Begrafenis- Onderneming
KEERËWEER
LAND- EN TUINBOUW.
KUNST EN LETTEREN.
Burnerliike Stand v. Leiden.
RECHTZAKEN
SPr^T.
JONGE LIEFDE.
er natuurlijk nooit, want alles bleef in één
band. De geloste suiker, waarop per baal
f 27 aan accijns werd gesmokkeld, ging het
binnenland in.
Zevenmaal beeft de motorlickter „Wille-
mina" op deze wijze zout in plaats van
•uiker naar Duitschland vervoerd. Er zijn
4000 zakken met suiker gesmokkeld, waar
door het Rijk voor f 108.000 is benadeeld.
Dit is geschied tusschen begin October
en einde December van het vorige jaar.
Toen ontving de hoofdinspectie van de in
voerrechten en accijnzen de waarschuwing,
en werd aan de recherche van het hoofd
bureau een onderzoek opgedragen. Op C
Januari werd op 750 bakken suiker beslag
gelegd bij een zeer goed bekend £taando
firma te Rotterdam, doch reeds den vol
genden dag werd dit bealag opgeheven,
omdat bleek, dat <le firma geheel te goeder
trouw was en de suiker reeds uit dc vierde
hand had.
Dc recherche had inmiddels ook het smok-
kelschip gevonden, dat in de Scheepmakers
haven lag, en waar men aan boord juist
550 zakken suiker moest inladen, voor de
achtste reis. Op deze suiker werd voorloo-
pig beslag gelegd en ook op het smokkel-
schip ,,Willemina,,, dat naar de Entrepot-
haven is gebracht, waar het onder beheer
ligt van den ontvanger der belastingen.
Daar de expediteur-directeur H. van K.
geen directe borgstelling bij de belastingen
heeft, zal een firma uit de Westerstraat,
die borg voor hem bleef, door de belastin
gen worden aangesproken.
In den si ga ren winkel van
juffrouw L. M. G. op den Goudschensingel
237 te Rotterdam kwam gistermiddag om
streeks halfvier een man, die plotseling de
toevallig alleen thuis en in den winkel zijn
de juffrouw met een stuk hout op het hoofd
sloeg. Hij trachtte haar daarna te over
meesteren, doch tijdens de worsteling, die
volgde, slaagde zij er in om hulp te roepen,
"waardoor zich eenig pubiek voor den win
kel begon te verzamelen. Dit ziende heeft
de man, die blijkbaar met bet doel binnen
gekomen was, om, nadat hij do winkelier-
Ster onschadelijk gemaakt had, de lade to
lichten, de vlucht genomen en is, hoewel
aohtervolgd, ontkomen. Dr. De Ridder,
wiens hulp was ingeroepen, heeft de juf
frouw bijgestaan. De slag op het hoofd
heeft geen ernstig letsel veroorzaakt.
Hedennamiddag is een extra-
trein te Utrecht aangekomen voor het comité
dr. W. O. A. baron van Vredenburgli, in
Den Haag, met ongeveer 500 Hongaarsche
kinderen, bestemd voor verschillende plaat
sen in ons land.
Naar het „H b 1 d." uit N ij m e
gen verneemt is bij onderzoek gebleken,
dat het 22-jarige Duitsche meisje, hetwelk
zich na bet auto-ongeluk aan de Waalkade
aldaar heeft pogen te verdrinken, gered i»
door denzeHden schipper, die het dochtertje
van den heer Ophuyzen gered had. Het
bleek, dat rij de bedoeling had een einde
aan haar leven te maken; zij gaf dan ook
haar spijt over haaT redding te kennen.
Bij onderzoek ia gebleken, dat dit meisje
Vrijdagavond door den heer Ophuyzen per
auto naar het Victoriahotcl moet zijn ge
bracht, terwijl hij haar Zaterdagmorgen
nog heeft bezocht.
Op haar kamer vond men een bedrag van
1 5000 met een brief, waarin rij haar ver
standhouding tot den heer O. verklaart en
zegt iniet zonder hem te kunnen leven. Ook
is gebleken, dat de heer O. eon groote som
gelds bij zich droeg en deze beide personen
het plan hadden do volgende week naar
'Amerika te vertrekken.
Nadat de auto aan den wal was gebrachi
is gebleken, dat de stuurinrichting nog
goed werkte.
