Zonderlinge Kameraden Mo. 19727 LËIDSCH DAGBLAD, Woensdag 2 Juli. Tweede Blad. Anno i924. BINNENLAND. GEMENGD NIEI'WS. FEUILLETON. De gang van zaken bij den postchèque- en girodienst De Minister van Waterstaat beeft aan B Slen voarziter der Tweede Kamer den vol- fi genden brief gezonden betreffende den V gang van zaken bij den postchèque- en I giro-dienst: -s-Graveahage, 30 Juni 1924. Het komt ondeigeteekende gewensdit ivoor, thans een overzicht te geven van iden gang van zaken bij den postohèqu©- en I giro-dienst na bet versohijnen van bet u 9 bij schrijven van 4 Juni j.l. toegezonden rapport der commiasie-König ter zak© van do wederopenstelling van den postóhèque- S en giro-dienst. .Reeds op 4 en 6 Juni deed de directeur van den postchèque- en giro-dienst onder- B géteekende naar aanleiding van bedoeld rapport zijn voorloopige inzichten toeko- men. Daarna bereikte den ondergeteekende i een rapport van 12 Juni, evenoens van den 'directeur, omtrent den inhoud waarvan htj het volgende moge mededeelen. Het behelst allereerst een uiteenzetting Omtrent de bezwaren van het thans in ge- jr briiik zijnde mechanische systeem. Als eerste bezwaar noemt de directeur, 'dat de verschillende onderdeelen van het bedrijf niet voldoende in elkaar grijpen, waardoor sommige dier onderdeelen meer- f malen tijdelijk werkloos zijn. Tweede bezwaar is het nachtwerk, dat |e'; bij dit systeem noodzakelijk is, duur is en veel kans op fouten levert. Derde bezwaar is, dat het stelsel door den Aard der machines te subtiel is. Zoo zijn er nog enkele meer technische bezwaren te noemen. De directeur noemt fer in totaal veertien. Hij aarzelt op grond van een en ander de thans gevolg de werkwijze te aanvaarden, te eer, daar deze werkwijze zeer duur ia. De directeur berekent, dafc het oefenen van een ponse- jres gemiddeld 900 a 1000 gulden kost. Daarbij dient dan nog het- grootc verloop Onder het personeel in aanmerking te wor den genomen. De kaarten kosten plm. f133.000 per jaar. Er is ook overigens een groot en duur materieel verbruik. Verder eouden bij volharden bij het thans in ge bruik zijnde meohaaiische systeem hoogc frente en afschrijvingskosten voor de ma chines in rekening moeten worden gebracht (berekend op plm. f 131.000 per jaar). Op grond van al deze bezwaren komt de directeur tot de oonclusie, dat het M.A. B.O.-systeem, hoe vernuftig overigens ook (uitgedacht, voor een administratie als deze niet heeft (voldaan. Ter oontróle op het machinale gedeelte zou een tegenboekhou- ding met de pen moeten word'en gevoerd. Het hiervoor door de heeren Delprat en 't Hooft uitgedachte systeem is fchooro- jtisdh juist, maar maakt de samenstelling {van een goede dienstregeling moeilijk en fcchept bovendien niet de zekerheid, dafc men bij verdere uitzetting van het verkeer den dienst kan meester blijven. De slotsom van den direotour is, dafc het bet beste zal wezen, het verlies te aanvaar den en een nieuw systeem te kiezen in den geest van het Belgische. Hij geeft daarvoor verschillende argumenten, ook Jö.a. dat het thans geen tijd meer is voo! fcieuwc experimenten, maar het zaak is, jfhane ten spoedigste tot heropening van den dienst volgens een beproefd systeem ïe geraken. Op 13 Juni werd onder voorzitterschap tfcan den ondergeteekende een vergadering gehouden ten cenfcralen giro-kanbore, ten fcinde den stand te bespreken cn tot een bp lossing der vraagstukken te komen. Tor vergadering waren aanwezig de directeur- generaal der Posterijen en Telegrafie 6n verder de heeren mr. A. Tak, prof. J. Q. Dh. Yolmer, Duynstee, de directeur en tie ónderijdirecteur van den dienst en verder de bedrijfsohefs. Het resultaat der be sprekingen was, dafc aan de heeren prof. lYolmer, Duynstee en Lazonder werd vetf- •ochfc, het M.A.B.O.