Officieele Kennisgeving. STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. No. i9927> WOENSDAG 25 FEBRUARI i.iO l92S LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIEN: 30 Cis per regel Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs. KleineAdvertenüSn, uitsluitend bij vooruitbetaling, Woensdags én Zaterdags 60 Cts., bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht. Voor eventueels opzending van brieven 110 Cis. porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cts. Bureau Noordeindspleln Telefoonnummer* voor Dlreotle en Administratie 175 en 1B35 Redactie 1507. Postehdque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54 PRIJS DEZER COURANTi Voor Leiden per 8 maanden 2.85, per week Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week' Franco per post ƒ2.36 portokosten. '1.0.18. „0.18. Pit nummer bestaat uit DRIE Bladen EERSTE BLAD. GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP. Aan don gemeentelijken vischwinkel Vischmarkt 18, tel. 1225 is Donderdag ver krijgbaar: SCHELVISCH a I 0.18—f 0,37. SCHOL a f 0.18—f 0.20—f 0.38, SCHAR a I 0.18— i 0.20, GEII. KABELJAUW a f 0 30 per pond, IJBOKKING a I 0.08 en HARING a f 0.05 per sluk. N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. Leiden, 25 Febr. 1925. Zilveren ambtsjubileum van ds. M. J. Punselie. Vijf en twmtig jaar geleden, op 25 Fe bruari, aanvaardde ds. M. J. Punselie, thans predikant bij de Ned.-Herv. Gem. alhier, zijn dienstwerk te Kuinre. Deze standplaats verwisselde hij in 1904 met 'Nijverdal. Op 2 Mei 1909 werd hij in de Pieterskerk in de ochtendgodsdienstoefe ning als opvolger van ds. De Hoest beves tigd door ds. L. ten Bosch, van Gouda, die hem ook te Kuinre en te Nijverdal tot het predikambt had ingeleid, en des avonds van dien dag deed zijneerw. in hetzelfde kerk gebouw zijn intrede* Ds. Punselie heeft al de jaren van zijn Jierderlijke bediening zijn taak zeer ernstig 'Opgevat. Vooral ook de Leidsche Gemeente ikan hiervan medespreken en korten tijd ge leden vonden wij ruimschoots gelegenheid idaarvan melding te maken, toen wij uitvoe rig stilstonden bij het vijftigjarig -bestaan Van het gebouw der Chr. Wijkvereeniging 'Levendaal, waarvan ds. Punselie voorzitter is, en toen wij gewaagden van het vele en inspannende werk, door zeer velen verricht in en van uil dat centrale punt van wijk arbeid, van welk omvangrijk werk ds, Pun selie, drukkende in d«en de lichtende voet sporen, en volgende het grooie voorbeeld Van' wijlen ds. De Wolff en van dr. Van "Meer, de ziel is. Behalve aan_ de gewone taak van den predikant als zoodanig, wijdde hij zich dan ook al dadelijk na zijn komst alhier tot nu toe aan dien Evangelisatie-arbeid in den meest uitgebreiden zin, in het bijzonder in de negende kerkelijke wijk; een taak. waar aan één rnensch bij goede opvatting, al heeft hij dan ook nog zooveel toegewijde medewerkers, eigenlijk reeds genoeg heeft. En toch vat hij bovendien zijn arbeid als geestelijk verzorger van patiënten van de krankzinnigengestichten onddr het nabije Ocgstgeest niet licht op; toch vervult hij .waardig de plaats van voorzitter der Ver- leniging voor Chr. Onderwijs, alhier, met haar negen scholen; toch heeft hij zitting voor de Utrechtsche Zendingsvereeniging in het Comité voor Vrijwillige Zendingsbelas- iing en als praeses in het Comité voor Centralen Wijkarbeid; toch is hij regent 'der Groeneveld-Slichting en algemeen se cundus der afdeeling Leiden van de Ned. Chr. Reisvereeniging; om ons nu maar tot deze functies te bepalen, welke toch in meerdere of mindere mate tijd in beslag ne men en werkkracht vereischen. Alzoo veel work en veel functies in één persoon ver- eenigd, hetgeen, mét bezwaren ontegenzeg lijk, het groote voordcel in zich sluit, dat het dien persoon een blik gunt in vele krin gen, op vele toestanden, voor een predikant, die immers een open oog en een breeden Ds. M. J. Punselie kijk moet hebben voor en op hetgeen rondom hem gebeurt, van zeer groot nut. In het feit zijner vijf en twintigja- I rige waardige en volijverige ambts bediening, waar van geruimen tijd an de Sleutelstad, vonden eenige le den der Ned.