Te Zwolle heeft Zaterdag een
conferentie plaats gevonden tusschen den
jongstcn firmant van de firma B. Loos en
Zoon, eigenares van den stoomhoutzaag-
molen te Blokzijl, etn don Rij ksbemidde laar
en tusschen den Rijkobeiniddelaar en een
lid van het hoofdbestuur van den Christ.
Bond van Houtbewerkers, tevens gemach
tigde van den neutralen bond, en vertegen
woordigers van de stakers. De firma wei
gerde iedere concessie; de vertegenwoordi
gers van de werknemers bicven bij hun
eisch, dat het hun vrij zal staan, lid te zijn
van een vakvereeniging, zoodat de staking
voortduurt.
D e N e d. Maatschappij tot het
Verrichten van Mijnbouwkundige Werken
to Heerlen heeft te Lichtenvoorden na het
6tcenzout tbans ook de eerste steenkool
laag aangeboord. Het aangeboorde zout
was van een samenstelling, tot nog toe in
geen der boringen aangetroffen.
H e t a a n t al s o 11 i c i t a n t e n naar
de betrekking van secretaris-ontvanger van
het Waterschap „De Regge" te Almelo be
draagt -149.
Misverstand. ,,H eb je m ij n
toiletzeep van mijn waschtafel genomen,
Anna?"
Het nieuwe meisje: „Ja, mevrouw."
Mevrouw: „Wat heb je er mee gedaan?"
Het nieuwe meisje: „Ik heb het toilet er
mee schoongemaakt. -
MevTOuw: „Gebruik je daar mijn toilet
zeep voor?"
Het nieuwe meisje: ,,Ja, mevrouw, 't
Staat er toch duidelijk optoiletzeep."
RECLAME.
CREMATIE, AUTO-TRANSPORT
OPGERICHT 1871
AALMARKT 16 :-i TELEF. 861
7797
Bemesting.
De lange avonden zijn bijzonder geschikt
om nieuwe kweekplannen op te maken. Ge
tuige de inkomende vragen, weten de lezers
het meestal met de bemesting niet klaar te
krijgen en gewoonlijk gaat het over de
vraag: Wat moet ik gebruiken, stal- of
kunstmest
Nu is op deze vraag niet gemakkelijk een
afdoend antwoord te geven. In de eerste
plaats niet, omdat kunstmest nooit in allo
opzichten den stalmest kan vervangen. Het
geval wordt duidelijker, wanneer wij mee-
deelen, dat stalmest-, behalve dat hij voed
sel aanbrengt, nog zeer gunstige nevenwer
kingen bezit. Zoo vormt Jile natuurmest
humus of teelaarde in den bodem, welko
voor vele gewassen, o.a. voor groenten»
zeer wenschelijk, zoo niet noodzakelijk is.
De bouwgrond krijgt door dezen humus niet
alleen een gewenschte structuur, maar te
vens wordt hij meer waterhondend, wat
voor de meeste bodems van groot belang is.
Stalmest heeft bovendien een gunstige in
vloed ofl het bacterienleven. Waar de
kunstmest deze nevenwerkingen mist, daar
kan hij dus daar met succes worden toege
past, waar deze nevenwerking kan worden
gemist; iets, wat bijv. het geval is op hu-
musrijke gronden of bij die gewassen, waar
bij de humus niet zoo'n belangrijke rol
speelt. Ook kan men aan deze bijzonder
gunstige bijomstandigheden tegemoet ko
men door al het afval van huis en tuin op
een komposthoop te verzamelen en dan de
ze, vergane specie in den winter onder te
spitten en hieraan kunstmest toe te voegen.
Dit laatste lijkt one voor tuinbezitters, die
ër geen mestproduceerende dieren op na
houden, de meest practische meetmethode.
Immers, afval als blad- en wortelresten,
onkruid, gras e.m.d. komt in iederen tuin
voor. Men moet er ergens een opslagplaats
voor maken en als vanzelf komt de gedach
te naai* voren dezen verteerden boel als
mest onder te spitten, 't Spreekt, dat dit
half of heel vergane afval in hooge mate
de structuur verbetert, evenals het water
houdend vermogen. De vorming van kool
zuurhoudend water in den bodem heeft
plaats, zoodat kompost een bij uitstek ge
schikte meststof is, om in een zeer ge
wenschte grondverbetering te voorzien.
