BINNENLAND. GEMENGD NIEUWS. 1 I 1II ■Wliny" -J :r-. apr. ten «lotte aandacht en aller medewer king opdat rij in gemeenschappelijk over ig tullen worden opgelost in liberalen geeet. Do heer DE VOS -VAN STEENWIJK (O.-H.) aebt de partij groepeering ter rech terzijde nog altijd hecht. Bijeen i« wat bijeen hoort. Bij een gemengd Kabinet zou geen prioipieele politiek mogelijk zijn. Laat Links trachten het onderling eens te wor den, dan kan men te eeniger tijd de re- geermg aanvaarden. Er is veel wat de par tijen Links vereenigt, al is er eenige af stand tusschen baron Yan Nagell van Amp- sen en den heer Wijnkoop. (Gelach). Het is alleen maar dc kunst om de meerderheid bij de verkiezingen te behalen en als dit gelukt worden de heeren het wel eens. De rechterzijde mag echter niete van haar kracht verspillen. Vroegere liberalen heb ben er nooit over gedacht om een ge mengd Kabinet te vormen. Zelfs niet in 1914. Daarom wil spr. van gemengde Kabi netten nïet9 weten. Spr. breekt rijn rede ai. De vergadering wordt verdaagd tot he den elf uur. RECLAME. De goedkoope hoestmiddeltjes welke men gewoonlijk te baat neemt, genezen de hoe9t niet; ze onderdrukken hoogstens de verschijnselen. Neemt toch Akker's Abdijsiroop te baat, het krachtig werkende be proefde kruidenmiddel en U zult zien, hoe gauw U Uw ver koudheid kwijt is. 4158 Het recht op de binnenvaart. De Minister van Justitie heeft: lo, ingesteld een commissie, aan welke ïb opgedragen: a. te onderzoeken hoe het recht op de binnenvaart opnieuw bjj de wet behoort te worden geregeld om te voldoen aan de eischen van den tegenwoordigen tijd; b. van de uitkomsten van dat onderzoek een ver&tog1, schriftelijk of mondeling, nit te brengen aan den Minister van Justitie, on der bijvoeging van oen plan in ruwe schets en hoofdtrekken, ten einde, tndien deze met de voorgenomen regeling in beginsel, zich vereenigt, met inachtneming van diens even- tueeïe wijzigingen, haar in den vorm van een of meer ontwerpen van wet met toelichtende memorie aan den voornoemden "Minister te doen geworden; 2o. aan deze commissie de bevoegdheid verleend deskundigen op het gebied der binnenvaart, ook voor zooveel betreft het internationaal reoht, te hooren; 3o. benoemd: a. tot lid en voorzitter der commissie mr. W. L. P. A. Molengraaff, oud-hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit ie Rotterdam; b. tot leden der commissie: mr. O. W. Star Busman, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht; mr. G. H. A. Grosheide Jr., advocaat te Amsterdam, se cretaris der vereeniging „Hot Binnenscheep vaart Congres"; mr. E. J. J. van der Heyden, hoogleeraar aan de Roomsch-Katholieke Uni versiteit te Nijmegen; mr. G. Nauta, advo caat te Rotterdam, Secretaris van He Ver eeniging ran Assuradeuren; 4o. aan de oommissie toegevoegd als secretaris mr. H. Craandirjk, advocaat te Rotterdam. Ondernemersraad voor Suriname. In het Scheepvaarthuis te Amsterdam is, onder leiding ran mr. C. F. Schoch, een vergadering gehouden van belanghebbenden b$ ondernemingen ran landbouw, industrie, handel, scheepvaart en verkeer in Suriname, waarin ook besloten is tot oprichting van een vereeniging: De Ondernemersraad voor Suriname. Deze Vereeniging, welke gevestigd zal zftn te 's-Gravenhage, heeft ten doel de bevordering van de maatschappelijke be langen \an de in Suriname werkende onder nemingen en bedreven. Zjj> aai trachten dit doel te bereiken door het vormen van een permanent centraal instituut, dat het middel punt zal zgu van gedachtenwisseling over en bestudeering van vraagstukken, die de belangen ran in Suriname werkende on dernemingen. en bedrijven betreffen, zoo mede door het houden ran besprekingen, het richten ran adressen tot de bevoegde autoriteiten, het vc-rspreiden van geschriften en alle andere wettige middelen, die aan dal doei bevorderlijk kunnen zijn. Tot voorzitter van de Vereeniging is benoemd mr. M. W. F. Treub, de voorzitter ran den Ondernemersraad voor Ned.