-systeem nog eens te Willen beoordeelen en binnen 14 dagen met definitieve voorstellen te willen komen. Inmiddels bereikten den ondergeteoken- de bij aohrijven van 17 Juni de voorstellen van don directeur omtrent verschillende vraagstukken, door de commissie-König behandeld, ter sprake van welke vóór het heropenen van den dionsfc zal moeten -ijn beslist. Deze voorstellen houden in: a. afschaffing van de rente voor de saldo; b. bestendigen van het kosteloos gireeren; o invoeren van een progressief stortinga- rechl; d. invoeren van een progressief ohè- que-reohte. voorloopig geen vestiging van girokantoren te Amsterdam en Botter dam Eon beslissing omtrent andere punten, door do oomraissie-König ter sprake ge bracht, zon naar het oordeel van den direc teur de opening van den dienst slechts bunnen vertragen. Dio beslissing ware derhalve uit te stol len. Het alles overheersohende belang is thans opening van den dienst in zijn meesL eenvoudigèn vorm. De on J '.rgetoekende heeft rich met do voorstellen van den directeur vereenigd. Bij schrijven van 21 Juni bereikte den ondergeteekende hot rapport van de hee ren La^oader, Volmer en Duynstee. Dit rappo;f komt tot de volgende conclusies: De pons- en printmaohines zijn voor een bedrijf als de giro in beginsel niet ge- eigiend. De directeuren der postchèque- «n girodiensten te Berlijn, Brussel en Parijs zijn van hetzelfde oordeeL Op grond van een reeks technische over wegingen bomen de heeren dan tot de oon clusie, dat heb M.A.B.O.-systeem het eerste systeem, dat voor uitvoering met pons- en printmachines in aanmerking komt niet aanbevelenswaardig is. Evea- zoo wordt geoordeeld ten aanzien van het systeem onder direotie van den heer 't Hooft voorbereid. In de huidige omstan digheden gaat het er om, een systeem te kiezen, waarvan het welslagen verzekerd is, d.w.z. een gecentraliseerd, dat zijn deug dclijkheid in do praotijk heeft bewezen. Daarom is, naar het oordeel der heercö, het Belgische systeem aangewezen. Zij stellen dus voor enkele ambtenaren van het centrale Girokantoor naar Brussel te zenden, ten einde rioli daar in den kortst mogelijken tijd op de hoogte te stellen van den dienst. Zoo zal een kern van des kundigen worden gevormd, waardoor in voering van het Belgische systeem en spoe dige opening van den dienst zullen verze kerd zijn. De ondergeteekende heeft zioh mefc dit advies vereenigd. Inmiddels zijn op 23 Juni de directeur van den dienst, de inspecteur Duynstee en enkele chefs naar Brussel vertrokken. Aangezien, zooals boven gezegd, is beslo ten tot afschaffing der rente van he-fc saldo der rekoningen, is een wijziging der Pbsfc- wet noodzakelijk. Het ontwerp daartoe heeft het departement van ondergeteeken de verlaten, terwijl ook de samenstelling van een nieuwe girobesluit gereed is ge komen. De Minister van Waterstaat, (get.) G. J. VAN SWAAY. Herziening salarissen Rijkspersoneel. Gisteren is het comité ter behartiging der algemeene belangen van het overheidsper soneel (A. C. 0. P.) te 's-Gravenbage in ver gadering bijeengekomen ter bespreking van den brief aan de Regeering als antwoord op de door de subcommissie uit de cenlral-ï commissie voor georganiseerd overleg ge stelde vier vragen, welke vragen verband hielden met het door genoemde subcom missie uit to brengen prae-advies inzake herziening der salarissen. Na breedvoerige besprekingen werd voor gesteld, dal het antwoord der Regeering ge heel onvoldoende was. De Regeering heeft o.m. geen aanleiding kunnen vinden om af te zien van de door haar voorgestelde nieu we redactie van art. 1 van het Bezoldigings besluit, zoodat in het vervolg de centrale commissie alleen maar zal hebben mee te pralen over enkele kernsalarissen, terwijl over de overige salarissen prae-adviezon zullen worden uitgebracht door de dienst-, resp. bijzondere