R.H.W. Fruit-Soda
VRAAGT STEEDS
CENTS
DE
De Hand met liet Litteeken,
No. 20037.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 8 Juli
Tweede Blad. Anno 1925.
UIT JÖE5
BINNENLAND.
DB
ZWITSER
KWALITEITSreep
FEUILLETON.
De Vrijheidsbond en de verkiezing.
De „N. Arnhemsche Ct." (Lib.) schrijft:
Het is hard liet te zeggen maar de lei
ding yan den Vrijheidsbond heeft zich de
mindere getoond van de liberale kiezers.
Zij waren heter dan hun generaals.
Daar, waar zij het karakter en den moed
Itóbben getoond, benoodigd om de leiding
Vóór de verkiezingen te verslaan, daar.
waar zij haar candidaten hebben afgewe
zen en zich zelf een weg hebben gebaand,
daar heeft de liberale gedachte belangrijke
Aucoessen behaald. Maar daar, waar de lei
ding haar zin heeft doorgedreven en den
kieskringen heeft opgedrongen candidaten,
wier eenigste verdienste was, dat zij de li
beralen in de Kamer hebben vertegenwoor
digd op een wijze, die geen genade heeft
gevonden, daar is de. Vrijheidsbond versla
gen en deerlijk gehavend.
De Vrijheidsbond is als een leger, dat
tonder vertfouwen in zijn officieren op
trekt, een leger, dat nog slechts een kern
ia van getrouwen, die door dik en dun vol
gen, maar waarvan de manschappen zich
morrend afvragen, hoe komen wij onze on
bekwame leiders, hoe geraken wij de Ka-
Bier-camarilla in Den Haag kwijt 1 Wij die-
Ben, zoo gelooven zij terecht, een goede
$aak. wij kunnen de overwinning behalen,
maar wij worden gecommandeerd door
mannen, die wel met sjerpen, sabels cn
tressen pronken, maar die niets afweten
van de strategie. Maar de vendels, die tot
muiten zijn geslagen en zich nieuwe offi
cieren kozen, hebben mèt opgeweVktheid en
moed den verkiezingsstrijd gevoerd en zij
zijn krachtig en fier uit den strijd geko
men, terwijl de andere, ondanks den goe-
den wil en de trouw van flinke ondercom
mandanten, overal de nederlaag hebben ge-
Deze verkiezing heeft, voor wat betreft de
liberale partij een votum van wantrouwen
opgeleverd voor de èoiding van de partij en
wanneer men de uitslaan van de kieskrin
gen Amsterdam, Rotterdam en Den Haag
Tergelijkt met de bedroevende resultaten,
jrelke zijn verkregen in de andere kieskrin-
m, dan kan men niet ontkennen, dat de
itspraak van de kiezers zeer nadrukkelijk
geweest. Harder had de slag moeilijk
unnen aankomen. Men zou zelfs zoover
nnen gaan en zeggen, dat de liberale ge-
ehte ditmaal voor de eerste maal, na
vele jaren, eindelijk wee» eens heeft geze
gevierd, maar dat de leiding van de partij
éh dc Kamerleden zijn verslagen
RECLAME.
Wordt nagebootst! Let op R. H. W.
7215
De Regeeringscrisis.
Het „Hbld"" schrijft: Wij iicenen, ^op
jrond van gesprekken, hier en daar en
bveTal, alvast deze conclusie te mogen trek
ken, dat elk der rechtsche groepen een eigen
een eigen candidaat naar voren brengt ati
premier. Wanneer we tot deze conclusie
&omen, behoeft men niet lang le raden,
welke heeren door iedere groep worden ge-
genoemd. De Roomsch-Katholieken pous-
seerem voor den voorzitter der Tweede Ka
mer, den heer Kooiende Christel ijk-Histo-
•lischen meenen in jhr. De Geer, den oud-
minister van Financiën, een goeden Minis
ter-president te hebben gevonden, terwijl
da anti-revolutionairen ean oordeel zijn, dat
het werk van den tegenwoordigen Minister
van Financiën, den heer Colijn, in het laat
ste jaar, dezetn den aangewezen man voor
de vorming van het nieuwe kabinet doen
«ijn. Voor zoover ons bekend is-, hebben d>e
drie rechtse he groepen onderling nog geer*
overleg gepleegd, althans geen officieel over
leg, over de aanwijzing van dengeen, die
lis premier zou kunnen optreden.
