The American Lunchroom met Restaurant
No. 20129. LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 24 October Derde Blad. Anno 1925.
p buitf.nl. weekoverzicht.
BRIEVEN UIT BERLIJN.
Wenscht U een uurtje van gezelligheid?
ÏÏIT EÏÏSLAHD.
FEUILLETON.
De Reisgenoote
Te Locarno is overeenstem
ming bereikt Zullen de
parlementen deze goedkeu
ren? Een conflict op den
Balkan Nieuwe oorlog
in China.
Juist heden voor een week is inderdaad
geparafeerd heigeen thans wordt genoemd:
het verdrag van Locarno. Na een laatsten
stormloop der diverse uiteenioopende be
langen is overeenstemming bereikt. Ne va
rietur, zooals dat heet. M. a. w. wijzigingen
zijn uitgesloten. Op 1 Dec. a.s. zal men te
Londen een soort eerbetoon voor het
goede en vruchtbare werk van Austen
Chamberlain de overeenkomst ratificee-
ren, wanneer de parlementen hun hooge
sanctie zullen hebben gegeven.
Of er nog kans bestaat, dat dit niet zal
gebeuren? We meenen te mogen voorspel
len, zonder veel gevaar van bedrogen uit
te komen, dat vrees daarvoor zeer overdre
ven zou zijn. Welk parlement zou het
odium van een ruw afbreken van wat met
zooveel moeite is opgebouwd, op zich wil-
'en laden
Waarmee we allerminst willen zeggen,
dat er geen oppositie is. Natuurlijk bestaat
deze,, maar kans op eenig succes geven wij
haar niet. Het stroefste gaat de parlemen
taire goedkeuring in Duitschland, doch dat
was niet anders te verwachten. Hoe kun
nen die kringen, die opgefokt zijn in de
revanche-idee en voor wie het „Wir wollen
Frankceich siegreich schlagen", het lied
van 's morgens, 's middags en 's avonds té
gebleven, misschien zelfs wel voor den
nacht er bij, plotseling volslagen zich kee-
ren tot den vrede, gebaseerd op den status-
quo in het Westen en geen veroveringen"
in het Oosten doch .gladstrijken van
plooien" in minnelijk overleg? Zoo iets was
onmogelijk. En in dit licht heeft men o. i.
te zien hetgeen zich momenteel afspeelt in
de Duitsch-nationale partij. De leiders zijn
eenvoudig verplicht met het oog op hun kie
zers, vooral die ten platelande, aanvanke
lijk allerlei barrières op te werpen, die dan
stuksgewijs genomen kunnen en zullen
worden. Langzaam, maar zeker. Er is tijd
voor, want de Rijksdag komt eerst 20 Nov.
hij een 1
Hoewel ook dat nog wel zal worden ge
tracht te bedekken, hebben de Duitsch-
nationale kabinetsleden hun fiat al gegeven!
En In hoogste instantie zal men het doen
zonder Duitsch-naionale goedkeuring.
Veel kan Frankrijk er aan toedoen, om
die barrières spoediger en gemakkelijker te
verwijderen door wat spoed te betrachten
met de te Locarno ongetwijfeld gedane toe
zeggingen op eerewoord, al zijn die niet
zwart op wit gesteld. Duitschland wil tast
bare bewijzen zien van de kentering der
geestesgesteldheid der vorige vijanden, nu
het uit zichzelf het veiligheidspact-voorstel
heeft gedaan. Welke bewijzen dan moeten
bestaan uit ontruiming der Keulsche zone,
vermindering der overige bezetting in Rijn
land etc.
Wat het eerste betreft, daaraan schijnt
reeds hard te worden gewerkt. Het overige
ligt nog in duisternis gehuld. Misschien dat
Briand de daarover gespreide sluier wat zal
lichten, wanneer hij eind dezer maand voor
de Kamers treedt. Op volledige helderheid
mag o. i. niet worden gerekend, want dat
zou in zekere Fransche kringen weer een
te groote reactie kunnen doen ontstaan.
Frankrijk moet ook langzaam aan wennen
aan de idee, dat Duitschland te vertrou
wen is
Voorzichtigheid blijft zoowel Duitscbe als
Fransche regeering geboden. Beide hebben
echter de machinerie, waarover zij beschik
ken om hun plannen te propageeren, vol
ledig !n werking gesteld.