commission. Hierdoor wordt het verband tusschen de verschillende groepen van Rijkspersoneel uit elkaar ge rukt en dreigt de salarisrc-gèling weer de zelfde chaps te worden als van voor 1918. Ook acht de Regeering het niet noodig meerdere kernsalarissen ter kenni9 van de centrale commissie; te brengen, niettegen staande deze van gfoole groepen personeel, als de dienst der P. T. T. van het Rijks tucht- en opvoedingswezen, van de artil lerie-inrichtingen, e.A, niet bekend zijn. Bo vendien zijn de voorgestelde kernsalarissen 25 pet. en meer lager voor sommige ambten dan de miniroum-saiarissen, welke thans in het Bezoldigingsbesluit van 1920 voor doze ambten voorkomen. Het comité heeft zijn houding ten opzichte van de besprekingen over deze aangelegenheden in de vergade ring der subcommissie van 2 Juli a s. be paald. De Regeering wenscht ten slotte uiterlijk 16 Juli a.s. advies te ontvangen van de centrale commissie, aangezien zij anders zich genoodzaakt ziet deze belang rijke zaak zonder dat advies af te doen. De vergadering der centrale commissie is thans geconvoceerd op 16 Juli a.s., waarna het comité zal overwegen wat na den dan ge schapen toestand zal moeten geschieden. Na het conflict in de Twentsche textiel nijverheid. De lieer Van R&vesleijn, lid van de Tweede Kamer, heeft aan den Minister van Justitie de volgende vragen gericht: Is het den Minister bekend, dat de heeren J. Brommert, lid van het bestuur der com munistische partij en penningmeester- secretaris van de afdeeling Holland der In ternationale Arbeitcr Hilfe (I. A. II.), en G. van 'i Reve, lid van de redactie der „Tri bune", op Donderdag 19 Juni j.l. te En schede zijn in hechtenis genomen en naar de gevangenis te Almelo zijn overgebracht, waar zij alsnog in arrest worden gehouden? Is het den Minister bekend op welken grond deze aanhouding en gevangenhouding Ï3 gesohied? Indien de aanhouding van beide perso ren, zooals meegedeeld is na informatie bij de politieautoriteiten, geschied is naar aan leiding van het vermoeden, dat beide aan gehoudenen zich aan een spreekdelict zou den hebben schuldig gemaakt in een ver gadering, waar beiden een redevoering hielden over het onderwerp: „Kan de strijd gewonnen worden?", met welken strijd de strijd der Enschodesche en Twentsche tex tielarbeiders werd bedoeld, acht de Minis ter het dan in overeenstemming met de let ter en den geest der wel, dat de verdachten, ook nadat proces-verbaal is opgemaakt, in hechtenis zijn gehouden en nog worden ge houden, waar immers van beide verdachten in geen geval kans bestaat, dat zij zich door de vlucht aan een evenlueele straf vervolging zouden onttrekken en er even min mogelijkheid is op een herhaling van het geïncrimineerde delict, daar immers de aanleiding hiertoe, de slaking, reeds is ge ëindigd? Indien de aanhouding- geschied is op grond van de verdenking, dat zij zich bei den of één van beiden zouden hebben schul dig gemaakt aan overtreding van een arti kel van het Wetboek van Strafrecht, be trekking hebbende op misdrijven tegen het openbaar gezag, moeten dan niet dezelfde overwegingen, namelijk dat herhaling is uil gesloten en onttrekking aan de vervolging onmogelijk is, tot onmiddellijke invrijheids- slelling aanleiding geven? Is de Minister niet van oordeel, dal de plotselinge aanhouding en gevangenhouding op zich zelf voor beide personen in hun qualiteit en werkkring een straf is, niet in overeenstemming met de beleekenis van het vermoede delict, terwijl bovendien, indien vrijspraak bij eventueele vervolging mocht volgen, gelijk in een overeenkomstig geval geschied is met den propagandist der S. D. P., L. de Visser in 1918, die onder gelijke omstandigheden ;n hechtenis is genomen en gevangen gehouden, terwijl hij door de rechtbank is vrijgesproken, nog veel groo- ter onrecht