I Dagelijks Avond-Concert
I Grand Café-Restaurant „lid DEN VERGULDEN TURK"
J
FEUILLETON.
Fransche Kapel „Pirard'
Be üJleodwraako
Mohammed ben Yenni loofde en prees
Allah voor al het goeds, dat liem het leven
had deelachtig doen worden. Alles was hem
gelukt; zijn loopbaan was hij begonnen met
veel succes, want hij had met eigen hand 'de
laatste veertien overlevenden der familie
Ben Onzouh gedood, wier hoofd* eens zijn
vader en twee zijner ooms had vermoord. En
daar dc bloedwraak bij de Kabylen als hoog
ste wet geldt en bloed weer opnieuw om
bloed schreeuwt, zou in de laatste jaren stel
lig iemand de bloedschuld op Mohammed
ben Yenni hebben ingevorderd, als er n.l.
nog nabestaanden der familie Ben Onzouh
geweest warendus kon hij rustig sla
pen
Wel had hij het in den laatste lijd niet ge
waagd zich alleen naar builen te begeven,
maar was hij steeds door een escorte gewa
pende bedienden begeleid geworden. Maar
aangezien de laatste Ben Onzouh zijn laat-
slen slaap sliep, was deze voorzorg onnoo-
dig geworden
Mohamed hen Yenni, zeer gezien om zijn
moed. en rijk aan olijfboomen, vruchttuinen
en wijnbergen, wier vruchten op de markt
van Algiers zeer gezocht waren, kon zich
zelf als een der rijkste mannen beschouwen.
Hij had zich ook volkomen aan de zeden
en gebruiken zijner voorvaderen gehouden
en hoewel hij meermalen getrouwd was, be
zat hij telkenmale slechts één enkele gade.
Wanneer hij genoeg van haar had, was het
zijn recht haar te verstooten en dit had hij
dan Qok steeds opnieuw gedaan. In dögeveer
twintig jaren had hij langzamerhand een
dozijn vrouwen bezeten, die hem haar offer
van jeugd en schoonheid gebracht hadden.
Hij had de vrouwen verstooten maar de kin-
I deren had hij behouden en deze zagen met
trots naar hun dapperen en godvreezenden
vader op.
En toen gebeurde het, dat hij als man van
diep in de veertig, en liefde voor hem niet
meer bestaan moest, smoor-verliefd werd op
een jong meisje, dat hij bij de bron in bet
dorp had aangetroffen.
Prachtig raven-zwart haar hiDg zvCaar-
golvend van haar schouders af; groote, don
kere oogen bekoorden om de weeke, droo-
mende uitdrukking; een ietwat melancholiek
lachje speelde om haar mond.
Hij had haar gegroet en zij had geant
woord met ernstig het hoofdje te buigen. Den
volgenden dag was hij opnieuw bij dc bron
gekomen, terwijl zijn hart dreigde te barsten
en zij had hem toegelachen, maar hij had
geen moed gevonden, haar aan te spreken.
Hij bleef vele dagen thuis, totdat een macht
sterker dan zijn wil, hem opnieuw naar het
meisje heendreef. En ditmaal sprak hij:
I „Ik ben Mohammed ben Yenni,.... het
huis, dat, gij daarginds op den heuvel ziet,
behoort mij."
Hij strekte de hand naar het oosten en
naar het westen uit en vervolgde:
„Ed alle deze wijnbergen, deze tuinen be-
hooren mij
Zij antwoordde, het hoofd buigend:
„En ik.ik ben een arm meisjeik
heb geen familie rheer, geen nabestaanden,
en ik verhuur mij als dienstmaagd om te
leven
Hij protesteerde:
„Gij zijt zoo mooi!Gij zijt de schoon
ste vrouw, die ik ooit aanschouwde.Se
dert ik u hier heb aangetroffen, kan ik mijn
gedachten van u niet meer losmaken....
slapeloos breng ik mijn nachten door
Ziet gij ginds de Djurdjara, wier kantige
hoogten zich tegen den hemel afleekenen al9
de muren van een Citadel? Ik heb die stre
ken op mijn paard den ganschen dag naar
alle richtingen doorkruist ora mijn lichaam
te vermoeien en des nachts'slaap te vinden,
maar uw beeld heeft mij in mijn droomen
vervolgd en ik heb geen rust meer.Hoe
heet ge?"