Ook in Engeland is eenige oppositie en
wel in die kringen, waar men er niets vooi
voelt om zich garant te stellen voor wie 't zij.
Daar noemt men het verdrag van Locarno
,.een eerste hypotheek op leven en eigendom
van Groot- Brittanriïë" en daar wordt ge
zegd, dat in plaats van een localisatie van
conflicten is gekomen een ..locarnisatie"
van conflicten.
Hoe men het verzet echter ook beschouwt
de communisten tellen wij als quantité
négligeable gelijk gezegd, koesteren wij
daaromtrent geen VTees. Nu eenmaal de
lichtschijn is gezien, zal Europa die niet
gemakkelijk meer laten voorbijgaan. Het
zou ook getuigen van een te zware onver-
bcterlijkheid en lichtzinnigheid, van een
te zeer niet begrijpen der realiteit der
der dingen.
Jammer is, dat voor den Balkan, Europa's
haard de idee van Locarpo nog niet rijp is.
Het zou daar anders evenzeer noodig zijn.
Geinige het conflict tusschen Griekenland
en Bulgarije, dat bedenkelijke afmetingen
heeft aangenomen. De aanleiding is als al
tijd een grensincident, waarvan de betee-
kenis moeilijk is te laxeeren. Ieder geeft
zijn lezing zoek nu maar uit, wie het bij
het rechte oind heeft Verbazen mag men
zich echter, dat Griekenland is overgegaan
tot een daad,» waarlegen het zelf destijds
zoo luid heeft geprotesteerd en met succes.
We bedoelen de bezetting van Korfoe door
de Italianen als middel om inwilliging van
een ultimatum te erlangen.. Toen riep Grie
kenland moord en brand en terecht. Deed
het een beroep op den Volkenbond, waar
voor Italië tenslotte bakzeil haalde. Nu
doet het zelf echler precies zoo. Het zendt
Bulgarije een ultimatum, nader onderzoek
afwijzende en zet daaraan kracht hij, door
Bulgaarsch grondgebied le bezetten. Bul
garije, dat op den Balkan de positie van
Duitschland inneemt, kan zich moeilijk
verweren anders zou het wellicht reeds
hebben teruggeslagen en heeft eveneens
zich tot den Volkenbonds raad gewend, die
Maandag te Parijs zal bijeenkomen. Zoo
veel gezag zal deze raad o. i. nog wel heb
ben, dat Griekonland in toom zal zijn te
houden. Of zou het waar zijn, dat de Griek-
sdhe regeering in mobilisatie etc. de gele
genheid wil 9cheppcn, voor een monarchis-
tisohen staatsgreep?
Geruchten over een plan voor iets derge
lijks komen eveneens uit Qhina. Daar wit
men Tsjang-tso-lin, d)e dictator van Moek-
den, iete dergelijks in de schoenen schui
ven, n.l. herstel der Mantsjoe-dynaslie.
Wat echter wel een praatje voor de vaak
zal zijn. De destijds door Tsjang-tso-lin
verslagen en verdreven generaal Woe-pei-
foe heeft kans gezien om zich in Zuid-
Oliina nieuwe macht te verwerven, handig
speculeerend op het feit, dat het plan voor
de douane-conferentie te Peking, waartoe
de officieele Chineeschc regeering, die een
werktuig, is in Tsjang's handen, had be
sloten en die Maandag te Peking zal begin
nen ,in China uiterst onpopulair is, Zuid-
Ohina heeft zich vrijwel geheel achter ge
neraal Woe-pei-foe gesteld en de ver voor
uitgeschoven troepen van Tsjang-tso-lin
tebben zich snel moeten terugtrekken.
Wiens partij de z.g. Christen-generaal
Feng-joe-siang zal kiezen? Daaromtrent is
nog niets met zekerheid hekend. De toestand
is dientengevolge zeer verward.
Of de douane-conferentie onder deze om
standigheden cenig resultaat zal kunnen
opleveren? Misschien, wanneer algemeen
wordt ingezien, dat de tijd aanbreekt voor
een „China aan de Chineezen"
Berlijn, midden October.
De strijd om het sluitings
uur. Een gentleman-in-
breker. De gravin als
dievegge. De „geest van
Potsdam".
