Mannen één De Hand mei het Litteeken, No. 20004. LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 29 Mel Derde Blad. Anno 1925. BINNENLAND. EERSTE KAMER. TWEEDE KAMER. FEUILLETON. De Taiielwet. Afgekondigd is Staatsblad No. 202, hou dende het besluit van 26 Mei 1925, betref fende vaststelling van den dag, waarop de Tariefwet 192-1 (Stbld. No. 563) volledig ia .werking treedt. Hierbij ia bepaald, dat de Tariefwet op 1 Juli a.s. in working zal treden. Het kastekort in Ede. Ten vervolge op vroeger gedane roeedce- lingen schrijft de commissie voor de Staats uitgaven thans o.m. het volgende: In de verslag der Rekenkamer over 19-3 wordt melding gemaakt van het tekort in de kas van den voorlvluchtigen -corpsadmini- Btrateur van het 10de re?, infanterie te Ede. De eerste luitenant, die gedurende het yerlof van den kapitein-administrateur van 13 tot 23 Juli 1923 diens functie had waar genomen, had bij de overneming van L-? kas verzuimd zich er van te vergewissen ol het saldo der postrekening, dat blijkens hei kasboek f ^,206,881/* moest bedragen, doch in werkelijkheid slechts f20G,S81/2 beliep, ook werkelijk aanwezig was. Naar de mee ting der Rekenkamer, waarmede de com missie voor de Staatsuitgaven kan instem men, heeft genoemde luitenant daardoor leen grove nalatigheid gepleegd, waardoor hij mede aansprakelijk kan worden gesteld voor het tekort. De Minister van Oorlog er- Boende, dat de bovenbedoelde luitenant der infanterie niet naar beliooren de kas had jovergenomen, hij achtte liet echter onbil lijk den luitenant aansprakelijk te stellen, Dindat hij de dupe zou zijn-geworden van misleidende handelingen van den kapitein- administrateur, die misbruik had gemaakt van de onervarenheid van een jongen offi cier. De commissie kan het billijken dat de luitenant niet aansprakelijk wordt gestold, maar aoht den brief van den minister niet bevredigend. Een zoo grof verzuim behoort niet te worden vergoelijkt door te wijzen op |Ae onervarenheid van den zooveel jongeren Officier. De commissie spreekt dan ook de (Verwachting uit dat de minister van oorlog Üe onder hem ressorleerende ambtenaren Bal weten te doordringen van het feit dat Overneming van een kas een ernstige aan gelegenheid is, die met de noodige nauwge zetheid met inachtneming van de voorge schreven formaliteiten moet geschieden. iVeTslagen der Algemeene Rekenkamers in - Nederland en in Indië over 1923. Verschenen is een verslag van de com missie voor de Staatsuitgaven betreffende de verslagen van de Algemeene Rekenka mers in Nederland en in Nederlandsch- ïndië, bedoeld in art. 79 der Indische comp tabiliteitswet. betreffende haar werkzaam heden over 1923. Het onderzoek van deze Verslagen heeft der commissie aanleiding gegeven tot de opmerking, dat de admini stratie bij verschillende diensten in Neder- landsch-Indië blijkbaar hoog9i gebrekkig is. De commissie hoopt dat legen de gebleken grove tekortkomingen een bedenkel ijken achterstond met strenge hand zal worden Opgetreden en te dien aanzien afdoende [verbeteringen zal worden gebracht. Nu er voldoende ambtenaren beschikbaar azijn kan gebrek aan personeel niet meer als veront schuldiging voor deze misstanden worden aangevoerd. De commissie stelt voor lo. de verslagen voor kennisgeving aafi te nemen, 2o. van haar verslag een afdruk te zenden aan den Minister van Koloniën en aan de Alge meene Rekenkamers in Nederland en in Nederlandsch -1 