Zonderlinge Kameraden No. 19714. LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 17 Juni. Tweede Blad. Anno 1924. Gemeenteraad van Leiden. FEUILLETON. (Vervolg van (Heren.) Nsar aanleiding van he! voorstel van de heer Wiunans on mevrouw DietrichDo 1 too v deelt in het voortgezet debat dr. KNUT TEL roede, da! hij nog op het standpunt slaat als toen hij als lid d Commissie van Onderzoek het oneervol ontslag ongemoti veerd achtte. Met den brugwachlers ten lasts gelegde is nooit bewezen. Hij zal dus voor het voors'el-Wümans c. s. stemmen, al erkent hij ook, dat de brugwachters in dezen eer. onhandigen verdediger hebben. Da hoer SIJTSXIA is van het hetzelfde ge voelen. Wanneer de Raad hel voorstel-Wit mans verwerpt, rust nu ook het odium van schuldig vanwege den Raad op deze man nen. Dat begrijpen de mensehen zelf ook, wan! zij kwamen na de vorige behandeling bij spr., met hel verzoek om in het openbaar niet weer op de zaak in te gaan. -Hij heelt hen toen naar der, heer W. verwezen. Deze schijnt zich aan dat verzoek niet te hebben gestoord. (De heer Witman; ontkent, dat dit ver zoek tot hem is gekomen.) De heer DUBBELDEMAN zegt, dc-ze hou ding van de brugwachters niet te kunnen verklaren. Zij hebben zelf de zaak aan de orde gebracht, al keurl hij dc wijze, waarop dc heer W. de zaak heeft aangepikt niet goed, zal bij toch voorstemmen. De VOORZITTER haalt de geschiedenis van deze zaak nog eens weder op. Hij meent, dat de heer W. de stukken niet goed heeft bestudeerd. (Ontkenning van den heer WHij gaat aan de hand van de verschil lende rapporten de procedure nog eens na. Een uitnemend jurist als mr. Van der Lip kwam ook tot de conclusie, dat zij schuldig waren en wethouder Van der Pot, partij genoot van den heer Sytsma eveneens, ter wijl een zoo -welwillend man a'.s de oud- welhouder Bols, na de menschen te hebben gehoord, ook niet anders kon dan hen voor schuldig houden. Hij betoogde voorts, dat, a-ai de heer Witmans met zijn voorstel be- pogt, niet eens wettig is. Een ander college 3n Weihouders mag niet Icrug komen op ëen besluit van het vorige, zeoals de heer ,W. dit wil. Men zou dan steeds kunnen doorgaan. De eenige weg is, da t de mannen zich lot de Kroon wenden Hij ontraadt intussehen sterk aanneming van het voorstel. De hoeren KNUTTEL en SIJTSMA repll- ceeren kort, waarna nog de heer Witmans enkele zijner bestrijders beantwoordt. Men raadt hem om zijn voorstel in te trekken. Hij meent dit niet te moeien doen. De zaak moet nu maar eens worden uitgevochten. Het voorstel wordt verworpen met 19 te gen 13 stemmen. Met de voorstellers slem- men er vóór de acht sociaal-democraten, or. Knuttel, mevrouw Van HalUe en de heer Sytsma. 15o. Praeadvies op het verzoek van J. fardon c.som aan de Mirakelsteeg een anderen naam te geven. (113/ Conform het voorstel besloten. ICo. Voorsiet tot ondershandsehe op dracht van hel vernieuwen van een gedeelte walmuur aan de Botermarkt, aan A. Kelt ken, te Dordrecht. Overeenkomstig het voorstel zonder dis cussie en hoofdelijke stemming besloten. 17o. Voorstel in zake hel sluiten van kas- g ■ldlceningen gedurende het 3de kwartaa. 1924. (148) Na een korte toelichting van den VOOR- zitter werd dit voorstel zonder hoofdelijke 6lemming aangenomen. ISo. Voorstel tot het aangaan van een ge'.Ilecning onder hypothecair verband van de ingevolge de Raadsbesluiten van 30 Apri' °1923 en 5 November 1923, door de Vi'oningbouwvereeniging „De Eendracht" gedichte woningen op een terrein aan den La»-Rijndijk, Sectie N. No. 219 ged. (149) Zonder hoofdelijke stemming aangenomen. !9o. Voorstel tot het aangaan van een li)lelijke kasgeldleening bij de Kon. Ned. Grofsmederij, ad f200 000 (150) De heer