Terwijl in Locarno do leidende staatslie
den van Europa zich 't hoofd braken over
de vraag, hoe men de formule vinden kon,
die 't geschonden werelddeel den eeuwigen
vrede zal brengen, werd in het Bcrlijnschc
stadhuis een probleem van niet geringer
belang voor de menschelijke cultuur ern
stig overwogen: het probleem n.l., hoe men
het sluitingsuur van de restaurants cn oüt-
spanningslokalen in de Duitsche hoofdstad
voortaan regelen zal. Ln den legondarischen
tijd voor den oorlog waren cr in dit op
richt geen algemeene wettelijko bepalin
gen. Iedere Berlijnsche caféhouder sloot
zij lokaal op het uur, waarop, naar hem
de ervaring geleerd had, de bezoekers van
zijn gastvrijheid geen gebruik meer ]jjA**h-
ten te maken. Daar tenslotte ieder asyl
voor hongerenden en dorstenden 'n indivi
dueel wezen is, was dit overal verschillend.
De grootste café's sloten eigenlijk in het
geheel niet; terwijl de laatste gasten een
kop koffie dronken, anderen hun morgen
pap oplepelden, traden de schoonmaaksters
op en begonnen met haar werkzaamheden.
De oorlog en de na-oorlog hebben ons eeist
met het gebrek aan licht, aan kolen en
met de „verhooging" van het peil der ze
delijkheid, den zegen van het met ge
strengheid toegepaste „sluitingsuur" ge
bracht.
Nu drong men er met kracht op aan,
dat deze regeling, waarvan zulk een groo
te opvoedende kracht uitgaat, weer inge
trokken zou worden. Vooral met 't oog op
't feit, dat men alle krachten inspant om
Berlijn weer tot een eerste rangs vrcemde-
lingenstad te maken. M.a.w. aan de inter
nationale menschheid, den bezoekers uit
het buitenland en uit de Duitsche provin-
cies zal het „Berlijnsche nachtleven", dat
eens zoo beroemd was, teruggegeven wor
den. Ongetwijfeld wil men op die manier
i Duitschland's beteekenis in de wereld weei
loen stijgen In Parijs en Londen worden
weliswaar ook verschillende logementen,
afgezien van oen paar nachtkroegen, die
een uitzondering vormen, kort na midder-
nacht gesloten, maar onze felle vijanden
ran het „sluitingsuur" beweren, dat deze
hoofdsteden van Frankrijk en Engeland op
zichzelf reeds een bekoring uitoefenen,
waarmee Berlijn niet concurreeren kan
i De Duitsche hoofdstad moet daarom iete
l bijzonders bieden, om de vermaak zoeken
de vreemdelingen aan to lokken. En dat
zou nu de eens zoo geliefde, maar helaas
verloren gegane gelegenheid tot boemelen
wezen I
Een eenigszins eigenaardige logica. In
I ieder geval valt cF'wat yoor te zeggen.
Bovendien zijn er in Berlijn een groot
aantal menschen, die door hun beroep tot
laat in den avond bezig zijn er die zich
1 er over ergeren, dat men hen, als ze zich
in een restaurant of café nog wat verkwik
ken willen, met Pruisische strengheid na
enkele minuten buiten de deur zet. Aan
den andoren kant heeft de onuitroeibare
behoefte naar gelegenheden waar 's nachts
geboemeld kan worden, een reusachtig aan-
1 tal geheime nachtlokalen, „Nepp-lokale",
verboden speelholen, verborgen plaatsen,
waar men van „naaktdansen" genieten
kan en dergelijke onfrissche ondernemin
gen in het leven geroepen. Men gelooft nu,
dat men beletten zou, dat dergelijke be-
j drijven worden uitgeoefend, als men vooi
de menschen, die absoluut niet vroeg naar
bed kunnen of willen gaan, ten minste een
paar fatsoenlijke café's ook na middernacht
en na één uur openhield. De eigenaars van
de geheime en verboden instellingen zijn
daardoor met recht beangst geworden. Mea
zegt, maar ik weet niet zeker of het waar
is, dat zij besloten hebben, naar het voor
beeld van Locarno, een conferentie te hou
den, om te overwegen welke schreden zij
moeten doen, om hun eerlijk bedrijf te be
schermen
Dat bet zedelijkheidspeil der Berlijners
zijn hoogtepunt nog lang niet bereikt heeft,
wordt iederen dag opnieuw bewezen.
Aan de reeks fantastische bedriegerijen
cn schurkenstreken, die de stad in span
ning houdt, sluiten zich steeds nieuwe aan.
