RECHTZAKEN.
DE FONDSENMARKT.
BAAGSCHE RECHTBANK.
Ben huwelijkstreurspeh
J. J. R., fabrieksarbeider te Leiden,
had bij zijn schoonouders drie ruiten inge
slagen.
Beklaagde zegt in drift gehandeld te heb
ben.
Get. M. R., de schoonvader, beweert, dat
2jijn dochter langs zijn huis kwam. Zij liep
gearmd met mijnheer v. B.
Politierechter: Vondt u dat dan maar zoo
goed, dat uw dochter, ofschoon zij met
bekl.' getrouwd was, met een ander gearmd
^Getuige: Ik kan haar toch niet vasthou
den?
Poli-li er och Ier: Neon, maar u behoort zoo
veel invloed op uw kinderen te hebben, dat
lóó iels niet gebeurt.
Een getuige iL décharge, zekere A.
vertelt, dat hij met bekl. liep en dat zij toen
beklaagde's vrouw met v. B. gearmd zagen
loopen. Bekl. was er toen heen geloopen,
doch v. B. was weggerend en bekl. hem
achterna. Toen hij onverrichterzake terug
kwam. 9tonden beklaagde's schoonmoeder
en zijn vrouw hem uit te lachen. Hij was
toen driftig geworden en had de ruiten in
geslagen.
De getuige vertelt ook, dat hel huwe.ijks-
loven niet bepaald gelukkig was.
De officier achtte het wettig en overtui
gend bewijs wèl geleverd, doch er zijn zoo
veel verzachtende omstandigheden, dal hij
f 3 boete subs. 1 dag hechtenis eischt.
De verdediger van beklaagde,.mr. H. van
Ewijck, advocaat ie Leiden, zegt, dat hier
sprake is van een huwelijkstragedie, die
zacht moet worden aangevat. In grove trek
ken schilderde hij het huwelijk van bekl.
Toen deze in 1924 ruim een jaar getrouwd
was, was zijn vrouw zeven maanden weg
gegaan met zekeren v. H. Daarna kwam zij
met haar moeder terug om meubels weg te
halen, hetgeen bekl. haar had belet. Zij was
eenigen tijd thuisgebleven om zich en haar
jrind goed in de kleeren te steken. Maar
vóór OcL 1925 ging ze weg met v. B.
Hij vertelt dan, hoe beid. met v. B. op
oon middag van den 19den Sept. een onder
houd met hem gehad, maar v. B. zei: Ik
vind het beroerd voor je, maar zij is ook
zoo verleidelijk; doch ik zal haar laten
staan. En 's avonds liep hij weer gearmd
met haar.
Welke man zou zóó iets gedoogen? Het
is dus zeer begrijpelijk, dat hij op het twee
tal afstapte met liet doel v. B. aan te spre
ken. Deze ging er echter van door en toen
bekl. terugkeerde stonden zijn vrouw en
haar moeder hem tergend uit te lachen. Het
gevolg is bekend Het feit is gebeurd, doch
het is begrijpelijkl
Beklaagde was al vroeg uit huis gegaan.
Is pas drie en twintig jaar. Zijn vader be
handelde vrouw en kinderen altijd beest
achtig. Beklaagde heeft dus nooit anders
dan ellende gekend.
De verdediger vraagt derhalve schuldig
verklaring zonder oplegging van straf. De
gang naar Den Haag was voor bekl. al
Jwaaar genoog.
De politierechter veroordeelt beklaagde
tot f 3 boete subs. 1 dag hechtenis, waarop
beklaagde in hooger beroep gaat.
De broer van vorigen beklaagde had zich
le verantwoorden, omdat hij zijn vader W.
een klap „tegen het achterhoofd had ge
geven.
Bekl. W. M., 19 jaar oud, zegt, da>t zijn
vader gezegd had tegen een andere vrouw:
„Ga je mee, vrouw M. had toen gevraagd:
„Vader, waarom zegt u
,.lk zeg je, dat ik een andere vtouw heb",
viel deze hem daarop in de rede. De vrcuw
had M. en zijn moeder steeds getergd en
op een gegeven oogenblik was M. zichzelf
niet meer meester geweest en had hij zijn
vader een klap legen het achterhoofd ge
geven.