Het zou dus niet behoeven te verwon
deren, dat dit overleg, na het uitbrengen
der adviezen aan de Koningin, welke im
mers ten aanzien van deze hoofdzaak uit-
eenloopen, alsnog zou plaats vinden en dat
de nieuwe premier niet aanstonds zou wor-.
den aangewezen. Hoe dit ook zij, uit het-,
geen wij verder hebben vernomen, blijkt
wel, dat men over het algemeen ter rechter
zijde niets gevoelt voor een reconstructie van
het oude kahinet. De stemming in alle
drie de groepen schijnt daar wel zoo te
wezen, dat men het noodig vindt met een
nieuw frisch kabinet voor de Kamer te
komen.
De „Residentiebode" bestrijdt een even
tueel e aanwijzing van den heer Colijn ais
kabintsformateur.
De heer Colijn, die een goed staatsman
is, die met feiten weet fcc rekenen, zal zelf
de eerste zijn om te erkennen, dat de uitslag
der verkiezingen hier bepaalde aanwijzin
gen geeft. Het gaat hier natuurlijk niet om
kracht of om eer of om voorrang; maar het
gaat om slaatsmanswijsheicL Welnu, het zou
je Teinste dwaasheid zijn, de lessen van do
verkiezingen niet waar te nemen en den op
't oogenblik onpgpulairsten man van Ne
derland tot leider der Regeering te promo-
veeren. Daar is geen denken aan.
Wij verkeeren nu in het gelukkig moment,
dat de gulden goeddeels is veilig gesteld.
AI blijft waakzaamheid geboden en zal de
bezuiniging in goede banen moeten blijven,
de richting is gewezen, het begin gemaakt
en de impopulariteit geleden. We hebben nu
andere zorgen.
Niet langer zij het parool: afbreken wat
op sociaal- en onderwijsgebied is opge
bouwd: maar wel het betere: opbouwen op
welvaartsterrein, waardoor meteen de so
ciale politiek verbeterd kan worden.
De Regeering en de Centrale Bond van
P. T. T.-peisoneel.
Zaterdag j.l. werd op verzoek van het
bestuur van den C. B. P. T. T. een bespre
king gehouden tusschen den Minister van
Waterstaat en genoemd bestuur in tegen
woordigheid van den directeur-generaal der
Posterijen en Telegrafie, ter bespreking van
de mogelijkheid tot herstel der afgebroken
betrekkingen tusschen de Regeering en den
genoemden Bond.
De Minister wees er op, dat het feit, het
welk de onmiddellijke aanleiding heeft ge
vormd tot het verbreken van het contact,
door de Regeering ontoelaatbaar werd ge
acht, omdat de daarbij tegen de Regeering
verwekte actie niet de belangen van hel
personeel tot onderwerp had. Bovendien
had, naar het oordeel van de Regeering, de
Bond kunnen welen, dat de belangen van
het publiek, waarvoor hij in die actie heette
op te komen, in werkelijkheid niet werden
bedreigd, terwijl voorts die actie niet ge
heel afgescheiden van de dienstuitoefening
Werd gevoerd. Bij deze onmiddellijke aan
leiding voegde zich dan, dat de Regeering
meer in het algemeen aan de wijze van op
treden van den Bond in den laatsten tijd
aanstoot had genomen, met name in zoo
verre in de publicaties van den Bond de
bedoelingen der Regeering telkens meer in
verdenking, werden gebracht en aldus een
sfeer van wantrouwen werd "geschapen.
Stelt men prijs op samenwerking met de
Regeering, zoo was het standpunt der Re
geering. dan heeft men zich bewust te zijn.
dat daardoor zekere grenzen worden gesteld
die echter naar het oordeel der Regeering
door den Bond waren overschreden.