Zoo heeft enkele dagen geleden een inbre
kersbende uit de burgemeesterswoning van
het district Tempelhof sinds de schep
ping van Groot-Berlijn is de stad in meer
dere districten verdeeld de kleinigheid
van 300.000 mark baar geld handig en met
kennis van zaken uit de brandkast ont
vreemd. De politie heeft hier echter sne!
haar werk gedaan. Ze heeft de heeren
reeds te pakken en een heele bioscoopro
man is daarbij aan het licht gekomen.
Want als leider van de bende werd een
man gearresteerd, zooals de politie ze niet
alle dagen vangt. De heer Pawlak, zoo
heette hij, was een gentleman-inbreker. Hij
leefde als een braaf, welgesteld burger, had
een ruime, goed ingerichte woning, mocht
I zich wegeno zijn beleefd en vriendelijk
RECLAME.
BEZOEKT DAiï4027
STEENSTRAAT 55 - TELEFOON 2509
Woensdag-, Zaterdag en Zondagavond HUISKAPEL
voorkomen in de genegenheid van alle huis-
genooten verheugen en niemand vermoed
de, dat hij 's nachts vreemdsoortige zaken
deed. Hij had zelfs een bediende, Hahn ge
naamd, die helaas, eveneens in hechtenis
genomen is, omdat bleek, dat Hij z'n heer
cn meester de gereedschappen en werktui
gen voor het „kraken" van de brandkast
in Tempelhof op de plaats van bestem
ming gebracht had. De arme stakkerHij
had zich nog wel zoo uitgesloofd. Naar
men vastgesteld heeft, bedroeg het gewicht
van de kast met het zuurstofapparaat, do
benoodigde hoeveelheid zuurstof en de retfc
van de hulpmiddelen niet minder dan twee
centenaar.
Maar 't blijft niet bij dezen „burger-in
breker", die voor het oog der wereld het-
leven leidde yan een welgestelden jongen
koopman ook in de leringen van den
ouden adel is iets dergelijks voorgekomen.
De gerechtigheid heeft er voor gezorgd,
dat ook Potsdam, het goede, stille Pots
dam, het fatsoenlijke Potsdam, zijn sensa
tie heeft. In de daar woonachtige oud-Prui
sische ambtenaars- cn officierskringen, die
den tot het verleden behoorenden konings-
en keizerstijd nog steeds betreuren, deed
sinds eenige weken een vreemd verhaal de
i ronde. In meerdere families, in het bijzon-
I der in die van een „Geheime Obcrjustiz-
rat", waren allerlei waardevolle dingen
ontvreemd, zilveren voorwerpen, tapijten,
oud porcelein, kanten, borduurwerken en
kostbaar linnengoed. Heb merkwaardige,
het verdachte, maar het bijna ongelooflijke
van het geval, was, dat alle bestolen per
sonen tot de vrienden en bekenden van een
hooggeplaatste dame, gravin Bothmer, be
hoorden. Men had wel gemerkt, dat de gra
vin een bijzonder weelderig leven leidde,
maar het duurde geruimen tijd, voor men
't waagde zijn argwaan tegen een Potsdam
mer vrouw, die een zoo deftig klinkenden
titel droeg, openlijk uit te spreken. En
kele dagen geleden gebeurde echter het
volgendehaar echtgenoot, graaf Bothmer,
die in de ambtenaarswereld van Potsdam
een eervolle plaats bekleedde, trachtte zelf
moord te plegen, en er werden uitlatingen
van hem bekend, die er op wezen, dat hij
uit vertwijfeling over de handelingen vail
zijn vrouw aan zijn leven een einde had
willen maken.
Nu bleef de zaak niet langer geheim.
Vooral de Oberjustizrat, die gedurende een
reis zijn huis aan de hoede van gravin Both
mer had toevertrouwd, en die bij zijn te
rugkeer een aanzienlijk aantal kostbare
eigendommen miste, maakte er geen ge
heim meer van wie hij verdacht. Niettemin
bleef do heele geschiedenis in een geheim
zinnig waas gehuld. Geheel opgehelderd is
ze op het oogenblik nog niet.