ELKERBOUT informeert bij dit foorstel of B. en W. niet een aanbieding van een Credietbank hebben gehad, waarbij geld werd aangeboden voor 6 pC., zonder de goudclausule en waarom zij daarop niet zijn ingegaan. De VOORZITTER weel daar op het oogen- blik niets van. De Wethouder van Finan ciën is wegens uilstedigheid niet hier; die zou1 hel misschien weten. Maar waarom komt de heer E. er nu eerst mee? Hij had daarover B. en W. eerder moeten spreken. Den heer ELKERBOUT werd het ook eerst kort geleden meegedeeld. Mevrouw VAN ITALLIE vindt de rente nog al hoog voor zulk e- i veilige beleg-:.:. Had hel niet gekund voor 6 pCt.? De VOORZITTER merkt haar op, dat het een leening op korten termijn betreft. Hij f3 er nogal over tevreden. Het voorstel wordt nu zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 20o. Voorstel om Burg. en Weth. te mach tigen de perceelen Hoogewoerd Nis. 5 en 7 en Sleenschuur No. 2, in het openbaar of ondershands te koop aan te bieden. (151) Hierbij komt een amendement van den heer Huurman aan de orde, beoogende om de perceelen eerst te doen amoveeren en daarna de terreinen in het openbaar te ver- koopen. De heer VAN IIAMEL kon zich met dit amendement zeer goed vereenigen. De heer HUURMAN licht zijn amendement vervolgens loe. Hij meent, dat het niet na- deelig zal zijn den weg te kiezen, welken hij aangeeft. Eerst wanneer de terreinen open liggen zal men het best kunnen oordeelen hoe en wanneer er moet worden gebouwd. Men overziet dan ook heter het stadsbeeld. Er moet hier iets goeds komen. De heer KNUTTEL sluit zich bij het be toog van den heer Huurman aan. al vindt hij openbare verknoping niet noodig. De lieer GROENEYELD steil voor de pan- den niet te verkoopen. Hij is tegen het ver- 1 koopc-n van gemeente-eigendommen. Wethouder MULDER bestrijdt het denk- beeld, evenals de heer SPLINTER en de heer BERGERS. De VOORZITTER bestrijdt het voorstel van don heer Groeneveld ook nog eens. Dit zou voor dc gemeente een groole schadepost worden, want men zou er winkels moeten maken en die exploiteert de gemeente niet graag. Ook het amendement-Huurman be strijdt hij. Hij acht het voor de gemeente voordeeliger te handelen, zooals B. en W. willen (Uitroepen van: „Neen, neen!") De heer KNUTTEL zou niet bepaald de amoveering en den verkoop van het terrein in het publiek willen doen plaats hebben, en slelde op het amendement van den heer Huurman een sub-amendement voor in dien geest, dat met 17 tegen 13 stemmen werd aangenomen. liet aldus veranderde amendement werd, nadat het voorstel van den heer Groeneveld, om de panden niet te verkoopen, met 26 te gen 5 stemmen was verworpen, aangenomen met dezellde stemmenverhouding.' Met den heer Groeneveld stemden beide keeren eeni- gen van zijn parlijgenooten tegen. 21 o. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 23 Mei 1912 (Gemeente blad No. 18), op het Rijden. (140) De heer GROENEVELD wijst op het eigenaardige, dat op den weg (Kort-Galge- water), die voor het autoverkeer is gesloten, toch autostallingen zijn, terwijl er ook een weegtoestel van auto's voor de gemeente is aangebracht. Waar er toch auto's komen, zou hij het verkeer voor auto's er geheel willen openstellen. De heer VAN DER REYDEN ondersteunt dit beloog. De heer HEEMSKERK voelt ook wel iets voor dit denkbeeld, doch nu B. en W. van een zijde het verkeer aan deze straal wil len openlaten, wensclit hij er zich voorloo- pig bij neer te leggen. Men kan dan later de geheele openslelling overwegen. De heer COSTBR wi! ook de slraat dade lijk geheel openstellen. De VOORZITTER wilde in den geest van den heer Heemskerk handelen. Laat men nu deze wijziging aannemen, dan kan de Com missie voor de Strafverordeningen het nieuwe denkbeeld onder oogen zien en later zoo noodig met een voorstel komen. De heer GROENEVELD stelt daarop voor het voorstel nu van de agenda af te voeren. Het heeft nu toch geen zin. Dit voorstel wordt met 24 tegen 4 stem men verworpen. Vóór stemden de heeren Dubbeldemaii, Van Stralen, Groeneveld en Baart. Daarna wordt er loe besloten, onder de voorwaarde, dal de Commissie voor de Straf verordeningen advies inwinnend van den Commissaris van Politie de algeheele open stelling voor autoverkeer zal overwegen. 