-Herv. iGem. alhier ge- reede aanleiding tot een oproep om ds. Punselie in breeden kring te huldigen, hem van i d"è waardeering der Gemeente te doen blijken, den goachten herder en leeraar een stoffelijk bewijs van die Vtaardeering aan te bieden op den dag van hpden. Een commissie, samengesteld uit afge- vaardigd'-'s van de verschillende Kerkelijke Colleges, jekt-e daartoe dan ook op. Üe heeren prof. dr. H. M. van Nes, eere-voor- Zitler, A. J, de Lange, voorzitter, C. J. Eg- gink Jr., H. van Leeuwen, P. Hardebol, J. P. Mulder, A. van den Ouweelen, penning meester, J B. Meynen, H. Kokkedee, J. van Welzen, A. van Borselen, P. J. Fontein en A. L. L. Galhier, secretaris, vonden bij zeer velen uit de Gemeente instemming en medewerking. En zoo kon de commissie hedenmorgen, bij monde vau prof. Van Nes, ten huize van den jubilaris aan den Rijnsburgerweg, de geschenken overhandigen: een antieken bak- barometer, zijnde een hartewensch van den predikant; een enveloppe met inhoud en een keurig album met de namen der gevers, uit Kuinre, uit Nijverdal en uit Leiden. Het dikke album, mooi en degelijk gebonden in roodbruin gewatteerden band, met in kleu- ren uitgevoerd titelblad en met een op dracht, is vervaardigd door de Leidsche fir ma's J. van Weizen Jzn. en P. J. Mulder gen. op vele toestanden voor een predikant, en Zn. Toen tegen elf uur de Commissie zich ten huize van ds. Punselie bevond, sprak prof. Van Nes als haar woordvoerder aldus: „Hooggeaehte Jubilarisl Toen de aandacht er eenmaal op geves tigd was, dat gij op 25 Februari 1900 U ver- bónden hadt aan uw eerste gemeente. Kuinre, en gij dus op 25 Februari 1925 Uw zilveren ambtsteest zoudt mogen vieren, be sloten Uwe vrienden onmiddellijk, dat zij dezen bijzonderen feestdag niet zouden la ten voorbijgaan zonder U te toonen, dat zij met U medeleefden. Een Oommissie werd gevormd, samenge steld uit afgevaardigden der verschillende kerkelijke colleges van deze Gemeente, die gij nu reeds bijna zestien jaren als haar Herder en Leeraar dient, en zij mocht het genoegen smaken, dat een aanzienlijk getal leden der Gemeente toonde met woord *en daad, hoezeer haar plannen in goede aards waren gevallen. Deze Commissie ziet gij thans hier bij een. Haar Voorzitter, de heer De Lange, zou eigenlijk op dit oogenblik het woord moeten voeren, maar durfde dit niet aan met het oog op zijn gezondheid. Op zijn verzoek heb ik mij nu met de elrvol'le taak belast, die hem zoo goed zou toevertrouwd zijn ge weest. Ik spreek dus namens de Commissie, na mens een groot aantal van onze gemeente leden, ja, ook in zekeren zin namens Uwe beide vroegere Gemeenten Kuinre en Nij verdal, die gij evenzeer zult vertegenwoor digd vinden in het album, dat U zoo straks zal worden ter hand gesteld. En dan wil ik beginnen met een harte- lijken gelukwensch op dezen feestdag. Vijf en twintig jaren lang heeft G-od U gesterkt, om naar den lust van uw "hart liet Evange lie te verkondigen. Het is de moeilijkste taak. waarmede een mensdi belast kan worden; het is de heerlijkste tevens. De vraag van Dietrich Vorwerk: Kann auch ein Pastor selig werden? i9 ook U diep in het hart gezonken; maar gij hebt ook al de heerlijkheid ervaren van den arbeid in 's Heeren wijngaard, omdat het de wijn gaard des Heeren is, die zijn kracht in onze zwakheid volbrengt en verheerlijkt. De ge hoorzaamheid aan het hemelsch gezicht onzer roeping kan menig offer kosten, maar wordt ook door Gods genade rijk beloond. Gij zult mij willen zeggen, dat een feest dag altijd een dag van verootmoediging is, en ik zal het niet tegenspreken; integen deel. ik houd er mij van overtuigd, dat Uw binnenkamer daarvan getuigen zal, doch evenzeer hiervan, dat Uw dankzegging hooggestemd zal zijn. Wij weten het allen, dat de beproevingen U niet zijn bespaard gebleven; toch laat God er U