Een Gevat Antwoord. CORRESPONDENTIE. Gefopt. P dat zijn de Papegaaien In hun bonten vederdos, AI3 je hun een nootje vóórhoudt, Komen vast hun tongen los. R is het Rhinocerosje, Is het geen lief, sierlijk dier? Als je eens met hem kon dansen, Hadt je stellig veel plezier! S dat zijn de vele Slangen In het groote Slangenhuis Als je denkt: die zijn onschuldig. Heb je daarin toch abuis. T zijn roofdieren: de T ij g e r s Met hun mooi gevlamde huid, Van de Katten nog familie. Zien ze er niet loerend uit? U dat zajn de Uilensoort en, Somber roepend: Oe-hoe-hoe Maar naar Uilenburg, hun woning, Ga ik altijd heel graag toe. V dat zijn de vele Vissohen, Zwemmend in 't Aquarium, t Mooiste vind ik dat van Artis, Net één groote visschenkom. W dat zijn de grijze Wolven; Wees voor hen vooral niet bang, Want, dat Pachter tralies zitten, Weet Roodkapje zelfs al lang! LT dat is de witte IJ s b e e r, Aan de Pool heel goed bekend, Maar dit beestje uit het Noorden Is niet aan 't klimaat gewend. Z is de gestreepte Zebra Met zijn wit-en-zwarte vel; 'k Denk de meeste van mijn lezers Kennen dit dier zeker wel. En daar Z de laatste letter Van het alphabet steeds is, Nemen wij dus hiermee afscheid, 't Spijt je vast, of heb ik 't mis? Toen Olivier Cromwell zich na den dood van Koning Karei I als Protector van de itkmvre Republiek Engeland opgeworpen had, ontving hij in die waardigheid ook de gezanten van verschillende Europeesche Mo gendheden. Plotseling viel zijn oog op een zeer jon gen man, wiens baard nog maar pas aan het 'groeien was .deze jonge man was de gezant 'van Denemarken. Cromwell meende, dat de Koning van IDenemarken hem door het zenden van zulk een jeugdig man beleedigen wilde en zei verontwaardigd „Heeft de Koning van Denemarken geen afgezanten met een ouder baard dan gij?" De jonge man keek den Protector aan en zei: „Zeker, Mylord, mijn baard is nog jong, •maar hij is toch altijd nog ouder dan uwe Republiek!" Cromwell, die anders nogal gauw belee- digd was, vond het antwoord heel gevat en nam het goed op. Hij behandelde den jongen gezant zóó voorkomend en vriendelijk, dat het iedereen opviel. Velen vain mijn raadsel jeugd zijn al uit Iogeeren zooals ik heb vernomen, of gaan 'spoedig uit; in de zomervacantie is bet aan- 'tai brieven altijd zoo afwisselend; verse hei- 'dene getrouwen ontbreken wat ik 0 zóó goed 'begrijp en daarom dus niet meereken. Nelly Weyers, je mooie briefkaart uit Arn hem heb ik in goede orde ontvangen. Heb je die waterval gezien £ie op de ansicht staat? [Heb je een poosje gelogeerd in die mooie tetreek? .Marie van Dijk dank voor je briefkaart uit [Wassenaar. Was je een tochtje gaan maken teel de tram Wassenaar-Den Haag? Mooi fitje niet waar? Ik heb er ook al meermalen van genoten, Adriaan Ovardotve, 5hetzelfde Zeg Piet, ik weet een plekje, Waar Juffie ons niet vindt. Ik hoorde haar al roepen: Naar bed, Ans, Piet. gezwind! 't Is in bet oude schuurtje, Daar zoekt z'ons stellig niet; Laat ons daar samen heengaan. Kom, gauw den hoek om, Piet! - Nog geen minuutje staan ze In 't hoekje van de schuur, Of Piet hoort Juffie naad'ren, Zij is al bij den muur! Hé, stoute binders! roept ze, Waar zitten jullie weer? Je laat m'ook altijd zoeken, In één week al drie keer! Wacht, Joost heeft wat vergeten: De schuurdeur is niet dicht. Ik zal meteen die sluiten, 'k Verzuim het anders licht! Het tweetal durft niet kikken. Bang, dat het zich verraadt, Maar nu de déur op slot is, Ja, nu is het te'laat! Want Juffie blijft niet wachten,' En gaat van 't schuurtje weg. 