De eerste getuige in deze zaak is de va
der, die tegen den zoon getuigt. Hij begint
te zeggen, dat hij de vader van beklaagde
niet meer is. Een jaar geleden is hij uil
het vaderschap ontzet. Volgens hem had
zijn vrouw tegen hem gezegd: „Waar je
ingaat, sla ik de ruiten rn." Hij had in een
sleogje geslaan en hqpide plotseling zeggen:
„Nou moet het maar gebeuren."' En hij had
een harden slag legen het hoofd gekregen.
De moeder van bekl. zegt. dat zij vretse-
lijk geplaagd en „gejudast" wordt door de
vrouw met wie haar man omgaat. Zelfs in
de wachtkamer heeft zij haar nog gtsard.
De officier neemt ook hier de vele treu
rige omstandigheden in aanmerking. Het
feit is evenwei gepleegd. Hij eischt f 3
boete subs. 1 dag hechtenis.
De verdediger, mr. H. van Ewijck, ver
telt hoe treurig de toestand in het huwelijk
van W. is. De man had zelf scheiding van
lafe! en bed aangevraagd om niet voor zijn
vrouw en de kinderen behoeven te werken,
doch dit pogeD was natuurlijk mislukt. Nu
evenwel had de vtouw scheiding aange
vraagd cn dit beloofde beter af le loopen.
Toeft ch man zijn vrouw en kinderen
murw had geslagen, was hij weggegaan en
woonde samen met een vrouw, die hij den
weiischen naam van kostvrouw gaf.
Den 3den October van dit jaar ging de
vrouw met haar kinderen naar de feesten
kijken, toen zij haar man mei zijn ..kost-
vrouw" tegenkwam. Deze sarde haar door
te zeggen: Ik ben vanavond met mijn man
uit en jij mag er naar kijken, en door nu
•-.ijs vóór dan weer achter haar te looptfi.
Mer kan zich voorstellen, dat dit een groole
kwelling voor de vrouw was. De man was
altijd een dronkaard geweest.
De jongen moet voor zijn moeder, zusje
cn broertjes werken. Hij verdient een klein
loon Pleiter wijst er op, dat indien bekl.
roordeeid zou worden, de tergingen zeker
niet van dp lucht zouden zijn.
„Ilel is geen wonder, dat deze jongen tot
het feit kwam, na al de ellende, die hij
thuis gezien en ondervonden had op zijn
jongen leeftijd. Het is zeer begrijpelijk, dat
hij tot het uiterste getergd en gesard, ten
slotte naar deD man toeslapte en zei: „Wat
moet je van mijn moeder?" terwijl hij hem
een klap gaf. Als de jongen veroordeeld
wordt, zullen ze vanavond wéér voor de
woning van de ongelukkige vtouw slaan
te dansen. Het fert h» «Rhmird. maar ik ver
zoek u geen straf 1"
De officier wijst er op, dal het zeer be
zwarend voor bekl. is, dal hij niet naar het
politiebureau gegaan is, toen zulk9 hem ge
vraagd werd.
Pleiter zegt, dat dit de schuld van de
moeder is, die haar jongen had aangeraden,
niet le gaan. Natuurlijk waren ze dadelijk
naar huis gegaan en hadden den 3den Oct.
van de feesten niets meer gezien. De vader
had er op geslaan, dat zijn zoon vervolgd
werd.
De politierechter spreekt dan het vonnis
uil: 1 dag voorwaardelijke gevangenisstraf
met een proeftijd van één jaar. Hij voegt
cr aan toe: „Zorg dat u in dien tijd niet
meer met het gerecht in aanraking komt. Ik
leg u deze lichte straf op, omdat mijn sym
pathie len volle naar u uitgaat en niet naar
uw vader."
AH5TEP.DA5ISCHE RECHTBANK.
De xncoid op den Overtoom in 1915
(Vervolg van gisteren.).
De verdediger, mr. A. Levy, vervolgt zijn
pleidooi aldus:
Voor het ontnemen van het geld aan het
lijk kunnen twee verschillende of liever
volkomen aan elkander tegengestelde uit
legging bestaan. Zijn haat tegen Busch, de
verleiding, waarin hij verkeerde, kunnen
hem er toe geleid hebben, en zijn mede
lijden mot de nabestaanden kan hean er toe
gebracht hebben. Waarom moet men bij de
keuze tus9chen deze twee psychologische
veronderstellingen juist die kiezen, welke
in beklaagdes nadeel is? En mag de rech
ter hier een keus doen?
