i Humor1 teif het iiiitssiSansS. =rr: UIT RUSLAWD. TWEEDE KAMER. 9 - srX Protestor (ontwakend): „Ia or lemand'C Inbreker: „Nee". Protesaor (weer Insluimerend)! pik be6 me" seür eergist", (Passing Show) »,k l»11 ne' Willemse tegengekomen. Ik vroeg hem dertig gulden om me uit een moeilijkheid t« helpen, maar h(j weigerde ie. Had jy gedacht, dat er zulke gierige kerels [waren J" )»0 Ja, die zijn er. Ik ben er zelf ook een". (Dorfbarbier) Vrouw: HWaarom neem Je drie parapluies mee?" Professor: „Een vergeet fk er natuurlijk ln den trein, eea' laat Ik ln bet restaurant stun en een heb tk noodlg wan» neer het gut regenen", (Svrlx Stockholm! Bcnu'nnefyke secretaresse van zieKerihuïscomue: „nu u zich een auto heeft aangeschaft, meneer Snel, wat zoudt o nu zeggen van een flinke jaarlfiksche bijdrage voor ons zieken- hulsfonds?(Humorist) de huidige grenzen vaststelde. Als de Duil- sche politiek nu den eenigen weg inslaat, dien versland en broederliefde haar voor schrijven, dan zal, dan moet de raad van Genève eens ailweer niet dadelijk, maar al9 de tijd er rijp voor is de vraag in overweging nemen of deze Oostelijke grens regeling niet aan een nieuw onderzoek moet worden onderworpen. Maar ook dergelijke mogelijkheden zijn slechts langs den weg over Locarno te verwezenlijken. Dat het gezonde verstand van het volk trots partij verblinding en ook trots de eerlijke bezwa ren, die men er tegen inbrengt, tenslotte de overwinning zal behalen, is thans de hoop, bet gebed van iederen Duitse her, dio het goed met zijn vaderland meent. Dr. MAX OSBORN. De nieuwe leening der sovjets. (Nadruk verboden). Zooals bekend, geeft de sovjcl-regeering nu een nieuwe leening uil, die de „bocien- leemng" wordt genoemd. Het is niet voor het eerst, dat dfc sovjet-regeering zich lot de boeien wendt om bij hen gold le leenen. Zoo bijv. zijn bekend de twee graan-!ee- nmgen", en de twee „boeren-leeningen". De nieuwe leening onderscheidt zich ech ter in zeer veel opzichten van de vorige. De graan-leeningen waren feitelijk niets anders dan een vervroegde betaling van de rijksbelastingenzij werden 's zomers of in het voorjaar verkocht en in het najaar en des winters ter betaling van de belas tingen op nieuw aangeboden. Ongeveer het zelfde karakter hadden ook de z g. „boeren- leoningcn". Wel hoopte de regecring, dat de boeren niet altijd gebruik zullen .maken van het recht, de obligaties als betaling voor de belastingen aan te biedon, en dal zij, aJthans een zeker gedeelte van do papieren zullen behouden als een geld belegging. Het bleek echter, dat de boeren geen gebruik konden of wilden maken van de mogelijkheid 't geld in rentegevende papieren te beleggen en de Slaat moest telkens bij hel binnenvloeien van de be lastingen de papieren tegen hun nominale waarde aannemen, heigeen natuurlijk voor de schatkist gocn bepaald voordeelige traais- actie was. Niettegenstaande deze geenszins bemoe digende ervaring moet de sovct-regeering toch opnieuw bij de hoeren aankloppen en om geld vragen. De nieuwe leening wordt uitgegeven voor twee jaar en de obligaties zullen verkocht winden naarmate er vraag naai zal bestaan. Zij worden tegen de no minale waarde verkocht, zoodat het voor deel, dat er lot nu toe bestond, n.l. het koopen van de obligatie tegen een lagcien koers cn het inleveren bij de betaling van de beJastingen tegen den nominalen koers, letgcen zooveel boeren aanlokte om deze obligaties le koopen, nu geheel verdwijnt. De bedoeling is dus een gewone crediet- operalie te ondernemen, de eerste van den aovjet-staat. Om de boeren te lokken werd een zeer hoog rendement (12 pet. I) vast gesteld. terwijl er bovendien nog winst mogelijkheden beslaan (in het geheel wer den er premiën voer 5 millioen roebel ver loot. hetgeen bij