HET NOODLOTTIGE QAS No. 19984. LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 5 Mei Tweede Blad. Anno 1925. Terugkeer tot den gouden Standaard.1 BINNENLAND. FEUILLETON. Op 28 April j.l. lieeft de Nederlandsche R'egeeripg bg monde van den Minister van Financiën een korte verklaring afgelegd met betrekking tot een zeer belangrijke maat regel op het gebied van het internationaal betalingsverkeer, namelijk de opheffing van bet verbod van uitvoer van goud. De betreffende verklariug alsmede de .toelichting omtrent den gang van zaken werd door het „Leidsch Dagblad" in extenso overgenomen en mag bekend verondersteld .worden. Wy willen slechts de volgende punten in verband met de opheffing van de in 1914 genomen crisismaatregel releveeren, de voor- en nadeelen aan de opheffing verbenden in het kort nagaan en zien wat al zoo aan de Verklaring vooraf heeft moeten gaan. lo. Goud zal, zegt de Verklaring, alleen voor export worden afgegeven, dus niet voor het binnenlandse h betalingsverkeer^ 2o. De Nederlandsche Bank gaat niet eerder tot afgifte van goud voor export over. dan wanneer de .koers van den gulden ten opzichte van de valuta's van landen, die onvoorwaardelijk tot den gouden stan daard zullen zijn teruggekeerd, d.w.z. de Voreenigde Staten van Noord-Amerika, En geland, Australië en NieoiWjZeeland, boven goudpariteit zaf rijn gestegen. Geen rekening zal worden gehouden met den koers van den gulden ten opz'.elite van do valuta's van landen, die den in- en uit voer nog beperkt lvebben. 3o. De Nederlandsche Bank zal zich bij ai^ifte van goud voor export de bevoegd heid voorbehouden controle te oefenen op d(5 verzending. Is Nederland door deze verklaring der Regeering tot den goudea Standaard terug gekeerd? Het antwoord hierop moet ontkennend luiden en wel reeds op grond van de sub 1 genoemde restrictie, daar afgifte van goud door de Nederlandsche Bank alleen zal kun nen plaatsvinden, wanneer dit bestemd i3 voor export en niet wanneer het zou moe ten dienen voor het binnemlandsche beta lingsverkeer. Wel zijn wg daarmede teruggekeerd tot den z.g. Goud-wisselstandaard, d.w.z. tot den toestand vau vóór den oorlog, n.1., dat voor •bet internationale betalingsverkeer het goud in oere hersteld is. Betalingsschiilden in ponden sterling oi dollars bijvoorbeeld zal dus voortaan bij ongunstig en wisselstand door den Holland- schen schuldenaar in goud kunnen geschie den, dat lig biji de Nederlandsche Bank tegen betaling van f 1653.44 por Kilogram fyn goud voor baren en tot daarmede overeen komende prijzen gebaseerd op gewicht en gehalte der munten, voor gouden munten zal kunnen verkrijgen. Het is wel onnoodig hierbij op te merken, dat door particulieren van deze wijze van overmaken van gelden naar het buitenland too goed als nooit gebruik zal worden ge maakt; men denke aan kosten van ver zending!, asöurantiekosten, renteverlies, enz. Door hare eigen goudzertdingen ter on dersteuning van 'de guldenkoersen ten op zichte der vreemie valuta's en het onder houden van saldi in het buitenland, heeft de Nederlandsche Bank het na de opheffing van het uitvoerverbod voldoende in de hand de koersschommelingen van dein gulden bin nen bepaalde, vrij sage grenzen te houden, welke grenzen bekend z0n onder den naam van de beide goudpunfon. Hot sub 2 genoemde, n.I. dat de Neder landsche Bank met do afgifte van goud voor export aal wachten, totdat do gulden ten opzichte van het pond en van den dollar boven goudpariteit zal zijn gestegen, is als een maatregel van voorzichtigheid te waar- aèeren, terwijl de sub 3 bedoelde bepaling waarbij de Nederlandsche Bank zich ae be voegdheid voorbehoudt controle uit te oefe nen op doel en bestemming van het