No. 19923
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 20 Februari
Derde Blad. Anno 1925.
TWEEDE KAMER.
INGEZONDEN.
FEUILLETON.
9e Temper van Klompvoet.
(Zitting van gisteren).
Bijzondere commissie.
De VOORZITTER benoemt de leden der
bijzondere commissie voor de wetsontwer
pen Uitbreiding van mogelijkheid van toe
passing V9ji de straf van geldboete en Her
ziening van de Faillissementswet de heeren
v. Sassc v. Yssclt, 'Sannes, Beunier, van
Bappard en mej. Katz.
Indisch regeeringsregleraent.
Voortgegaan wordt met de wetsontwer
pen Herziening van het Reglement op lieL.
beleid der Regcering van Nederlandscli-
Indië; wijziging van de artikelen 8, 58, 67b
en 71 van het Reglement op het beleid der
Regeering van Nederlandsch-Indiënadere
wijziging van,de Indische Comptabiliteits
wet.
De algemcene beschouwingen worden
voortgezet.
De heer BOETZELAER VAN DUBBEL
DAM (C.H.) betreurt het, dat de Minister
niet aangeeft naar welk doel hij streeft en
hoe zijn vo.orstellen daarvan een deel zijn
Daardoor weten wij niet waar de Minister
ons wil heenvoeren. Vandaar zoovele kri
tiek op de voorstellen.
De Wetgevende Raad is een trouvaille,
maar het is de vraag of het een gelukkige
vondst is. Het is onmogelijk, dat de Volk -
raad allen wetgevenden arbeid afdoet. Jaar
lijks verschijnen er 600 staatsbiadm van
Tndië. Gouverneur-Generaal 'van Heutszheeft
eens gezegd, dat hoe dikker het staatsblad
per jaar is, des te grootcr pruk de G. G.
is. (Gelach).
Het is dus-begrijpelijk, dat men het werk
aan een kleiner college overlaat.
Spr. acht een Volksraad voor Indië niet
voldoende en had liever een JavarRaad,
een SuraatrarRaad enz. De belangen dei-
verschillende d:elen van Indië loopen te veel
uitéén dan dat één Raad alles kan be-
heerschen. Een al gem oen onderzoek naar
den wènschclijk n rcge:ringsvonn is nood
zakelijk.
In de richting, die de Minister wil in
slaan, is een goede oplossing nietje vinden.
Spr is dus tegen dit ontwerp.
De beer FEBER (R.-K.) acht de wijziging
in do mentaliteit d$£? massa te vaag, dan
dat daarin aanleiding ligt voor een regee-
ringshervorming. Bij de Grondwetsherziening
is een vage belofte gelaan tot herziening
der wetgeving in Indië. Andere beloften zijn
nooit gedaan en van teleurstelling bij de
indiening van deze ontwerpen kan er dus
geen sprake zijn. Er zijn in Indië eenige
intellcctueelen, die bepaalde ideeën hebben
oT.er de ontwikkeling van Indië en zij pro-
pageeren hun denkbeelden en trachten
deining le wekken. Die deining is een tel
geer. algemeene volksbeweging in bepaalde
richting. In het algemeen staat de bevol
king apatisch tegenover dit ontwerp van
den Minister.
ITet is niet logisch te eischen, dat de
Minister den weg der autonomie zal ingaan.
Onderzoek "en voorbereiding daarvoor zou
den zeer veel tgd vorderen. Een radicaal-
opgezette herziening van de wetgeving is
onmogelijk omdat die practisch onuitvoer
baar zou zijn.
De Rege ring heeft met de feiten reke
ning to houden; de capaciteiten de: groepen
var. de Indische samenleving voor bestuurs
functies zyn nog te gering, dan dat de
Minister daarop een bostuursherzienlng. kan
baseeren. Spr. betwijfelt of de Volksraad
de verhoudingen in de Indische samenleving
wel weergeeft.
Hot stelsel van Ritzcma van Eek is door
mej. van Dorp aanbevolen. Spr.'s uordeel is
het dat dit stelsel le eenzijdig is. Er is ver
schil lusschen wetgevende en besturende
laak; voor de eerste laak is de constructie
van Ititzema van Eek bruikbaar en "goed.
maar voor de besturende laak minder goed.