geen één mis sen uil den kring van Uw gezin en moogl gij dezen dag vieren met Uw geliefde echtge- noote, en Uwe kinderen, die gij allen hebt mogen behouden. En gij moogt dezen dag vieren in het bewustzijn, dat Uw arbeid niet vergeefs is geweest, dat Uw woord in gang heeft gevonden in menig hart, dat Uw gesprekken bij huis- en krankenbezoek ve len ten zegen waren. Buitenaf hebt gij niet gewerkt, maar al Uw kracht besteed aan Uw eigen Gemeenle, en dat heeft die eigen gemeente zeer ge waardeerd. Uw wijklokaal, gesticht in hei zelfde jaar, waarin gij zelf het levenslicht zaagt, is hel middelpunt van veelzijdigen arbeid onder oud en jong, gelijk het nog on langs zoo duidelijk gebleken is bij het gou den feest van „Levendaal". Uw kanselwerk, dat al den tijd, dien gij in ons midden ver- keerdet, zeer is gewaardeerd, getuigde steeds van een frisschen kijk, bewoog zich nimmer op het terrein der clichés, deed al tijd blijken van de uitnemende talenten, door God U geschonken. Met Uw drukken arbeid kondl gij tot Uw spijt niet veel tijd tot studie overhouden, maar gij hebt er U steeds op toegelegd om de beste boeken te lezen, en Uw hoorders van de vrucht uwer lectuur le doen genieten. Het Schoolbestuur van het Noordeinde, de Cenlrale Wijkarbeid namen U in beslag. En dan mag ik vooral „Endegeest" niet vergelen, dal ik Uw bij- gemeente zou willen noemen. Daar komt gij voortdurend in aanraking met een'vorm van menschelijke ellende, die van Uw eigen ziele- en geestesleven ontzaglijke inspan ning vergt; toch doet gij ook daar kracht op voor uw arbeid onder zoovelen in onzen lijd, die behoefte hebben aan den ziele- arls. Voor zeer velen hebt gij een gids mo gen zijn. Dat zit U in het bloed, getuige Uw Christelijke Reisvereeniging; maar ik spreek natuurlijk van den wegwijzer naar een heerlijkheid, die blijven zal, ook wan neer de bergen wankelen en vergaan. Wij danken God met U. Wij bidden God, dat Hij U blijve stellen ten rijken zegen." Met deze bewijzen van belangstelling en vooral door de hartelijke toespraak, waar mede zij werden overhandigd, betoonde de jubilaris zich diep getroffen en zeer ingeno men, hetgeen uit zijn antwoord duidelijk bleek. Verder op den dag kwamen nog zeer velen ds. Punselie van harte gelukwen- schen met het voor hemzelven en de Kerk zoo belangrijke feil en ook van elders stroomden de felicitaties binnen. Onder hen, die gelukwenschen aanboden, was ook het moderamen van den Kerkeraad der Ned.-Herv. Gem., de predikanten Locher en Groot Enzerink. benevens een commis sie van de Chr. Wijk ver. „Levendaal". Was kort geleden nog de vriendelijke nieuwe woning van den jubilaris getooid met tal van bloemen naar aanleiding van diens zilveren huwelijksfeest, ook thans ontbraken de bloemen nie<t. Uit vele kringen, van zeer veel personen, te veel om afzonderlijk le noemen, ontvin gen de leeraar en de zijnen blijken van hoogachting, waardeering, liefde, toegene genheid en vriendschap. Maken wij ten slotte nog een uitzonde ring voor twee groepen door deze wel in 'het bijzonder le noemen, nl. de catechist-anten van den dominee, die den leermeester een muzikkastje, en de medewerkers aan den wijkarbeid, die hun aanvoerder, gepaard gaande met hun beste wenschen, voor het heden en voor de toekomst, een haard ver eerden ter herinnering aan dezen schoonen dag in zijn werkzaam leven. Medezeggingschap in het bedrijf. Op uitnoodiging van de Studenten-ver- eeniging voor Sociale Lezingen, hield ir. C. F. Stork, directeur der Machine-fabrieken der firma Gebrs. Stork Co., te Hengelo, en voorzitter van de Ned. vereeniging van .Werkgevers, in de groote zaal van het Nuts- gebouw een lezing over bovenstaand on derwerp, bij de vergadering ingeleid door den voorzitter, vdcn heer A. Beerman. De heer Stork ving aan met de opmer king dat hij de uitnoodiging tot hem ge richt om hier te komen spreken over het sociale vraagstuk, de medezeggingsschap, heeft beschouwd als het gevoelde verlan gen om iets over de practijk van