door baar af te geven goud, ook wel geen 'be zwaren zal ontmoeten. Zcoals hiervoor reeds opgemerkt zullen de benoodigde goudverschepingen meestal wen door de Nederlandsche Bank zelf ge schieden, daar 'dergelijke verzendingen tot hare gewone werkzaamheden beüooren en zij daarvoor het best geoutilleerd mag wor den verondersteld. Zooals licht te begrijpen is, biedt het verschepen door de Neder landsche Bank zelf het groote voordeel, dat zij de zekerheid heeft, dat de financieel© belangen van Nederland met de goud afgifte inderdaad gediend zijn en vervolgens kan de controle op de aspirant goud-verschepers achterwege blijven. Het verzenden van het goud door de Bank zelve werkt uiteraard preventief. Verschillende voordeelen dus. De Nederlandsche Bank maakt het ons door haar goudpolitiek wel zoo gemakkelijk mogelijk. Zy zorgt er angstvallig voor, dat de exporteurs naar Engeland en Amerika, die ponden sterling of dollars hebben te ontvangen voor geleverde goederen het veilige gevoel kunnen hebben, dat, wanneer ds tijld van betalen i3 aangebroken, dus warneer zij de ontvangen ponden of dollars moeten reaiiseeren, d.w.z. bij omwisseling dezer ponden of dollars in Hollandsch geld, de koersen niet belangrijk van den norm zullen afwijken, zoodat koersverliezen, doch natuurlijk ook koerswinsten, worden ver smeden. Het moge in dit verband wed opgemerkt zijn, dat dergelijke koerswinsten en koers verliezen de bedrijfswinsten en-verliezen in exportzaken vaak zeer beduidend beïnvloe den. liet spreekt wed van zelf, dat de factor koersrisico in de exportbedrijven bij do prijocaIculatie8 fn aanmerking wordt ge nomen, of dat men zich door z.g. valuta- tenr.rju-zaken by het afsluiten van de trans actie dekt, onzekerheid blijft in liet eerste 1 geval echter zeker bestaan, terwijl do on zekerheid bij het koopen en verkoopen van valuta's op teringn wel is waar wordt ver meden, doch dit kan uitteraard slechts ge schieden terv.ille van een te betalen premie in den wisselkoers. Wat boven geschreven werd ten opzichte van ontvangsten in vreem ds valuta, geldt, zooals wel te begrijpen is, oveneens van betalingen in vreemde valuta in het buitenland, dus wanneer qo importeur in Engeland' of Amerika gekocht beeft tegen betaling in ponden sterling of dollars. Het speculatieve element in zaken bljjft natuurlijk steeds in meerdere of mindere malo bestaan, doch do factor onze;kerheid uit hoofde van koersrisico, tot dusverre b$ lange na niet de minste onder de broederen, wordt door boven beschreven goudpolitiek der circulatiebank zoo niet geheel weg genomen, althans binnen zeer enge grenz» gehouden. Geen koersschommelingen du3 meer van ponden en dollars, zooals wij de laatste 10 jaren gekend hebben, doch een stabiele valuta. Als een voordeel eener stabiele valuta noemden wij boven reeds het wegne men of althans sterk verminderen van de factor koersrisioo bij den export en don im port, liet hergeven van een vaste interna tionale waarde aan liet geld dus. Zijn er andere voordeden voor ons land en ook voor Nederland3Ch-Indië aan don terugkeer tob den goud-wissel standaard verbonden Het antwoord hierop zal be vestigend moeten luiden. Wij behoeven o.a. slechts te noemen va- luta-concurrentie en dumping, uitdrukkin gen vooral uit de na-oorlogsche jaren een ieder ongetwijfeld bekend. Vaste waardeverhoudingen zullen ©r zooals to begrijpen is, toe bijdragen deze beide ongunstige bedrijfsfactoren weg te nemen of althans sterk te verminderen. Als een concreet geval zouden wij op het belang willen wijzen voor het Nederlandsch Indische Gouvernement bij de z.g. parino- tpering van don Indischen gulden, in de eerste plaats al bij aflossing en rentebeta ling van haar