Er is lusschen die beide taken een zeer groot
verschil en dat dient men in hel oog le hou
den. Onjuist acht spr. de opvatting, dat het
volk, d w z de volksmassa, die niet geschikt
is om de bestuurstaak in kleinen kring te
voeren, zeker niet in staat is de algemeeno
groolc legislatieve taak te vervullen. Voor
deze laatste laak zijn slechts weinige per
sonen noodig en voor de andere laak
zeer vele.
Dit wetsontwerp beslist niet over de
vraag van een eenheidsstaat of een federatie
Men kan over deze -vraag op dit oogenblik
nieU beslissen. Het ontwerp handhaaft de
hobgere instantie in Nederland en dat juicht
hij toe. Of op den duur de band losser kan
worden tusschen Nederland en Kolonie is
een andere vraag maar spr. zou het afkeu
ren, dat kunstmatig die band wordt losser
gemaakt. Van de instantie in Nederland
dient een uiterst scliaarsch gebruik te wor
den gemaakt. Het begrootingsrecht, dat de
Minister den Volksraad wil geven, gaat veel
verder dan dat van een advies. De Tweede
Kamer wordt niet uitgeschakeld maar zij zal
zelf inzien dat haar positie verandert door
dit ontwerp.
Over de verhouding der Regcering cn den
G. G. zat één van spr.'s partijgcnoolen het
woord voeren. Spr.'s opvatting is dal de ver
antwoordelijkheid van den Minister moet
blijven.bestaan als middel om zeker te zijn
dat op de daden van den Volksraad kritiek
wordt uitgeoefend.
liet ontbindingsrecht voor een parlement
is een sluitstuk aan ons constitutioneel
stelsel, maar voor den Volksraad past het
schijnbaar niet omdat de samenstelling
daarvan geheel anders geschiedt, dan die
van de Kamer. Een deel der leden van den
Volksraad wordt benoemd en het zou dus
niet zonderling zijn dat de Regeering de
benoeming intrekt, hetgeen gelijk staat met
een ontbinding.
Tegen de instelling van een Wetgeven-
den Raad heeft spr. bezwaren. De Volks
raad geeft geen beeld van de samenleving
en nu zal uit dien Raad langs den weg van
getrapte verkiezing een tweede college wor
den benoemd. Dat college zal technisch geen
beeld van de samenleving geven.
Wat er ten slotte van den Volksraad te
recht zal komen, hangt geheel van den
Volksraad zelf af. Zijn invloed wordt be
paald door hel gehalte van zijn leden.
Spr. hoopt, dat het ontwerp door amen-
dcering nog belangrijk zal worden verbe
terd.
De heer RUTGERS (A.-R.) betoogt, dat
de G.-G. de man der Regeering moet blijven
cn hij blijft dit ook in dit ontwerp. Hij
blijft verantwoordelijk tegenoveT de Neder-
landscbe Regeering, al heeft hij een krach
tige zelfstandige positie. Hij voert het be
stuur in naam des Konings en dus in over
leg met de Regeering. In den bestaanden
loesland wordt dus niet veel verandering
gebracht.
Ten aanzien van de begrooting verandert
feitelijk ook niet veel, omdat van 't recht
van amendement door de Kamer niet veel
gebruik is gemaakt. Bij de goedkeuring der
hoofdstukke^ blijft de gelegenheid om ter
wille van één bepaalden post zijn goedkeu
ring te onthouden.
Spr. is voor het ontbindingsrecht van den
Volksraad. Dit ontwerp is als proef te be
schouwen en daarvoor is het gewenscht,
dat de Regeering* liet ontbindingsrecht be
houdt.
De heer VAN RIJCKEVORSEL (R.-K.)
heeft respect voor de moderne vooruitstre
vendheid, maar gelooft niet, dat er veel
van terecht zou komen. De ervaring heelt
al het een en ander dienaangaande geleerd,
o.a. bij de Franschen, die getracht hebben
de koloniën tot departementen le maken.
Spr. merkte verder op dat ontijdig ver
breken van alle banden lusschen Neder
land en Indië zeer ernstige gevolgen zou
kunnen hebben Een oorlog over onze suc
cessie zou niet uitblijven en Indië zou er
wellicht op achteruitgaan. Dergelijke gevol
gen wil men echter voorkomen en daarom
moet de eenheid van het heele Rijk vóórop
slaan. We moeten daarbij vertrouwen op
hetgeen bestaat. Het voor ons liggende ont
werp biedt daarvoor een grondslag.