dit vraag stuk te vernemen. Yan wetenschappelijk standpunt behoeft hij het niet te doen, omdat hier aan de Universiteit verschillende hoogleeraren daartoe beter bevoogd zijn dan hij ala man van de practijk. Hij meent echter dat het hier vooral op de practijk aankomt. Z.i. moet het de eerste vraag zijn, of het in het belang van het bedrijf is dat het per soneel medezeggingschap verkrijgt. Het moet zijn in het belang van de onderne ming, en als iets in het belang der onder neming is, zal het dat ook voor het perso neel zijn, omdat de bloei van het bedrijf mede in het voordeel der arbeiders en het verdere personeel is. Het vraagstuk der medezeggingschap is al reeds oud. Op het bekende Frankfurter congres werd daarvan de wenschelijkheid reeds betoogd en in ons land was het mr. Yan der Berg te Amster dam, die er een proefschrift aan heeft ge wijd. Tusschen 1860 en 1870 werd reeds een proef met de medezeggingschap genomen en wel in Frankrijk door den heer Le Oler, welke proef werd nagevolgd, een tiental jaren later, eerst door de Nederl. Gist en Spiritusfabriek van den heer Yan Mar ken te Delft en, daarna door de fabrieken, waaraan spreker thans mede aan het hoofd staat. Deze eerste vormen van medezegging schap werden fabriekskernen genoemd. De heer Stork deelde een en ander over deze kernen mede en constateerde dat zij goed werk hebben gedaan, al hadden zij slechts te adviseeren. Een en ander werd door den spr. met enkele voorbeelden verduidelijkt en nader uiteengezet. In den eersten tijd, toen de vakbeweging nog weinig ontwik keld was, namen de werklieden in het al gemeen weinig notitie van deze kernen. Met het opkomen van de vakvereenigingen begon men van werknemerszijde de kernen met scheeve oogen aan te zien, omdat men vreesde dat zij in de plaats van de vakver eenigingen als het ware optraden. En dat achtte men toen niet in het belang der vakbeweging. Maar de vakorganisatie is van dot inzicht teruggekomen. Maar de kernen gingen uitteraard, volgens de lei ders der vakorganisaties niet ver genoeg. In de eerste plaats zullen de kernen ook over de loonen medezeggingschap moeten hebben. Yervolgens en dit trad vooral op den voorgrond de vakorganisaties wilden meer in de samenstelling van deze kernen gekend worden. Tijdens den grooten oorlog werden in versohillende landen, zooals men weet, ver- echeidene ingrijpende sociale maatregelei# genomen, zeide spr., en het vraagstuk van de medezeggingschap trad daarbij mede op den voorgrond. In enkele landen o.a. ook in Duitscliland, werd deze medezegging schap wettelijk geregeld, door de oprich ting van z.g. bedrijfsraden, waarvan spr. een nadere omschrijving gaf. In ons land kwam in de vakorganisaties het verlangen naar een wettelijke regeling ook naar vo ren. Yoorop ging hier het Nederlandsch Vakverbond in samenwerking met de S.D. A P., weldra gevolgd door Katli. en Chris telijke vakbeweging al gaan deze laatste organisaties niet zoo ver. Spr. besprak in verband hiermede hot bekende rapport van het Ned. Vakverbond, waarin de sociaal-democratische kopstukken den toon hebben aangegeven. Spr. veroor deelt dit rapport volstrekt niet in allo op zichten. Maar hij veroordeelde wel de daar in geprovoceerde opvatting dat het per soneel het in menig opzicht beter zou we ten dan de werkgevers. In ieder geval zal de bedrijfs- of onder- nemersraad zich moeten beperken tot het technisch deel van het bedrijf en hij zal zich meestal moeten afhouden van het commercieel gedeelte van het bedrijf. Daarvan hebben de werknemers in het algemeen geen verstand en een instelling als de Ondernemersraad zou in dat op- zich moer kwaad dan goed doen. Om dit aan te toonen beschreef de heer Stork de oprichting en ontwikkeling van een tweetal betrekkelijk jonge bedrijven Philips Gloeilampen Fabriek en het Hoog- ovenbedrijf te Vel zen. Hierbij is het initiatief, de voortvarend heid en het commercieel inzicht van slechts enkelen de inzet van het welslagen geweest. Wanneer hier een