ndië. Woningbouw. De Minister van Arbeid, Handel en Nij verheid heeft een circulaire tot de genieen- te-besturen gericht, waarin hij met betrek king tot het gebruik van het batige saldi de exploitatie van met Rijkssteun ingevolge de Woningwet gebouwde wonin gen het volgende mededeelt: Met ingang van het exploitat'.ejaar 1924/ 1925 zullen bij de vaststelling van bij dragen voor met Rijkssteun gebouwde wo ningen de batige saldi op de exploitatie van reeds eer door dezelfde Vereeniging, vennootschap of stichting of bij gemeente bestuur door de gemeente gebouwde wo ningen niet m?er in mindering worden gebracht van de door het Rijk en Gemeent uit te keer en bijdragen. Tenzij bij de verleening van het voor schot de voorwaarde is gesteld bedoeld in artikel 23 van het Woningbesluit, moeten alsdan de batige Baldi door de vereeniging, vennootschap of stichting of bij gemsente- bouw door de gemeente worden gereser veerd ten einde te zijner tijd te worden aangewend tot verbetering van de volks huisvesting, b.v. nieuwbouw. Deze bepalingen gelden niet voor dat deel van eeu eventueel bat;g saldo, dat ingevolge de voorwaarde bij de toekenning van een voorschot gesteld, aangcw:ni moet worden om,met de toegekende bedrage een sluitende rekening te verkrijgen, lu die gevallen zal bij de vaststelling van de bij dragen steeds rekening gehouden worden met een batig saldo ter grootte van het bedrag, dat bij de toekenning van het voorschot en de bijdrage werd geraamd. Op last van de Koningin brengt de directeur van het kabinet der Koningin ter algemeene kennis, dat H. Ms. verblijf in het buitenland de aan Haar gerichte brie ven in gesloten omslagen, voorzien van een adres aan H. M. op de gewone wijze per post kunnen worden ingezonden of be- zorgo bij het Kabinet der Koningin te 's-Gravenhage. De Koninklijke Familie is gisteravond van Het Leo vertrokken. Zij zal eerst een:ge dagen doorbreugen bjj dto hertog en de hertogin Adolf Friedrich van Mecklenburg te Wiligrad, en zich van daar naar Zwit serland begeven. De Koningin-Moeder is gisteren \an Het Loc op liet paleis te Soestdijk aangekomen, vergezeld van baronesse Van Ittersnm. cn graaf Van Limburg Stirum voor den tiju van haar verblijf aldaar. Men meldt uit 's-G ra venhagc: De patroons-organisaties, die door baron Wit- tert van Hoogland in verband met diens bemiddelingsaanbod tot een conferentie met afgevaardigden der werklieden-organi saties in zake de schildersstaking waren uitgenoodigd, hebben telegrafisch aan ba ron TVittert van Hoogland medegedeeld, dat zij aan de conferentie niet konden deel nemen, zoodat de bemiddelingspoging zon. der succ?s is gebleven. Naar men verneemt heeft de Neder- landsche regeering eenige-n tijd geleden f 3.150.000 betaald als schadevergoeding aan 13 Rotterdamaohe en Amsterdamsche rce- derijen voor het requireeren van 31 sche pen in 1917. De verdeeling van dit bedrag heeft geen enkele moeilijkheid opgeleverd. De Holkwid-Amerika-lijn heeft er f 7CO.OC6 van ontvangen. Bij Kon. besluit is aan J. M. van Mee-" telen, op ^ijn verzoek, met ingang van 1G Jujli, eervol ontslag verleend als burge meester van Uithoorn, met dankbetuiging. In opdracht van den voorzitter uer Horticultural Society of New-York heeft de heer Scheepers die als afgevaardigde dier Vereeniging de bloemententoonstelling te Heemstede bezocht, den heer E. H. Kre- lagc medegedeeld, dat hem de gouden me daille, welke éénmaal per jaar