Zij lachte en liet een rij blanke landen
schitteren.
„Ik heet Djelma," klonk het antwoord.
„Djelma... wilt ge mijn vrouw worden?"
Zij schudde haar hoofdje.
„Gij zoudt mij verstooten, als gij genoeg
van me hadt.
Ejj was heel dicht bij haar gekomen en
had met zijn gloeiende vingers haar koele
hand omkneld.
„Waarom zegt ge dat?"
„Waarom zoudt gij mij anders behandelen
dan uw vroegere echtgenooten?"
„Hoe weet ge dit?"
„Het dorp is niet grooten hoewel ik
nog niet zeer lang hier woon, heb ik toch
veel vernomen."
„Van waar kwaamt ge?"
Zij wees naar de verte: v
„Van zeer ver.
Hij verklaarde plechtig:
j „Ik zal n nimmer verstooten, Djelma 1 Al
lah is mijn getuige I"
Zij wist, dat een Muzelman dezen eed nooit
zou breken. Zij bleef een poosje nadenken
en zeide toen:
„Wat kan ik er aan doenhier op
aarde telt slechtsalléén de plichtik
zal uwe echtgenoole zijn, omdat gij dit
wenschtl"
Eenigc dagen later werd in de kleine mos
kee van Tama-Haleh de bruiloft gevierd.
Toen Mohammed zijn jonge vrouw zijn
huis binnen had geleid en zij op de prachtige
rustbank neerzeeg, die het bruidsvertrek
sierde, had hij reden te meenen, dat Allah
hem tot zijn bijzonderen gunsteling had
verkoren
Immers in den herfst zijns levens bezat
hij een gade, die honderdmaal schoonet en
bekoorlijker was dan alle, die hij vroeger in
ditzelfde vertrek had binnengevoerd. En liij
zelf voelde zich zoo jong, als had een won
der hem zijn twintig jaren teruggegeven
Nu sliep hij den slaap van den gelukkigen
bezitter.
Djelma had zich zachtjes opgericht; in
het vertrek verspreidde een kleurig hang-
lampje zwak licht.
Djelma beschouwde Mohammed geruimen
tijd aandachtig; toen stond zij op en 9loop
naar een kleinen koffer, waarin zij alles, wat
haar toebehoorde, had meegebracht... eenige
kleeren, een eenvoudigen armband en
ook een voorwerp, dat in een rood, smal
fcudraal lag. Het was een dolk, dien zij voor
zichtig er uit nam, even het haarscherpe
lemmet met den vinger beroerend.
Zij ging weer naar den divan terug; Mo
hammed sliep nog, maar had zich omgekeerd
zijn vrouw den breeden rug toekeerend.
Djelma hief den dolk en stiet hem snel en
krachtig in dezen rug, tot aan het gevest.
Mohammed uitte een rauwen kreet, dien
zij onmiddellijk smoorde, door beide handen
op zijn mond te drukken. Hij had zich met
bovenmenschelijke inspanning opgericht en
staarde zijn vrouw aan:
„Djelma.jijI" rochelde hij, terwijl
het bloed uit zijn mond golfde.