zou blijken le zijn geschied? Bjj Kon. besluit zjjn benoemd tot of ficier in de orde van Oranje-Nassau II. le Boeuf, te Brussel, gedelegeerd commis saris van de Mjjnbouwmaatschappjj t,Laura en .Vereeniging", te Eygelshoven, en W. J. B. Schweitzer, te Heerlen, directeur dier Maatschappij; is de gouden eere-medaille, verbonden aan de orde van Oranje-Nassau, toegekend aan H. F. Grondqs, opzichter der ontsmet tingen bij den gemeentelijken reinigings- en ontsmettingsdienst te Utrecht; is aan J. F. Keulers, koster on organist van de Roomseh-Katholieke kerk te Lut- terade-Krawinkel (Geleen), verleend de eere- medaille, verbonden aan de orde van Oranje- Nassau, in zilver. Tot directeur van de gasfabriek en de waterleiding te Kampen, is met 10 stemmen benoemd de heer G. J. van Goor, te Steen- wijk; de heer E. A. van Daalen, te Katwijk, kreeg 9 stemmen. Geslaagd is fa Den Haag voor het onderwijzersexamen moj. A. H. M. Boelens, te Woerden. Gisteren is verschenen het „Staatsblad" No. 319, wet van 30 Juni, tot wijziging van de Leerpliohtwet en van de Lager-ouder- wijöwet 1920. De Bondsraad van den Algem. Nederl. Bond van arbeiders in hel bakkers-, choco lade- en suikerbewerkingsbedrijf heeft naar aanleiding van het voorontwerp van wet tot wijziging van de bepalingen der Arbeiders- wet voor bakkerijen, besloten, binnenkort in de groote plaatsen des lands openbare ver gaderingen te beleggen Ier bestrijding van de aanhangige voorstellen en verder in de maand September te 's-Gravenhage een bui tengewoon congres le houden. De bondsraad heeft zijn goedkeuring gehecht aan de vol gende eischen: a. alle dispensaties omtrent een algemeen vroegeren aanvangstijd dan G uur des voor middags uit de wet te doen lichten; b. voor- arbeid slechts lo vergunnen in bedrijven met vanaf 9 volwassen arbeiders voor ten hoogste een uur; c. betere handhaving van de wet te verkrijgen door aanstelling voor het bakkersbedrijf van speciaal technisch bevoegde personen. Gisteren is te Utrecht een buitenge wone algemeene vergadering- gehouden van het Chr. Nationaal Vakverbond, voorname lijk gewjjd aan de herdenking van het 15- jarig bestaan. De aangesloten organisaties hebben tal van afgevaardigden gezonden. O.a. waren verder aanwezig de heeren P. van Vliet Jr. en K. A. Grondijs als vertegenwoordigers van „Patrimonium", de heer Broen namens den Chr. Nationalen Werkmansbond, en de heer Altema voor de Chr. Vereeniging van den ^Handeldrijvenden en Iudustrieelen Mid denstand, benevens prof. Slotemaker 6e Bruine, lid van de Eerste Kamer, eu af gevaardigde van de Chr. Werkgevers vereeni ging en liet Ned. Luth. Werkliedenverbond. Na het zingen van het Bondslied en ge bed, hield de heer K. Kruithof, de voor zitter van het Verbond, een rede ter ope ning. waarin hij allereerst een overzicht gaf van den groei van het Verbond in de afgeloopen jaren. Het hoogtepunt in het ledental werd bereikt op 1 October 1920 met 76.756 leden. Per 1 April I.l. was het ledental 52.889. Echter is er thans weer kentering ten goede. »Spr. herinnerde aan het arbeidsgeschil in Twente. In het waarachtig belang der ar beiders zou het geweest zijn, als op 15 Mei 1.1. het geschil was beëindigd. De moderne organisatie was echter niet van de partij. Stenhuis was de les, dat het zonder de Christelijke organisaties niet ging, weer ver geten. Het was een dol avontuur, dat met een smadelijken nederlaag eindigde. Den smaad ën hoon over de Christelijke Orga nisaties uitgestort, gaat spr. voorbij. Na eenige bespreking werd vastgesteld het „Rapport in zake de Christelijke Be sturenbonden; de plaats, die zjj in de Chris telijke arbeidersbeweging behooren ïn te nemen; samenstelling, taak en inrichting". Dit rapport, samengesteld door de commissie van samenwerking tusschen de algemeene Christelijke sociale