door die Horticultural Society'wordt toegekend, is toegewezen als waardecring voor de tentoonstelling te Heemstede en haar in vloed op de ontwikkeling van den Tuin bouw. Te Zwolle js de jaarvergadering ge houden van den Chr. Boeren en Tuinders- bond in Nederlandvoorzitter prof. Die penhorst. De heer Otten, rijkslandbouw- leeraar te Zwolle, vertegenwoordigde den Minister van Binnenlandsche Zaken, bracht diens wens oh over, dat veel zegen dezen Bond ten deel moge vallen, In de middag vergadering hield dr. Lovinlc, oud-directeur generaal van den Landbouw, een rede over „De uitbreiding van cultuur-gronden." Bij de Tweede Kamer is ingekomen een brief van den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, houdende intrekking van het wetsontwerp tot wijziging van 1I9 bepalingen der Arbeidswet 1919, betreffen de den arbeid in broodbakkerijen. Een deputatie van leden der Provin ciale Staten heeft aan den aftredendon Commissaris der Koningin in Groningen een zilveren blad aangeboden, voorzien van de wapens der familie Tjarda van Starkeu- borgli Stachouwër en van de provincie Gro ningen, benevens een inschrift-, vermelden de de datums l October 19171 Juni 1025. Het Tweede Komer-Üd Duymaer van Twist heeft dm Minister van Buitenland che zaken de volgende vragen gesteld: I Ia het den Minister bekend, dat, evenals in België, thans ook in Frankrijk maatregelen worden getroffen, waarbij schippers, die met hun vaartuig dit land bezoeken, bela ting wordt opgelegd? n. Kan de Minister over d9ze ix?lasting nadere me de deelingen doen? III. Zco vraag I bsvesti/end wordt te- antwoord, i3 de Min ster dan biradd stapp.n te doen, om de getroffen maatregelen on gedaan te maken? De Minister van Financiën brengt ter kennis van h:t publiek, dat met in gang van 5 Juni de pasccntrole en de visitatie van reizigers en van hun hand- on ingeschreven bagage in den trein D 2 in de richting DuitschlandNederland zal ge schieden tijdens den rit van Benthelm tot Deventer. Op uitnodiging van de met de visitatie belaste ambtenaren zullen de re'z'gers de hun voor de ingeschreven bagage afgegewo regu's hebben te vertoonen en zich des- veriangd naar den bagagewagen hebben te begeven. Reizigers, die, hóewei zij ingeschreven ba gage hebben, hun regu niet vertoonen, of Diet, désverlangd, hun ingeschreven bagage aan dc visitatie onderwerpen, zullen de daaruit brj het in-ontvangst-u: min dier ba gage aan zichzelf hebben te wij .en. Aangezien het hier een proef regeling geldt ter versnelling van het internationaal reizigersverkeer en ten gerieve van het rei zend publiek, wordt vertrouwd, dat da rei zigers te dezer zake hun volle medewer king zullen verkenen. Handelsgoed is van de visitatie in den. trein uitgesloten. De Nederl. Bioscoopbond heeft een adres gericht aan de Tweede Kamer, waar in hij verzoekt het ontwerp-bioscoopwet in deze parlementaire periode niet meer in be handeling te nemen o.r, zoo zij het wel be handeld het niet aan te nemen, althans te verwerpen de artik. 4. (mogelijkheid van weigering eener vergunning tot het houden van een bioscoop in gemeenten beneden 20.000 zielen-, 10 (gemeentelijke nakeuring) en 22. (mogelijkheid van verbod van bio - scoopbezoek aan personen beneden 18 jaar), alsmede wijziging te brengen vooral in art. 16 (betreffende criteria voor de keuring en keuring voor volwassenen). Het „Nederlandsch Weekblad voor den Handel in Kruidenierswaren" bericht, dat de Re.gcering voornemens is, het al gemeen kieurverbod van vermicelli op t9 heffen en alleeu to verbieden het gebruik van voor de gezondheid schadelijke kleur stoffen. De Minister van Financiën heeft be paald, dat op 39 Mei, 6, 13, 20 en 27 Juni, 4, 11, 18 cn 25 Juli, 1. 