Veel waarde heeft de officier gehecht aan
het feit, dat beklaagde gefaald heeft in de
aanwijzing van den jongen, die hem gehol
pen heeft de kist uit den kelder in de ga
rage te dragen. Dit zegt toch heel weinig
in verband met het tien jaar geleden zijn
van het feit.
Bij het opgraven en verder behandelen
van de kist mef inhoud ie niet die omzich
tigheid betracht, welke aoodig is om te
voorkomen, dat eenig spoor van de doods
oorzaak, dat de kast en de overblijfselen
nog had kunnen bevatten, zoek is geraakt.
De verklaringen, afgelegd door den po-
Htie-deskundige Van Ledden Hulsebos, la
ten op meer punten megelijfcheid van
twijfel. Volgens hem moest het lijk met
geweld in de kist zijn geperst. Onmiddellijk
na hem kwamen eenige medici verklaren,
dat het lijk heel gemakkelijk in de kist kan
zijn aangebracht, omdat hjkverstijvvng pas
na eenige uren intreedit.
Pleiter komt dan tot het békende tele
foongesprek, (Lat Muylwijk gehad heeft toen
Busch pas dood was. Hij werd toen op
gebeld door iemand, die volgens het politie
rapport van Muylwijk's eerste verh-oor in
1915 gezegd zou hebben: Is Claaissen daar?
Later verklaart Muylwijk, dat hem ge
vraagd is: Is Busch daar? en houdt ook
vol, d'at altijd gezegd te hebben. Het is toch
zeer wel mogelijk, dat degeen, die van dat
eerste verhoor proces-verbaal heeft opge
maakt, de namen verward heeft. Daar ko
men meer voorbeelden van voor. Ook in
officieele stukken.
Pleiter kan zelfs in het proces-verbaal
van den griffier, wien hij overigens voor
zijn voortreffelijk werk hulde brengt, een
voorbeeld van een dergelijke vergissing
aanwijzen.
Daarom zal men dezen man moeten be-
oordeelen langs de groole lijn en niet op
allerlei kleinigheden, die tien jaar geleden
al dan niet zijn voorgevallen. Al9 wij hem
beoordeel en langs de groot e lijn moeten we
ons afvragen of deze beklaagde inderdaad
is, zooals de officier hem voorstelt, een
peuterige stumperd in het ontkennen. In
zijn bekentenis blijft hij ©leeds consequent
ook wat betreft het zichzelf bewaren.
Pleiter ontkent, dal hij 'het geweest is, die
in deze zaak geheimzinnigheid heeft ge
bracht. Met nadruk zegt hij dit teil aanzien
van de verhouding tusechen getuige San
gers en Busch. Saagers immers verklaarde,
dat Busch, opschepperig als hij steeds was,
hem een portefeuille toonde. Blijkbaar ge
loofde hij niet aan de belofte van betaling.
Hij is ook niet gekomen aan de bank. In de
papieren van Saagers was ook, naar pleiter
meent, een door dezen aan Busch gerichten
maandbrief aanwezig; ajl weder omstandig
heden, waaruit valt af te leiden, dat Busch
instede van te bulken van het geld, slecht
bij kas was.
De president valt den verdediger in de
rede met de vraag hoelang deze meent, dat
zijn pleidooi nog kan duren.
De verdediger kan hierop geen antwoord
geven. Wel meent hij, dat bij de verhooren
v5el dingen zóó sterk ten gunste van bekl.
zijn komen vast te staan, dat het niet meer
noodig zal zijn om ze bij pleidooi le rele-
veeren.
Uit de verklaring van getuige Kramer,
dat hij zich niet kan herinneren, <?f hij in
1915 Muylwijk geholpen heeft met het
Sjouwen van een kist udt den kelder in de
garage, mag men niot afleiden, dat hij het
niet gedaan heeft. Deze getuige herinnerde
zich wel dergelijke kisten en de lorrie; dit
wijst veeleer op de mogelijkheid, dat hij bij
dit karwijlje wel geholpen heeft.
Daarna wordt gepauzeerd.