Blijft dus over de vraag, of wij met kunst,
mest voldoende plantenvoedsel kunnen aan
brengen, evengoed cn eVen betrouwbaar als
wij dit doen met den stalmest. Hierop kan,
zonder voorbehoud, met ja, worden geant
woord. En dan heeft de kunstmest bij stal
mest vele voordeelen. Om n.l. hetzelfde ge
wicht aan plantenvoedsel te geven, behoeft
een veel kleiner quantum hulpmest aange
wend te worden, welke hulpmest veel ge
makkelijker is uit tc strooien en minder
kost van transport. Ik wil dit even nader
met cijfers aantoonen.
Wanneer wij voor een zeker tuinopper-
vlak gebruiken 100 Kilo vasten koemest, dus
ongeveer drie kruiwagens, dan wordt de
bodem met de volgende hoeveelheid plan
tenvoedsel verrijkt-: t.w. 0.59 Kilo 6tikstof,
0.28 Kilo fosforzuur, 0.14 Kilo kali en 0.24
kalk. Dezelfde hoeveelheid plantenvoedsel
wordt gegeven door aanwending van bijna
4 Kilo chilisalpcter van lö1/^ 2 Kilo
superfosfaat van 14 Kilo patent
kali van 26 en door V4 Kilo ge-
bluschte kalk. Al heel duidelijk blijkt hier
uit, hoeveel gewicht meer moet worden ge
werkt bij aanwending van stalmest.
Dit meer aan kilo's wordt gevormd door
de humusvormende stof, welker aantal op
100 kilo koemest 15 kilo bedraagtdc rest
is water. Wanneer de te verwerken hoe
veelheid zoovele malen grooter is; worden
de kosten van transport en aanwending
zeer bezwaard.
Behalve de zeer eigenaardige getallen-
verhouding blijkt uit bovenstaande iets,
waarop wij nogmaals met nadruk de aan
dacht willen vestigen. In den stalmest zijn
n.l. aanwezig al de vier hoofdvoedingsstof
fen, welke wij moeten aanwenden om een
gewenschten plantengroei mogelijk te ma
ken. Wanneer wij met kunstmest mesten,
kunnen wij dus niet volstaan met het uit
strooien van één of twee der genoemde en
kelvoudige hulpmeststoffen, maar moeten
ze wel degelijk alle vier worden aange
wend. Terecht mag deze omstandigheid
worden beschouwd als het groote struikel
blok, hetwelk bij velen oorzaak is van een
onvoldoende bemesting. Zoo wordt al heel
vaak de kalk genegeerd, terwijl niets het
vermoeden wettigt, dat deze zoo belang
rijke directe en indirecte meststof voldoen
de aanwezig is. Wanneer wij den tijd van
aanwending van bovengenoemde hulpmest
stoffen nagaan, kan worden meegedeeld,
dat do kalk in het najaar of gedurende den
winter ivordt gegeven, desnoods in het
vroege, voor jaar en de stikstof in het voor
jaar en als overbemesting nog tijdens den
groei.
In speciale gevallen geven wij gaarne
advies. De vrager melde dan tevens den
aard van den te bemesten grond, de te ver
bouwen gewassen, zoomede de in vorige
jaren geteelde producten en dc bemesting
van de laatste paar jaren. J.S.
Vragen op tuinbouwgebied aan de Re
dactie onder motto „Tuinbouw."
Vraag: Ik wilde mijn tuingrond laten
onderzoeken. Waai kan ik dat laten doen
en wat zijn de kosteD, daaraan verbonden?
O. K. te V.
Antwoord: Wendt u tot het Land
bouwproefstation te Maastricht om inlich
tingen. U wordt dan meegedeeld, hoe de
grondmonsters dienen to worden genomen.
Naar ik meen zijn de kosten f2.50. Dit
kan u eveneens vooraf worden meegedeeld.
J. S.
SCHEEPSTIJDINGEN.
STOOMVAART-MIJ. „NEDERLAND".
KONINGIN DER NEDERLANDEN, thuisr.,
19 Jan. van Sabang.
SEMBILAN 18 Jan. van Batavia n. Amslerd.
CELEBES, uitr., pass. 19 Jan. Point de Galle.
ROTTERDAMSCHE LLOYD.
GAROET, 19 Jan. van Rotterdam te Hamb.
HOLLAND—AMERIKA LIJN.
DTNTELDIJK, Rotterdam naar Pacific Kust,
pass. 18 Jan. Lizard.