II ij betreurt het wel dat het voorstel
slechls een partieele herziening brengt en
liever had hij een algemeene hervorming
gezien. Dit is echter geen reden om het gc-
bodene thans af le wijzen.
Door de Grandwetshcrziening is in de
verhouding lusschen Nederland en Kolo
niën niets veranderd. Hel begrip „Opper
bestuur" heeft altijd in de Grondwet ge
slaan en staal er nog in. De beteekenis
daarvan heeft altijd vastgestaan, zoodat de
heer Oud daarin geen verandering behoeft
le brengen.
In de stukken zijn verschillende onduide
lijkheden gebleven, o. a. ten aanzien van de
verhouding van Kroon en G. G. Het is noo
dig dat- die onduidelijkheden verdwijnen.
Hij hoopt dal de Minister zich zal beijveren
om deze weg te nemen.
Spr.-hoeft er K-zwaar legen dat de Kamer
alleen de begrooting kan goed of afkeuren
en het recht van amendement gaat verlie
zen. Hij is voorts vóór het ontbindingsrecht
als een veiligheidsklep in het stelsel.
De Minister van Koloniën,-de- heer DE
GRAAFF, geeft allereerst een korte-schets
van de ontwikkeling van liet bestuurswe-
zen in Indië. Op de grondslagen die Minis
ter Do Waal Malefijn legde, voortbouwend
heeft Minister Pl-eyleden Volksraad voorge
steld die het begin was van de medewerking
der Indische samenleving aan de regeering.
De Volksraad was een adviseerend college.
Een periode van rust in de ontwikkelings
geschiedenis is echter niet ingetreden. De
"wenscheJijkheid cener versnelde invoering,
van nieuwe wijzigingen blijkt algemeen.
Spoedig is daarom de studie aangevangen
om een onderzoek naar de herziening van
de Staatsinrichting in le stellen. Bij spr.'s
optreden was de studie aan den gang. Het
rapport der Commissie is kort daarna ver
schenen, nog vóór de Grondwetsherziening
aan de orde kwam. Bij de Grondwetsherzie
ning is uitdrukking gegeven aan het verlan
gen naar reorganisatie van het Indische
öesluurswezen. Na uitvoerige gedachten-
wisseling is op 5 Dec 1922 door den Volks
raad liet ontwerp herziening, goedgekeurd.
In den loop van 3 923 is bét ontwerp aan de
Kamer aangeboden. Spr. heeft met deze
schets willen aangev n dat er conflnuiteit
zit in de voorstellen die de Regeering deed.
Bij de Grondwetsherziening is daarmede re
kening gehouden
Do wederzijdsche verhouding van Indië
cn Moederland diender? opnieuw to worden
afgebakend. De Grondwet wilde een einde
maken aar» de ambtelijke wetgeving van
G.-G. cn Raad van Indic. In dit ontwerp
is daarmede rekening gehouden. De G.-G,
is vóór spoedige totstandkoming vau dit
ontwerp ook omdat uitstel ontevredenheid
zou wekken. Er zijn ook in deze Kamer
uitersten: zij die stilstand of rcaotio wil
len en zij die veel sneller vooruit willen.
De Regeering koos den juisten middelweg.
Dc Minister wordt niet ontslagen van de
verantwoordelijkheid voor het beleid in In
dië, althans niet voor de goede uitvoering
der regeeringsverplichtingen. De Minister
houdt toezicht, preventief en repressief op
het beleid van den G.-G. en dc verantwoor
delijkheid van den Minister blijft onverkort
gehandhaafd. l)c G.-G. blijft verantwoor
delijk aan de Regcering krachtens art. 37
cn degenen die bevreesd zijn dat dc nieuwe
toestand destructief zou werken, zullen
inzien dat in dit opzicht geen gevaar be
hoeft te dreigen.
Ook ten aanzien van den wctgc venden-
arbeid behoeft geen ongerustheid te be
staan voor de positie van den Nederland
schen wetgever. De „inwendige aangele
genheden" van Indië zijn naar spr.'s oor
deel voldoende aangeduid door de ervaring
en dienaangaande behoefde geen ongerust
heid te bestaan. Wanneer de Volksraad
niet bereid is een door den G.-G. gewensch-
te regeling te aanvaarden, blijft de gele
genheid open om door algemee-ncn maatre
gel van bestuur een regeling tc maken.