ondernemersraad had moeten beslissen, zouden ongetwijfeld de eerstgenoemde fabrieken nimmer zulk een vlucht hebben genomen, ale thans is ge schied. Spr. is overigens de medezeggingschap niet ongezind en hij zal een uitbreiding van de fabriekskernen van harte toejuichen. Daardoor zal de goede verstandhouding tusschen werkgevers en werknemers kun nen worden bevorderd en de lust tot werken aan den bloei en ontwikkeling van een on derneming bij het personeel worden bevor derd. Doch dan moeten de belanghebben den zelf, dus werkgevers en werknemers deze medezeggingschap regelen en niet alles van bovenaf door de wet worden ge reglementeerd. Spr. toonde zich in het al gemeen niet een bijzonderen voorstander van wettelijke regelingen op het gebied der industrie, A&a-r hier zal deze in elk geval niet in het belang vam het bedrijf zijn. Spr. besloot met den wensch dat velen onder zijn geboo* zich bij hun verdere stu die zich opgewekt zullen gevoelen om zioh met dit vraagstuk dat thans vooral ac tueel is op de hoogte te stellen en hij hoöp- te daartoe door zijn eenvoudig woord Iets te «hebben bijgedragen. (Applaus). Van de gelegenheid om vragen te stel len of om met den spr. van gedachten te wisselen, werd geen gebruik gemaakt. De voorzitter vroeg den heer Stork iets te willen meedeelen over de wijze waarop in zijn fabrieken de medezeggingschap was geregeld, waaraan deze gaarne voldeed. Hierna sloot de heen Beerman den leer- zamen avond, den heer Stork dankend voor de sympathieke wijze waarop hij 'dit be langrijke onderwerp had behandeld. Sahbatisme. Gisteravond sprak, daartoe uilgenoodigd door den kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente alhier, ds. A. Verwaal van Alkmaar in de Oosterkerk over het Sabbatisme. De spreker begon o.a. met er op te wijzen dat er sekten zijn, die dwaallichten van de ergste soort zijn, omdat zij, gel'oetit aan Gods woord, het duidelijk stempel van Sa tan-dragen, doordat zij zich laten kennen als grof, zéér grof werk van den Leugenaar en Zielemoorder van den beginne. Maar er zijn ook sekten, waarvan dit niet gezegd kan worden, rnaar die toch, ge toetst aan Gods Woord (wat toch de eenige regel is voor geloof en leven, voor belijdenis en wandel) moeten aangewezen worden als in strijd met God9 Woord, moeten afgewe zen worden als dwaalleer. Onder die allen neemt ook het Sabbatisme een plaats in. De spreker stond even stil bij het Ana baptisme, die revolutionaire beweging in den tijd der kerkhervorming, bij de Doops gezinden, en bij de Baptisten en kwam zóó bij de Sabbalisten, een der verschillende groepen, waarin het Baplisme is verdeeld. Aangezien ook de Sabbalisten sterke pro paganda drijven onder de leden van de Ned. Herv. Kerk, moest de spreker sterk legen hen waarschuwen. Hij meende dit niet beter te kunnen doen dan door aan le toonen, dat onze Ned.-Herv. Kerk in de lijn van Gods Woord is, wan neer zij handliaaft den Doop door bespren- ging, den Doop ook der kinderen en den Sabbat op-Zondag. Het Grieksche woord in ons N. T. voor doopen gebruikt, het woord „Babtizein", be- teekent wel zooveel als „onderdompelen", maar werd ook gebruikt' voor de Levielische wasschingen en bcsprengingen der handen, der drinkbekers, der vaten en der bedden, wal lang niet altijd met onderdompeling gepaard ging. En als Paulus in Rom. 6 over den Doop spreekt, dan slaat dat niet op den vorm, maar op den inhoud. Bovendien is het moeilijk aan te nemen, dat de „om trent 3000" op het Pinksterfeest, de huisge zinnen van Cornelius, den stokbewaarder en Lydia door onderdompeling in een rivier gedoopt zijn. Ook met het oog- op onze ge zondheid is de onderdompeling te yerwer- BINNENLAND. Zilveren ambtsfeest van ds. M. J. Punselie predikant bij de Ned.