-Indië; het secretariaat zal worden vervuld door den secretaris van laatstgenoemde vereeni ging- Tot leden van het algemeen bestuur zijn benoemd de heeren mr. C. F. Schoch, hoofd directeur van de Surinaamsche Bank; J. van Hasselt, directeur van de Kon. Westf Indischen Maildienst, mr. J. Versteeg, di recteur van de plantage Johannesburg; J. J. van Dam, directeur van de Curasausche Handelmaatschappij; J. G. von Hemerts di recteur van Cultuur-Ondernemingen; L. A. Insinger, dir. van de Cultuur-Maatsc lippij O. Knottnerus, directeur ran de NeU-Indische Barmaatschappjj, en G. B. Overeijnder, di recteur van de Balata-Compagnie Suriname. Het sgcretaria-at is gevestigd te 's-Gra- tenhagc, Kneuterdijk 1. Arbeidstijd lituoQiaiiscb bedrijf. De Minister van Arbeid, Handel en Nij verheid, beschikkende op oen verzoek van de gecombineerde besturen voor het litho grafisch bedrijf, daartoe strekkende, dat in de ondernemingen van werkgevers, aan gesloten bij den Ned. Bond van Steendruk kerijen, te Amsterdam, door arbeiders, aangesloten bij den Ned. Litho-, Foto- cn Chemigrafenbond, te Amsterdam, den Ncd. R.-K. Grafischen Bond te Utrecht, of den Ned. Christclijken Grafischen Bond, te Amsterdam, arbeid mag worden vefrichl, in afwijking van het bepaalde bij de artfc. 33 en 24 der Arbeidswet 1919, gezien de collecieve arbeidsovereenkomst, gesloten tusschen den Ned. Bond van Steendrukke rijen, to Amsterdam, en den Ned. Litho-, Foto- en Chemigrafenbond, te Amsterdam, den Ned. R.-K. Grafischen Bond, te Utrecht, en den Ned. Christelijken Grafi- «chen Bond, te Amsterdam, gelet op arti kel 28, zevende rid, der Arbeidswet 1919 en do ingewonnen ambtsberichten, heeft de gevraagde vergunning voor het tijdvak van 1 Januari tot cn met 31 December vcrleena, onder de volgende voorwaarden lo. dat een jeugdig persoon of een vrouw niet langer arbeid verricht dan 10 uren per dag cn een man niet langer dan 11 uren per dag2o. dat een jeugdig persoon be neden 16 jaar niet langer arbeid verricht dan '18 uren per week en een jeugdig per soon van 16 jaar» of ouder of een vrouw tniefc langer dan 55 uren per week3o. dat het aantal uren, waarmede de 48-urige werkweek wordt overschreden, voor een jeugdig persoon van 16 jaar of ouder, ot voor een vrouw, niet meer bedraagt dan 25 uren per kwartaal,*en voor een man niet meer dan 14 uren per week en 25 uren per kwartaal4o. dat in het geheele jaar 1926 op niet meer dan vier Zaterdagen geduren de ten hoogste twee uren na 1 uur des nar middags arbeid wordt verrioht5o. dat in het geheele jaar 1926 een arbeider van 16 jaar of ouder niet langer arbeid verricht dan 2600 uren 6o. dat een arbeider in een tijdvak van vier achtereenvolgende weken gedurende ten hoogste drie weken langer arbeid verricht dan uur per dag en 48 uren per week7o. dat de arbeid van een jeugdig persoon of van een vrouw op twee achtereenvolgende dagen wordt afgewisseld door een nachtrust van ten minste li uren achtereen en dat die personen geen arbeid verrichten tusschen 10 uur des namiddag» en 5 uur des voormiddags8o. dat telkens, wanneer van deze vergunning gebruik wordt gemaakt, vó<5r den aanvang van den werktijd nauwkeurig aanteekening wordt gehouden van elke afwijking van de op de arbeidslijst aangegeven arbeidsregeling op een daarvoor bestemde lijst, die op een duidelijk zichtbare plaats naast de ar beidslijst opgehangen moet blijven en na afloop van elk kwartaal, waarop rij be trekking heeft, moet worden vernieuwd, terwijl het vervallen exemplaar, door het hoofd of den bestuurder der ondememmg of door den opzichthebbonde, eis bedoeld in artikel 75 der Arbeidswet 