22o. Voorstel; a. tol verkoop aan de Woningbouwver- eeniging ,,De Eendracht" van een gedeelte van het perceel aan den Lage Rijndijk, Sectie N no. 219, ten behoeve van den bouw van 14 beneden- en 14 bovenwoningen en 2 winkel3 met pakhuizen cn 2 bovenwo ningen; b. tol wijziging van het Raadsbesluit Van 30 April 1923, in zake het verteenen van hypothecaire voorschotten aan die.vereeni- ging voor de uilvoering van Kaar bouwplan benoorden den Lage-Rijndijk (plan IV); c. tot wijziging van het Raadsbesluit van 7 April 1924 van gelijke strekking ten op zichte van plan VI; d. tot vaststelling van de desbetreffende bcgroo'ingsstaton. dienst 1923 en 1924. (161) Zonder discussie en hoofdelijke stemming aangenomen 23o. Voorstel; a. tot het verleenen van medewerking aan hel besluur der Eerste Leidsche School- vereeniging tot aanschaffing van leermid delen voor het met 1 September a.s. aan de school te verbinden 6de leerjaar en tol ver betering van het terrein voor lichamelijke oefeningen; b. tot beschikbaarstelling van de voor een en ander benoodigde gelden. (162) Conform het voorstel van B. en W. beslo ten. 24o. Praeadvies op het verzoek van hel Bestuur der R.-K. Par. Jongensscholen on der R.-K. Par. Kerkbestuur, om beschik baarstelling van gelden voor de verandering van inrichting van het schoolgebouw aan de Haarlemmerstraat No, 240 en het daar achter liggend schoolgebouw aan de Peli kaanstraat No. 20. (163) Hierbij stelt de heer SPENDEL voor het volgende punt tegelijk met dit voorstel te behandelen. Wat de algemeene beschouwin gen betreft, kan dit wel, meende de Voor zitter. Dc heer SPENDEL meent, dat afwijzing slechts theoretisch een voordeel schijnt. Als men het verzoek Kaufmannisch beziet, zal men er vóór moeten zijn. Spr. becijfert, dat een centrale verwarming goedkooper voor de gemeente zal uitkomen dan de gewone ver warming. Daarom zou hij de verzoeken wil len toestaan. De heer VERWEY zal met het voorstel van B. en W. meegaan, maar zou toch graag ook willen, dat de wethouder eens meedeelde ol er verbetering van de school Van-der-Werl- straat in het zicht is. (Geroep: Dat' heeft er niets mee te maken!) De heer WILMER had gedacht, dat ook van andere zijde voor dit verzoek was ge pleit, wanneer zij althans een loyale toepas sing van de gelijkstelling wenscht (Gelach en protesten). Op juridische gronden tracht hij aan le toonen, dat de Raad het verzoek zal moeten toeslaan. Maar al stelt men zich niet op dit standpunt, dan is hij met den heer Spendel eens, dat het op financiccle gronden ook kan worden verdedigd. B. en W. hadden althans het tegendeel moeten aantoonen. Yolgens hem moet de Raad het verzoek toestaan, B. en W. kunnen dan in hooger beroep gaan. De VOORZITTER; Dat kan het schoolbe stuur ook doen. De heer WILBRINK is steeds een voor stander van gelijkstelling geweest en is dit nog. Ook de wethouder van Onderwijs zal zeker de bijzondere scholen niet achteruit- zetten. Maar men moet ook aan de financiën denken. Thans vooral. Ook om de gevolgen moet men het voorstel afwijzen. Andere scho len zullen dan ook komen en men zal ze niet kunnen afwijzen. Hij heeft den indruk gekregen, dat men bij