Dollarleening. Iedereen, aoo- als de President der Javasche Bank eeni- gen tijd geleden opmerkte, is er bij gebaat, j de Indische Regeering evengoed als de ambtenaar, die bij zijn delegaties naar Hol land geen nadeelig verschil meer voor zijn rekening behoeft te nemen. Als andere voordeelen van den goudwis selstandaard kunnen worden genoemd groo- tere stabiliteit van de rentetarieven e® lagere rente. In liun rapport aan de Zuid-Afrikaansch© .Regeering merken do beide rapporteurs, Prof. Kemmerer en Mr. Vissering o.a. aan gaande dit punt heb volgende op: De gouden standaard beteekent bohalvo stabiliteit van de geldwaarde, gemeten aan zich blijkbaar er niet mede vereenigen, dat de Gold Exchange Standard thans reeds in Engeland wordt ingevoerd, althans de oud- Kanselier der schatkist, Snowden, lieeft na mens de Labour-partij, bij tweede lezing van heb betreffende wetsontwerp voorge steld dit wetsontwerp te verwerpen, omdat een al te overhaaste terugkeer tot den gou den standaard, naar de meening der La bour-partij kan leiden tot eene verergering van do bestaande ernstige toestanden van werkeloosheid cn malaise. De genoemde bc zwaron slaan uit den aard der zaak meer op de toestanden in het Vereenigd Konink rijk dan op die van on3 land, aangezien do stabiliteit van den gulden al van veel langer terug dateert dan die van het pond ster ling. Het koersherstel van het ppnd sterling is nog van zeer receuten datum. Dat onze Regeering voor do teh uitvoer legging v.Tjfi hare wensclien, om reden en van practischen aard, het niet versmaad heeft het machtige Britsche' Empire, waar de wenschen en behoeften in beide landen parallel loopen, als gangmaker te gebruiken laat zich wel begrijpen. Het geeft blijk van zin voor werkelijkheid. Nu wij enkele voordeelen hebben aange gaan, welke verbonden zijn aan de door de Nederlandsche Regeering in overleg met de leiding der Nederlandsche Bank genomen maatregel, daarbij ook bezwaren, welke er mochten zijn niet vergeten hebben, heeft het ongetwijfeld ter betere waardeering van het enorme werk, dat aan de herroe ping van de in 1914 getroffen crisismaatregel zijn nut in het kort na te gaan, wat al zoo aan de opheffing van het verbod van goud- afgïfte voor export vooraf heeft moeten gaan en wat overwogen ia dienen te worden. Wij kunnen daarbij, zooals wel van zelf epreekb, hoegenaamd geen aanspraak op volledigheid maken. Allereerst noodig voor de vrije goud af gifte voor export is eene algemcene verbe tering binnen de grenzen. Do Regeerïng3- verklaring kan dientengevolge beschouwd worden als eene officieele erkenning van dit feit. Uit to wijden over de krachtige, vaak zeer ingrijpende maatregelen, welke er toe noodig geweest zijn, om in de achter ons liggende na-oorlogsperiode tot de zeer lieh te verbetering te geraken, welke in den algc- meenen economischen toestand thans, na vele jaren dus, eerst kan worden gcconsta teerd, ligt buiten liet bestek van dit artikel. Slechts noemen wij het sluitend m-aken van hot budget, krachtige besnoeiing op de uitgaven van Rijk, Provincies enGomeen ten, enz., enz. l>e groote moeilijkheid voor de Regeering was verder het uitkiezen van het juiste tijdstip der opheffing van de goudafgiifle voor den export. Verschil van meaning zal omtrent dit punt altijd wel blijven bestaan. Duidelijk is 'het, dat het tijdstip niet willekeurig va-St- geslold kan worden. Aan zekere voorwaarden zal moeten vol daan zijn, om tol den toestand van vóór den oorlog terug te kunnen keeren. Aanwij zingen, waarbij men zich kan doen leiden, zijn vele en velerlei Persoonlijke appreciaties der aanwijzin gen, welke lol richtsnoer kun men dienen, kunnen, zooals wel le begrijpen is, nogal lutoenloope®. Zeer