1919, ge tee kend, binnen een week na afloop ter veri ficatie moet worden toegezonden aan het betrokken districtshoofd der arbeidsin spectie. De hezuinigingscommissie. Op vragen van het Tweede Kamerlid De Monté ver Loren: Ib de Minister bereid, ter verduidelijking Van de strekking der mededeelingen, vervat in 's Ministers schrijven aan den voorzitter der Kamer van 23 Januari 1925, de navol gende vragen te beantwoorden: lo. Is het de bedoeling van den Minister, legen te spreken, dat bij het onderhoud in November 1923, tusschen den secretaris-ge neraal van zijn Departement en den alge meen secretaris der bezuinigingscommissie, het aanstaande onderzoek door die commis sie niet alleen bij het Departement, maar ook bij het hoofdbestuur der posterijen en te legrafie is aangekondigd geworden? 2o. Is het de bedoeling van den Mini ster tegen te spreken, dat de bezuinigingscom- inissie, op grond van die aankondiging, het recht had aan te nemen, dat Ministers De- parlement van haar voornemen, ook ten opzichte van voornoemd hoofdbestuur ge- saississcerd was, en dat aan dit feit niet vrordt te kort gedaan door de door den Mi nister vermelde omstandigheid, dat de se cretaris-generaal van zijn Departement het niet noodig heeft geacht van deze aankondi ging ten opzichte van het hoofdbestuur aan den Minister inededeeling te doen, ook niet loen daarna werd overgegaan tot de instel ling bij het hoofdbestuur van een ambtelijke commissie, met een opdracht, welke Jn be langrijke mate met die der bezuinigingscom missie overeenkomt? 3o. Is het de bedoeling van den Minister, legen te spreken, dat de secretaris-generaal van zijn Departement aan de inspecteurs der bezuinigingscommissie bij den aanvang van hun onderzoek aan het Departement heeft medegedeeld, dat van het voorgenomen on derzoek door hem mededeeling was gedaan aan de chefs der afdeelingen van het Depar tement en aan den algemeen secretaris bij het hoofdbestuur, gelijk genoemde inspec teurs onmiddellijk (in November 1923) aan den algemeen secretaris der hezuinigings commissie hebben gerapporteerd? heeft de Minister van Waterstaat geant woord: De ondergeteekende is gaarne bereid, de strekking van zijn schrijven aan den voor zitter der Kamer van 23 Januari 1925 te verduidelijken en beantwoordt de gestelde vragen als volgt- Ad 1. De bedoeling van deti ondergetee kende was geen andere dan door mededee ling van het resultaat van een toegezegd onderzoek tegen te spreken een beschuldi ging, dat de memorie van antwoord een on juiste voorstelling van zaken zou bevatten, in zooverre aldaar geen rekening zou zijn gehouden met het feit, dat de bezuinigings commissie in November 1923 haar aan staand onderzoek bij het hoofdbestuur zou hebben aangekondigd en dat de ondergetee kende, hiermede bekend, desondanks en met een bepaalde bedoeling een afzonderlijke commissie voor het hoofdbestuur zou hebben ingesteld. (Handelingen 19241926, II, blz. 1133, kol. 1 onderaan, kol. 3 bovenaan). Het resultaat van dit onderzoek stelde vast, dat noch de ondergeteekende, noch de directeur- generaal of de algemeen secretaris der poste rijen en telegrafie, in kennis waren gesteld - ^rr-^r: - van de bedoelde aankondiging vóór ot opliet tijdstip van de instelling der reorganisatie- commissie door den directeur-generaal van het hoofdbestuur. Ad 2. Op grond van het vervatte in het antwoord op de eerste vraag, zou de tweede geen antwoord behoeven. Nochtans stelt de ondergeteekende prijs er op, inede te deelen, dat de inhoud van die vraag, ook in verband met dien der derde vraag, voor hem thans een alleszins begrijpelijke verklaring geeft voor het misverstand, waaruit de beschuldi ging, als ad 1 geciteerd, kon voortkomen. Ad 3. Op grond van het vervatte in het antwoord op de eerste vraag, zou ook