de inrichting der bij zondere scholen ook wel eens al te royaal wil zijn. Dal mag ook niet. De heer GROENEVELD bestrijdt het ver zoek en de beweringen van de overzijde ook uitvoerig, mede op grond van de financiën. Als men het verzoek toestaat, zal men ook de openbare scholen zoodanige verwarming moeien geven. Maar dan zouden de heeren Wilmer c.s. er wel wal op vinden. Aanvaar den zij deze consequentie, dan kunnen we nader overwegen. De Weihouder, de heer MEUNEN, zet voorop, dat het geheele college van B. en W. tegen het verzoek is. Hij legt den nadruk op het woord geheel. Hij behandelt nu achtereenvolgens het verzoek uit het oogpunt van de gelijkstel ling, van de economische zijde en eindelijk ook wat betreft de juridische gronden. Wan neer de Raad meeging met het verzoek, zou gelijkstelling worden bevoorrechterij en daar doet hij niet aan mee. Economisch ge zien, kwam hij tot de berekening, dat de kosten van centrale en gewone verwarming voor dezelfde school zich verhouden van 3 tol 2 met dien verstande dat de rente der hoogere inrichtingskosten door centrale ver warming ook nog in rekening moeien wor den gebracht. Op grond van art. 205 derde lid der Wet op het L. O. mag volgens spr, het gemeente bestuur het verzoek afwijzen. De gronden, die de lieer Wilmer aanvoerd, gelden in dit geval niel. Waar zou het heen, als men, dit toe slaande, in navolging ook in de andere 19 scholen den aanleg moest aanbrengen? Het gymnasium is kort geleden ver bouwd en uitgebreid; maar men heeft er niel aan gedacht toen een centrale ver warming aan te brengen. liet heelt allerminst in de bedoeling van B. en W. gelegen den Kalholieke schoolbe sturen onaangenaam te wezen. Dit zal de heer Wilmer van hem moeten aannemen. De heer WILMER, hoewel ook geen jurist, betwist de juridische opvatting van den Wethouder en is zeer verontwaardigd, dat de wethouder nu eerst met cijfers over da kosten komt, nu de lijd van contróle ont breekt. Die berekening had in de stukken moeten staan. Hel heeft nu den schijn, dat het schoolbestuur maar wil graaien in dc gemeentekas. Tegen dat verwijt kom! hij op. De lieer ZUIDEMA (voor de eerste maal hier het woord voerend) heeft ernstig over wogen welke houding hij hier zou moeten aannemen. Bevoorrechting bij het onderwijs wil hij ook niet, evenmin als acirteruilslel- ling, noch van hel openbaar noch van het bijzonder. De financieele bezwaren zijn zeker niet licht te achten. Hel komt nu er maar op aan hoe men krachlens wettelijke bepaling moet handelen. Het lijkt hem daarom liet best, dat men het verzoek al- wijst. Het schoolbestuur kan dan daartegen in beroep gaan en de hoogere autoriteiten beslissen, Het verzoek wordt daarna afgewezen met 25 tegen 5 stemmen. Voor slemden de heeren Bergers, Cosier, Heemskerk, Spendel en Wilmer, Ook de heer Oostdam stemde tegen. 25o. Voorstel; a. om afwijzend te beseliikkcn op het verzoek van het Besluur van de R.-K. Par. Jongensscholen onder R.-K. Par. Kerkbe stuur, om beschikbaarstelling van gelden voor de centrale verwarming van de school gebouwen aan hel Pielerskerkhof 4 en het Rapenburg 48: b. tol fceschikbaarslelling van gelden voor de vervanging van de bestaande gasverlich ting in het schoolgebouw aan het Rapen burg 48, door eene electrische verlichting; c. tot vaststelling van den desbetreffen- den begroolingsslaat. (164) Dit werd, na een Opmerking van den heer Groeneveld. dat nu ook de openbare scholen eleclrisch vgrlicht zullen moeien worden, met algemeene slemmen aangeno men. Hierna werd de vergadering verdaagd tot 's avonds te kwartier over achten. Avondzitting. Alle leden waren aanwezig en op de pu blieke iribune was buitengewoon veel be langstelling. 