Voortdurende conflicten tusschen Volks
raad en G -G. zouden natuurlijk het regec-
ren van den G.-G onmogelijk maken, maar
een dergelijke voorstelling moet men zich
niet maken. Het is de plicht dergelijke con
flicten te voorkomen. Wanneer zich derge
lijke conflicten toch voordoen dan is dc
Regeering cr nog om te beslissen wat te
doen staat. Voor ongerustheid behoeft dus
geen reden te bestaan.
De begrooting wordt op de gewone wijze
ingedeeld, in overleg tusschen Volksraad
en G.-G., waarbij dc Minister het Opper
toezicht houdt on do beslissing bij conflic
ten. Zooveel mogelijk wordt alles aan de
organen in Indië overgelaten. De Stafen-
Gencraal houdt zijn daadwerkelijk toezicht
op het beleid in Indië o.a. door zijn goed
keuring van de begrooting. Zij kunnen hun
goedkeuring aan een aideeling onthouden.
Langs een omweg kan de Kamer dus haar
zin doorzetten, omdat de Regeering ver
plicht is in geval van afkeuring een ont
werp in te dienen om in de moeilijkhefci
to voorzien.
De Minister breekt zijn ipde af.
De vergadering wordt verdaagd tot he
den één uur.
RECLAME.
A.J.R'S VANILLE-CRÈMEPUDDING
nr.r bessonsavs
3848
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie).
Copie van al of niet geplaatste stukken
wordt niet teruggegeven.
Herfstvacantie.
In het „Hbld." van 18 Februari 1925,
avond-edilio. derde blad, blz. 10, wordt on
der het hoofd „Vacanlievervroéging" o.m.
het volgende vermeld
De Minister van Onderwijs heeft in zijn
Memorie van Antwoord bij hoofdstuk V a.
ingezonden bij brief van 20 Nov. gezegd:
Het bericht in de bladen omtrent een
andere regeling van den vacantietijd is in
zoover juist, dat de ondergeleckendc ge
meend heeft het advies der inspecteurs
van het gymnasiaal cn middelbaar onder
wijs te moeien inwinnen omtrent hel door
sommigen in verband met dc regenachtige
Augustusmaand bepleite denkbeeld, - om
de zomcrvacanlic le vervroegen. De in
specteurs hebben unaniem geadviseerd
zoodanige wijziging in de regeling der
zomervacantie niet te bevorderen, om
dat het verschuiven daarvan naar den
voorzomer weer ernstige bezwaren van
anderen aard zou opleveren.
Het is vrij lakonick uitgedrukt. We zijn
evenwel in slaat een cn ander van de op
vattingen van de zijde der Rijksinspectie
mede te declen. (Men moet hierbij in aan
merking nemen, dal de minister alleen di-
recten invloed kan hebben op de vacanties
der Rijksscholen, maar dal een evenlueelc
vervroeging van de vacantics aan die in
richtingen zou parallel moeten gaan met die
van de gemeentelijke scholen, anders zou
men een liopcloozo verwarring in vele ge
zinnen krijgen).
De motieven nu der inspectie zijn: lo.
vervroeging van de zomcrvacanlic zou een
herfstvacantie van een weck noodig maken,
waardoor de hoste studietijd zou worden
onderbroken.
Wilde men hel tijdverlies van de herfst
vacantie compenseercn, dan zou men de zo
mervacantie nog kh mer moeten maken, dan
die nu al aan de Rijksscholen is."
„Een middel, dal we ernstig in overwe
ging aanbevelen, om dc herfslvacanlie over
bodig lo maken zou zijn: in den herfst een
week of misschien zelfs veertien dagen on
derwijs le geven zonder huiswerk. Men zal
eens zien, hoe dal rust-gevend en opwek
kend werkt. Wie welen wil, hoe prettig der
gelijke huiswerklooze weken zijn, vrage er
de leerlingen van enkele scholen, waar ze
zijn ingevoerd, maar eens naar.
De gevreesde onderbreking van den bes
ten leertijd lusschen zomer en Kerst-
vacanlie wordt dan voorkomen, de leer
lingen komen een beetje op adem en het
onderwijs zal minder lijden dan door een
verregende vacantic, die mistroostigheid en
misschien gebrek nan werklust nalaat."