'k Geloof, zegt Ans na 'n poosje» Dat z' al in huis is, zeg! Ja.. Ans heeft goed geraden: f Juf was naar huis gegaan, Want juist toevallig zag ze De twee in 't schuurtje staan. Och, och. wat duurt het tijden, Eer 't tweetal wordt ontzet. En Piet en Ans verlangen j, T f Zoo vrees'lijk naar hun bedt Zij roepen, huilen, smeeken, Maar 't helpt heusch niemendaL-v- Tot Juf op 't laatst de bengels Dan maar bevrijden zal. 0, domme, kleine kleuters, r,w Zegt Juf en lacht hen uit, j Wie van ons drieën is nu De allergrootste guit? rr. Kom, gauw naar jullie bedjes? - Je ligt er heel vlug in. En 'k denk wel: in verstoppen Heb je vooreerst geen zin! kruisraadsel dat vandaag in je brief was, op tijd had ontvangen toen ik de prijsraadsels opgaf, dan zou ik zeer zeker je naam hebben vermeld. Maar öf je brief is toen te laat ge komen, óf ik heb -dien heelemaal niet ont vangen, dat weet ik nu na eenige weken heusch niet meer; ik krijg iedere week zóó'n groote massa brieven dat ik dan na 4 we ken niet precies meer eiken brief mij kan herinneren. Lientje de Graaf, je vraagt in welk huis ik vroeger in Voorschoten logeerdedat wil ik je met genoegen vertellen, het was in de pastorie, want de vader van mijn vriendin was dominee. Je verjaardag kan ik heel best onthouden, want dan is mijn broer ook jarig. Hij gaat nu goed vooruit; als je dit leest Za terdag, ben ik 'bij hem in Utrecht, maar vol gende week ben ik hier weer in Klooster- zande. Klazine Parleviiet, heb je het erg druk ge had met bessen plukken? Hoeveel mandjes vol heb je wel bij elkaar gekregen? Bart Jansen, zeker mag je ook mee gaan doen met de raadsels, Gerrit zal je eerst wel wat op weg helpen hoe je het moet doen, als het je eerst nog wat vreemd is. Viertal Oostdam, dus ieder geniet thuis van het mooie boek. Ik hoop dat Pieter veel mooi weer zal hebben om naar zee te gaan, want als het steeds regent, dan kan je niet veel gezondheid op doen aan zee, dan is het zand ook veel te nat om op te liggen. Het is hier telkens stortregen, of onweersbuien. Niesje de Gelder, heerlijk hè dat je bent verhoogd en ze waren thuis zeker ook wel tevreden met je rapportcijfers. Ga je nog uit de stad? Henk en Nelly Broers al is Vaders ver jaardag al voorbij als jullie dit leest, toch wil ik nog even hartelijk feliciteeren, want ik begrijp 0, zoo goed dat het dit jaar extra feestelijk is geweest nadat Vader hersteld is van zijn ziekte, daar kan ik zoo alles voor voelen. Adri van Biemen brood is heel lekker voor een konijntje, vooral met wat melk. Verleden jaar toen ik in Zwitserland was, gaf mijn kleine nichtje ook altijd brood met melk -aan haar konijntje, maar wat groen hebben ze er toch ook graag bij, dan moet je als je buiten wandelt, maar eens wat plukken. Hendrik Jan Broeksema, de scKrijver van je prijs is mij wel bekend, maar dit boek niet. Heb je nogal goed weer gelhad aan zee» zoodat je veeL aan het strand en in de dui nen kon zijn? Annie Bavelaar, dat nichtje dat is over gekomen herinner ik mij heel goed, ze beeft dikwijls de raadsels opgelost Ga je in Nieuwveen Iogeeren? Daar wonen ook twee; raadselnichtjes van mij, die mij trouw iedere week schrijven. Nel van Biezen, neen het weer is bier heusch niet veel mooier dan in Leiden, bijna iederen dag zijn er regenbuien en meestal is het veel te frisch om buiten te zitten, dat natuurlijk heel jammer als men buiten logeert. Mien Boon, dat zal iedereen wel met je eens zijn, dat het prettiger is om buiten te leopen dan ziek op bed te liggen; natuurlijk verlangt mijn broer ook erg naar buiten, maar al mag hij nu al eenige uren op zit ten, hij mag nog niet uit. Gerrie Slootweg, ik denk dat jij liet sneeuwklokje de mooiste bloem vindt, omdat het het eerste bloempje is na de lange koude wintermaanden. Ik houd het meeste van ro zen, maar er zijn nog een massa bloemen waar ik ook dol op ben, b.v. de geur van het lelietje der dalen of van Maartsche viooltjes vind ik verrukkelijk. Gerrit van der Horst, jou ijver om de raad sels op te lossen schijnt er een ander ook toe hebben aangemoedigd om mee te gaan doen, dat vind ik altijd heel aardig. Kan kleine Thijs eigenlijk al goed alleen loopen? Gerhardy en Arnold Bles, ik hoop dat jul lie er plezier in zult krijgen om trouw mee te gaan doen. Je raadsel zal ik later eens plaatsen maar ik heb er nog heel veel lig gen. Marielje van Went, ja ik miste je een poosje maar als je bet prettig vindt om mij te schrijven moet je het maar ween gaai»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 17