STOOMVAART-MAATSCHAPPIJ „OCEAAN
CITY OF TOKIO.. Japan naar Rotterdam, 18
Jan. van Hongkong.
RHEXENOR, Japan naar Amsterdam, 18
Jan. van Por-Said.
HOLLAND—OOST-AZIE LIJN.
SALAWATI 16 Jan. van Yladiwostock, thuis
reis.
HALCY0N-LLIN.
JULIANAPARK, 18 Jan. van Hamburg naar
Malta.
STAD .ARNHEM, B. Aires naar Antwer
pen, 18 Jan. van St. Vincent.
ROTTERDAM—ZUID-AMERIKA LIJN.
ALHENA, uitr., pass. 18 Jan. Fernando No-
ronha.
NEDERL. EN VREEMDE SCHEPEN.
KRALINGEN 18 Jan. v. Santander n. Cardiff
THUBAN, La iPlata naar La9 Palmas, pass.
18 Jan. Fernando Noronha.
ZAANDIJK, Rotterdam naar Alexandria,
pass. 18 Jan. Dungeness.
VALKENBURG 19 Jan. van Holtenau naar
Stockholm.
SCHIE 17 Jan. van La* Palmas n. Casa
blanca.
ZAANDIJK, Rotterdam naar Alexandriê,
pass 18 Jan. Gibraltar.
ARTEMIS, Suez naar Lissabon, pass. 18
Jan. Kaap Bon.
JONGE CATHARINA, Carthagena naar Rot
terdam, pass. 18 Jan. Fini9terre.
JOHANNA 18 Jan. van Tornay Charente li.
Middlesbro:
BELLATRIX, Napels naar B.-Aire9, pass
18 Jan. Fernando Noronha,
JONGE JACOBUS 17 Jan. van Carthagena
te Valencia.
JONGE ANTHONY, Antwerpen naar Barce
lona, pass. 18 Jan. Gibraltar.
EEMDIJK, B. Aires naar Antwerpen, pass
18 Jan. St. Vincent.
VECHT 18 Jan. van Rotterdam te Barletta.
WITTE Zee, W. Hartlepool naar Marseille,
pass. 17 Jan. Ouessant.
SIRRAH, Rotterdam naar Montevideo, pass.
17 Jan. Fernando Noronha.
IJSSELDIJK 17 Jan. v. B.-Aires te Lissabon.
Een Rijkstoelage van f 1000.
Louis Bouwmeester heeft van den minis
ter van Onderwijs, K. en W. een officieel
schrijven ontvangen, meldende, dat hem
door het rijk een toelage van f 1000 per jaar
is toegekend, te betalen in vier driemaan-
delijksche termijnen.
Hij heeft dns nu met Amsterdam mee
f 5000.
NIEUWE UITGAVEN.
Van de uitgeversmaatschappij Sanders,
Steensma Co., tc Purmerend, ontvingen
wij ter beoordeeling het eerste nummer van
het maandblad „Onze waterschappen",
officieel orgaan van den Bond van Amb
tenaren bij de waterschappen in Nederland
Het blad ziet er goed uit en bevat o.m.
lezenswaardige artikelen over de histori
sche ontwikkeling der Nederlandsche wa
terstaatwetgeving, de oude Hollandscho
windmolens, enz.
De uitgeversmaatschappij ,W. de Haan,
te Utrecht, deed ons toekomen een nieuw
tijdschrift voor de jeugd „Zonneschijn" dat
er werkelijk smakelijk uitziet en door de
kleintjes met vreugde ontvangen zal wor
den.
De omslagteekening in kleurendruk is
van Rie Cramer, terwijl voorts diverse be
kende kinderschrijfsters hun medewerking
verleenen.
Als geheel een tijdschrift, dat in een be
hoefte voorziet en ook door oudere kinde
ren met graagte gelezen zal worden.
ONDERTROUWD: D. H. v. Niekerk ja.
23 j. en Q. W. v. d. Meer jd. 23 j. J. Hü
lebrand jm. 24 j. en H. Ruis jd. 21 j. O'
t. Wieringen 28 j. en H. C. Nijk jd. 29 j.
V/. Noest wedr. 33 j. en C. J. Dateereer
wede. 28 j.
HOOGE RAAD.
De Hooge Raad vernietigde in rivisie een
vonnis van de Amsterdamsche rechtbank,;
waarbij H. J. E. alhier, wegens het onbe
voegd uitoefenen der geneeskunde, waa
veroordeeld tot 2 maal 14 dagen hechtenit
en verwees de zaak naar het Gerechtshof
te Arnhem.