Terwijl het vroeger scheen of de zilveren
voorwerpen, tapijten en het oud porcelein
weggetooverd waren, kwamen eensklaps en
kele exemplaren van de verdwenen heerlijk
heid weer voor den dag! Potsdam werd
met anonieme brieven overstroomd, die nu
eens aan deze, dan aan die voorname fa
milie of ook wel aan de politie gericht wa
ren hier of daar zou iets begraven zijn,
in een boschje, in een park zou iets liggen
en als men 'n onderzoek instelde, voad
men inderdaad iets op de aangewezen
plaats Met touw omwonden pakefcten la
gen plotseling op de trap of in de gangen
van het huis van graaf Bothmer, zoodal
de bezoekers er over struikelen moesten.
Men maakte ze open en zie daar was
het Meissener kopje en de Brusselsche kant,
die vermist werdenHoe deze raadselen
op te lossen zijn, kan nog niemand zeggen.
Ik geloof, dat geesten hier de hand in het
spel hebben. Waarmee ik niet zeggen wil»
dat 't de beroemde, door de tegenstan
ders van de Duitsche republiek zoo gaarne
verheerlijkte „geest van Potsdam" is, die
deze aardige comedic op touw hooft gezet*
Misschien zal echter de rechtbank uitma
ken, dat al deze diefstallen op zeer natuur
lijke wijze te verklaren zijn.
Dr. MAX OSBORN.
(Nadruk verboden).
Wie is sterker?
De bolsjewiki spreken gewoonlijk met
trots over hun plannen en beweren, dat
het hun zou gelukt zijn het gehcele eco
nomische leven van de Unie te organisee-
ren. Als tegenstelling wijzen zij op de ka
pitalisten, die geen plannen hebben, dio
alleen op hun initiatief steunen. Het blijkt
echter telkens, dat de mannen met de
schitterende plannen, telkens verslagen
worden door de mannen, die geen plannen
bezitten, maar daartegenover over een
flinke dosis initiatief beschikken.
Dit is ook nu bij de realisatie van den
oogst gebleken. De bolsjewistische bladen
moeten erkennen, dat do particuliero op-
koopers, die geen machtige organisaties
achter zich hebben, die geen plannen uit
werken, waarin alles zoo mooi geregeld is,
het in de practijk steeds van de rijksop-
koopers winnen, en dat de invloed van de
mannen met het initiatief steeds meer toe
neemt. Wij zullen eenige sprekende voor
beelden uit het materiaal, door de bolsje
wistische pers meegedeeld, ter illustratie
van deze stelling mededeelen.
Do „Ekonomitsjeskaja Zjiznj", het in
economische vraagstukken tamelijk be
trouwbare bolsjewistische blad, dat over
een staf van goede correspondenten en des
kundige medewerkers beschikte verneemt
uit Charkow, het centrum van de Oekrajine,
dat de kwaliteit van het graan, dat door
de rijksagenten opgekocht wórdt, sterk
daalt, dat het zeer vochtig is (soms zelfs
18 pCt. vocht inhoud). Het blad schrijft
dan letterlijk bet volgende: „Do steeds
toenemende vraag naar graan in de cen
trale gebieden des lands, waar gebrek aan
meel heerscht, schept een zeer gunstigon
bodem voor do activiteit van de particu
liere kooplieden." In de tweede week van
September zijn de aankoopen van dc rijks
agenten gedaald van 4.0 millioen poed rot
3.8 millioen poed. Daartegenover zijn dc
aankoopen van particulierhc opkoopers ge-
tegen met 50 pCt. De prijzen vertoonen
niet meer zulke wilde schommelingen als
in het begin van de campagneintegendeel,
zij zijn nu stabiel, maar op een peil, dat
den uitvoer volkomen onmogelijk maakt."
Aldus de „Ekonomitsjeskaja Zjiznj".
Zoo is de toestand in de Oekrajine, da
korenschuur van de Sovjet-Unie. In andere
gewesten woedt oen wilde concurrentie tuB-
schen de verschillende groepen opkoopers,
die er werkzaam zijn. „Het is zoo ver ge
komen", aldus de „Ekonomitsjeskaja
Zjiznj", „dat de opkoopera hun kantoren
verlaten om dóór de dorpen in de omge
ving te reizen en daar naar graan te zoe
ken; op de centrale punten, waar de op-
koopbureaux gevestigd zijn, komt het nu
dikwijls voor, dat dc verschillende opkoo
pers loten, wie van hen een wagen graan
zal mogen koopenin andere plaatsen
wordt er om getwist, zelfs gevochten; merf
probeert het graan te bemachtigen door ei
hoogere prijzen voor te bieden. De boeren,
die getuigen zijn van deze onverkwikkelijke
tafereelen, zijn er nu van overtuigd, dat
(Uit 't Fransch vin GUY CBANTEPLEURE).