de dorde geen antwoord behoeven. Tegenspraak van 't in deze vraag gestelde kan ook hierom niet in de bedoeling van den ondergeteekende hebben gelegen, omdat de feiten, in die vraag medegedeeld, hem eerst door die vraag ter kennis komen. Wat die feiten zeiven betreft, kan hij slechts herhalen, dat de secretaris-generaal van zijn Departement een mededeeling be treffende het onderzoek ten hoofdbeslure aan den algemeen secretaris aldaar niet heeft gedaan en dat deze een dergelijke mededee ling ook niet heeft ontvangen. Ds weeldebelasting. Naar „De Tel." verneemt is het wetsont werp tot Aanvulling der Zegelwet (Weelde belasting) bij het gisteren gehouden afdee- lingsonderzoëk der Tweede Kamer over het algemeen niet gunstig ontvangen. Op ver schillende der voorgestelde bepalingen werd critiek geoefend, terwijl eveneens tal van practische bezwaren te berde werden ge bracht. Ook van de zijde van hen, die niet afwij zend tegen de strekking van het wetsont werp stonden, werd op verschillende punten wijziging van het wetsontwerp noodzake lijk geacht. Het schijnt vrij zeker, dat het ontwerp, zooals het Is ingediend, niet op een meer derheid In de Tweede Kamer zal kunnen Tekenen. De zomertijd. Het hoofdbestuur der Ned. Maatschappij voor Nijverheid en Handel heeft aan de Tweede Kamer geschreven; dat genoemde Maatschappij de eerste vereeniging is geweest, welke hier te lande de aandacht heeft gevestigd op het nut en het genot, dat het invoeren van den zomer tijd kan achenken; dat zij sedert voortdu rend de tolk was van hen, die met den zo mertijd zijn ingenomen en dezen niet méér willen missendat zij met groote belang stelling heeft kennis genomen van het rap port der Tijd-commissie en inzonderheid met instemming van het voorstel der meer derheid, om door hot invoeren van den „zónetijd met zomertijd" eensdeels te be vorderen, dart Nederland zich eindelijk aan sluit bij do internationale regeling, die de aarde in tljdgordels verdeelt in Nederland in die van West-Europa heeft geplaatst; en anderdeels «enigszins tegemoet komt aan de bezwaren van een deel der landelijke be volking. Redenen, waarom het hoofdbestuur met aandrang verzoekt den zomertijd te hand haven in den geest van de meerderheid der Tijd-commissie. De Staat en zijn ambtenaren. De Ned. Toohkunstenaarsbond had, naar van die zijde wordit meegedeeld ten behoeve van een muzikant, die eertijds in dienst was bij het muziekcorps van het regiment Ja gers, die bij de opheffing van dat muziek corps op wachtgeld was gesteld, dooh wiens wachtgeld later weder was ingetrokken we gens het bekleeden van een burgerbetrek king, een proce3 aangespannen tegen den Slaat, die zich o.m. beroepen had op art. 3a der Wachtgeldregeling. De Haagsche rechtbank heeft dezer dagen beslist, dat dit beroep niet opging, aange zien die burgerbetrekking door den muzi kant niet was ter hand genomen na het verlaten van den militairen dienst en heelt den Staat veroordeeld tot uitbetaling van het wachtgeld. H. U. de Koningin heeft, met ingang van 1 April, op het daartoe gedaan, verzoek, op de meest eervolle wijze aan G. Ch. baron Snouckaert van Scbauburg ontslag verleend als thesaurier-generaal, onder dankbetui ging, met behoud van rang en anciënniteit als groot officier der Kroon. Op gelijken da tum heeft H. M. benoemd lot thesaurier jhr. H. J. Repelaer van Driel. Op 20 en 21 Februari heeft het Bonds- besluur van de R.