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Er stonden vandaag slechts zes zaken,
bestemd voor openbare zitting, benevens
enkele kinderzaken op de rol. Mr. Briët
nam het Openbaar Ministerie waar en mr.;
Hertel fungeerde als waarnemend griffier.;
De belangstelling van de zijde van het pu
bliek was weer vrij groot, maar één be
klaagde verschenen n.l. de 19-jarige stu
dent G. Sch., te Leiden, die was gedagvaard
terzake van openbare dronkenschap, wat
de kantonrechter niet zoo mooi vond.
Beklaagde was niet dronken geweest,
zeide hij, alleen wat vroolijk. Hij had
slechts zes glazen bier gedronken. Hem"
werd echter voorgelezen dat de verbalisan
ten, de dronkenschap hadden geconstateerd
op grond van bekl.'s waggelenden gang
zijn wartaal cn het rieken naar sterken
drank. En wat zouden de politiemannen er
aan hebben, om hem ten onrechte te ver
baliseeren. Het was tusschen 12 en 1 juist
een tijd om dronken te zijn, meende d©
Kantonrechter. Bovendien was beklaagd©
naar hij op een vraag van den Ambtenaar
antwoordde, in politiebewaring gesteld.
Deze vond daarom geen aanleiding dat
procesverbaal van betrouwbare politie amb
tenaren in twijfel te trekken, verklaarde!
beklaagde schuldig aan het hem ten last©
gelegde en eisch te tegen hem f 10 boet©
subs. 10 dagen hechtenis.
Uitspraak over acht dagen.
SCHAKEN.
IH.
In ons voorgaand artikel bespraken wé
de beweging van den koning en de koningin,
we zullen nu de overige stukken nagaan en
hun wjjïe van bewegen uiteenzetten.
Allereerst zijh daar dan de kasteelen,
ook wel toren genoemd (ofschoon dit let
tel (k een germanisme is, evenals Iooparï
voor raaasheeren). Deze bewegen alleen
langs rechte laaien, zoodat bijv. een kasteel
op e4 geplaatst, de heele e-Ijjn mag be
strijken en betreden (mits hjj niet verspon!
is door een ander stuk) en ook de heelé
4e rjj mag bewandelen (met dezelfde be
perking, natuurlgk). De randsheeren bewan
delen alleen de diagonalen over het bord,
het zgn echte schuinmarcheerders 1 Zoo kan
een raadsheer op e4 geplaatst bereiken de
hokjes: bl, c2, d3; f5, g-6, f>7 en hl,
g2, f3; d5, c6, b7, a8. Naar men oj
zal merken zrjin dit alle velden van de
witte kleur, de regel geldt dus, dat een
raadsheer aan een bepaalde kleur van veld
gebonden is. Zoo zal een raadsheer, die op
5 4 staat, nooit anders dan zwarte velden
betreden.
Op zonderlinge wjjae dansen de paarden
in hot rond! Van hun standplaats uitgaande^
mogen zij een hokje recht en dan eeii
scheef vooruitgaan. Men noemt dit eeö
paardesprong. Hierbjj doet bet er niets toe,
of de tusschenliggende velden bezet zjjn, een
regel, waarin dus het paard van z'jn collega's
afw'jkt. Alleen heeft men te zien naaxr het
eindpunt van den sprong, staat er een stufc
van geljjke kleur, dan kan men het paar<l
er natuurlijk niet plaatsen, terwijl een stuit
van tegengestelde kleur geelagen mag wor
den. Bijgaand diagram geeft aan waarbeeW
Op drie werst afstand van de stad ligt
een groot dennenboech; daarheen richten
een troepje jongelui, lachend en geksche
rend, hun schreden en steken op hun ski's,
het dunne stokje in de rechterhand met
onderaan het wieltje, het sneeuwvlak over.
Het bosch, donker-groen en machtig, ligt
reeds vlakbijer boven staat de bleeke,
ronde maan, terwijl*naar rechts de zon de
goudglanzende sneeuwvlakten in de verte
bijna schijnt te beroeren.