Na de pauze heeft mr. Alfr. Levy zijn
pleidooi vervolgt, en iets gezegd over De
Kort en daarbij denkt hij le. aan den be-
ruchjen kuil en het graven daarvan: 2e. aan
het geheime laadje in de brandkast van
Muylwijk, die later aan Schopman in eigen
dom is overgegaan. Omtrent het graven van
den kuil en den datum, waarop dit i9 ge
schied, dient in aanmerking genomen te
worden, dat er drie kuilen zijn gegraven.
Het eerst een kuil vóór den kritieken dag,
tweede de kritieke kuil op 22 Oct. 1915.
eu in de derde plaats een kuil, die in No
vember 1915 is gegraven, toen de garage
aan een zeepfabriek was verhuurd en een
afwatering aangelegd moest worden. Het
is die laatste kuil waaraan door De Kort
nachtwerk is verricht en waarbij Muylwijk
toen met een verbonden hand de eerste
laag steenen heeft gelegd.
Als deze lezing van bekl. aangenomen
wordt blijft er niets geheimzinnigs meer
over.
In noodtoestand.
Uit de verklaringen, door verschillende
getuigen afgelegd, blijkt overigens, dat ten
tijde van de verdwijning van Busch het graf
op Zaterdag nog open lag en op Maandag
d.a.v gesloten was.
Vooral uit die verklaringen valt op te
maken, dat men hier te doen heeft met een
man, die verlegen zat niet een lijk in zijn
huis. Het werk, door Muylwijk met het be-
begraven van het lijk verricht, is in nood
toestand gedaan.
Pleiter haalt dan uit de praclijk van hét
leven van Muylwijk verschillende feiten
aan, waaruit allerminst de moordlust van
beklaagde blijkt.
Zeer breedvoerig weidt pleiter uit over 't
rapport van de psychiaters, waarvan 99 pCt.
niet is waar te maken, en hij noodigt prof.
Bouman, een der psychiaters, uit, waar te
maken, dat bekl. eenige handeling heeft
gepleegd, welke niet behoorlijk is.
Beklaagde was geen oorlogshandelaar;
stond niet aan den zelfkant van het leven
en deed geen dingen van een laag moreel
pijl. Het eenige, wat hij in zijn leven ge
daan heeft, is de brandstichting te Rotter
dam, waaromtrent pleiter een verklaring
geeft, en de wurging van Busch, zooals be
klaagde dit zelf uitdrukt. Daarom vraagt
pleiter den rechters beklaagde niet aan te
wrijven, wat deze niet gedaan heeft.
De Officier van Justitie heeft gezegd, dat
het dagboek van Muylwijk comcdie was.
Het komt pleiter echter voor, dat de ge-
heele psychologische wereld er bijgehaald
moet worden, om uit te maken, of dit in
derdaad zoo is.
Een ander punt is behandeld, waarover
ook pleiter nog iets zeggen wil. Er is n 1.
tegen bekl. gezegd, dat het onverantwoor
delijk van hem was, om op het oogenblik,
waarop Busch, toen hij hem bij de keel had
vastgegrepen, vaal-geel was geworden en
het slachtoffer nog geroepen had: „laat me
lo9, Muylwijk", toch bleef doorschudden.
Dit is de wet van de traagheid. Voor het
feit, dat Muylwijk het slachtoffer heeft ge
schud, mag men hem niet strafwaardig ver
klaren.
Pleiter laat nogmaals in den breede uit
komen, dat het verhaal van Muylwijk, dat
hij 10 jaren lang door De Kort is afgeperst,
volkomen waar is. Blijkens het door pleiter
ingesteld onderzoek heeft De Kort van het
werk aan de Deutsche Bank slechts f6000
ontvangen, waarvan nog salarissen uitbe
taald moesten worden, terwijl deze getuige
hier verklaard heelt, dat hij van dit werk
in drie jaar circa f22.000 heeft overgehou
den. En van dit geld zou De Kort, naar zijn
beweren, een huisje hebben gekocht.
Uit de gedragingen van De Kort blijkt
duidelijk, dat deze niet medeplichtig is, en
dat Muylwijk een vreeselijken tijd sedert
October 1915 heeft doorgemaakt.
Hoc is Busch gedood?
Pleiter komt nu tol een interessante vraag,
n.l. „hoe en waardoor is Busch gedood?"