-K. Staatspartij te Utrecht vergaderd. Vertegenwoordigd waren alle kieskringen, behalve Drente. De volgende resolutie is aangenomen: Het Bondsbestuur heeft tot zijn leedwezen moeten conslateeren, dat uit zijn midden mededeelingen zijn gedaan omtrent hetgeen in bestuursvergaderingen zou zijn gezegd of zou zijn voorgevallen. Van het Bondsbestuur is ie dien opzichte te verwachten noch bevestiging, noch ont kenning, noch nu noch in de toekomst. Het Bondsbestuur meent voor zulke daden en voor de daaruit voortvloeiende gevolgen de volle verantwoordelijkheid te moeten laten bij hen, die ze stelden, bij hen die ze pu bliceerden, en bij hen, die aan die mede deelingen geloof meenden te mogen hechten. Besloten werd, dat de jaarlijksche Bonds vergadering ditmaal zal gehouden worden op 19 en 20 Juni. Op 20 Juni zal in aansluiting op de Bondsvergadering een politieke land dag worden gehouden, waartoe afgevaardig den van alle locale kiesvereenigingen zul len worden uitgenoodigd. Verschillende maatregelen tot uilvoering van het kiesreglement werden getroffen. Een centraal stembureau werd benoemd, dien den uitslag der stemming zal opmaken en daar over aan het Bondsbestuur rapport zal uit brengen. De datum der stemming in de kies- veTeenigingen werd vastgesteld op Zondag 26 April. Naar „De Stand." verneemt, is prof. W. Zevenbergen, hoogleeraar aan de Vrije Uni versiteit te Amsterdam, ernstig ongesteld. Hij zal geruimen tijd rust moeten nemen en waarschijnlijk een kuur In het buitenland moeten ondergaan. Te Utrecht is een buitengewone alge meen® vergadering gehouden van het Ned. Werkliedenverbond „Patrimonium". De ver gadering, onder presidium van den heer P. van Vliet Jr., van Utrecht, was belegd in verband met het feit, dat de agenda van de vorig jaar September te Leeuwarden gehou den Verbondsvergadering niet was afge handeld en mede ter bespreking van reor ganisatievoorvallen, waarvan de wensche- lijkheid in den loop der laatste maanden was gebleken. -In verband met deze bespre kingen droeg de vergadering een huishou delijk karakter. Blijkens de presentielijst waren afgevaar digden van 60 afdeelingen en van 7 gewes telijke organisation aanwezig, vertegenwoor digende 7088 leden. Onder de aanwezigen was ook mr, S. de Vrjes Czn., oud-Minister van FinanciSn, lid van de commissie van advies van het Verbond. In de middag- en avondvergadering van Maandag werden uitvoerige algemeene be schouwingen gehouden; in de vergadering van Dinsdagmorgen en -middag zijn aller eerst eenige door het Verbondsbestuur gefor muleerde punten besproken. Ten aanzien van punt I, de naam van het Verbond, werd aangenomen een motie-Haar lem, zich kantend tegen elke naamsveran dering van het Ned. Werkliedenverbond, omdat daardoor „Patrimonium" in wezen, aard en karakter verandert en zijn huidige beteekenis in het organisatieleven op sociaal gebied gaat verliezen. Naar aanleiding van de bespreking over punt U „de houding van het Verbond en zijn afdeelingen bepaaldelijk tegenover het Christ.-Nationaal Vakverbond en de Chris telijke Besturenbonden" werd besloten, dat men bij de meest vriendschappelijke ver houding ten opzichte van liet C. N. V. en de Chr. Besturenbonden zal volharden. Het Verbondsbestuur zal zich met betrekking tot de plaatselijke samenwerking in de Cbr. Besturenbonden in de naaste toekomst be raden over de afbakening van de taak van „Patrimonium" en de Chr. Besturenbonden. Voorts werd besproken „de opdracht van het Verbondsbestuur om geleidelijk te ko men tot centralisatie van den Bondsarbeid op het Centraal-Bureau, alsmede om dit bureau beter te outilleeren". Besloten werd, dat het Verbondsbestuur deze zaak nader zal bezien en in de komende tijden de noo- dige en mogelijke stappen zal doen. Het Verbondsbestuur zal een commissie aanwijzen tot herziening van het sociaat program van het verbond. Verder werd toe gezegd, dat steeds bij den aanvang van het herfstseizoen het verbondsbestuur met een werkplan voor de afdeelingen zal komen. Verschillende voorstellen, te Leeuwarden niet afgedaan, kwamen hierop aan de orde. Over het algemeen konden de afdeelingen zich vereenigen met de praeadviezen van het