8, 15, 22, 29 en 31 Augustus 1925 de L'eurzen voor den gekl- en fondsinhandel zuilen zijn ge sloten, alsmede dat die dagen voor fee- ningen, als bedoeld in afderiing V der Beursvoorschrif'ten 1914, niet als werkdagen zullen worden beschouwd. RECLAME. Indien bij het scheren uw huid pijn doet ol stuk gaat, kunt gij dit voorkomen door uw huid vóór het inzeepen eerst in le wrijven met een weinig Purol. 8738 (Zitting van gisteren.) Wissels en Assignatiën. Na opening der vergadering komt in be handeling bet wetsontwerp tot wijziging van de bepalingen omtrent wissels en assigna tiën. De beer VERKOUTEREN (C.-H.) komt er tegen op, dat er in deze bepalingen weer opgenomen is een definitie van een wissel. Spr. zet uiteen, dat een definitie in een wet uit den booze is. Men vindt zelfs in meer dan een wet definities van één woord; zoo worden in de oude wetgeving van „arbei der" drie definities gegeven, van „onschend baarheid" in onze Grondwet vier. Een Am- sterdamsclfè straatjongen heeft twintig de finities van een agent, maar van beteeke- nis is alleen dat de agent, als de jongen kwaad doet, hem bij de kraag pakt. De Minister van Justitie, mr. Th. HEEMS KERK, wijst er op.dat in het W. v. K. reeds een definitie van wisselbrief is opgenomen. Nu ging het niet aan die definitie bij de herziening enkel te schrappen, dat zou mis leidend zijn geweest en daarom was bet we^ zoo goed een betere, moderner definitie te geven. In bet internationaal wisselrecht wordt aangegeven, wat een wissel moet in houden en dat lijkt sprekend op een defi nitie. Overigens is bet z. i. zeer gewenscht, dat de wet aangeeft welke de beteekenis van de verschillende figuren in het wisselrecht is. Het ideaal van mr. Verkouteren komt hierop neer, dat alles geschrapt wordt en alles aan den rechter wordt overgelaten, doch voor spr. gaat dat veel te ver, al zou het voor een minister van justitie we! zoo gemakkelijk zijn. De lieer VERKOUTEREN (C.-H.) repli ceert en beweert, dat 's ministers opvatting vloeit uil de trias politica. De MINISTER VAN JUSTJTJE weerspreekt dit bij dupliek, waarna liet ontwerp z. h. st. wordt goed gekeurd. Pensioenen reseive-adjudanten-onderoffisier Goedgekeurd wordt de wijziging der wet op de pensioenen van de réserve-adjudanten onderofficier van de landmacht. De Kamer gaat uiteen tot 9 Juni, des middags te 2 uur. (Zitting van gisteren). Regeling van werkzaamheden. De VOORZITTER stelt voor nog ccnige wetsontwerpen aan de agenda toe te voe gen, w.o. het subsidie voor de vroedvrou wenschool te Heerlen. De heer SNOECK HENKEMANS (C.-H.) heeft tegen enkele ontwerpen bezwaar, o.n. tegen het subsidie-voorstel Heerlen. De Mi nister zegt zelf dat hij nog een rapport wachtende is. Het gaat dus niet aan dit onderwerp te behandelen en hij stelt dus voor dit ontwerp niet op de agenda te plaatsen. De VOORZITTER zegt dat de Regeering op behandeling prijs stelt en dat een blanco eindverslag is uitgebracht. De heer SNOECK HENKEMANS (C.H blijft zijn bezwaar handhaven Dc heer SCHAPER (S.-D!) erkent het bezwaar van den heer Snoeck Henkemans, maar vindt het niet verkeerd het toch te behandelen. De heer BOON (V.