In dit verband bespreekt pleiter het ar
rest van den Hoogen Raad van 1919, dat
de Officier heeft aangehaald, de zaak kor
poraal Vos te Ede.
In dit arrest heeft de Hooge Raad de
conclusie getrokken, dat, waar bekl. bekend
heeft het lijk van het geld te hebben be
roofd, er lusschen de berooving en het
dooden van het slachtoffer verband moest en dat er nog steeds enkele, zij het ook
beslaan, zonder dat echter in rechte vast minder courante soorten aan te wijzen zijn,
was komen te staan, op welke manier het welke bij de publieke waardeering ten ach-
8lachtoffer was gedood. Nu heeft de Offi- ter bleven en thans wat omhoog worden
heeft gedaan om de vrouw en de kinderen
van Busch na diens dood aan geld le hel
pen.
En de vraag van den Officier, waarom
bek!, niet dadtiijk een dokter er bij fchaakl
heeft, is dezelfde vraag als deze: „Waarom
hebt ge de. zaak niet bij de politie aange
geven?"
Indien bekl. geld aan de weduwe van
Busch had gegeven, de assistentie van een
dokter had ingeroepen, of de zaak bij de
politie aangegeven had, dan zou het feit
wereldkundig zijn gemaakt. En dat wilde
bekl. niet.
Pleiter zet nog uileen, dat zijn overtui
ging omtrent de waarachtigheid van de be
kentenis van bekl. slaat tegenover de over
tuiging van den Officier, die aan deze
bekentenis geen vertrouwen schenkt.
Heden zal mr. Levy zijn pleidooi ver
volgen.
In het begin van zijn pleidooi heeft mr.
Levy tot den Officier gezegd: tusschen ons
mogen de systemen botsen, maar er zullen
geen conflicten komen. Hij voegde hierajin,
zich tot den president, mr. Eekhout, wen
dend, toe: Ook tusschen ons botsen de
systemen, maar reeds in hel begin van de
openbare behandeling heb ik de rechtbank
erop gewezen, dat, als de verhooren op deze
wijze mochten worden voortgezet, conflic
ten niet zouden kunnen uitblijven, en heb
ik verzocht om medewerking teneinde deze
le voorkomen. Toen do president daarop
tegen mr. Levy zeide, niet te kunnen toe
laten, dat critiek op zijn leiding werd ge-
oofend, heeft mr. Levy geantwoord: „Ik zal
uw leiding op dit oogenblik buiten bespre
king houden, maar bij de zakelijke punten
toch de wijze moeten bespreken, waarop
het verhoor heeft plaats gehad."
Van gioota betcekenis zoowel voor de
geschiedenis van de monetaire markt als
voor (le politieke ontwikkeling i8 ongetwij-
feld de maand October geweest. Op monó-
tair gebied was het de Fransche franc die
vrij wel de situatie beheerschte door zijn
rapide daling, welke in de afgeloopen da
gen verderen voortgang heeft gemaakt. Op
fondsengebied waren het enkele fondsen
die sterk domineerden waaronder rubber-
waarden wel een zeer vooraanstaande
plaats innamen. Meer aandacht trokken
ook diverse shares van de Amerikaanacne
nfdeeling welke laatste zich in een toene
mende belangstelling verheugt, nu do Ame-
rikaanscho conjunctuur constant gunstig
blijft. Een opmerkelijk karakter van de
fondsenmarkt is de algemeene stijging die
behoudens een enkele uitzondering, vrijwel
voor alle afdeelingen waar te nemen is. De
vooruitgang in koers in de maand October
vergeleken bij het gemiddelde van de maand
{September is zelfs zeer aanzienlijk. Blij
kens een berekening voorkomende in een
der jongste statistische overzichten be
draagt de gemiddelde koersstijging voor
rubber rond 42 pCt. tegen 38 pCt. in ao
maand September Hieruit blijkt, dat cr nog
voldoende beweging in deze afdeeliDg zit
cier het bedoelde arrest op dit punt althans,
textueel in zijn dagvaarding overgenomen.