Hij moest het antwoord hooren, het volle-!
dige antwoord en Djelma smeekte Allah hem
zoo lang nog le laten leven, dat hij dit volle-!
dig zou vernemen:
„Ja, Mohammed ben Yenni.ik ben
het, je vrouwdie je doodt,Djelma,
de laatste van dan stam van Ben Onzouh...-
jij hebt mijn veertien broeders en neven ge-.
dood.... maar ik, een meisje, telde niet
meeik was toen heel jong.Jij hebt
je onbarmhartig op mijn familie gewroken...,
nu was jouw hoofd, naar onze rechten en
gebruiken, aan mij vervallen Ja.ik
wist het wel; eens zou de dag aanbreken,
dat jij die schuld zoudt moeten betalen. 1'*
Hij* wilde den arm omhoog heffen en iets
zeggen, maar een nieuwe bloedgolf brak uil
zijn mond los en zwaar viel hij op zijn kus
sens neer.
Djelma nam toen een leeren zak met wa
ter, een buidel met vijgen en olijven: immers
zij wist, dat zij nu een langen weg vóóc
zich had.
Toen verliet zij het vertrek, stak een ganl
over, opende een poortje en trad in den stil*
len nacht naar buiten en onder den fonke-i
lenden sterrenhemel ijlde zij voort, harder..,
steeds harder.de loedwraak was ge-*
schied; in de toekomst kon zij, naar de zedeU
der stammen, haar beurt verwachten ora alf
slachtoffer te vallen aan het oude, onuitroei*
hare gebruik.
De Minister van Justitie, mr. J. Scnokking
voerde hierna het woord. Spr. heeft door
zijn tegenwoordigheid hier zijn groote be
langstelling willen loonen in de Vereeni-
ging en het was hem aangenaam te kunnen
mededeelen, dat het II. M. de Koningin be
haagd had toe te kennen de ecre-medaille
der Oranje-Nassau-Orde in zilver aan de
hoeren D. v. d. Berg. te Hoorn, secretaris der
Verecniging, en G. J. Koene, te Amersfoort,
redacteur van het orgaan.
De voorzitter bracht den dank over van
do begiftigden en dankte den Minister voor
diens tegenwoordigheid en zijn toespraak.
Mr. Collard stelde in het licht wat de
Hijksveldwacht te danken heeft aan de
lt. P. V.
De Officier van Justitie, mr. De Vries
van Doesburgh, zeide namens de rechter
lijke macht te kunnen zeggen, dat zij harte
lijk belapg stelt in het jubileum van de
verceniging. Spreker hoopte, dat zij in groei
en bloei zou mogen toenemen lot heil van
het corps.
De commandant van het IVdc district
wees op de sympathie, welke de Verecni
ging wordt toegedragen ook dóór de districts
commandanten van de Rijksveldwacht. Als
stoffelijk blijk van die sympathie bood spr.
namens de commandanten een voorzitters
hamer aan.
Namens de Broederschap van Commissa
rissen voerde het woord de lieer Walraven;
dc heer W. L.' II. Koster Henke, namens
den Alg. Ned. Politiebond; namens den Alg.
Bond van Politiepersoneel in Nederland de
heer Leeuwis.
Vervolgens spraken jhr. mr. v. d. Brande-
ler, procureur-generaal bij het Gerechtshof
te's-Gravenhage; de heer Klein uit Haar
lem namens den R.-K. Politiebond; namens
den burgemeester van Den Haag, die door
een vergadering van het college van B. en
W. verhinderd was, wenschte mr. baron
Baud, chef van het kabinet van den burge
meester, de verceniging geluk. Voorts werd
nog gesproken namens de Kon. Marechaus-
sée en door den brigadier-majoor A. Haas
broek. oud-lid van het hoofdbestuur en eere
lid der vereeniging.
De heer G. J. Koene, lid van het bestuur,
bracht hulde aan den voorzitter, majoor
Piersma, en overhandigde den laatslen een
stoffelijk blijk van waardeering.
Do voorzitter heeft voorts alle sprekers
uitvoerig dank gezegd en hulde gebracht
aan den eere-voorzitter, den heer Jac. van
Waning.