Van dc zijde van den Bond werd onder
de aandacht gebracht een en ander, het
welk naar zijn oordeel de feiten in een
voor den Bond gunstiger licht mocht doen
zien, Inlus9chen verklaarde het bestuur van
den Bond, dal het, door rekening te houden
mot de door den Minister blijkens het vo
renstaande omtrent de grenzen der actie
kenbaar gemaakte inzichten, ernstig zal
Irachten conflicten als het onderhavige voor
de toekomst te vermijden.
In verband daarmede heeft de Minister
verklaard, dat de Regeering bereid is het
contact te herstellen.
Provinciale Staten van Zuid-Holland,
In de vergaderzaal der Tweede Kamer is
gisteren de zomer zitting der Prov. Staten
van Zuid-Holland geopend door den Com
missaris der Koningin E. C. baron Sweerts
de Landas- Wyborgh.
Tot buitengewoon lid der Gedep. Staten
werd benoemd nar. A. C. Crena de Iongh,
te 's-Gravenhage.
Aan het slot der vergadering heeft de
heer Ten Hope, na bekomen verlof van de
vergadering, tot Ged. Staten eenige vragen
gericht omtrent den gevaarlijken en onvol
doenden toestand van den grooten verkeers
weg Den HaagRotterdam en omtrent de
door Ged. Staten te nemen maatregelen, om
in dien toestand verbetering te brengen. Hij
wees er in het bijzonder op, dat door op het
gedeelte van den weg tusschen de Hoorn
brug en Delft, waar hel verkeer het druksl
is, de tramlijnen der H. T. M. naar het mid
den van den weg te brengen en de bermen
bij den weg te trekken en voor het verkeer
geschikt te maken, daar ter plaatse -een voor
het verkeer bevredigende toestand in het
leven kan worden geroepen. Aangezien het,
naar hem was medegedeeld, nog wel tien
jaar kan duren, vóór de door den Rijkswa
terstaat ontworpen Rijksweg Hoornbrug
Overscliie, met welks aanleg het Rijk niet
veel haast schijnt te maken, zou zijn- vol
tooid, was het van het grootste belang, dat
de zoo belangrijke verkeersweg Den Haag-
Rotterdam, in afwachting van het in-ge-
bruik-nemen van den nieuwen weg, voor
het tegenwoordige verkeer geschikt wordt
gemaakt, zulks zoo noodig door de provin
cie, die bij dezen weg groot belang heeft.
Mr. Limburg, lid van Ged. Staten, ant
woordde, dat in den weg Den HaagRot
terdam zelfs niet het kleinste .stukje pro
vinciale weg begrepen is. De weg van de
Hoornbrug tot Delft is in onderhoud bij
Delft, terwijl de weg van Delft naar Over-
schie voor het grootste deel Rijksweg is.
Ged. Staten hebben zich desniettemin
geenszins op het standpunt gesteld, dat zij,
althans wat eerstgenoemd gedeelte betreft,
niet hunnerzijds zouden kunnen medewer
ken om tot verbetering van dit wegvak te
komen. Zij zijn in onderhandeling getreden
met do directie der H. T. M. en het ge
meentebestuur van Delft omtrent de uilvoe
ring van een plan, hetwelk beoogt de tram
sporen van den weg te brengen, die dan
over een groote breedtè kan worden ver
hard en voor het verkeer geschikt kan wor
den gemaakt. De onderhandelingen zijn nog
niet afgeloopen.
Het door den heer Ten Hope aangegeven
plan, om de tramsporen op het midden van
i den weg te brengen, is door Gedcil Staten
I onderzocht, doch kon geen genade vinden,
omdat het den toestand eer zou verslechte
ren dan verbeteren. Voor de H. T. M. toch
is het noodzakelijk, dat het tramverkeer
tusschen Den Haag en Delft zoo frequent
mogelijk zij, en dit zou uitgesloten zijn, in
dien dit verkeer over het midden van den
weg zou moeten gaan.
Wat het wegvak DelftOverscliie be
treft, wees de heer Limburg er op, dat het
toch niet aangaat dat, waar deze weg Rijks
weg is en dé Regeering besloten heeft met
den aanleg van den nieuwen weg tusschen
deze plaatsen het eer9t te beginnen, de pro
vincie hier de- taak van het Rijk zou over
nemen, omdat dit zelf achter dien wegaan
leg niet dien spoed zet, die in het belang
I van het verkeer hoogst noodig is.