bonden en het' C.N.V., moet ook nog behandeld worden door „Pa trimonium", Christelijk Nat. Werkmansbond en Ned. Luth. Werkliedenverbond. De heer J. Schouten, lid van de Tweede Kamer, sprak daarna over het onderwerp; „Geestesgesteldheid ea werkelijkheid". Hierop volgde een levendige gedachten- wisseling. In don gisteren gehouden feestavond van het 15-jarige Chr. Nationaal Vakverbond heeft prol dr. J. R. Slotemaker do Bruine, lid van de Eerste Kamer, de feestrede uit gesproken. Spr. wees er op, dat, hoewel de Christelijke vakbeweging een moeilijken tjjd beleeft, er toch ook lichtpunten zijn. Langzamerhand, zeide hij, komt de erken- ning der Christelijke vakbeweging, de er kenning, dat deze een openbaring moet wor den in het Christelijk bezit, evenals de Zen ding en dat ook die vakbeweging een plaats krijgt in het denken en iQ het gebed der meuschen. Zoo is er vooruitgang, al gaat het langzaam. Spr. noemde het voorts een ver kwikking, dat al is de Christelijke vakbe weging teruggeloop en, die terugloop niet zoo groot is als de anderen. By den op bloei in 1919 was er veel gemengd volk, dat met Israël mede optrok. Na een paar jaar zien wij nu, dat wij er niet slechter voorstaan dan de anderen, zxinder dat w(j iets aau onze beginselen hebben tekort go- daan. Spr. besloot met een krachtig op wekkend woord. Do avond werd verder opgeluisterd 'met muziek en voordrachten. De Raad voor Leeuwarden heeft mot 19 tegen 7 stemmen besloten, om niet mee te gaan met de door den Minister van Onderwijs geëischte salarisvermindering van de leeraren aan het gemeentelijk gymna sium (5 en 1G pCt. vermindering, over eenkomstig de regeling voor Rijksambtena ren), maar zjjn vrijheid ten aanzien van de salariëering dier leeraren te hernomen met opoffering van de Rijksbijdrage. De gemeente geeft door deze beslissing een jaarlijksche bijdrage van f 17.000 A f 18.000 prjjs. Giste ravor d tegen elven is do Reguliersdwj.isstraat cn omgeving te Amsterdam in rep en roer gebracht door een moordaanslag van een man op ziju gewezen minnares en haar tevenwoordigen minnaar. De vrouw wandelde met naai „verloot- de" en li aar broer in de Rcgulicrsdwars- straat, toen plotseling haar vroegere min naar op haar aanvloog cn haar met een dolkmes snijwonden toebracht in den hals en aan de kin. Vervolgens richtte de man zijn wapen tegen den verloofde van bot meisje en bracht hem eenige minder ern stige stoken toe aan hals cn polsen. De broer en het mc-isje wilden daarop dcu aanrander te lijf gaan. La&tslgcnocmdo schrok daardoor 300, dat hij dwars door een winkelruit poogde tc ontkomen, welke vreemdsoortige vlucht 1» ij met verschil len de wonden 'aan handen en gelaat morSt bekoopen. De dader werd op het politiebureau ver bonden en daar voorloopig aangehouden. l>e ernstig gewonde vrouw is naar het Binnengasthuis vervoerd cn daar ter ver pleging opgenomen. Er bestaat geen di rect levensgevaar. Ook haar tegenwoor dige minnaar werd daar verbanden Als bijzonderheid zij nog vermeld, dat de vrouw, op wie nu de moordaanslag ge pleegd werd, een paar maanden geleden ook het slachtoffer is geweest van een ern stige steekpartij op den O.Z. Achterburg wal. Zij kreeg toen een zware borstwonde. Gisteravond ongeveer zos uur is een stuk kozijnstoen van oen raam dér tweede verdieping van een gebouw in de Valkenburgerstraat to Amsterdam naar beneden gevallen. Het zware stuk steen kwam terecht tusschen een groepje vau vijf mannen, die op een kist zalen le pra ten. Twee van hen, de 48-jarige Polak, loo_ per van de diamantslijpcrij-Rudelshcim, en de GO-jarigc Appelboom werden zeer ern stig aan het hoofd verwond. Polak klaagde bovendien over inwendige pijn. De getrof fenen zijn in het TsraSlietisoli Z ckenhuie opgenomen. Naar aanleiding van bot grootc oponthoud voor bet verkeer tc Vot- 8cn ten gevolge van liet varen met slechts Haar 't Engeiscb van LEONARD MERRICK. 