Maar er is een fundamenteel verschil tus
schen het arrest Yan den Hoogen Raad en
deze zaak. In de zaak van korporaal Vos is
niet verklaarbaar gemaakt, hoe bekl. het
slachtoffer behandeld of mishandeld heeft,
terwijl Muylwijk in deze zaak duidelijk heeft
gemaakt, hoe het slachtoffer Busch i9 ge
storven. In ditval mag men dus de lezing
van bekl ndet op zij zetten.
Trouwens óe Officier heeft dit ook niet
gedaan, want hij heeft uit de verklaringen
van Muyiwijk zelf zijn conclusies getrok
ken.
Pleiter verwacht dan ook, da tde recht
bank beredeneerd aal aan toon en, waarom
de lezing van bekl. niet waar kan zijn.
Zoolang men dat met doet, mag men Muyl
wijk niet veroordeel en.
Pleiter behandelt dan de onderscheidene
medische verklaringen, waarbij hij er op
wijst, dat blijkens de mededeelingen van dr.
Focke Meursingh, Busch geen gezonde man
was. In aanmerking genomen het sexueel
leven van Busch en de verschillende ver
klaringen, door de deskundigen afgelegd,
kan wel aangenomen worden, dat Busch in
1915 een hartkwaal had.
Geen huichelaar.
Dan bespreekt pleiter beklaagdes per
soonlijkheid, waarbij hij herinnert aan de
godsdienstigheid van Muylwijk, waaruit de
menschen hebben opgemaakt, dat hij hui
chelde. Maar van huichelarij is bij dezen
geloovigen beklaagde, die altijd het evan
gelie predikte, geen sprake.
Bruisen
Pleiter deelt mede, dat hem'iemand ver
teld hoeft, dat het woord „bruisen", waar
over bij het verhoer nog al het een en ander
te doen was, gebezigd wordt in Zuid-Hol
land, waar beklaagde geboren is. Daar
ontleent men aan het woord bruisen de
beteekenis van het iets waarnemen aan het
gezicht.
President: Wilt u even uw pleidooi on
derbreken, opdat ik daaromtrent een vraag
aan bekl. kan stel'len?
Verdediger: Zeer gaarne, mijnheer de
president.
President tot beklaagde: U is toch ook
uit Zuid-Holland afkomstig?
Beklaagde: Ja, ik ben in Kralingen, een
plaatsje tusschen Rotterdam en Gouda ge
boren.
President: Kan aan het woord bruisen
de beteekenis ontleend worden, dat iets aan
het gezicht waarneembaar is en niet, dat er
geluid wordt gegeven?
Beklaagde: Ik bedoel met bruisen het
zelfde, als men spreekt van bruisend bier
of van bruisende limonade.
President: Wilt u daarmee te kennen ge
ven, dat er iets zichtbaars was, of dat er
iels op de lippen kwam?
Beklaagde: Ik bedoelde, dat ik een zwak
geluid gehoord heb.
Mr. Alfred Levy vet zijn pleidooi voort.
Hij vindt het verklaarbaar, dat bekl, niets
gehaald. Elke dag, of elke week bracht eo
brengt zoo zijn eigen favorieten. Een ander
opmerkelijk verschijnsel, dat overigens zeer
natuurlijk is, is de verwaarloozing van an
ders zeer gefavoriseerde fondsen, waaron
der b.v. Koninklijke Olie tot nu toe nogal
te lijden hadden. Noch do vaste stemming
ten opzichte van het product, nog de gun
stige situatie en vooruitzichten konden hier
een belangrijke koopbeweging bewerkstel
ligen.
Opmerkelijk ia ook de betere algemeene
stemming voor tabakken welke October te
zien gaf en die nog aanhoudt, zulks in ver
band met de gunstige resultaten op de jong
ste najaars-insclirijvingen behaald. De to
tale opbrengst der Sumatra-tabak vormt
zelfs een recordcijfer.
Voor suikerwaarden gaf October een ver
deelde belangstelling te zien. Voor een en
kele favoriet zooals H.V.A., Java-cultuur en
Vorstenlanden, wisten zich nogal te hand
haven. De andere soorten echter waren
doorloopend gedrukt in verband met het
dalende prijsniveau van de suikermarkt.
Intusschen zijn de vooruitzichten van de
suikermarkt wederom iets gunstiger gewor
den betgeen ook blijkt uit een gedeeltelijk
herstel van het koersniveau. De Visp ver
kocht in de afgeloopen week belangrijke
hoeveelheden suiker van oogst 1926 tegen
een prijs van f 9 per picol Superieur. De
Visp-overeenkomst werd op de jongste ver
gadering wederom met een jaar verlengd.