Geautoriseerde vertaling van W. H. G.
68)
„Steeds bleef er een vriendelijke en
eemgszins droevige ironie in haar blik.
0 neen, volstrekt niet! Je moet niet
vergeten hoe veel reinheid, geloof en roe
rende oprechtheid ach mengde in den een
voud, waarmede ze mij haar leven toever
trouwde 0, zeer zéker, zonder de on-
noozele naïveteit vam een dom gansje, dial
verzeker ik je Maar toch zoo echt on
schuldig 1
Maar toch ook niet geheel vrij van
egoïsme.
Misschien., en toch eigenlijk niet..
Toen zij mijn zusje zooals ze het noem
de werd, diaehl zij me zoo gelukkig te
maken IArme, kleine Phyl IZij
was verliefd geworden op een sprookjes
prins, die haar weldra zijn -leelijk, kleinzie
lig karakter liet blijken van man, die belust
was op hol geld, dat ze mee ten huwelijk
zou krijgenJe kunt je haar droefheid
voorstellen, toen zij ontdekte, dat haar
sprookjesprins slechts een vulgair wezen
was!.Daarna leerde zij in de leerechool
der armoede en van den betaalden arbeid
de laffe neigingen kennen van menschen,
die in elke vrouw, die alleen staat, een ge
makkelijke overwinning zien.... Die on
dervinding vervulde haar met diepe veront
waardiging en walgingEens, toen ik
haar de bescherming van een echtgenoot
loerwenschte, zei ee_ mgi „De. Bescherming,
in welken vorm dan ook, van een man,
Kerjean, is zijn liefdeIk wensch nie«t te
trouwenIk kon wel da bescherming
zijn, zonder hot daaraan verbonden hate
lijke losgeld, begrijp je?.... Bij mij zocht
zij een toevluchten zij fras niet meer
bang.... Jacqueline, sinds ongeveer vier
maanden is mijn eenige zorg geweest,
angstvallig er voor le waken, dat haar
reine gemoedsrust door geen leed, geen
rimpeltje verstoord werd.
Ik gevoelde, dat het evenwicht in ons
vreemd verbond slechts door een dunnen
draad bewaard bleefeen evenwicht, dat
een onvoorzichtig woord of gebaar had kun
nen verstorenen dat danMaar
waarom zou ik die dingen nog oprakelen,
die nu tot het verleden behooren Mijn
broederlijke laak is geëindigd., en, aange
zien je je daartoe hebt bereid verklaard,
begint jouw taak.... Je zult over Phyllis
waken, nietwaar? Een vrouw doet dat beter,
begrijpt beter.Later zal zij iemand lief
hebben en trouwen.en indien hij, met
wien zij trouwt, werkelijk haar liefde waar
dig is, dan zal ik de overtuiging hebben in
het belang van dat geluk, waarvan ik de
verantwoordelijkheid op me had genomen,
te hebben gehandeld; ik zal de overtuiging
hebben voor mijn kleine Phyl al het moge
lijke te hebben gedaan.... en zelf3 nog
iets meer.
Ik zal je naar mijn beste krachten
helpen, Willem, zei Jacqueline. Je kunt op
me rekenen.
Dank js wel, Jacqueline; ik heb het
altijd iets heel gewoons gevonden op jou
te rekenen.
Terwijl Willem opstond om weg te gaan,
zei hij nog:
Zal je veel van mijn Phylleke hou
den?
Natuurlijk.wie houdt er niet van
haar? Zij is iemand, die je hart steelt, en
als ik met haar ben, dan denk ik altijd
aan de spreekwijze: „ze windt je om haar
pink."
Nogmaals dank, zei Willem.
Zij bespraken nog het een en ander be
treffende de aanstaande komst van Phyllis
Met een kalme stem en een gezicht,
waarop niets te lezen stond, sprak Willem
weer op de hem eigen precieze manier.
Toen hij haar huis had verlaten, ging
Jacqueline achter in haar klein salon in het
door den invallenden schemer steeds toe
nemende halfduister zittenen stil
huilde xij.