1 Geautoriseerde vertaling vaa Mej. E, H. B2) Vivian en Own ie waren de eenigen, die S>oit vroegen naar zijn werk, en voor den terneergeslagene is dat vragen van zoo ge heel ongelijk-denkenden nog onaangenamer jdart in het geheel geen. Geen vreemden kon den verder van elkaar af zijn dan deze Stiefbroers, ofschoon zij myriaden herinne ringen gemeen hadden. Het is niet de lengte .van lijd, die den mensclien in slaat stelt jelkaar le begrijpen; het is het temperament. De wereld loopt over van menschenparen, die wel veertig jaar tegenover elkaar heb ben gezeten en nog doof zijn voor eikaars luimen en blind voor eikaars stemmingen, Jn. oen, die hen pas even kent, kan wel het Juiste weten te zeggen legen beiden Vivian had !het dichten aangemoedigd, Zoolang hij dacht, dat het geld zou opbren gen; maar nu het niet betaald werd, was hij Ifjp meening, dat het meer in de lijn was Om in iels anders te handelen. Er was niets Onpraotisch in den zoon van wijlen mr. Harris; hij behoorde lot de soort jongelui, jjftn wie wel met zekerheid gezegd kan wor sen, dat hij het verder zal brengen, al wa- Jen zijn zakken voor het oogenblik ook nog toeg en zou zijn geweten mogelijk Wel ffMiige veeren laten bij dit proces. Vivian kwam zoo nu en dan eens, maar hij was nooit een trouwe kameraad. En langzamerhand begon David de een zaamheid, die hem eerst zoo'n verlichting was geweest, vervelend ie vinden; er ont waakte in hem een verlangen naar sympa thie, naar teederheid, een gevoel van bit- ler-achterstaan, als hij in den spiegel keek en wisl, dat hij deze dingen nooit verwach ten kon. Het gelaat van ieder meisje werd hem een spiegel, waar hij zich van af wendde. Als hij maar weinig op zak had, gebruikte hij zijn middagmaal in een vegetarisch restaurant; een gelegenheid, waar een eigendommeiijke geur hing en waar men voor zes stuivers een maal kreeg, beslaande nit drie gerechten. Een van de vrouwelijke bedienden aldaar was heel aardig en allen hadden zij ondeugende blikken en woorden op fluistertoon gesproken, voor de geregelde bezoekers, die hun honger stilden met brood -en koffie, of het een of ander schoteltje, met een heel verlokkelijke naam en een heel leelijken smaak. Maar tegen David deed geen van haar ooit eens aardig. Eens had hij den moed genomen om wat meer te zeggen tegen de kellnerm dan „twee zacht gekookte eieren als 't u blieft" en met het hooghartig optrekken van haar wenkbrauwen had zij hem al vernietigd, nog eer zij zich om keerde. Dikwijls zag hij op straal een neger, zwart als Elisha wa3 geweest, en tusschen de menigte door plachten de blikken van beide vreemdelingen elkaar -te ontmoeten, terwijl zij zich tot elkaar voelden aangetrokken door iets, dat dieper nog ging dan enkel nieuwsgierigheid. Maar geen van beiden konden zij den hoogen hoed afnemen en leggen: „Op ons alle twee rust een vloek, laat ons daarom vrienden zijn", want de macht der beschaving gedoogde dit niet, ter wijl zij dit anders wel hadden mogen doen, daar zij door hun gelaatskleur toch niet op één lijn gesteld werden, met de „beschaafde blanken." Vrouwen, niet in tastbaren vorm, deelden het zolderkamertje met David. En soms was zij blond en dan weer was zij donker, maar altijd was zij mooi, want op twin tig jarigen leeftijd is de gave, die de man het meest acht in de vrouw, lieftalligheid; op dertig- jarigen leeftijd is het versland, en op zijn veertigste stelt hij waardecring van zijn eigen persoon in haar het hoogst. Van de droomvrouwen, wie hij hel hof mocht maken, hoorde David vele oden. In het eerst waren zijn bezoeksters koude schoonheden uit een kapperswinkel, en be deesd aanschouwde hij ze. Maar zoo lang zamerhand kreeg hij zijn stern terug en ver telde hij haar