-B.) zegt dat het de schuld is van den Minister dat in de Kamer bezwaar wordt gemaakt. Hij wil de nadere gegevens afwachten. De heer BEUMER (A.-R.) zegt dat het voorstel bedoeld is als tijdelijke beslissing waartegen hij geen bezwaar heeft. Vóór de definitieve beslissing is een nader rapport gewenscht, maar voor een tijdelijke is dit niet noodig. Het voorstel van den Voorzitter wordt aangenomen met 37 tegen 23 stemmen. Pensioen vrijwilligerslandstorm. Aan de orde iB het wetsontwerp Pensi oenwet voor de vrijwilligers bij den land storm. Z. d. en z. h. s. goedgekeurd. RECLAME. Er Is en er blijft maar 8228 Vereeniging van gemeenten. Aan de orde is het wetsontwerp Vereeni ging van de gemeenten Deurne en Liessel en Vlierden. De lieer RUTGERS (A.-R.) zal zich niet verzetten, maar heeft niet veel instemming voor een onderwijs als dit. Z. h. s. goedgekeurd. Gemoedsbezwaren tegen stemplicht. Aan de orde is het wetsontwerp aanvul ling van de Kieswet (regeling voor hen die gemoedsbezwaren tegen stemplicht hebben) De heer VLIEGEN (S.D.) is tegen dit ontwerp omdat tot dusverre ook andere dan gemoedsbezwaren als een geldige reden voor niet-stemmen werden aanvaard. Feite lijk is dit ontwerp dus een beperking en daarom is hij er tegen. De Minister van Binnenlandsche Zaken, de heer BUYS DE BEERENBIiOUCK be toogt dat de bezwaren deugdelijk moeten zijn en er o.a. uiterlijke kenteekenen zijn aan te wijzen waaruit blijkt dat de gods dienstige overtuiging die bezwaren met zich brengt. Een omschrijving zóó te geven dat niemand ze kan ontduiken, is onmogelijk. Bij enkele inrichtingen in den lande zijn er godsdienstige bezwaren en die wil spr. eer bicdigen. De heer VLIEGEN (S. D.) had liever de bepaling gezien dat men kon vragen niet op de kiezerslijst te worden geplaatst we gens gemoedsbezwaren. Dan was er gelegen heid geweest de gemoedsbezwaren behoor lijk te toetsen. Art. 12 worden goedgekeurd. Art. 3. De lieer SURING (R.-K.heeft bezwaar er tegen dat achteraf door vorzuimers ge moedsbezwaren worden aangevoerd. Daar aan zit een gevaarlijk kantje, omdat ge makshalve gemoedsbezwaren zullen worden opgesomd terwijl de reden van het verzuim anders ware. Hij i3 tegen deze bepaling. De heer v. BASSE VAN IJSSELT (R.-K.) ondersteunt deze bezwaren. De MINISTER verdedigt het artikel als onmisbaar deel van dit voorstel, vooral met het oog op de verkiezingen van dit jaar. Art. 3 wordt verworpen met 37 tegen 25 stemmen. Het wetsontwerp wordt aangenomen met 40 tegen 21 stemmen, Suppl. Indische begrooting 1925. Aan de orde zijn de wetsontwerpen nade re wijziging van de begrooting van Neder- landsch-Indië voor 1925 (verschillende on derwerpen). Z. d. en z. li. s. goedgekeurd. Wijziging onderwijswetten. Aan do orde is het wetsontwerp wijziging en aanvulling der hooger onderwijswet en der wet tot regeling van het hooger land bouw- en hooger veeartsenijkundig onder* wijs, Dc lieer BEUMER (A.R.) voelt er niets voor om de veeartsenijkunde voortaan die- rengcnceskundo te noemen. Het is voor het vee dat do Staat deze geneeskunde bevordert en niet voor, hondjes, poesjes, of pipschc kana- jUit het Engelsch van Baronesse ORCZY. CGeautoriseerde vertaling van A. T. 9) Een zweem van een glimlach verscheen .weer op Jims gelaat, waardoor de uitdruk king van hardnekkigheid even verdreven werd, die er langzamerhand op gekomen Was onder den stortvloed van de beleedi- gingen van den ouden man. „Uw Genade heeft