een leening, die in het gunstigste geval 100 milloen roebel in het laad je zal brengen, natuurlijk ongehoord veel is). Een volkomen zuivere crediet- operalie is ook deze leening echter niet, wijl de koopers het recht krijgen de obligaties als betalingsmiddel te gebruiken bij het voldoen van de landbouw-belasling. De regeering moet den boeren zulke groo ve voordeelen beloven om geld te leenen, omdat de boeren vrijwel het eenige element ln het land zijn, dat over vrije geldmiddelen beschikt. De bolsjewiki hebben al het parti- bezit genationaliseerd en de moge lijkheid van kapitaalvorming vernietigd. Wel is waar begon sands de invoering van de Nieuwe Economische politiek zich een nieuwe middenstand te vormen, maar de zware belastingen, waaronder deze stand gebukt gaa.t, makèn voor hem kapitaalvor ming bijna onmogelijk. Een onderzoek, door de regeering zelf ingesteld;, heeft bewezen, dat die inkomsten van de personen, die tot die groepen behooren, wolke gewoonlijk het meeste sparen en het belangrijkst zijn bij het vormen van een nieuw kapitaaJ, te laag zijn (zie de studie van prof. Ilensol in de „Wjostnik Finansow"). Dat deze elementen van de bevolking niet over vrije middelen beschikken is trouwens duidelijk gebleken, toen de rogoering in de steden een leening van 10 millioen roebel wiide plaatsen. Het bleek, dat de Russische sitedelingen zoo arm zijn., dat zij zelfs een dergelijk bedrag niet konden opleveren. Is er eenige kans, dial de nieuwe leening zal slagen? De leening wordt gelanceerd op een oogemblik, waarop de hoeren over geld beschikken, omdat de oogst binnen gehaald is en de opbrengst zeer goed bleek Le zijn. De boeren hebben echter gebrek aan alles en het weinige geld, dat zij voor. liet graan hebben gokrogen, is lang niet voldoende om alles te koopen, wat zij noo- dig hebben, temeer waar de prijzen van fabrikaten, voor zoover ze te krijgen zijn, buitcnsi>orig hoog zijn. Overigens heeft de officieele „Ekonoinitsjeskaja ZjLnj" zelf er kend, d>at onder de tegenwoordige omstan digheden van kapitaalvorming bij de boe ren geen sprake kan zijn. Dat de boeren inderdaad niet over vrije middelen beschikken en dus niet in staat zijn de noodige 100 millioen te formeeren, blijkt o.a. uit bet volgende feit: het aandeel van de boeren bij de spaarbanken is zeer gering (Finansowaja Gazeta, No. 4-1). Hot overigens kleine saldo van de spaarbanken bestaat voor het grootste gedeelte uit de in lagen van de sovjet-instellingen. Het is natuurlijk mogelijk, dat het geringe aandeel van de boeren in het saldo van de spaar banken mede het gevolg is van het wan trouwen dier boeren tegen de soliditeit der spaarbanken, maar dezelfde omstandigheid is ook bij het koopen van de obligaties van de nieuwe IcenLng aanwezig is; indien de boer zijn geld, voorzoovcr hij het heeft, niet aan de spaarbank wil toevertrouwen, d*an zal hij het evenmin toevertrouwen aan de schatkist door den aankoop van dc obli gaties. Voor een Wesl-Europeaan is een rende ment van 12 pet. gecombineerd aan de mogelijkheid een zeker bedrag te winnen zeer aanlokkelijk, maar in Rusland is de toestand geheel anders. Het gebrek aan kapitaal is in het land der sovjets zoo nij pend, dat op de vrije markt voor geld veel meer dan 12 pet. wordt geboden en daarbij worden garanties gegeven, die de Staat niet kan bieden. De winst-mogelijkheden zijn voor de boeren niet zoo aanlokkelijk als het hier zou zijn, wijl de- boeren niet in staat zijn de lijsten na te zien en daardoor reeds herhaaldelijk de dupe zijn geworden van minder consciëntieuze ambtenaren. Er is dus zeer weinig kans, dat de leoning zaïl lukken. Dit beteekent echter niet, diat de bolsjewistische pers geen snorkende artike len zal bevallen, waarin gesproken zal worden over het