
achterraampje keek."
„Misschien speurde hij naar den anderen
auto."
„Dat scheen mij ook zoo toe. Ik meende
op een gegeven moment een zucht van ver
lichting te hooren. Ik keek snel door het
achterraampje en bemerkte, dat er van den
anderen auto niets meer te zien was. Met
een opgewekte stem vroeg hij: „Zal ik U
naar huis brengen, in de Lindenallee?" Ik
9chudde van neen. „Het is etenstijd. Ik eet
altijd in een klein restaurant in de Schiller
straat."
We naderden den Koninklijken Schouw
burg. „Aan den overkant links", verzocht ik
hem. „Het is voldoende, als U zoo eoed wilt
zijn mij op-den hoek van de Schillerstraat
af te zetten."
De auto stopte op het gegeven signaal.
Mijn klant opende het portier, stapte uit en
hielp mij uit den wagen. Daarna keek hij
in de smalle straat „Dus afgesproken. U
maakt een afdruk één enkelen, niet
meer. Ik moet U op het hart drukken, dat
U niet voor U zelf, om zoo te zegeen voor
Uw genoegen een tweeden afdruk maakt.
Daar is mii om verschillende redenen, die
ik U niet zoo gauw kan uiteenzetten, zeer
veel aan gelegen."
Ik voelde mij een klein beetje beleedigd.
„Ik zou absoluut niet weten wat mij aan
deze opname bijzonder zou kunnen interes
seeren," zei ik uit de hoogte.
„Nou, nou," zei hij glimlachend. „Het
zou toch geen misdaad zijn. Wanneer kan
ik den afdruk komen halen?"
„Over drie uur kan hij klaar zijn".
Hij keek op zijn horloge. „Goed. laten we
dan afspreken, dat ik vanavond om negen
uur bij U kom."
„Goéd."
„In orde."
Daarop stapte hij weer in den auto en
reed in snelle vaart weg.
Het kleine restaurant in de Schillerstraat,
waar ik gewoon ben te eten. behoort bij het
clubgebouw van onze fotografenvereeni-
ging. Ik eet daar goed en goedkoop, boven
dien vind ik er steeds gezelschap, want er
komen daar uitsluitend collega's; menschen,
<lie ik ken en waarmee ik gemeenschappe
lijke belangen heb."
De Engelsche detective knikte: „En nu
gebeurde er iets. waardoor die onschuldige
geschiedenis U plotseling in een ander licht
verscheen, nietwaar?"
Het jonge meisje sloeg de oogen neer. „In
derdaad. Mr# Porter."
„Zoudt U niet eindelijk Uw sigaret aan
steken?" zei de detective glimlachend
„Als men rookt, praat men gemakkelijker
en vooral rustiger."
„Dank U." Het jonge meisje deed een
paar haastige trekjes, maar in het volgend
oogenblik had zij de sigaret alweer tusschen
haar vingers.
Het restaurant was. zooals meestal op dit
uur, meer dan vol. Ik liep langs de rijen
tafeltjes om een plaats te zoeken, groette
hier en daar een bekende, en vond eindelijk
een plaats aan een tafeltje, waaraan een
paar collega's zaten. De eene van hen was
aan het dessert, de andere was al klaar cn
las een van de ochtendbladen. De rene
collega kende ik oppervlakkig, den anderen
heelemaal niet. De kellner kwam; ik zooh4
een paar fijne schotels uit en bestelde bo-
vondien, om mijn extra-verdienste eens t*
vieren, een flesch wijn.
De eene collega, die mij kende en di*
wist hoe eenvoudig ik gewoon was te eten,
zag mij van ter zijde aan. Eindelijk zei hij
plagend: „Wel, juffrouw Hoffman, Uw zaak
schijnt vooruit te gaan.
Ik lachte. „Ja, het gaal wel aar$Z Ik
heb vandaag met één opdracht honderd
vijftig gulden verdiend."
De heer* die de courant zat te lezen, keek
op en. zag mij onderzoekend aan. Spoedig
hervatte hij zijn lectuur.
„Honder vijftig gulden," herhaalde mijn
kennis. „Dat is geen kleinigheid. Het zal
wel een bijzondere moeilijke opname ge
weest zijn?"
„Heelemaal niet," gaf ik lachend le»
antwoord; „een heel eenvoudig gevalletje:
ik heb op den Augusta-boulevard een huis
gefotografeerd, waarvóór twee appelen-
kooplui aan het bakkeleien waren."
„En daarvoor," vroeg mijn collega ver
baasd, „krijgt U honderd vijftig gulden?"
Plotseling liet de lezende beer zijn cou-»
rant vallen en staarde mij met onverholen
ontzetting aan. „Honderd vijftig gulden
herhaalde hij met bevende stem, „twee
appelenkooplui. die aan het vechten wa
ren maar dat is
„Wel...
„Dat is precies dezelfde opdracht, die ik
drie dagen geleden kreeg. En ook hetzelfde
honorarium. Alleen moest de opname niet
op den Augusta-Boulevard worden gemaakt
maar bij den Dierentuin."
f.W«rdt vervolg