mij nog geen gelegen heid gegeven een woord te-zeggen," zei hij eenvoudig. „Vervloekt! Ik geef ze U nu", antwoordde Squire Brent. „Zeg op maar ik waarschuw U verwacht geen goederlierendheid van mij." „Helaas, ik heb reeds lang alle hoop daarop opgegeven, en ik vrees zelfs, dat ik .voor altijd Uw goedgunstigheid verbeuren zal, als ge gehoord hebt, wat ik kom zeggen" „Gaat ge weg?" viel de oude man met een bitteren Joon van minachting in „gij en Uw familie zullen Uw hoofden gaan ver bergen, lot de slonh voorbij is, en ge terug kunt keeren onder het voorwendsel van trouw en in de hoop. dat het verleden ver geten zal worden! Op mijn woord, het is .wijs, maar niet heldhaftig! Waar gaat ge heen? Naar Frankrijk?" „Naar het kamp, mijnheer, om mij bij het leger te voegen," antwoordde Jim. De oude man fronste het voorhoofd, eenigszin3 verward. „U bij het leger te voegen?" mompelde hij langzaam. „Zijne Majesteit heeft u dus vergeven?" „,Om mij bij het leger te voegen, mijn heer," herhaalde de jonge man. „Lord Es sex heeft aan ieder van mijn broeders een compagnie toevertrouwd. liet zou niet pas sen. dat ik thuis bleef." Weer fronste Squire Brcnt het voorhoofd. Het drong voor liet oogenblik niet geheel tot hem door. wat Jims woorden werkelijk in hielden; hij keek eerst met een soort van verbazing naar den jongen man, die weer in zijn gewonen staat van kalme onver schilligheid scheen teruggevallen te zijn. „Lord Essex!" mompelde Squire Brent weer, zonder le begrijpen. Jim glimlachte een vreemden, zelf-verne- derenden glimlach. „Mijn broeder Nathaniel neemt de lei ding van dit alles. Hij zegt, dat ik een te groote dwaas ben, om een compagnie te hebben, maar dat zij zeer veel strijdbare mannen noodig hebben." Toen de naam van den generaal van het Parlement voor het eerst genoemd werd, had Barbara onwillekeurig een kreet ge slaakt. Daarop sloeg zij de hand voor den mond. Zij had spoedig genoeg begrepen, wat Jims woorden beteekenden. De geest van den ouden Squire werkte langzamer. Hij bleef maar dof en alsof liij hel niet begreep dc woorden ..Lord Essex" herhalen. Toen werd opeens de waarheid hem dui delijk. James Fiennes, Barbara's echtgenoot, de echtgenoot van het kind, dat hij het meest in de geheele wereld liefhad, nam de wapenen op tegen des Konings heilige Ma jesteit! Een paar seconden lang bleef de oude man doodstil een stilte gelijkend op die in de natuur vóór een hevigen donder slag, scheen over het oude kasteel te komen, terwijl zijn heer daar stond met blikse mende oogen. trillende lippen en wangen, die de kleur van lood hadden. Toen liet hij plotseling een schorren kreet hooren. „Verrader!" riep hij, en zonder waar schuwing greep hij met beide handen een der massieve eiken stoelen, die naast hem stond en zwaaide dien met verwonderlijken kracht Het volgend oogenblik zou hij don jongen man neergeslagen hebben, want Jim* die dit niet verwachtte, was geen duimbreed geweken, en Squire Brent was, ondanks zijn jaren, nog krachtig genoeg, om het ge heele gewicht van den stoel met een vree- selijken slag op het hoofd van den jongen man te doen neerkomen. Maar met de snel heid van een bliksemstraal stond Barbara naast den Squire tusschen ham en Jim. Den 1 aalsten trok zij mot een ruk ter zijde, en toen sloeg zij haar jonge, sterke armen om den ouden Squire heen. Haar Vlugge handeling had een slag voorkomen, die zeker noodlottig zou ge wiekst zijn. Later verweet