In Leiden heeft geen vervroeging van
Zomervacantie plaats gehad, ergo is „herfst
vacantie", getcetst aan het bovenstaande
schadelijk voor de leerlingen en geheel
nutteloos.
Verder commentaar is overbodig.
Beleefd verzoek ik U bovenstaande in uw
veelgelezen blad te willen doen opnemen,
U bij voorbaat mijn dank betuigende.
H. SüNDERMANN.
Leiden, 19 Februari 1925.
SCHEEPSTIJDINGEN.
STOOMVAART-MIJ. „NEDERLAND*.
JAN Pz. 00EN thuisr., 20 Febr. to Geen*
verwacht.
KARIMOBN, R'dam n. Burmah, 19 F«far*
van Suer.
KARIMATA, uitr., pass. 19 Febr Qibral»
tar.
REMBRANDT, uitr., 20 Febr. bij Periag
verwacht.
GROTIUS, thuisr., 19 Febr. van Colombo*
ROTTERDAMSCHE LLOYD.
1NSULINDE, thuisr., pass. 19 Febr. Perim.
DJEMBER, thuisr., pass. 18 Febr. Finia-
terre.
KERTOSONO, uitr., 17 Febr. v. Padang.
MEDAN, uitr 17 Febr. v. Port Swctte-a>
ham.
KON. WEST-IND. MAILDIENST
VAN RENSSELAAR, 20 Febr. v. Amst. t*
Barbados verwacht.
AMOR, 19 Febr. v. W.-Indic te Amst.
KON. BOLL. LLOYD.
FLAJMDRIA, uitr., 19 Febr. van Cher
bourg.
DREOHTERLAND, 17 Febr. v. Amst. to
B.-Aires.
KENNEMRRLAND, 15 Febr. v. Corral n.
B. -Ai res.
STOOMVAART-MAATSCHAPPIJ „OCEAAN*
MELAMPUS, Batavia n. Amst., pass. 19
Febr. Perim.
PRIAM, Liverpool n. Batavia, pass. 19
Perim.
POLYPHEMUS, Batavia n. Liverpool,
pass. 18 Febr. Ouessant.
HOLLAND AFRIK AU JN.
KLIl'FONTEIN, uitr.. 1» Febr. v. Tort
Soudan.
HEEMSKERK, thuisr., 18 Febr. v. Genua.
DJOCJA, 19 Febr. v. W.-Afrika te Amst.
HOLLAND—AMERIKA LIJN.
MAASDAM, R'dam n. N -Orleans, IS Febr.
te Santander.
ROTTERDAMZUID-AMERIKA LUN.
ALDARI, uitr., 18 Febr. tc Montevideo.
HALCÏON-L1JN.
STAD ZAANDAM, R'dam n. Genua, pas».
17 Febr. Dungoncss. v
NEDERL. EN VREEMDE SCHEPEN.
JONGE JACOBUS, R'dam n. Napels,
pass. 19 Febr. Gibraltar.
DRENTE, 18 Febr. van Soerabaya n. Sin
gapore.
ARUNDO, 17 Febr. van Bonan n. R'dam.
PROCYON, 18 Febr. v. Gulfport te Ro-
sario.
ELLEWOUTSDIJK, 16 Fobr. v. Villa Oon-
stitucio te Santa Fe.
WAALHAVEN, 17 Febr. van Coconada n.
Port Said.
SCOPAS, arr. 14 Febr. te Balik Pappan.
JUNO, 13 Febr. van Singapore n. Co
lombo.
F.EiM, 18 Febr. van Barcelona te Cadix..
KRALINGEN, 18 Febr. v. Salto Cabello
n. R'dam.
OOSTERSCHELDE, m.s., 17 Febr. vasl
Casablanca te Las Palmas.
WIEIÏINGF.N. Hamb. n. B -Aires, 18 Febr.
van Las Pal ma».
STAD ZWOLLE, arr. 17 Febr. te Oxelo-
sund.
SAN ANTONIO, m.s 16 Febr. van Gijoö
n. Lissabon.
IRIS, 14 Febr. v. Singapore n. Miri.
NERITE, 13 Febr v. Bangkok n. Tarakan.
MIJDRECHT, 18 Febr. van Corunna t*
Gijon.
SPAR, 18 Febr. van Rosario n. Londen.
WILLEM VAN D1UEL Sr., 18 Febr. van
Bougie n. Vlaardingen.