Nadat de heeren Ter Laan, De Bruyn en
i Ten Hope nog het woord hadden gevoerd
en de heer Limburg daarop had geantwoord.
1 werden de beraadslagingen door den voor
zitter gesloten.
De vergadering werd verdaagd tot 21
dezer.
Bezuinigingen bij de Ned. Spoorwegen,
Uit onderstaand overzicht kan blijken
welke resultaten de bezuiniging op de per-
soneeluitga/ven bij do Ned. Spoorwegen in
de laatste vier jaren hebben opgeleverd.
Het aantal personen, in dienst der Maat
schappij, bedroeg op 31 December van de
jaren 1921, 1922, 1923 cn 1921 respectieve
lijk 51.078. 47.567, 44.519 en 42.388.
De personeel uitgaven (loon, premies, gra
tificaties, bijdrage fondsen, dienstkleeding,
etc.) bedroegen in genoemde jaren onder
scheidenlijk f 129.585.000, f 125.748.000,
f 109.683.000 en f96.111.000.
De exploitatiekosten zijn over 1921
f20.408.725 minder dan die oven het jaar
1923. In drie jaren zijn zij van f 191.000.000
teruggebracht tot rond f 130.000.000. In de
64 mi'llioen minder, zijn ook begrepen de
ruim 33 millioen, die op de personeeluitga-
ven bezuinigd werd.
RECLAME.
594
nvhollanW
CHOCOLADE - F,
Nederlandsch Zendelinggenootschap.
Omtrent de 128ste jaarvergadering van
het Nederlandsch Zendelinggenootschap,
waaromtrent wij gisterenj reeds een en an
der mededeelden, kan nog het volgende
worden vermeld:
In het verslag, door prof. dr. H. M. van
Nes uitgebracht, betreffende de Nederland-
sche Zendingsschool, geeft hij een alge
meen overzicht van de geschiedenis der
Nederlandsche Zendingsschool gedurende
den laatsten cursus. Het was een kalm
jaar, waarin de studie rustig voortging en
ook het internaat aan zijn bestemming be
antwoordde. Dat de belangstelling in de
Zending toeneemt kan niet worden afgeleid
uit het aantal adspiranten, dat zich voor
het toelatingsexamen meldde. Slechts twee
werden aangenomen. In September zal een
nieuw toelatingsexamen worden gehouden.
Don löden Juli zal de school twintig jaar
bestaan. Herinnerd wordt aan het overlij
den van ds. Van der Giesen, den vice-voor-
zitter, die als zoodanig door prof. Cramer
I werd opgevolgd, en in het bestuur d?*
I prof. Swellengirebel, die te Beirout op won
derbare wijze gespaard werd. Prof. Schep
per verliet het bestuur door vertrek naar
I Indië en werd vervangen door dr. K. J.
Brouwer. Van de docenten ging dr. Pijper
naar Indië.
Alle kweekelingen, die examen deden ais
godsdienstonderwijzer bij het classicaal be
stuur van Leiden, en bij de Indische com
missie als hulpprediker, zijn geslaagd.
Dr. O. W. Th. baron van Boetzelaer van
Dubbeldam geeft ecn overzicht van de in
ternationale verhoudingen. Spr. wijst er
op, dat het Zendingswerk zoovele en zware
eischen stelt. Het is tegenwoordig wel ge*
makkelijk zijn lichaam naar andere landen
te verplaatsen, maar niet om zijn ziel naaf
het Oosten te brengen. En dat is het toch,
wat de Zending eisoht: het inleven in het
zieleleven en de behoeften der inlandache
bevolking.
Een andere eiscli is de Nederlandsche
Zending te zien als deel van het groote wc-
reldgeheel der Zending. Er zijn maar wei
nig menschen, die het geheel kunnen over
zien. Nederland neemt een geïsoleerde po
sitie ia het wereldgcheel in. Al onze Zen-
dingaarbeid is geconcentreerd in Ned.-In
dië. Daarin ligt onze kracht, maar ook is
er een groot gevaar in. Het is veel waard,
dat wij ons kunnen concebtreerentooh
blijkt dat elders dezelfde problcmeh wor
den gevonden, als bij ons. Er zijn bijv. dia-
den, die de geheele Islamietische wereld
verbinden.