Verbondsbestuur. Hert Verbondsbestuur zoo werd meege deeld zal zich met een gemotiveerd adres tot de Kamer wenden naar aanleiding van het voorstel tot subsidieering van de Olym pische Spelen. Aan het slot van de vergadering bracht de heer W. C. Beeremane, van Utrecht, eenig overgebleven mede-oprichter van het Verbond, den voorzitter lof voor zijn tac tische leiding van de moeilijke, discussie. Prof. dr. C. Winkler, hoogleeraar in de psychiatrie te Utrecht, die gisteren zijn 70sten verjaardag vierde, werd 'a morgens in zijn college door een stampvolle zaal bij zijn binnenlreden langdurig toegejuicht. Van achter de tafel, die met bloemen ver sierd was, heeft de aangenaam verraste hoogleeraar daarna uit zijn levensgeschiede nis verleid. De jubileerende hoogleeraar heeft des middags te zijnen huize in de Nicolaas- Beets-straat een receptie gehouden, die zeer druk bezocht was. In den loop van den dag werden ten huize van prof. Winkler ontelbare bloem stukken en bouquetten bezorgd, terwijl een stroom van brieven en telegrammen ge tuigde van de belangstelling van hen, die niet ter receptie aanwezig konden zijn. Ernstig overweegt de Regeering om de N. U. M. definitief te likwideeren, en wel met ingang van 1 At ei a.s. Op d« buitengewone vergadering van Vrjja.-Hervormden in Nederland is ten slotte gevraagd, of het hoofdbestuur de resolutie wilde „opbergen". Bjj monde van de heeren De Ridder en Van Wjjhe verklaarde het hoofdbestuur zich daar in zekeren zin toe beredd. Men wilde in de volgende vergadering een nieuw voor stel aangaande de houding tegenover de orthodoxie indienen en een oommissie be noemen, die een nieuw plan zou moeten indienen. Da vergadering achtte het erhter meer gewenscht om thans te stemmen over het tweede "deel der resolutie. Dit word ten slotte met 21 tegen 22 stemmen verworpen. Wat met de rest der resolutie gebeuren zal, werd niet bekend gemaakt. Vermoedelijk zal zö nooit het stadium van concerp-reso- lutia te boven komen nu het belangrijkste deei 'van baar afgesneden is. Zooals men zich kan herinneren uit het onlangs verschenen Kon. Besluit be treffende de reorganisatie van de Centrale Commissie voor Georganiseerd Overleg in Ambtenarenzaken, treedt deze nieuwe rege ling in werking op Zondag 1 Maart a.s. Het ligt in de bedoeling van den voorzit ter om de centrale commissie reeds daags daarna Maandagnamiddag 2 Maart, te drie uur, bijeen te roepen in een der zalen van het Departement van Binnenlandsche Za ken en Landbouw. De Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, voorzitter van den Raad van Ministers, heeft thans met ingang van 1 Maart aangewezen als ambtenaren om be sprekingen te voeren in de gereorganiseer de Centrale Commissie voor Georganiseerd Overleg in Ambtenarenzaken: mr. J. B. Kan, secretaris-generaal in Algemeenen Dienst; nor. dr. J. Donner, raad-adviseur bij het Departement van Justitie; mr. G. Jan sen, directeur van hei Centraal Bureau voor Voorbereiding van Ambtenarenzaken; 11 TTir V As 'J. wa-caj»^. A. Mastenbroek, referendaris bij het Depar tement van Arbeid, Handel en Nijverheid; onder bepaling, dat onderscheidenlijk all voorzitter en plaatsvervangend voorzitter der commissie zullen optreden mr. Kan tn mr. dr. Donner, voornoemd. Bij aanschrijving van den Min, van Oorlog van 14 Februari is bepaald, dat voortaan bij het wapen der infanterie (met uitzondering van het regiment jagers) uit sluitend tamboers zullen worden opgeleid, die dan, de noodige signalen, alsmede de marschen op den hoorn zullen leeren bla zen. De organisatie zal dienovereenkomstig worden gewijzigd. Gedurende den over gangstoestand zullen de nog aanwezige hoornblazers voor zooveel noodig de plaat sen van tamboer kunnen innemen. Den inspecteur der infanterie Is verzocht bij de aanwijzing van opleiding van het hier- bedoelde personeel met dezen nieuwen toe stand reeds rekening te houden. Naar men aan „De Rsb." bericht, wordt gedurende 1925 aan alle gehuwde onderofficieren een kindertoelage van 3 pCt. van de bezoldiging gegeven voor ieder kind. Hi eronder'zouden ook zij vallen, die, na dienslvcrlating zijn gehuwd. De heer Krol, van Uithuizermeeden, deelt aan „De Ned." mede, dat hij, in op-, dracht van de Christ.