'Aan de orde kwam: 26o. Voorstel: a. tol wijziging van het Raadsbesluit van 28 Augustus 1919, in zake den arbeidsduur van de werklieden en de ambtenaren in dienst der gemeente Leiden; b. tot vaststelling van de verordening, houdende wijziging van de verordening van 31 Januari 1918 (Gem. Blad No. 3), betref- Naar '1 Engelsch van LEONARD MERRICK. Geautoriseerde vertaling van Mej. E. H, »j „Ik vind hel ook heerlijk. Maar daarom wi! it u niet overhalen lol iels, wat minder goed kan zijn Gaat o nu ei Zij had willen zeggen: „Denk aan mij"; maar zij voelde, dat zij in baar verovering na te ver zou gaan. „En doe uw best", zei ze nog. „Denk maar. dat ik gekomen ben, om u toe te juichen!" Hij bleef nog een kwartiertje en zoo- dri hij weg was, deed zij de pantoffels uit ■li hield de voeten behaaglijk op de kachel- Laat. Om halfzeven verscheen een uiterst-def- tije kellner, vergezeld door een anderen Zwijgenden bediende, die als met de schou ws excuus scheen te vragen, dal hij wel os vrijheid bad durven nemen, om zich op dezelfde planeet te bewegen als zij. Dal was nu de eerste keer van haar leven Oat zij eens echt dineerde. Misschien kwam dit. omdat zij een vrouw was, maar de van opdienen maaklr: nog meer in druk op haar dan hetgeen opgediend werd, ofschoon zij het menu toch ook wel degelijk o? prijs sielJe. Zij genoot van de oesters, de toeemde, donkerrood» soep, de tong, met torna'en en kleine paddenstoelen en andere jfaaijgheden gegarneerd; eveneens vielen in ®,1;' smaak de vogel en de heerlijk gebak- 11 cotcletjes, met eigenaardige saus, de omelet in blauwe vlammetjes en de aard beien met room, in ijs opgediend. Het luis terrijk suikergebak, voorstellende een kas teel, met allemaal gekleurde lichtjes ver sierd, wekle in hooge mate haar bewonde ring, en de wijn, die in de glazen parelde, deed haar weldadig aan. Zoo juist was zij met de koffie klaar, toen haar aangekondigd werd, dat het rij tuig voor de deur stond. Zij Het de kleine flacons met likeur onaangetast en ging terug naar haar slaapkamer, om nog het een en ander aan haar toilet te verschikken en even den poederkwast te gebruiken. In het rijtuig had zij een nog weelderiger gevoel om zich gehad, dan toen Lee naast haar had gezeten. Het leek nu net of het haar eigen rijtuig was. Zij sloeg de deken over de knieën en keek met genot naar de verlichte straten. Op eens scheen alle ver keer van Londen in één punt samen te ko men; aan alle kanten voelde zij zich om ringd door het geflikker van de rijtuiglam pen en hel gekletter van de hoevc-n. Naar de goedkoopere rangen van den Hall stroom den drommen geduldige muziekliefhebbers, in dichte rijen opeen gepakt. Met hooghar tig air liet zij zich naar haar loge leiden. Op hel eerste gezicht leek haar het groote gebouw al vol; maar een dichte rij heeren en dames in avondtoilet stroomde nog steeds langs de breede staatsietrap naar de loges. Het was ais juichte het in haar; die kwa men nu allen luisteren naar hem, den man, die liefde had opgevat voor haar. Iemand besteeg tel groote orgel. Zijn naam was haar onbekend en zij wist ook niet den titel van hetgeen hij speelde. Hij goochelde met de registers en doorstroomde het gebouw met een compositie in E-moll. Zij gaf niet v el om het orgelhel deed haar te veel denken aan de kerk. Dus was het haar een verluchting, toen het ophield. Een dame besteeg het podium en zong iels van Schumann. Zou zij nu waarlijk haar toilet niet kunnen betalen? Hoe prachtig was zij anders gekleedZij ging, te midden van luid applaus, bij de vingertoppen geleid door een heer, die haar deed denken aan den pikeur van een circus. Zij werd teruggeroe pen, boog diep. driemaal achtereen, en trip pelde weg met den