In het algemeen zijn do Nederlanders
menschen, die internationaal voelen. Daar
om valt hét ook Anzo. ZendingRinannen
niet moeilijk aandeel te nemen in den in
ternationalen arbeid. Spr. geeft ecn over
zicht van de oprichting van den Interna
tionalen Zendingsraad, van zijn beteekenis
cu zijn plaats. Goede conferenties zijn be
legd ,maar hierin ligt niet het zwaartepunt
van den arbeid. Van meer beteekenis is,
dat onze Raad een bureau heeft met twee
secretarissen, die met alle volken cn lan
den in aanraking komen en veel studie
materiaal verzamelen. Een derde secretaris
wordt thans noodig geacht, inzonderheid
met het oog op de Continentale groep. Do
andere secretarissen zijn voortgekomen uit
de Amerikaansche' en Engelsche groep.
Verder wijst spr. op de organisatie van do
Continentale Zendingscorporaties. Voor
Nederland is het van gewicht zijn plaats
in deze organisaties in te nemen. Het is
jammer, dat Nederland nog niet klaar is
met zijn eigen organisatie. Het heeft nog
geen nationalen Zendingsraad, alleen maar
een Commissie van Advies, die er voor in
i de plaats treedt.
Aan het slot van de vergadering heeft
mr. F. Gunning namens dc familie een ge
schilderd portret van wijion dr. Gunning
aangeboden, geschilderd door den heer
j Briefc, te 's-Gravenhage. Prof. Van Nes aan-
I vaardt het als voorzitter van de commissie
van samenwerking. Hij brengt daarbij eti-
j kele bijzonderheden aan den persoon en
het werk van dr. Gunning in herinnering.
Hij was de man der samenwerking. Na
zijn eerste Indische reis sprak hij als zijn
I ervaring uit: Ik heb het geloof behouden,
j Na zijn tweede reis sprak hij over gehoor
zaamheid als het motief der Zending.
Met dankzegging is de vergadering daar
na gesloten.
Fasie van Bonden van Technici.
De besturen van den Alg. Ned. Opzich
ters- en Teekenaarsbond, den Bond van
Technici cn den Nederl. Bond van Metaal-
technici hebben te Utrecht een gecombi
neerde vergadering gehouden, waarin be
sloten werd lot fusie over le gaan en waarin
voorloopig de Nederl. bond van technici
werd opgericht.
liet bestuur daarvan werd als volgt sa
mengesteld: G. B. W. Denzler, voorzitter;
H. G. v. d. Molen, secretaris (bezoldigde);
Joh. Elles, penningmeester; J. Bijlaard, 4de
lid van hel dagelijksch bestuur; A. Lodder
Nzn., A. T. v. Assendclft, J. Mienslra, F.
Koggink en II. Twechuizen.
De Bond zal beslaan uit drie hoofdgroe
pen, to weten: technici in overheidsdienst,
metaal-technici cn bouwkundigen.
Besloten werd de administratie van voor
noemde bonden zoo spoedig mogelijk sainen
te voegen.
Zoo spoedig mogelijk zal een congres van
den nieuwen "bond worden belegd.
Het doel van den nieuwen Bond is als
volgt omschreven:
,,De Bond erkent, dat door de immer
voortschrijdende ontwikkeling van het bc-
drijfswezen, met de daarmede gepaard
gaande 9pecialiseering en massa-productie,
Ook voor de technici de mogelijkheid steeds
OH het Enjelsch van Baronesse ORCZT.
^Geautoriseerde vertaling van A. T.
43)
Toc« het einde kwam, en hij haar zacht
jes uit zijn armen liet glijden, lag zij een
ooeenMik heel nistig, zonder iels te zien ol
te begrijpen, duizelig van dit ontwaken uit
een droom. Zij stad haar handen uit, en
Voelde het halve duister om zich heen. Toen
streek zij met haar hand over haar oogen en
keek drooraerig rond. Wat er voor licht
was, kwam door twee nauwe spleten die
verrieden, dat er een deur dicht bij was.
ite. h! °P «n rustbank met een kussen on
der haar hoofd cn van den anderen kant
gefluister van stemmen.