Haar strenge zelfopvoeding, veel studie,
reizen over de geheele aarde, die zij had
ondernomen met den wensch om de vreugde
en het leed van het oneindig kleine, dat
haar hart in het heelal was, tot zijn ware
proporties terug te brengen, al die menschen
en dingen, die zij had gezien, al haar po
gingen om te vergetenmoest dit alles
blijken toch zoo machteloos te zijn zijn ge
weest om deze tranen, deze overvloedige
tranen, die zoo gemakkelijk vloeiden, alsol
zij haar weldeden, te weerhouden?
Toen zij, eenigen tijd geleden, le Fougères
de beide vriendschappelijke brieven had ge
lezen, waarvan de tweede haar in kennis
stelde met het huwelijk van Willem Ker-
jean, had Jacqueline niet gehuild. Zij had
tot zichzelf gezegd: „Dit is een beschikking
van het lotl Als hij door dat meisje geluk
kig wordt, zal ik het liefhebben." Zij ge
voelde zich dapper door een kalme berus
ting, die reeds zoo lang op de proef was ge
steld, en zij was niet bang geweest hem
terug te zien.
Volgens het ideaal, dat zij zich van het
huwelijk had gevormd en in het bijzonder
van een huwelijk, dat Willems geluk moest
verzekeren, had zij den vriend harer jeugd
een vrouw loegewenscht, die niet zóó jong, j
die ernstiger was en beter voor het leven
toegerust.... een niet zoo kinderlijke
vrouwWas Tij misschien nog niet ont- i
wend aan die levensgezellin, welke zij zich 1
voorstelde en waarvan zij het beeld niet
meer durfde oproepen, de kenmerkende trek
ken te verleenen van haar eigen karakter,
haar eigen geest en hart?....
En tochtoen zij in het oude huis
was ontvangen, waar de viooltjes geurden en
waarvan zij elk meubel had gekend, zon
der er de intieme en lieflijke schoonheid
van te herkennen, had zij dadelijk den
lenteglómlach en de stem van Phyllis lief-
gekregenDadelijk kreeg zij het frissche,
tengere vrouwtje, bevallig als een fee, lief
met een gevoel van kiesche, beschermende,
vriendschap.
Het lag in den aard der dingen en het
gezond verstand vond er bevrediging in,
dat Phyllis beschermd werd en Jacqueline
de beschermster was. Phyllis was het
vrouwtje, dat leed onder eenzaamheid of
het geringste verdriet; Jacqueline de vrouw,
die voldoende geestkracht, initiatief en
schranderheid bezat om zichzelf te leiden.
Jacqueline behoorde tot de vrouwen, die
allesbehalve gaarne zwakheid aan den
dag zouden leggen; dit was reeds aan baar
uiterlijk merkbaar. Terwijl Phyllis.o,
die tengere, ranke Phyllis, was geschapen
om in liefdevolle, stevige armen, dïe^ sterker
waren dan haar gansche fijne lichaam.
steun te zoeken; wat had zij niet altijd
een behoefte om bevreesd, volgzaam en in
volle overgave zich te nestelen aan een
hart, dat slechts voor haar klopteen
dat natuurlijk sterker en nobeler moest zijn
dan het harel 't Was zoo normaal, dat
Willem van Phyllis hield!
Jacqueline had het onafwendbare aan«
vaard. Zij had haar edelmoedige genegen
heid zich doen gewennen aan en voégen
naar de soms ietwat wreede vreugde, die
kan ontstaan uit het geluk van anderen.
Er was nooit een tijd geweest, dat Jacque
line Albin gehoopt had, dat Willem anders
van haar zou houden dan als vriendin
of zelfs als vriend, zooals hij het in zijn
hartelijke vrijmoedigheid uitdrukte en daar
door hulde brengend aan de trouwe oprecht
heid, de ondubbelzinnigheid van hun inti
miteit. Zij had Willem altijd liefgehad
met een vastberaden liefde en zonder ge
maaktheid, een innige, bewonderende liefde,
waarop men kon bouwen en die toch steeds
gereed stond voor toegeeflijkheid, zoowel als
voor toewijding; in haar maagdelijk hart
had de leedere liefde gewoond van een
eenigszins moederlijke ochtgenoole.
Kalm en vriendschappelijk in den ouden
tuin met de honderdjarige lindeboom naast
baar zittende, had Willem zelfs op die zo-
merajvondon tijdens hun jongelingsjaren*
toen hij haar vertelde van zijn toekomst
plannen en zijn utopieën ail9 vorscher, va»
niets een voorgevoel gehad.
(Wordt vervolgd).