hoe een raam in het zolder kamertje was geweest, eer zij er waren; en terwijl hij praatte namen de gestalten ge daanten aan van vleesch en bloed, de lip pen fluisterden hem woorden van liefde terug, zij deelden hem vertrouwelijkheden mee, spraken lieflijke waan-woorden en dan Nu.... dan klopte de sloüs, met krul spelden in het haar, met een afgewezen ge dicht; ende kamer was weer een zaam.... Het dunnen deeltje voor de uit gevers nam langzaam in omvang toe; de een of andere slechte invloed van het daglicht scheen het vers te bevriezen, dal hij zoo vol gloed verlaten had, zoo dikwijls was een nacht van vervoering ,den dag daarop ge volgd door een avond van neerslachtigheid. Het was een manuscript vol droeve verras sing. Maar eindelijk was het dan toch af; zei is hij wist er niets meer aan te ver anderen. Toen begonnen de zwerftochten en na verloop van tijd vond het e-en onderdak, maar het werd daar niét liefderijk behan deld en bracht hern weinig waardecring en geen geld. Hij had haast zelf niet geweten, hoe Yurig hij er voor gebeden had, tot hij hel als mislukt moest beschouwen; evenmin had hij beseft hoe hij kracht had geput uit de hoop op succes, lot hij die hoop moest opgeven. En tegelijk, dat hij hel vertrouwen in zijn werk verloor, werd het gevoel van verlatenheid dieper, llecl zijn gemoed kwam in opstand, als hij van den spiegel in de toe komst keek en zich steeds alleen zag. Om dat zijn ellende zich uiten wilde, nam hij de pen weer op; maar ofschoon de belang stelling in zijn kunst mettertijd herleefde, bleef de bitterheid steeds over in zijn ge moed. Naarmate de jaren verliepen, ging hij een wrok koesleren tegen zijn eigen per soon; een naijver op iederen winkelbedien de, die uit liefde gekust werd door een dienstmeisje. HOOFDSTUK XI. Professor Lorrenford had vijf dochters, maar enkel de oudste en de jongste waren ongetrouwd; de anderen hadden haar eigen huishouden. De woning, die, wat de inrichting betrof, in vrij vervallen slaat verkeerde, stond in een fatsoenlijke straat in Beckenhamplon een van die straten, waar de bewoners om den anderen naar een „betalende logée" uitzien, maar huiveren bij de gedachte aan een kostganger. Op de deur kondigde oen koperen plaat uan, dat professor Lorrenford onderricht gaf in muziek en voordracht, en sinds on heuglijke tijden waren er al vergeefsclie po gingen in het werk gesteld, om den dienst meisjes voor alle werk tc bewogen, haar mouwen neer le siroopen als zij open deden. In de eet-, die iegelijk zitkamer was, want het salon werd uitsluitend gehouden om overdag leerlingen in te ontvangen, lag op een goeden middag een jong meisje op de sofa bij een vuur, dat wel eens opger ookt mocht worden. Haar grijze, stralende oogen en de wijze, waarop zij hel zware haar ge vlochten droeg, gaven haar (eer gezichtje een uitdrukkingsvolheid, een voornaamheid, die zij weer verstoorde als zij lachle. Haar wijze van lachen was misschien een beetje dwaas. Als haar mond in rust was, leek zij een vrouw om voor te knielen; lachte zij dan was zij enko! een heel aardig meisje met een blank gezichtje en kuiltjes in de wangen. Zij droeg een li< hl-blauw flanellen och tendjapon, met veel lint gegarneerd, en nu zij, daar op de sofa zittende, niet lachte, maar bezig was om do vlerken van Cv-n zee meeuw op haar besten hoed te hechten, had zij weer dal air van diepzinnig overpeinzen, waar degenen, die met haar samen waren, zich altijd verlegen onder voelden, tot zij ontdekten, dal zij hier toch waarlijk niet ontzet door behoef Jen te wezen. Dit was Hilda, de jongste dochter van den professor. De oudste was Hebe gedoopt; maar, over eenkomstig haar verlangen, noemde nie mand haar zoo, evenmin als zij dien naam ooit schreef. (Wordt vervolgd.) 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 5