in het algemeen gesproken zouden wij echter zeggen, dat rekening dient te zijn gehouden met den algemecnen econo- mischen toestand in eigen land, doch ook mot dien van liet buitenland, speciaal met dien van Amerika, verder zal rekening ge houden dienen te zijn met den algemecnen loop der wisselkoersen, speciaal der goud- uitvoerende landen, en mefi.de oorzaken, welke die koersen beïnvloed hebben, ver volgens met de prijsniveaux m het buiten land, met indexcijfers dor groothandelprij- zen, n.I. of deze lager of hooger zijn dan die in andere Landen, hetgeen aantoont of de deflatie verder of minder ver is doorgezet dan elders, zoodat geoordeeld kan worden of herstel van den gouden standaard verdere deflatie al of niet noodig zou maken. Voorts dienen de omvang, de oorsprong en het ka- ralkter der middelen, die aan de geldmarkt toevertrouwd zijn, te worden nagegaan. Hierbij willen wij het laten. Resumoerende gelooven wij veilig (e mo gen zeggen, dat de ojöieffing van het uit voerverbod van goud een goede maatregel genoemd mag worden, welke van het aller grootste belang voor ons geheele land en ook voor Iudië mag worden beschouwd. Wat ons land aangaat, meenen wij (e mogen con9taleeren dat de invoering van den goud-wisselstandaard, zooal niet de allerlaatste slap op den weg van herstel van den toestand van vóór den oorlog is, zeker ook niet de eerste stap in die richt/mg geacht mag worden, zoodat hot verwijt van Keynes hier ter zijde gelegd kan worden. Veoi en moeilijk werk#! verricht moeten worden door de Regeering en door de lei ding der Nederlandsche Bank alvorens de verklaring kon worden algelogd, die dan ook als de vrucht te beschouwen is van het jarenlange streven van mr. G. Vissering, President onzer Circulatiebank en van de ^gelukkige samenwerking van de Regeering met de leiding der Nederlandsche Bank. RECLAME Wees liever ^erstandig dan spijtig; waar om niet heden een flacon Foster's Maag- pillen gekocht? Dit geneesmiddel wekt de lever op. regelt de vloeiing der gal, draagt zorg voor goede «riisvertering en houdt de ingewanden werkzaam. Dit beduidt reiner bloed, betere zenuwen en een helderder hoofd. Prijs per flacon van vijftig versui- korde nillen f 0 05; in apotheken en dro gistzaken. 7908 Centrale van Vereenigingen van Rijkspersoneel. Gistermiddag is te 's-Gravenhage een Lweedaagsche bijeenkomst aangevangen van de Centrale van Vereenigingen van personeel in 's Rijks dienst, ten einde de po sitie van het Rijkspersoneel te bespreken. Deze vergadering weTd door den voorzitter, den heer F. Perdok, geopend met een rede, waarin spr. o. m. aeidc: Bij monde van minister Colijn werd toe gezegd, dal, indien de middelen in het be gin van de eerste paar maanden over 1925 even ruim bleven vloeien, het leed van die ambten aren, wier salarissen volgens den Minister in absolulen zin niet ""te hoog wa ren, te lenigen. „Slechts noode is de Regee ring overgegaan tot het verlagen der amb telijke salarissen en loonen", werd door haar verkondigd. De middelen bleven ruimer vloeien. Reeds word de in hot eerste kwartaal een 4 mal- ldocn hoogere raming dan de opbrengst van een gelijk tijdperk over 1924 met 5 mil- lioen ovcrsclimden. Nochtans heeft de Re geering hel bij monde van minister Colijn gesproken woord niet ingelost. Door de nieuwe salarisregoling heeft de Regeering haar burgerlijke dienaren ge splitst in gnoepen: a. ambtenaren op jaar loon, b. op maand- en weekloon, c. op ar beidscontract. d. in tijdclijken dienst, e. in zijdeiingschen dienst. Daardoor is zij in staat, om beurten de groepen verslechterin gen van positie te doen slikken. Na aan do ambtenaren eerst een aftrek van 81/» pet. voor het pensioenfonds opge legd (e hebben, werden de salarissen met gemiddeld 14 pet. verlaagd. Daarbij werden tal van lijdelijken ambtenaren en vele vaste, ambtenaren verwijderd. De totale salarislast salarissen en pen sioenbijdragen voor ambtenaren, onderwij zers en militairen werd volgens de salaris- regoling welke voor 1926 zaJ gelden, vast gelegd op bijna 190 milfioen gulden, terwijl deze volgens mededeel in gen van dc Pi doe ring over 1923 in openbare bescheid n pl.ni. 260 mil'lioen guèden bedroeg. Er zal derhalve bij een doorvoering van nieuwe regelingen pl.m. 70 nilltioen vol gens dc ingedragen cijfers door den Minis- r ter van Financiën worden bezuinigd. In werkelijkheid bedraagt 'ie saiarisbesparing 230 mil'lioen 190 millioen 46 mttlnoen, d.i. bijna de 20 pot. welke minister Colijn in zijn millioenennota einde 1923 aankon digde. Minister Colijn kan du9 zeggen „Ea Oorspronkelijke delective-roinan door R. J. BRANDENBURG. 18) Een dak Turksch weefsel dekte den inge legde® vloer. Een der wanden werd bijna geheel ingenomen door een groote®. schouw, waarin een houtblok lag, groot genoeg om een hert boven le roosteren. Bij het vuur zaten in leeren olub-fauteuiïs' twee heer en le lezen. De een was de Rus, dien ik in den foyer van den schouwburg had gezien. De andere was een nog jonge man. De eerste werd aan ons voorgesteld als do Poolsohe graaf Potocaky, de ander als de Russische edel man froilherr von Thorn. Beide hoeren bleken sléchts gebroken Engetech ie spreken; met do gravin onder hieldon zij zich steeds in het Duitsoh, dat de Poolsche graaf echter ook al gebrekkig sprak. De gravin serveerde zelve de fchee. Zij bevestigde dien indruk, cüen ik van haar portret liad gekregen. Alleen zij was in werkelijkheid nog schooner dan haar conterfcilsel. Zij was gracieus en levendig, had een zeer melodieuss stem en haar oogen waren zoo zwart en schitterend, d'at zo 3ehenen voorbestemd om mannen lioofd iwi hart op hol te brengen. Het was terstond lo bespeuren, dat Van Iwl, die mot de gravin en Dagny voorname lijk het gesprek voerde, doodolijk van haar was. Liefde en bewondering waren in zijn blik te lezen. Zorgzaam hod hij terstond een stoel voor do gravin aangeschoven, waarvoor zij hem met een betooverend lachje had bedankt. Het Week ïvu, van hoeveel belang het was, dat Dagny onze plannen zoo goed had voorbereid en ik prees den morgen doorge bracht in oude lokaliteiten en gebouwen. Want Dagny vertelde lachend van Danzig en alles wal ze daar had gezien. Het was een .prachtig onderwerp voor oen gesprok. Waarover hadden we het anders in 'she- els® aam zoolang moeten hebben! En-van Dan'zig kwam Dagny op Berlijn, en zelf3 Holland waagde ze te noemen en lachte hartelijk om de wijde Marker- broeken. Van Til vroeg om nog enkele bijzonder heden over wat we in Holland gezien had den. Da-guy zcide dat we er jammer genoeg niet heel lang waren gebleven, maar mis schien kwamen we or nog wel een keer. Toen we het over Holland hadden, zag ik dat de gravin en ook de beide heeren, die de klanken Holland opgevangen en begre pen hadden, met meerdere belangstelling toehoorden. Daarop bracht Dagny het verzoek naar voren om in de bosschen te mogen toeren.. De gravin stemde dit goedgunstig toe, „voor zoover de bosschen mij toebehooren heeft u permissie", „Zouden wij u misschien eens in Danzig mogen zien?" De gravin antwoordde dal. zij zelden in daze stad kwam, dat ze eenigszings terug getrokken op haar bezitting leefde". de koopkracht-, ook groofer stabiliteit van de rentetarieven en lager rente, aangezien het risico, dat aan een onstandvastige muntwaarde verbonden is, althans ten deele compensatie pleegt te vinden in een hooge- ren rentestandaard. Men denke in dit ver band