Ook de 8uikernoteering te New-York werk
te juist in de afgeloopen dagen er toe
mede een betere stemming voor de betref
fende waarden in het leven te roepen. Na
tuurlijk was het te verwachten dat de nieu
we afdoeningen uit oogst 1926 een l&geren
prijs te zien zouden geven dan den gemid
delden prijs van 1925. Wij gelooven echter
dat de behaalde noteering toch niet on
gunstig mag worden genoemd. Immers, al
lereerst is de prijs van f 9 hooger dan do
prijs van de laatste afdoeningen uit oogst
1925 hetgeen dus op een aantrekken van
den prijs duidt. Voorts is het bekend dat
tot nu d'e biedingen op oogst 1926 tusschen
de f 8.25 en de f 8.50 lagen, zoodat dus
ook in dit opzicht van een bevredigend
verloop mag worden gesproken. Het feit,
dat de Visp deze biedingen niet beeft ge
accepteerd en er volstrekt geen haast meo
maakte om af te geven bewijst, dat men
in den kring der producenten een vaste
stemming is toegedaan.
Men mag natuurlijk den huidigen prijs
niet vergelijken met vroegere fancyprijzen.
Wel echter mag en moet hier gewezen wor
den op een overeenkomstige daling der kost
prijzen, zoodat in elk geval bij het thans
behaalde niveau met een behoorlijke winst
marge kan worden gerekend. De goed geou
tilleerde fabrieken staan er natuurlijk het
gunstigst voor en het is deze overweging,
welke een bijzondere waardeering voor en
kele courante fondsen in het leven roept.
De stemming van de fondsenmarkt in d®
.ifgeloopcn weck was overigens niet ODgua-
stig. in verband met een lichte reactie van
den rubberprijs bestond er eenige neiging
tot het afwikkelen van posities als gevolg
waarvan een flauwere tendens voor divers®
rubberwaarden op te merken viel. Inmid
dels wordt een verdere verhooging van het
uitvocrpercentage verwacht en men ver
klaart zelfs dat bij een opvoering der pro
ductie tot 95 pCt. het Stevenson-plan prao-
tisch zal hebben opgehouden to functio-
nceren. Het is intusschen twijfelachtig of
veel maatschappijen wel m staat zullen zijn
om hun productie tot een dergelijk percen
tage op te voeren, zulks in verband met ar-
beidsmoeilijkheden, waarop wij trouwen*
reeds vroeger eens hebben gewezen. Op_
welke hoeveelheid de jongste verhooging
van 10 pCt. zal neerkomen is moeilijk to
berekenen. Geschat wordt zij op 40 000 ton
per jo&r. Wij willen voorts nog do aandacht
vestigen op twee betrouwbaie uitlatingen
welke bewijzen, dat ten aanzien van de op
voering der productie men geen al te groo-
te verwachtingen moet hebben. Op dc eer
ste plaats is de uitvoer van rubber uit do
Brltsch Maleische Staten afgenomen. Ver
der wordt in een circulaire van de bekend®
rubberfirma Hammond Co. er op gewezen'
dat binnen eoo of twee jaar de capaciteit
van de produceerende maatschappijen niet
boven do 700.000 ton zal kunnen stijgen,»
terwijl volgens matige berekeningen de we
reldbehoefte dit cijfer aanzienlijk zal overs-
treffen.
Middelerwijl zijn de rubberproducentcq'
bezig zich van nieuwe gronden te voorzien.-
In dit verband verwijzen wij naar het pro
spectus dex Allied Sumatra Plantations,
waarin zeer gunstige beschouwingen voor
komen. Zoo b.v. heeft ook de Sumatra Para
Rubber Plantation zich de beschikking over
nieuwe terreinen verzekerd. Het dividend
door deze cultuuronderneming gedeclareerd
bedraagt 25 tegen6V4 pC't. vorig jaar.