IBERIA, 18 Febr. v. R'dam te Gijon.
Door VALENTINE WILLIAMS.
Geautoriseerde vertaling van W. E. PONT.
(Nadruk verboden).
17)
„Scli&lzcheti" was liet Duilsfche woord.
Natuurlijk liet woord Schatz, waarvan
Schalzchen het verkleinwoord is. bcleekent
schal. Hoe had ik zoo lichamelijk en gees
telijk blind kunnen zijn. om niet te zien,
dat er sprake was van een schat in het be
richt?
De vier maten nolenschrift deden mij
opspringen; ik neuriede het deuntje, dat ik
op John Hards piano getjingeïd had. Zooals
ik al gezegd heb, het kwam mij vaag be
kend voor als een populaire deun, maar
hoè of wii&r... ik het gehoord...»
had
Hier moet ik in slaap gevallen zijn. Ik
werd met een schrik wakker, zooals men
meestal doel op een middagslaapje en
staarde wezenloos rond,, trachtend, mij le
herinneren, waar ik was. Het vaartuig, dat
voor ank-^r lag. schommelde zacht heen en
v eer op de deining en de electrische
waaier snorde zacht. Er werd de deur
geklopt
„BinnenI" riep ik en Carstairs verscheen
om dc deur.
„Hel spijt.S r Alexander u le moeten slo
ren, mijnheer,'' zei de knecht, „maar zou u
misschien dadelijk bij hem kunnen komen
in zij;: hu'? Hij zei. daler haast bij was.."
„Natuurlijk Zeg aan Sir Alexander, dat
ik dadelijk bij hem kom."
Garth had een serie van kamers aan het
verste eind van het salon, bestaande uit
een kleine zitkamer, buitengewoon mooi ge
meubeld, met een slaapkamer en badkamer
daaraan grenzende. Ik vond hem zittend op
een draaibaren stoel voor zijn bureau in ge
sprek met een donkeren jongen man in een
gekreukt wit katoenen pak, wiens gelaat in
het tropische klimaat geelachtig was ge
worden.
„Ach, majoor," zei de millionnaar, ,)het
spijt mij, dat ik u in uw slaapje heb moeten
storen. Maar er is iets vreemds gebeurd. Ze
hebben een bevel lot inhechtenisneming
legen u uitgevaardigd wegens moord. De
Britsche vice-consul hier is zoo vriendelijk
geweest ons een wenk te komen geven..."
„Hel is een vreemde geschiedenis," zei
de vice-consul. „Vannacht werd er een
armzalige Engelschman, oen dronkaard, die
met een negerin in de negerwijk woonde,
vermoord. Hij was een nietswaardig sujet;
noemde zich Adams; ik kende hem wel.
Wc hebben hem zelfs pas een veertien da
gen geleden het consulaat uitgegooid. En nu
is er een aanklacht tegen u ingediend door
twee burgers, die zweren, dat ze u -vroeg in
den morgen uit de hut van Adams hebben
zien komen.
Gewoonlijk maakt niemand in Rodriguez
vce.l drukte over een gewonen moord zoo
als deze. Maar onze vriend Adams of
zijn zwarte huishoudster, die tegelijkertijd
ook gedood werd scheen een of anderen
merkwaardigen poliliekcn invloed gehad le
hebben. De procureur-generaal van de Re
publiek kwam een halfuur geleden in
hoogst eigen persoon op het bureau om mij
er over (e spreken. Hij zal er geweldig over
in cn zei, dat hij zeker zijn betrekking
zou verliezen, wanneer hij u niet in ver
hoor liet nemen. Nu" de vice-consul
schraapte zijn keel en trok hard aan de
zwarte sigaar, die hij rookte, „ik weet niets
van u of van u zaken af, majoor, hij
keek mij doordringend aan „en ik wil er
ook niet naar vragen. Maar ik weet, dat,
terwijl een gewone moord in Rodriguez
nauwelijks een strafbaar misdrijf is, het
knoeien in de politiek voor een heel ern
stige misdaad geldt Wat ik u kwam vertel
len is, dat u moet zien weg te komen, ter
wijl het nog mogelijk is.... Dat is allesl"
„Ifet is buitengewoon vriendelijk van u,"
antwoordde ik, „dat u zich zooveel moeite
geeft, en ik stel uw discretie in deze zaak
op hoogen prijs. Maar als die aanklacht is
ingediend, moest de inhechtenisneming da
delijk gevolgd zijn. We zijn per slot van
rekening binn-en de grens van drie mij
len
De vice-consul maakte een afwerende be
weging met de hand. „In deze illustere re
publiek," merkte hij droogjes op, „worden
geen zaken, van welken aard ook, gedaan
gedurende den middagrust lijd. Zelfs gedu
rende onze revoluties, die van tijd tot lijd
voorkomen, i3 er eiken dag tusschen twaalf
en vier uur een pauze. Maar u zult u moe
ten haasten; want zoodra het begint koeler
te worden, zult u een heelen schep van die
koffiekleurige heeren langs zij krijgen in de
sloep van den havenmeester.