Een der beide jonge meisjes is de ande
ren vooruit; af cn toe struikelt zij en ver
liest haar lorgnet, z ijis het eerst bij den
zoom, bij den met sneeuwbedekten bosch-
weg, onder de hooge dennen. De knappe,
levendige cadet laat haar niet lang alleen
en maakt steeds nieuwe grapjes. Zij ant
woord hem, schalks en uitdagend, terwijl
zij onhandig toch steeds verder schuift. Tus
schen die twee schijnt iets te bestaan
In het woud valt de schemering; het
vriest en de hooge hemel spant zich koud en
blauw over dc open plek in het bosch.
Hier, meer dan overal elders, is het zalig,
zich jong voelend, feestelijk, in afwachting
van een onbestemd geluk, de koude, reine
lucht in te ademen. De lyceïst, die al den
tijd naast het gymnasium-meisje zich voort
beweegt, wacht nog meer gespannen dan die
anderen op het geluk.
Nn blijven zij bij een open plek staan,
rusten opgewekt uit en spreken allen opeens
tegelijk; de beide jongelui steken een siga
ret op, die ze savoureeren. Allen vertoonen
opgewonden gezichten, glanzende oogen;
©r plekt ietwat rijp aan de wenkbrauwen.
„Waar nu naar toe
„Natuurlijk naar den stroom beneden."
„Maar kijk eens,, daar komen nog meer
•hi-loopers."
„Wie 1 Misschien 'de Iljins Een prettig
•amentreffen 1"-
„Wie komt er?" vraagt de gymnasiaste
aan den lyceïst.
„Je mede-speelstertje van het dilettan-
ten-tooneel, Saljaslaja en Potiemkin."
„Ajakkes, ik heb geen lust met hen sa
men te zijn. Laten we liever gauw verder
gaanwij vinden de anderen wel op de
weide terug."
„Best."
Zij zeggen de beide metgezellen goeiendag
vatten olkaar bij de hand en glijden rechts
af, van uitroepen en lachen achtervolgd.
De lyceïst voelt sterk zijn hart kloppen.
Hij voelt, dat zij met den verwonderlijken
durf, waartoe alleen maar een vrouw capa
bel is, met een grap de waarheid gesproken
heeft. Hij weet, dat tijdens dezen vrijen
dag tusschen hem en haar alles reeds zon
der woorden gezegd werd, dat beiden
slechts op het oogenblik en op de beslis
sing wachten, om het woordloos-gesprokene
tot werkelijkheid te maken. Dit oogenblik
is plotseling gekomen. Maar zij gaat voor
waarts en zwijgt, en zijn opgewondenheid
wordt bij de gedachte, of hij zich nog kon
vergissen steeds grooter. Zij zwijgt en glijdt
als wist zij van niets, op Haar sneeuwsohoe-
ne verder. Van opwinding zwijgt ook hij,
of hij praat over zeer onverschillige dingen.
„Wil je niet meer iets links gaande
sneéuw ligt daar dieper."
„Neen, dank je, 'fc gaat hier goed
Opnieuw glijden ze, even wat naar vo
ren gebogen, op him ski's zwijgend verder.
De sneeuw naast de rossig-getinten den
nenstammen wordt al dieper en dieper, de
avond dekt de kleuren zacht en gaat in
maannaóhb over, die nu zijn heerschappij
langzaam gaat hernemen.
„Ai, ik geloof, dat ik moe wordt 1" zegt
ze eindelijk en keert hem glimlaohend haar
blozend geziohtje toe. „Waar komen we
eigenlijk terecht tflk geloof* dat we TtK«
dwalen.^i'-A
Zijn hart bonst nog feller, maar hij dwingt
zich zijn stem zooveel mogelijk natuurlijk
heid te geven en antwoordt:
„Nog een klein eindje, dan krijgen we
weer een open plek en een bankHer
inner je je dat niet meer Loop wat lang
zamer en vooral regelmatig. Zóó: één,
tweeéén, twee
Bij de plek aangeland, staat de bank ge
heel onder de sneeuw bedolvennu laat hij
ook haar handje los, maar voelt tegelijker
tijd hoe groot het genot was van dat vast
houden.
„Hoe prachtig 1 Wat een rust! Maar wat
rijn dat voor vogels
„Dat zijn kraaien."
„Wat zijn ze mooi!"
„Zal ik er een schieten?" Hij trekt een
klein revolvertje voor den dag.
„Neon, o neen," zegt ze met half-open,
lachende lippen. Zij wil den vogel doen ver
schrikken, maar hij komt nader gevlogen.
Alsof er een zweep knalde, klinkt er een
schot; zij sluit angstig de oogen en stopt
haar ooren toe.