geweldig succes van de leening en hoe de boeren zich baasten hun geld aam den Staat toe te vertrouwen. De waaide van dergelijke berichten is ech ter bekend, en kort geleden is opnieuw ge bleken, hoe voorzichtig men de berichten van de bolsjewistische bladen moet beham- delen. Bij de realisatie van de 10 millioen- leening schreven de bolsjewistische bladen, dat de leening een succes was, dat zij overteekend werd, enz. Later moesten de bolsjewistische bladen toegeven, dat hei maar bluf was, dat de toestand cenigszins- &1 te rooskleurig was voorgesteld* j Dnpssiationschef: „Geef me m'n f» terug, gauw. De .4.16 staat al een kwartier te wachten. .(Passing Show)* -'wAM'V 'WWkf, Opmerkzaamneiu Vmev een erg Leider stemmetje tot haar Jeugdige tante): O, tantetje, mag ik als 't erg griezelig wordt uw andere hand .vastbonden? (London Opinion) Behadve de „boeren-deening" geeft de regeering ook een „Leening voor econo misch herstel" uit. Deze leening wordt ech ter gerealiseerd zonder een eigenlijke emis sie, zonder een markt en zonder de obliga ties te verkoopen. Het is een zeer eigen aardige wijze van geld leenen, die echter bewijst, dat de bolsjewiki zich vólkernen bewust zijn van de onmogelijkheid op de btnnenlandsche markt geld te plaatsen. Verschillende Russische economen van naam beschouwen dan ook deze leening als een middel om een inflatie le maskeeren. Wel is waar verzette zich de volkscom missaris van financiën tot nu toe legen inflatie, maar d'e omstandigheden waren veel sterker en hij moest voor don druk v.an de leiders der trusts zwichten. Dc industrie jverkt met verlies en telkens ko men de leiders van de staatsfabrieken, mot nieuwe eischen om credieden. Deze credde- ten worden onder verschillenden vorm verleend: voor een gecfoelte zijn het be dragen op de staafsbogrooting uitgetrokken, voor een gedeelte „voorschotten" met lan gen of korten termijn, maar die nooit terugbetaald worden, terwijl het voor een aanzienlijk gedeelte ba nkc rede eten zijn. De leiders van de genationaliseerde industrie verklaren trouwens nu onomwonden, dat de Staat toch op zijn begrooting bedragen voor de industrie zal moeten uittrekken, bet geen overigens volkomen logisch is: de Slaat is de eenige aandeelhouder van de maatschappijen on daar d'e ondernemin gen met verlies werken, moet de Slaat natuurlijk bijpassen of.de ondernemin gen laquideeren. hetgeen in dit geval zou beteekenen het bolsjewistische stelsel prijs geven, waartoe de tegenwoordige heerscbers van het land niet bereid zullen zijn Zoo ontstond het plan van de Leening voor economisch herstel", uit de opbrengst waarvan de industrie zal gesteund worden. BORIS RAPTSCHINSKY. (Zitting van gisteren). STAAÏSBEGROOTING VOOR 1926. Algemeene beschouwingen. De heer MARCHANT (V. D.) zet zijn gis- lermiddag "afgebroken rede voort. Hij be handelt thans de koloniale poliliek en in verband daarmede <le oprichting van de In dische afdeeling te Utrecht. Wanneer de opleiding te Leiden te eenzijdig ware dan had de regeering daarin moeten voorzien, maar dat deed zij niet, doch gai den onder nemers de gelegenheid zelf de opleiding ter hand te nemen. De regeering- woonde zelfs de opening bij. Door de houding der regee ring kreeg de Ondernemersraad meer macht en gezag dan anders het geval zou zijn. Door het aanstellen van eenige professoren wordt de opleiding der Indische bestuurs ambtenaren in een andere richting geleid. Is de regeering dan blind voor alles wat er gebeurt .in het verre Oosten. Spr. wijst op Syrië, China. Niet straffeloos trad men te gen de Chiheezen op; het eind was dat zij zich verzetten. Zij die Indië willen besturen moeten met de ontwikkeling rekening hou den. Voor verdoezeling van openbare en particuliere belangen moet door de regee ring