slechts aan de buitengewoon hooge renten, die in landen met ontwrichte valuta betaald moeten worden. De wederinvoering van den goudwissel standaard komt zeker in niet geringe mate aan de positie van ons land en speciaal van onze hoofdstad als internationaal geldcentrum ten goede. Het kan niet an ders als het vertrouwen .in Nederland cn Nederlandsch-Indië doen toenemen, wat de belegging van buitenlandsch kapitaal hier en in Indië slechts ten ^oede kan komen. Met betrekkink tot Engeland, welker re geering, zooals bekend, in gezamenlijk overleg met de regeeringen der Vereenigde Staten van Noor^-Amerika er van ons land, gelijktijdig met onze regeering den Gold exchange Standard heeft ingevoerd, schrijft de ..Times" o.a. Onder dein gouden standaard is er een automatische rem tegen buitensporige uit gaven of leeningen door de (Engelsche) Re geering, in den vorm van een afvloeiing van goud, gevolgd door een stijging van den rentestand. De gouden standaard leidt er toe neiging tot inflatie in haar aanvangsstadium te onderkennen, zoodat bij het economisch ziekteproces, bekend onder den naam van inflatie, onmiddellijk kan worden ingegre pen. De van enkele: zijden geopperde bezwa ren tegen den gouden standaard kuunen worden onderscheiden in bezwaren tegen den gouden standaard als zoodanig en in bezwaren tegen het tijdstip der wederin voering. De eerstgenoemde bezwaren zijn min of meer van prinoipieclen aard. De vraag kan rijzen of bij hervattingen van do goudafgifte men niet min of meer afhankelijk zal worden van de geldpolitiek in Amerika, vervolgens of goud op den duur niet in waarde zal rijzen, waardoor «?en langdurige periode van. prijsverlaging op de goederenmarkt zou kunfien intreden. Ge heel en al denkbeeldig lijken zulke bezwa- len niet. Prof. Cassel scheef toch in het voorjaar van 1924 met betrekking tot Zwe den, dat eveneens dep gouden standaard beeft, o.a. Daarbij kwam nog de daling van bet prijspeil in Amerika, welke bet Zweedsche prijspeil nu wel moest volgen. Na Juni 1924 is echter het indexcijfer in Amerika weer begonnen te stijgen, waardoor de bo vengenoemde moeilijkheid voor Zweden dus verviel. Voor een land als Engeland, dat bet aan gedurfd heeft met hulp van Amerika tot de»n Gold Exchange Standard terug te keeren, lijkt het bezwaar niet geheel en al van grond ontbloot. Voor ons land, dat op eigen kracht tot den goudwisselstandaard heeft kunnen terugkeeren is het bezwaar wellicht minder groot. Bezwaren tegen een spoedigen terugkeer tot den goudwisselstandaard, speciaal ie Engeland, zooals thans geschied is, zijn ge opperd o.a. door Prof. Keynes, een bekend pleitbezorger in Engeland van de z.g. managed currency", d.w.z. eene regeling van den billetten omloop los van het goud on die zoodanig wordt uitgezet^ of inge krompen, dat het algemeene prijsniveau on veranderd blijft. Prof. Keynes ia van meening, dat door een besluit tot terugkeer tot den gouden standaard niets beslist wordt. De juiste volgorde zou volgens den heer Keynes zijn, eerst het feit van de stabiliteit to consta- teeren en het dan aan te kondigen, niet eerst aankondigen en dan afwachten of het werkelijk een feit blijkt te zijn. M.a.w. de terugkeer tot den gouden standaard moet de laatste stap op den weg naar het herstel van den toestand van vóór den oorlog zijn en niet de eerste. In theorie zal de heer Keyncs heb in deze wel bij het rechte eind hebben, vergeten dient echter niet te wor den, dat de praktijk ook hare eiscben kan stellen. Ook de Labour-partij in Engeland kan Deze vlieger ging dus niet op. Toen Dagny opstond, om afscheid te ne men was de gravin heel correct en harte lijk maar zij vroeg ons niet nog even te blij ven en ooik niet om