De kraai ligt als een toevallig nieting-
heidje in do sneeuw.
„Dat is wel heel merkwaardigi" roept
de jongeman uit, terwijl' hij zich over den
vogel heenbuigt.
„Met de revolver en direct dood!"
En hij voelt opeens sterker dan ooit, dat
de tijd voorbijgaat en dat zij beiden juist
dat niet zeggen en niet doen, wat hen
dwingt.
„Vindt je het niet jammer?" vraagt zij
en bekijkt het nog warm© vogellijfje.
,,0 neen, heelemaal niet!" probeert hij
te schertsen, terwijl zijn tanden door een
inwendige emotie tegen elkaar klapperen,
omdat hij haar lippen vlakbij ziet, het don
zige haar in den nek, haar kleine schoenen
>n de epeeuw.
„Je hebt bloed aan je hand
Zij legt den dooden vogel op de bank en
heft de oogen naar hem op, die vragend en
in afwachting schijnen.
„Geef je hand eens hier; ik zal die met
sneeuw schoonmaken
Zij strekt haar hand uit. Hij wrijft ze
met sneeuw en zijn hart barst bijna door
de ondraaglijke begeert© haar te kus
sen
Het is al geen avond meer.De maan tus
schen de dennen glanst als een spiegel In
de lichte schaduw, die de toppen der boo-
men spreiden, heeft de sneeuw de kleur als
van asch, maar op enkele hei-lichte plekken
glinstert ze als diamant. Het gaat al meer
vriezen.
„Maar wat doen wezegt zij en staat
opeens pal overeind. „Wij loopen de kans
de anderen niet meer te vinden. Vooruit,
laten we gauw verder gaan
En weer grijpen zij naar eikaars hand en
bewegen zich snel op de ski's vooruit. Tien,
vijftien minuten gaan voorbij
„Wacht even! Wij zijn niet in de goede
richting. Waar kunnen we zijn? Daar heb
je weer een open plek in 't bosch
„Neen, waarachtig", zegt. de lyceïst,
„kijk eens hier, de weg daalt sterk; dat
is al de richting van den' stroom. Wij heb
ben ons, zonder het te merken, te veel naar
links begeven
Maar zij staat doodstil en kijkt verward
om zich heen. Hier is het Heel eenzaam,
overal diepe sneeuw. Boven Haar straalt
als bij diepen nacht de maan; de schaduwen
tusschen de dennen zijn zwart, duidelijk
omlijnd; bij de bocht van de open plek
staat, onder sneeuw gedeeltelijk bedolven,
een hut, het dak fonkelt van witte en blau
we diamanten. Diepe stilt© heerscht rond
om.
„Je hebt mij naar hier af doen 'dwalen,"
zegt 2e halfluid, met wat angst in de stefif.;
„Kom gauw mee terug."
Maar hij kijkt haar vreemd aan en trek|
haar bij de hand vooruit.
„Kom maar, laten we even de hut inkij
keneven maai'
Zij gaat een paar stappen mee, maa
bij de hut weigert zij beslist, blijft staarf,;
terwijl ze haar hand losmaakt. Hij maakf
zijn sneeuwschoenen los, gaat over een b©4
vroren paadje op de open deur toe, bukt'
zich en verdwijnt in do donkerte. Na eeni
oogenblik roept zijn stem vanuit de hutt
„Hoe mooi is het hier! Kijk zelf maaf:
eens door het venster. Je bent toch niei
bang
„Neen, ik wil niet. Waar ben je, kom nti
toch, het wordt zoo laatl"
„Hoe mooi glanst het maanlicht hier bini-
nen, als in een sprookje."
„Als je niet naar buiten komt ga ik alleeui
verder
Zij gaat over de bevroren, krakend^
sneeuw toch even op het venster toe ©ft
kijkt naar binnen.
„Waar ben je toch
Op dat oogenblik wordt zij door het zeld-
zamo, machtige, paradijs-mooie, groen©
licht van een den ganschen hemel doorsnij
denden meteoor verblind, zoodat zij het
uitschreeuwt en in haar schrik de deur vatt
de hut binnen stormt
Na een korte wijle komen zij weer naar
buiten, naar de open plek, die in volleil
maneschijn ligt, en kunnen, todafc rij bij
den stroom zijn, van waar reeds luid olfl
hen geroepen wordt, geen woord over de lip
pen brengen.