Weldra begreep zij. waar zij was. Jim had
haar naar het huisje van Mudge terugge
bracht om te rusten, en dan zouden zij over
hun plannen voor de toekomst spreken, en
regeten, wat het beste gedaan werd, in de
eerste plaats voor Jims veiligheid en dan
tot zij zich zoo gauw mogelijk bij hem zou
kunnen voegen. Voor het oogenblik was zij
vol van geluk en verbazing, om aan bui-
fenslaande zaken #een gedachte le wijden
de politieke toestand, de oorlogvoerende
Wementen, die zoolang tusschen haar en
J gestaan hadden, dat alles was uit haar
geest weggevaagd door de wegwisschetide
tooverhand van dit wonderlijke geluk
Toen zij in het gefluister, dat van de an-
flere zijde van de deur kwam, Jims stem
perkende, stond zij op en iging op haar tee- f
nen naar de deur. Zij tastte naar den klink
en vond dien, maar voordat zij hem om
draaide. boog zij haar hoofd, om te luiste
ren. Jim sprak, en er was iets heerlijks in,
hier vlak bij hem le staan, naar zijn stem
te luisteren, en dan alleen die dunne
scheidsmuur tusschen haar en de vreugde
van voor den dag te komen cn zich weer
in zijn armen te nestelen.
„Zij zal nu wel rusten, denk ik," zei Jim,
want zij is vermoeid van haar lange wan
deling. Pas heel goed op haar, Rebekka."
„Daar kunt ge zeker van zijn, heer!" ant-
waardde Rebekka vroolijk.
„Wees niet bang, Jonker Jim, wij zullen
voor uw vrouw zorgen," klonk een ruwe,
vriendelijke stem, die Barbara herkende als
van Mudge, den smid, te zijn.
„Ge zult met Mevrouw Barbara lot het
kasteel rijden," ging Jim voort, „en zorgen,
dat zij veilig door het poortgebouw komt?"
„Natuurlijk, heer, vertrouw op mij. Geen
kwaad zal uw vrouw deren. En Rebekka
zal haar wat eten brengen, als zij wakker
wordt."
„God zegene je, Mudge. en jou ook,
meisje", zei Jim. „Ik wilde, dat ik iets voor
u beiden kon doen in ruil voor alles, wat
ge voor mij gedaan hebt."
Iets verschrikkends deed Barbara atijf
stilstaan, terwijl zij luisterde. Zij had elk
oogenblik naar Jim kunnen loopen. en hem
kunnen vragen, wat dit alles beteekende;
maar iet9 hield haar vast op de plek, om te
wachten op, zij wist niet wat. En nu was
het de smid. die weer sprak:
„Pas op, Heer," zeide hij. het zal veiliger
voor u zijn, hier uit de streek weg te gaan.
De kolonel op het kasteel en Squire Brent
.ook komen er openlijk voor uit, dal zij graag
zagen, dat ge opgehangen werd." i
„Ik dacht niet aan mijn eigen veiligheid,
Mudge, maar aan die van u allen, mijn
beste, goede vrienden die mij al dezen
tijd geholpen hebben."
„Wij vonden het heel prettig, u nu en
dan te zien, Jonker Jim. Het was iets van
den ouden tijd. Maar nu de legermacht van
den Koning verstrooid is," ging Mudge vroo
lijk voort, „denk ik, dat de Lord weldra naar
het kasteel terug zal keeren en aHes zal
weer worden als vóór den lijd, dat de men
schen tegen elkander gingen vechten."
„Ik twijfel er aan, Mudge, of alles weer
ooit zal zijn als vroeger," antwoordde Jim
zuchtend. „In ieder geval, niet in eenige ja
ren. Wij zullen dan allen ouder en anders
geworden zijn."
„Gaat ge u bij het leger voegen, Jonker
Jim?"
„Bij de zeemacht, Mudge," antwoordde
Jim. „Als wij met elkander vrede hebben
gesloten, zullen wij oorlog krijgen met de
Hollanders, denk ik. Ik wil spoedig met mijn
opleiding klaar zijn, want ik weet weinig
van de zee af, en wil goed voorbereid zijn."