de oude Squire Brent zijn dochter meermalen, dait zij. tus- schenbeide was gekomen. Hij beweerde, da/t veel van do ellende en het verdriet der la tere jaren voorkomen zou zijn, als die ver dorven verrader, James Fiennes, toen en op die plaats door een redhtvaardige hand gedood was. Zooals hot nu was, stond de oude man nog een paar seconden- stil zoo stijf als een waar beeld van toornige wraak met het wapen in de hand; toen werd de spanning zijner armen gaandeweg minder, en kalm en langzaam liet hij den stoel zinken en zette hom naast zich neer; toen duwde hij Barbara heel zacht van zidh weg, en keek nog eens den man aan, die hem zoo diiep heleedigd had. Met uitgestrekte hand wees hij naar de deur, „Uit mijn huis!" mompelde hij heesch, want opgekropte woede had hem uitgeput en buiten adem gelaten. Eerst scheen het, dat Jim, zonder een woord te spreken, wilde gehoorzamen; toen zei hij, als met tegenzin: „Ik zou graag een paar woerden tot mijn vrouw zeggen." „Uit mijn huis!" heihaalde Squire Brent krachtiger. „Zij is mijn vrouw," zei Jim met een toon vam hartstochtelijke smeeking in zijn stern, die vreemd genoeg afstak bij de ge wone onverschilligheid van zijn voorkomen. „En misschien kom ik nooit weer terug." „God geve, dat dit zoo is!" riep de oude man uit. „Want ik zweer bij den Hemel, dat ge nooit weer met haar spreken zult, voor dat ge vrede met uw Koning en uw God zult gemaakt hebben I" .„Uit mijn huis!" herhaalde hij nog eens weer en zijn geheele lichaam trilde nu van woede, „of ik zal er u door mijn knechten Uit laten gooien." Hierop ging James heen, zonder een Woord meer te spreken. Barbara had 'hem geen blik meer ge schonken. Na de opwinding der laatste oogenblikken, was de oude Squire, half bewusteloos, op een stoel neergezonken. Barbara had het druk met hem tot rust te brengen en te helpen. Hij beefde van het hoofd tot de voeten, zweetdruppels ston den op zijn voorhoofd; zijn heele, bevende handen grepen hulploos de hare vast „Beloof me, Babs," fluisterde hij, „zweer me, dat ge nooit anders dan in naam zijn vrouw zult zijn en zoodra wij de schei ding kunnen krijgen, zult ge hem verlaten zweer dat, Bobs," drong hij aan, „zweer het!" Barbara had angstig op den ouden man neergezien, nu maakte iets, een bewe ging, een zucht dat rij opkeek. De deur naar de vestibule was nog open en Jim was boven aan de trap blijven slaan, en keek recht de kamer in. Hij moest elk woord ge hoord Jiobben, dat de Squire gesproken had. Toen Barbara haar oogen opsloeg, zag zij hem op den drempel slaan, met zijn dicht, kort haar, en eenvoudige, donkere kleeren, zijn vierkante schouders, zijn hoofd licht gebogen, alsof hij op het punt was van te spreken, en zijn linkerarm langs zijn zijde neerhangend. Het was een beeld, dat zij in de komende jaren niet liöht vergeten zou. „Zweer het, Babs!" etamende de oude Squire bijna onsamenhangend; „zweer het!" En Barbara keek Jirn recht in de oogen en antwoordde vast:-„Ik zweer het!" HOOFDSTUK II. 1. Bij toeval afgeluisterd. Midden in de groole woelingen van den Burgeroorlog groeide Barbara, het kind vrouwtje van Jim Fiennes, op, zonder iets van haar echt genoot te weten. Na dat nood lottige onderhoud in de celzaal van Sloke Lark en dien laatsten blik, dien zij van hem gehad had, toen hij zwijgend en hard nekkig boven aan de trap stond, had zij hem niet weer g?rien._ (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 9