„Ik zal zien, dat we dadelijk in zee ste
ken 1" zei Garth en haastte zich het ver
trek uit.
De vice-consul nam zijn panama op en
kwam naar mij toe. Ilij keek voorzichtig
om zich heen en dempte zijn slem, toen hij
sprak.
„Ik waag er mijn baantje aan met dit le
doen," zei hij. „want de consul ligt te bed
met koorts en ik handel op mijn eigen ver
antwoording. Maar Bard vertelde ons op dc
club over u en over uw Distinguished Ser
vice Order en dal alles tijdens den oorlog,
en.... het is al het minsle wat een kerel
kan doen, die niet meegevochten heeft,
ik ben door en door ziek van malaria dat
hij een ander helpt, dio wèl den oorlog mee
maakte. Luister nu eens! U is in groot ge
vaar! U is legen het grootste komplat van
schurken in heel Midden-Amerika aange-
loopen.
„U bedoelt El Cojo en zijn bende?"
„Ja...."
„Wie is die man El Cojo?"
„Dat weet niemand. Niemand ziel hem
ooit. Niemand weel, waar hij woont. Som
migen zeggen, dat hij een Mexicaan is.
Maar zijn macht is geweldig en zijn wraak
is snel en vreeselijk. Ik zou u verhalen
kunnen vertellen.Op dit jacht zoudt u
eigenlijk veilig moeten zijn. Maar volg mijn
raad en verlaat het jacht niet voordat u
aam land kunt gaan onder de Amerikaan-
sche of de Britsche vlag!"
Hij slak mij de hand toe.
„Ik zal den dienst, dien u mij bewijst,
niet vergeten," zei ik warm; „wanneer ik
soms wederkeerig iets voor u doen kan..."
„Jaa...." antwoordde hij langzaam,
„ik ben vroeger eens voorgedragen voor de
medaille van „the British Empire". Maar
het Ministerie van Buitenlandsche Zaken
heeft het geketst. Wanneer u eenigen in
vloed kont aanwenden
„Wanneer Sir Robert mij nog goedgezind
is," verzekerde ik hem, „zult u het knjgem<
En misschien zou het ook wel een „Orde!
van the British Empire" kunnen zijn»
Schrijf uw naam en adres maar even voor
mij op.
Toen wij op het dek kwamen, was de be
manning bezig het schip klaar te maken
om in zee le steken. Ar was eenige bewe
ging bij de brug. Gartii en kapitein Lawles®
stonden bovenaan de ladder in druk ge
sprek met een keurig uilzienden jongen
man in een smetteloos wit pakje.
„Hallo," zei de vice-consul, „dat i*
Cuslrin, uw nieuwe doklerl"
„Het heeft geen zin meer," zei GarlS
juisl, toen wij de groep naderden; „we zul
len binnen tien minuten weg moelem zijn,
dokter, en er is zooveel te doen aan dek,
dat uw vrienden maar in den weg zouden
loopen.
„Maar, mijnheer," drong de jonge man
aan, ,,ze zullen niet meer dan een oogen*
blik blijven Als aanzienlijke burgers van
Rodriguez wilden ze graag de eer genieten
u te ontmoeten, u een beleefdheid te bcwij*
zen. Zij hechten hier veel waarde aan zuLkn
dingen en wanneer u weigert, ben ik bang-
dat zij het zeer kwalijk zullen nemen....*
Ik keek eens over boord. In een roefc*
boot onder aan de scheepsladder zaten drte^
in gekleede jas gestoken, zwarte heeren,
hun groote, donkere oogen smeekend naai
het dek van de „Naomi" opgeheven,
(Wordt vervol