-Herv. Gem. te Leiden. De heer Jnten heelt officieel bedankt als lid der Tweede Kamer. De aardschokken in Belgisch en Neder landsch Limburg. De Zwaluwen hebben den voetbalwed strijd te Brnssel tegen de Roode Duivels met 21 verloren. BUITENLAND. Een der gebroeders Barmat in vrijheid gesteld. Twist in de Britsche Labonr-party. Vreeselijke brand te Moskon. pen. De Baptisten zeggen ook: „Hoe dieper ln het water, hoe dieper in de genade". Maar wie zou, met de Heilige Schrift in zijn hand, durven beweren, dat de zegen van den Doop afhangt van de meerdere of mindere hoeveelheid water? Daarom moe-, ten wij van den vorm geen wet maken, geen letterknechten Worden en ons houden aan den Doop door besprenging van het voorhoofd, omdat onder het hoofd het gan- sche lichaam- besloten ligt en in den Doop door besprenging dus evenveel symboliek ligt als in den Doop door onderdompeling. Zoo moeten wij ook den Kinderdoop hand haven. Hot is waar, dat wij nergens in de Heilige Schrift lezen, dat door Jezus cn de Apostelen een bepaald gebod tot het doopen van kinderen is gegeven en ook niet, dat er speciaal kinderen zijn gedoopt Maar wij lezen oolc niet, dat hel door hen verboden is, wat toch beslist zou geschied zijn, indien de kinderen geen recht op den Doop hadden. De Baptisten beroepen zich op \Iarc. 16 16, maar ten onrechte, want met dezen tekst doen zij, wat het kenmerkende van elke sekte is, een tekst uit zijn verband nemen en op zoo'n lossen tekst voortborduren. De Baptisten beroepen zich verder op Matth. 28 19, maar in het Grieksch staat: „Gaat dan heen en maakt al de volken tot Mijne leerlingen door ze te doopen." Feitelijk wordt dus hier het doopen vóór het onderwijzen gesteld. Het Christendom is een ZenJingsgods- dienst en de Apostelen deden, wat de zende lingen nu nog doen. En nu begingen zij niet de dwaasheid, om de kinderen van Joden en Heidenen te doopen. Maar wanneer Joden en Heidenen door hun prediking tot geloof en bekeering waren gekomen, dan werden zij als Christenen door den Doop in de Christelijke Kerk ingelijfd en hunne kinde ren werden dan als kinderen van Christe lijke ouder9 als van zelf stilzwijgend mede door den Doop in de Christelijke Kerk op genomen. Zóó nu ging het in de huisgezin nen van de u genoemde personen. En zoo is het blijven gaan. Door de gansche Heilige Schrift loopt de lijn des Verbonds. Van het Werkverbond, dal zéér kort duurde, maar daarna van het Genadever- bond, dat, naar zijn dubbele bedeeling, de Oud-Testamentische en de Nieuwtestamen tische bedeeling, in de boeken het O. T. en het N. T. staat' beschreven. In de O. T. bedeeling lezen wij van het eeuwig verbond, dat God met Abraham en zijn zaad opricht (Gen. 17 7) en van de Be snijdenis, die God gelijklijdig instelt als een teek en van dat Verbond. En nu ontving de volwassen bekeerde Heiden, die tot dat Verbond toetrad ook dat leeken, maar het was loch in de eerste plaats voor de kinderen, die in dat Verbond geboren werden. En zoo werden de Joden kinderen op den achtsten dag besneden, want zij waren immers mede in dat Ver-. bond begrepen. En juist dat toeken riep en verplichtte die kinderen, om bij het opwast sen op dien God le vertrouwen en Hem te verheerlijken, Die ze hot eerst in nederbui- gende genade zoo uitnemend had liefgehad. Nu had dit Verbond wel een nationaal ka rakter, rnaar het was. levens oen eeuwig Verbond. En daarom glijdt dit Verbond uit zijn Oud-TeslamenliscJie bedoeling van zelf over in de Nieuw Tcslamenlischo. In dat Verbond iigl een diiovoudigen ze gen voor ons ouderen, want wanneer wij dezen zegen door het geloof gegrepen heb ben, dan hebben wij in onzen Doop een lee ken en zegel van die dingen, waardoor wij van onze zaligheid gewis zijn. En wat onze. kinderen betreft. Ook onze jonge kinderen moeten gedoopt worden. En weet gij waarom? Niet een losse tekst, zoo hier en daar uil de Heilige Schrift uitgelicht, maar de gerst der Heilige Schrift leert ons; 1. dat onze jonge kinderen evengoed als de volwassen in het Verband Gods en Zijne Gemeente begrepen zijn; 2. dat ook aan onze jonge kindeien even goed als aan ons volwassenen door Chris- lus' btoed de verlossing van de zonde en d*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 1