„Nu, het is een goed beroep. Jonker; maar
hoe kwaamt ge er bij?"
„Omdat het een mooi beroep is, Mudge, en
omdat men bij de zeemacht niet strijdt te
gen wie men liefheeft."
„O, daar heeft u gelijk aan, Jonker Jiml
Wanneer gaat ge?"
„Dadelijk, Mudge. Binnen een uur hoop
ik goed en wèl weg te zijn."
„Och, och!" mompelde de oude man; „ik
zie u niet graag heengaan, jonker Jim, dat
is waar is het niet, meisje?"
Rebekka's antwoord was een luide snik.
„En wanneer zien wij u weer, jonker?"
„Als de zaken weer zijn als zij vroeger
waren, Mudge," antwoordde Jim langzaam
en peinzend, „en wij allen hebben leeren
vergeten."
„Ik zal nooit leeren u le vergeten, Jonker,"
stamelde Rebekka, zenuwachtig snikkend.
Maar de volgende woorden werden verslikt
in e«en kreet van veibajzing, zelfs haar tra
nen hidden plotseling op te vloeien, want
de deur, die in de kleine kamer uitkwam,
ging open en Mevrouw Barbara stond op
den drempel; daarna beweerde de kleine
Rebekka, daJt dat gezicht haar vervolgde, de
groote, -schitterende, donkerblauwe oogen,
die gitzwart schenen in het bleeke, strakke
gelaat, het goudblonde ihaar gladgestreken
tegen de Iblauwigeajderde slapen en de mond
half geopend als op heft punt om een ha/rt-
versdheurenden kreet te slaken. Op dat
oogenblik stond Mudge naast Jim met gebo
gen hóafd en de hand van den jongen rrran
als tot afscheid vasthoudende. Rebekka
hield haar schort tegen haar oogen en de
linkerhand van Jim lag op den schouder
'van den ouden mam. Op het geluid van de
opengaande deur keek de smid op en toen
hij Barbara zag, keek hij vragend van haar
naar Jiim; daarop, gedreven door aangebo
ren kiesdhheid en een geheim vermoedende,
dat niet aan hem stond, om op te lossen,
wenkte hij Rebekka en samen gingen eij
zacht de kamer uit.
9.
Jim scheen een oogenblik als verlamd.
Dit eene ding had hij blijkbaar niet voor
zien, dat Barbara ontwaken zou, voordat
hij voorgoed uit haar gefzicht verdwenen
was. Nu zeide iedere lijn van haar droevig
gelaat hem, dat zij alles gehoord en zijn
voornemens geraden 'had. En hij was niet
bestand tegen een ontmoeting, die hem
voor de zware keuze «iWHad afstand te
doen van zijn liefde of van dc achting voor
zichzelf. Daar bestond tusschen hem en de
vrouw, die hij aanbad, da-I, wat geen liefde
van beide kanten kon overbruggen; en het
eenige, wat (hij doen kon en dat met zijn
eigen eergevoel strookte, was uit baar leven
te verdwijnen en 'het aan haar Overlaten,
om te vergelen. Maar nu haar slem te hoo-
ren, weder in die lieve oogen to zien, weder
dien blik van smeek ing cn liefde te door
staan, was, dat voelde hij, boven zijn
macht, en terwijl hij zichzelf een lagen
lafaard noemde, keerde hij zich van haar
aif naar de voordeur, vastbesloten om te
vluchten.
Met een kreet vloog Barbara naar hem
toe, en toen hij de deur bereikte, stond zij
tusschen hem en zijn eenige kans tot ont
snapping. Met uitgestrekte airmen leunde zij
tegen de deur cn haar wijdgeopende, don
kere, droevig*, oogen waren op hem gericht.
„Ge gaat niet heen, Jiml" zeide zij heesoh,
en zij trachtte vastheid aan haar stem te
geven.
Zijn gelaat was aschkleurig geworden.
Hij scheen haar een man boe, die onbe
schrijflijk gefolterd weidzijn lippen bewo
gen zich, maar er klonken geen woonden,
en zij hertiaaide duidelijker en vasleT:
„Ge gaat niet heen!"
liet was geen vraag; het was een beslis
sing.
TWordt vervolgj).