worden gewaakt Het is onder Christe lijk bewind dat Nederland stappen terug gaat zetten op den ouden weg. Spr. merkte op dat de regeering op so ciaal gebied zoowel als op militair gebied in gebreken blijft. Voor de sociale wetge ving heeft ze geen plannen; spr. ontkent dat de ontwapening een verkiezingsleuze is. Dit laatste vraagstuk klemt op dit oogenblik nog zeer ernstig. De eisch van verweer quand-même past niet meer in den feite lijken toestand. Sedert Versailles is geble ken, dat bewapening niet het middel is om de verhoudingen tusschen de volken te re gelen. Een groote Europeesche oorlog is niet meer aannemelijk, meent spr. De rogeering gelooft dat niet, maar al gelokt zij het niet dan is het uitgeven van millioenen nog on verantwoord tegenover de groote nooden die overal bestaan. Spr. hoopt, dat dc regeering dit eindelijk zal* gaan inzien. Vervolgens betoogt spr., dat de uitspraak der stembus is geweest een vcroordeeling der Colijn-politick van vóór de verkiezingen. De rechterzijde heeft herhaaldelijk beweerd, dat het niet om een Ministerie-Colijn ging. Alleen de heer Van Wijnbergen, was voor zoodanig ministerie, maar overigens was er een tegenstand tegen een Kabinet-Colijn. Onder die omstandigheden werden de ver kiezingen ingezet. Bij den uitslag der ver kiezingen werd de heer Colijn gehuldigd als de leider en de heer Rutgers als zijn aanstaand medewerker aangeduid. Spr. ci teert uit de Katholieke Nieuwe Haarlem- sche Courant, waarin uitdrukkelijk wordt gezegd, dat de Katholieken geen Kabinet- Colijn wenschten en dat daarop ook geen uitzicht had bestaan gezien de opvattingen ter rechterzijde vóór de verkiezingen. Met den stembus-uil slag was volgens dit blad geen rekening gehouden en aan het parle mentaire stelsel was geen goede toepassing gegeven. In de uitspraak der kiezers ziet spr. een vcroordeeling van het beleid der laatste jaren en de heer Colijn had dus deze taak niet mogen aanvaarden. Spr. herinnert aan de Vlootwet-geschie denis. Het afwijken van de tien leden heette toenmaals woordbreuk. Dit woord schijnt echter zijn beteekenis te hebben verloren. De houding der Katholieken tegenover het ministerie-Colijn besprekend, wijst spr. op den Katholiekendag te Utrecht, waar men het processie-verbod alleen op principieele gronden bestreed maar praktisch aan vaardde. De heer Kooien sprak in dien geest gelijk al eerder is gesignaleerd; hij legde zich bij den heer Colijn neer. Met die over winning wcnscht spr. minister Colijn geluk. (Gelach). Spr. kan slechts hopen dat de minister bereid is die hulde te aanvaarden. (Gelach). Na de verkiezingen juichten de anli-revo- lutionnairen en minister Colijn kwam on der luiden jubel vertellen, dat zijn begroo ting voor J926 sloot. Hoe kon men dan iemand anders als formateur wenschen? De houding der Christelijk-historischen was zeer zonderling. Zij gingen alleen den verkiezingsstrijd in maar het stond vast dat zij straks weer met Rome zouden samen gaan. Voor de houding dezer partij heeft spr. geen bewondering. Intusschen, de 54 zetels zijn behaald en de drie partijen vonden el kaar weer. Het is niet een christelijk Ka binet, maar het heeft slechts een materieel karakter. Ten slotte formuleert spr. wat hij tegen over het beleid van dit Kabinet stelt. Een betere belastingwetgeving, waarbij de cul- tureele belangen worden ontzien, en de druk op de kleineren wordt verlicht, is vóór alles na te streven. Spr. ontkent niet dal de omstandigheden nog moeilijk zijn en dat voorzichtig beleid geëischt is, maar er is nog alle gelegenheid voor bezuiniging, o.a. bij Oorlog. Vóór pro ductieve werken mag naar spr.'s oordeel geleend worden en het onrecht aan de ambtenaren aangedaan moet in minnelijk overleg worden goedgemaakt. Voor spr.'s wenschen