In de herdenkingsbijeenkomst zijn schrif
telijke gelukwenschen ontvangen van den
hoofdcommissaris van politie te 's-Graven-
hago, den heer van 't Sant, van het hoofd
bestuur van den Chr. Politiehond, de Jagers-
Yereeniging „Nimrod", den heer van Beuse-
kom, voorzitter van de Broederschap van
Politie-commissarissen, het Amersfoorl9che
politiecorps, den Bond van Hoogere Politie
ambtenaren in Nederland, de Vereen, tot
Behoud van Natuurmonumenten in Neder
land en de Ned. Ver. tot Bescherming van
Vogels.
Na de vergadering had een gezamenlijke
maaltijd plaats, waaronder nog menig har
telijk woord gesproken werd.
Algem. Synodale Commissie Ned.Herv. Kerk.
De vergadering is samengesteld uit dr.
G. J. Weyland, president; D. Zoete, vice-
president; L. W. Bakhuizen van den Brink,
secretaris; dr. J. R. Callenbach, mr. dr.
C. T. Sohoch, A. B. le Winkel, mr. II. J. M.
Tyssens, D. Eilerls de Haan, prof. dr. W. J.
Aalders.
Het verslag vam de zaken, welke lus-
schentijds zijn afgedaan, gaat zonder op
merkingen voorbij. Als correspondenten
worden aangewezen: voor Gelderland dr.
J. R. Callenbach; Zuid-Holland D. Eilerls
de Haan; Zeeland proff .dr. W. J. Aalders;
Utrecht D. Zoele; Friesland mr. dr. C. F.
Schoch; Overijsel D. Zoete; Groningen A.
B. te Winkel; Noord-Brabant nir. II. J. M.
Tyssens; Drente A. B. te Winkel.
Uit de stemming van de leden der prov.
kerkbesturen over de vastgestelde regle
menten blijkt, dat alle zijn aangenomen
niet groote meerderheid, zoodat met 1 Jan.
a.s. in werking zullen treden de wijzigingen
van art. 2 al. van het reglement op het
Hulppredikerschap; van art. 15 van het
Reglement op het Godsdienstonderwijs
(evamen. voor Godsdienstonderwijzer); van
art. 12 van.al. 2, al. 3 (omzetting der arti
kelen); toevoeging van een nieuwe alinea
aan art. 5 van het Reglement op de prodi-
kantstraclementenwijziging van art. 27
van het Reglement op de predikanlslracle-
menlen; toevoeging van art. 10 van het
Reglement ^>p het Fonds lot verbetering der
schraalste predikanlstractemenlen.
De commissie inzake reglementswijziging
met het oog op de geestelijke bearbeiding
der grootste gemeenten wordt samengesteld
als volgt: voorzitter prof. Slotemaker de
Bruine; secretaris ör. Niemeijer, beiden
aangewezen door de Synode; dr. H. Schok-
k.ing- G. II. Wagenaar, N. van Schouwen
burg en D. van Maanen, op voordracht van
's^Gravenhage, Rotterdam, Amsterdam en
de commissie voor de mijnstreek.
Voor de kleine toelagen uit het Fonds
voor Noodlijdende Kerken en personen en
die van de Generale Kas worden benoemd
de heeren mr. dr. C. T. Schoch en D. Eilerls
de Haan en voor de toelagen uit het Studie
fonds prof. dr. W. J. Aalders; voor het
Fonds tot verbetering der schraalste predi-
kaoilsLractemenlen dr. L.W. Bakhuizen
van den Brink en ds. A. B. le Winkelvoor
de commissie betreffende de ontoereikende
pensioenen, welke volgens besluit der
laatstgehouden Synode moet worden inge
steld, A. B. te Wintel, DP Boer, mr. S. J.
Hogerzeil en W. T. Reeser.
Een giooto aak voer tegen het vaste gedeelte van de draaibrug over de KerJsche Vaart
bij den weg naar Dnivendrccht Het gedeelte werd hierdoor dermate cntzsl, dat de
brug buiten dienst gesteld moest worden. Het personenverkeer heelt nu te water
plaats, terwijl auto's e.d. moeten omrijden. Overzichtloto.