nog eens terug te komen. Dagny echter vroeg of hel veroorloofd was vóór we uit Danzig vertrokken nog even afscheid te mogen nemen. De gravin kon dit natuurlijk niet weige ren. En zoo was het contact nog niet ver broken. De gravin deed ons uitgeleide en in snelde vaart reden we weg. Toen we goed en wel uit het gezicht wa ren minderde ik vaart, keek Dagny aan en zei: „Wel?" Ze knikte me lachend toe. „Nu niets vragen", zei ze, „ik moet eerst over alles nadenken". Ik kon niet laten te zeggen: „Van Til scheen het daar nog al naar zijn zin te hebben". Dagny knikte en zweeg „Je hoeft hem werkelijk niet te komen verlossen", zei ik, met dn bedoeling haar te prikkelen. „Dat weet ik nog zoo net niet. In ieder geval geloof ik dat we over onzen eersten tocht heel tevreden kunnen zijn". Toon deed ik de auto vooruit schieten. Aan het diner waa Dagny stil en in zich zelve gekeerd. Het was een vrij saaie maal- tijd en we waren gauw klaar. „Gaan we vanavond nog uit?" vroeg ik, „Ik ben een beetje moe", zei zey „ik wÜ vanavond graag weer bij hot strijkje olijven zitten in een makkelijken stoel". Ik keek haar aan; ja ze zag wat witjes. De emoties lieten hun sporen ach tor. Geen wonderI lk was nijdag op mezelf, omdait" ik dien middag in de auto ntot heel aardig tegen haar was geweest. Ik had een beetje medelijden met haar. Het bleef toch een meisje, een vrouw. En ze deed enonm haar best voor onze zaak. „Goed", antwoordde ik, „do® ga Lk een romannetje halen en kom ik bij je zitten". Ik haalde niet allleen een romannetje, maar ook een flosch eau-de-cologne. Toen Dagny me daarmee zag terugkomen glimlachte ze en het schoen me toe of haar oogen even tochtig werden. Ze legde haar hand op mijn arm. „Dank-je wel, hoor!" zei ze, „maar ik heb" heusch geen hoofdpijn'7. „Het is erg lekkere eau-de-cologne", prees ik, „geef je zakdoek maar eens". Ze deed het. Ik goot er oen Binken scheut op. „Lk moet good op je passen", zei ik, „an ders krijg ik het met mr. v. W. aan den stok". „Dank je wel, Oharies", antwoordde" ze en eljreek rnet het doekje over haar slapen, snoof dan den geur op. „Ze is werkelijk heerlijk". We gingen dien avond allebei vroeg naar boven. HOOFDSTUK XI. Krijgsraad. Don volgenden dag hielden we krijgs raad. Het regende, we konden niet uit en hadden eerst wat In de haid van het hotel gezeten. Toen waren we naar onze zitka mer verhuisd. Ik had wat gelezen en Dagny keek dooC 1 de ramen, waarlangs het water druppelde, naar buiten. Na oen poos zei ze: „Zeg, Charles, wat dunkt je van giste ren Ik haalde de schouders op. „Geen flauw idee". „Heelomaal niet?" ik schudde het hoofd. „Hot is mij te geloerd", zouden ze in t Hollandsch zeggen". „Praat alsjeblieft Engelsch", zei ze. „Ja maar hier hoeft dail toch niet?" „De muren kunnen ooren hebben, 't Zou •best kunnen zijn dat we bespionneerd wor den". „Laten we dan ook niet over de zaait pralen". „Als we niet te luid spreken kan het wel, maar je gebruikte zoo pas je commando stem". „Misschien zou je me dan willen vertol len, wat jou opvatting van dit alLesis". Ze zweeg een korte poos. „Zooals je weel", begon ze toen. mcando ik dat de kapitein met een zoet lijn (je door de gravin uil Holland gelokt was en daarna was overvallen en gevoerd naar Hohen- etoin waar hij er cn door geweld en door de gravin toe gebracht zou moeten worden zijn°proefnemingen weer op te vatten. In hoofdzaak is mijn hypothese juist ge bleven, kapitein Van Til is op Ilohcnslein en blijkbaar is hij door de gravin rnet een heel zoet lijntje uid Holland verwijderd. Voor de rest schijnt mijn veronderstelling onjuist te zijn, althans gédc-eUclijk, wat het verdere geweld aangaat. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 5