is in de Kamer een meerderheid te vinden al zal het dan op een compromis moeten berusten. Blijft men zich ter rech terzijde tegen een andere constructie der samenwerkende .partijen verzetten, dan zal men nog voor veel groolere moeilijkheden komen te staan. Als men niet bereid is voor de democratische beginselen samen te wer ken, dan zal de democratie er niet anders kunnen kómen dan door de schokken der revolutie. De heer BRAAT (plalt. partij) wenscht over de samenstelling der Kamer te spre ken. De verandering der Kieswet heeft kwaad gedaan aan de evenredige vertegen;* woordiging. Er is roof gepleegd op de klein* partijen en ook de S. D. A. P. heeft daaraan meegedaan. Vervolgens critiseert hij de houding dar Regeering in landbouwzaken. Tegenover het mond- en klauwzeer en de aardappelziekte deed de Regeering niet genoeg. Verschillende punten zal spr. bij de hei grooling van Landbouw behandelen. De „loszinnige" mededeelingen in de Troonrede» over dit punt zal hij nader beoordeelen. Bezuiniging wil spr. zoeken op het aan* tal ambtenaren en op de pensioenen en wachtgelden. De standplaats-kortingen acht hij zeer onbillijk. Overigens hebben de ambtenaren allerlei voordoelen en voor^ rechten en de Regeering en de Kamer zdin bang voor de ambtenaren, omdat die inteU lectueelcn zijn en leiding hebben in den lande. Meer korting op de pensioenen acht hij gewenscht en het Rijk moet niet bijstorten, Het geld ware beter besteed voor de ouden' van dagen, die f 3 per week ontvangen. Van het georganiseerd overleg is niets te wachten. De slimste cn handigste ambtet naren worden bij dat overleg op de Regee* ring losgelaten om zooveel mogelijk los te krijgen. Nu gaat de Regeering weer voor drie millioen gulden plooien gladstrijden, maar met die strijkerij komen er weer nieuwe plooien in. Wijziging der verlofstractementen wenscht spr. Hij wijst op de pensioenen van twee leden van Gedeputeerde Staten, die mini»* ter zijn geworden, iets wat hij zeer onbfi- lijk vindt: Verlangen naar medezeggenschap heeft hij ten plaltelande nog niet gehoord. Alleen in de steden worden de arbeiders op* gejaagd door de leiders der socialisten. Ver* mindering der belastingen en minder ambte- naaiderij wenscht men ten plattelande. Spr. bindt zich aan deze regeering Die^ maar zal ieder voorstel beoordeelen naar het algemeen belang. Hij wacht af wat er gaat gebeuren. De heer VAN DER TEMPEL (S. D.) beu handelt de wclvaartspoliliek dezer regeo* ring. Met de voorgestelde middeleir kan de Regeering er z i. niet komen. Er is een aan was der bevolking van 100.000 per jaar en er is geen evenredige toeneming der cul* tuurgronden; geen emigratie enz. Spr. wijst op de adressen van het N. V. V. en do Werkloosheidsraad, waarin wordt aange drongen op het uitvoeren van productieve werken, versneling der Zuiderzeewerken.de Maaskanalisatie; enz. Er is spoedig noodif, groote spoed bij den aanvang dezer werken. De Regeering gaal nu een diepgaand on* derzoek instellen. Spr. is daarmee niet te vreden. Een permanent onderzoek naar het prijzenvraagstuk acht hij noodig en Ml vraagt den Minister in die richting een toe zegging te doen. Overigens is deze weg een zeer lange weg. Er moet een bestendig onderzoek door een bestendige commissie plaats hebben. Er moet gecentraliseerd en geregeld gewerkt worden, systematisch worden onderzocht, opdat over het geheele land eenheid van behartiging dezer belangen slaat. Dc vergadering wordt verdaagd tot Dins dag één uur. RECLAME. Doe er wat I Kloosterhalsem op is het cewone gezegde, als men jich heeft gesneden, gestootcn, gebrand, geklemd, of geschramd. Dat verzacht, zuivert en geneest zonder littëekens. Overal pa groote pot van 20 grom 50 cent MS I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 10