De Raad van Beheer heeft ingediend een
voorstel lot wijziging van een paar artikelen
van het huishoudelijk reglement. De Synode
heeft aan de Commissie opgedragen deze te
b'eoordeelen. Ze worden goedgekeurd, waar
door in art. 8 het laatste gedeelte geschrapt
wordt, zoodat de eenige voorwaarde voor 't
ontvangen van de mededeeling van de fac
toren van den aanleg blijft het geven der - -
gevraagde inlichtingen. In ari. 17 wordt een
wijziging aangebracht, waardoor duidelijk
wordt uitgesproken, dat na het afsluiten van
de lijst van gemeenten, die haar bijdragen
hebben vpldaan, de uilkeerjng n aan de
nalatigen niet meer geschiedt en uilkesring
I alleen kan worden gedaan, indien de Raad
van Beheer daartoe besluit.
De secretaris brengt verslag uit omtrent
een vergadering met de legerpredikaalen,
lid der Ned.-ITerv. Kerk, en mr. Schoch over
het opnemen der kas enz. van den quaestor-
generaal.
De Pensioenraad heeft overeenkomstig
den wensch der Synode het huishoudelijk
reglement gewijzigd, dat wordt goedgekeurd.
In de vacature van jhr. mr. D. J. de Geer
in den Pensioenraad wordt benoemd mr. A.
F. de Savornin Lobman te Haarlem.
Daarna wordt de vergadering verdaagd
lot heden*
Hei Cranjekruis.
Gistermiddag werd in de Industrieele
Club le Amsterdam de 16de algemeene
Bondsvergadering gehouden van den Kon.
Nat. Bond voor Reddingwezen en Eerste
Hulp bij Ongelukken „Het Oranjekruis".
Na het openingswoord van den. waarne-
mendert voorzitter, mr. N. M. Josephus Jitta,
werd het jaarverslag van den secretaris, ds.
C. J. Mijnlief, uitgebracht, waarin o.a. wordt
vermeld, dat f 1000 werd gegeven ter gele
genheid van de visschersramp uit het Prins-
Ilendrik-fonds.
Het aantal verecnigingen en corporaties,
die als gewoon lid bij den Bond aangesloten
zijn, bereikte het aantal van 35. Het aantal
corporaties, die als buitengewoon lid aange
sloten zijn, bleef 10, terwijl het aantal le
den-begunstigers daalde van 1-18 op 115.
Aan het slot van het verslag werd hulde
gebracht aan jhr. mr. Van Bevervoorden tot
Oldemeule, die bedankt heeft als lid van
het bestuur en van de oprichting van den
Bond af lid van het bestuur was.
Bij afwezigheid van den penningmeester,
den heer Den Tex Bondt, las de secretaris
het financieel verslag voor.
Da gewone inkomsten daalden in het ge
heel met f 131. De financiën geven een beter
aspect dan het vorig jaar, maar zijn nog niet
bevredigend. Het bezit van het Prins-Hen
drik-fonds bedraagt thans f 5916 tegen
f 5680 in het voorafgaande jaar.
De verslagen werden goedgekeurd.
De voorzitter deelde mede, dat een over
eenkomst was verkregen met het Smeroe-
Prof. mr. J. A. van Hamel, die genoemd wordt als opvolger
van Mac Donnel in de vacature van Volkenbondscommissaris
te Dantzig.
RECLAME.
JpBBBBBBBEBBflBSBBBBBtf^BSBSQKSHBHESBffMSBBBBSBaBBBBB
a
- dooi* de beroemde -
EBaEHUESB£lBBIEISHaHEBaHBESaBEBa«E!aSHESBBBBHHSHnnHE
Hei beschadigde gedeelte van de brug ovei de Kenlsche Vaart.