-Hist. Statenfractie d.d. 10 dezer, den volgenden brief verzon den heoft aan mr. R. Koppe, voorzitter van de rechtsche Stalenclub Groningen: Bij dezen deel ik u mede, dat de Christe lijk Historische Stalenclub het besluit heeft genomen om niet langer deel uit te maken van de rechtsche Stalenclub in deze pro vincie. Bedoeld besluit is gegrond op de motives ring, dat de door de rechtsche StatencluB aangenomen houding bij de verkiezing van een lid van Gedeputeerde Staten niet i* overeen te brengen met het prestige van de Ghrist-Hist. Statenfractie, en dat als gevolg daarvan niet langer met de anti-rer. en R.-K. Statenfractie in één verband kan we*- den samengewerkt. RECLAME. 4147 Zaterdagmorgen bemerkt* personeel der firma Vroom en Dreesmann in de Spuistraat te 's-Gravenhage dat gedurende den nacht in de magazijnen in gebroken was -Aanstonds stelde men de politie hiermede in kennis en al spoedig waren een inspecteur en rechercheur» tei plaatse om een onderzoek in te stellen. Het bleek, dat de inbrekers 'a nachts over het' dak geklommen waren, een der dakpan nen hadden opgelicht en op deze wijze, niet zonder moeite, kans hadden gezien op den «older terecht te komen. Toen de politie de dakgoot onderzocht, vond zij een briefje, dat afkomstig bleek te zijn van Maatschappelijk Hulpbetoon eet gericht was aan zekeren v. C.f wonende in' een hofje aan de Bleekersl&an. Klaarblij» kelijk was dit briefje bij de klimpartij og het dak uit den zak van een der inbreker® gevallen. Toen de politie zich naar het bovenbn» doelde adres begaf, vond zij de deur ge«l&* ten. Op het herhaalde verzoek van de chcrcheurs werd niet opengedaan, zoodal men aanstalten maakte om de deur mei geweld te openen. Toen werd van binnen" de grendel weggeschoven en ging de deur open. Een jongmsnsch vertoonde zich in dd deus opening en werd meteen door de po« lifcie gearresteerd. Het bleek te zijn de jarige v, O., dezelfde aan wien het briefj® van Maatschappelijk Hulpbetoon gerichl was. Toen de politie v. C. gepakt had, kwanj zij al spoedig op het spoor van do perso nen, die met hem verdacht worden van df nachtelijke inbraak. En Zaterdagmiddag werd naar het hoofdbureau overgebracht een 22-jarige jongen, v. B., die in een hofj® in de Koningstraat woonde. Gisteren is d® derde verdachte gearresteerd: een liedje»- zanger uit Amsterdam, de 23-jarige W. Mei z'n drieën moeten zij den inbraak op touxf, hebben gezet en volvoerd. Uit de magazijnen was ontvreemd ee{ partij tafellinnen ter waarde van f 200. D® partij was reeds in drie gedeelten verdeeld cin kon door de politie bij de twee Haagschl aangehoudenen in beslag genomen worden"* De drie gearresteerden zullen dezer da« gen aan de justitie overgeleverd worden". Brand aan boord van hel stoomschip ,,Teèsdale", één doode. Hel Engelsche stoomschip „Teesdale", in 187é gebouwd en 340 ton bruto groot, is gister middag omstreeks één uur ten Noordetf van het voor den Nieuwen Waterweg hl zee liggende lichtschip in brand gevlogen. De „Teesdale" was onder commando van kapitein Braunton op weg van Stoch» ton naar ons Land met een lading benzol groot 30 ton, in het ruim geborgen. De brand is ontstaan, doordat er benzol op de vuurplaat ia gekomen, waarna^ een hevige ontploffing volgde, die het eohip iif al zijn naden deed trillen en die groote ver*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 6