Eenige vraag bestond in de afgeloopen
week' voor koffie-waarden. Ook voor Ko-.
ninklijkè Olies zulks in verband met de da
ling van den Franschen franc. Het gewone
verschijnsel van vraag voor buitenlandsche
rekening bij daling der valuta deedt zich
weer gelden. Het zal belangwekkend zijn,
af te wachten welken omvang de Franscno
kapitaalexport thans zal aannemen. In elk
geval komt een en ander aan de positio
van Koninklijke Olies weer ten goede. Do
vooruitzichten voor de olieproductie wordt
intusschen nog altijd verschillend beoor
deeld. Om een einde te maken aan do pessi
mistische beschouwingen met betrekking tot
de vooruitzichten van de petroleumproduc-
tie in de Ver. Staten heeft thans de presi
dent van de Koninklijke Sir Deterding
verklaart dat hij er niet aan geloofd dat de
petroleum over 25 j'aar zou zijn uitgeput.
Volgens hem is de productie afhankelijk
van de prijzen. Bij lage prijzen verminderen
de'onderzoekingen en derhalve ook de kans
op nieuwe boringen.
Ook Roemeen8cbe waarden waren in do
afgeloopen week vast, zulks echter op
grond van berichten aangaande de schade
regeling.
Van Mijnwaarden waren Singkep gunstig
gedisponeerd l Op een enkelen dag wel 10
pCt. Van industrieelen waren Gero-fabriek
gevraagd zulks op geruchten van een bevre
digend dividend, en een op handen zijnde
emissie. Kunstzijde-aandeelen tot slot iet®
luier, evenals Jurgens.
Op do Staatsfondsenmarkt noteerden
Tschechen ca. ööVj Enkele nieuwe emissies
en aankondigingen zagen in de afgeloopen
week wederom het licht. Amerikaanache
waarden vast voor Int. Rubber en Wabash,
Do beleggingsmarkt behield zijn vaste ten-
denz. Geld op prolongatie noteerde o.a. 3%
a 4 pCt.
30 Oct 6 Nov.
Londen 12.04^ 12.04^
Berlijn 69.16 69.17
Parijs 10.443/& 9.85
Brussel H.271/^ 11.27
New-York cable 2.48^ 2 48V£
Zooals reeds hierboven even opgemerkt
domineerden deze week francs. De handel
concentreerde zich vrijwel om dit deviei
hetgeen ook wel blijkt uit het koersverloop
der overige deviesen. Men zal moeten ai-
wachten in hoeverre het Fransche betaal
middel zich vreet te handhaven. Veel hangt
natuurlijk al van de naaste politiek. Eigen
aardig is het intusschen, dat er toch be
trekkelijk weinig baisseposities loopen en
voor zoover ze liepen zijn zij voor een be*
langrijk deel gedekt. Dit oefent in zekeren
yin een gunstigen invloed, want men gaat
al vrij spoedig tot dekking over en voorts
is men het lang niet eens, of de franc wel
een belangrijk lager punt zal bereiken. Het
is der Fransche regecring natuurlijk alles
aan gelegen om het betaalmiddel op peil
te houden en voor dit doeleinde wordt een
sterke steun verleend.
In de overige deviesen hadden geen ver
anderingen van beteekenis plaats.
6 pCt Nederland 1922
6 pCt Nederland 1919.
47» pCt. Nederland 1910
6 pCL Nederl.-Indië 1919
Amsterdamsche Bank
Koloniale Bank
Ned. Handel-Mij.
Jurgens gew aand.
Philips Gloeilampen
Redjang Lebong
Compania Merc. ArgenHnis
Geconsolideerde Petroleum
Koninkl Petroleum
Amsterdam Rubber
Holland-Amerika-Lijn
Nederl Scheepvaart-Unie
Mij. „Nederland"
Handelsver. Amsterdam
Javasche Cultuur-Mij.
Cultuur-Mij. Vorstenlanden
Arendsburg Tabak Mij.
Deli-Mij.
Senembah Tabaks-Mij.
Atchison Topeka 4 pCi
Union Pacific aand
ex ch'v
39 Oc».
6 Vov*
105*
106%
100*
100*,
98*
98%
101*
101%
159
159*
173*
178*
140*
143*
127*
123*
408
402*
320
316*
7*
8*
164
175
388*
403*
'373
370
63
62*
156*
155*
169*
169
569*
584*
316*
328
151*
167
513
515
418
406
475*
472*
89*
89*
348*
143*