pikeur. Een populaire bariton werd gebisseerd. Een violiste had pijnlijk-dunne armen. Ownie keek nog eens op het programma; ja, de volgende naam was „mr. Etisha Lee". De menschen op de volgepropte galerijen rekten de halzen uit; de menigte zat in één spanning. Er volgde een lange pauze eer hij optrad. Een statige houding had hij; dit was haar eerste gedachte. De langzame, afgemeten passen, die hij had leeren maken, deden hem nog langer schijnen; het conventio- neele kostuum slond hem goed. De zwarte handen staken in handschoenen; enkel het zwarte gelaal en het kroeshaar schaadden het waardige van de verschijning, toen de man tegenover zijn ademloos gehrxir slond, terwijl de aanvangsmalen gespeeld werden. Hij hief het hoofd op; de muziek, die hij in de hand hield, trilde een oogenblik, en toen stroomde daar uit den negermond een stem over de stalles steeds hooger en hoo ger en dan weer terug, van boven, van de opgepakte galerijen; het leek waarlijk de slem van God! En nu dacht niemand er aan, dat het ge laat zwart wa3, en er was geen onder die duizenden, die wist welke boodschap de slem bracht aan hert hart naast hem; want allen bracht hij een verschillende bood schap, die de dichter nooit uitgesproken had. Mannen klemden de lippen op elkaar, om hun aandoening niet tc verraden; de,ju- weelen op de borsten der vrouwen rezen sneller omhoog. De muziek stierf weg; het bestudeerd slap-naast-zich-neer-laten-hangen van zijn armen gaf het sein tot applaus. Dat was hel oogenblik slilte, hetwelk hij zoo heerlijk vond. Hij boog en trad een schrede nader bij. Zijn gehoor kwam tot zichzelf. Dave rend applaus barstte los. Zij zag vrouwen van den eersten stand in de handen klap pen als waanzinnigen, ander -en andermaal werd hij teruggeroepen. Hij beantwoordde de hulde en loen hij eindelijk ging, was het met den blik naar Ownie. Haar oogen waren vochtig en zij trilde. Zij was niet zoo licht ontroerd, maar zij was ijdel. In het tweede gedeelte zong hij al gauw, overeenkomstig haar verlangen, en zij re den naar Victoria, waar de lijfknecht wacht te met haar koffer. Lee geleidde haar naar een eerste-klas-coupé, en zij was maar blij, dat zij in Brighton een enkele reis derde klasse had genomen. Zij bemerkte wel, of schoon zij er geen blijk van gaf ,dat de ,con- ducbeur de portierdeur afsloot, nadat er voor de waterstoven gezorgd wa3. „En dus?" vroeg Lee ten tweeden male. „U is tevreden over mij." Zijn verlangen om haar te vleien was bui tensporig groot; maar nu vond die vraag toch alleen haar grond in een onverzade- lijken dorst naar loi. „Ik kreeg een gevoel of ik u nooit te voren had hooren zuigen," zei ze, „of ik nooit iemand had hooren zingen. Tot in het diepst van mijn ziel heeft u mij geroerd- Q heelt mij een dag bezorgd, die mij heugen fende de wedden van amblenaren in diens! der gemeente Leiden. (55 van 1923 en 165 van 1924) De VOORZITTER steil met hel voorstel zelf de verschillende amendementen aan de orde. De heer BAART is onaangenaam getrof fen door het voorstel van B. en W., dat weder een verslechtering voor het personeel beteekent. In 1918 waren B. en W. ineens bereid de 45-urige werkweek in te voeren, terwijl zij nu deze weer willen verlengen. Daartoe zou spr. alleen kunnen meewerken, wanneer de tinancieele nood daartoe drong. En dat is toch hel geval niel. De gemeente zal nog wel aan haar verplichtingen kun nen voldoen, (gelach). In 1918 waren de directeuren van dienst er wel voor, omdat zij meenden, dat er meer intensief zou wor den gewerkt En dat is ook gebleken juist t« zijn. (De VOORZITTER schudt -van neen). Het blijkt, dat hel waar is; immers er zijn na dien tijd geen meerdere werkrachlen aangesteld. Spr. beklaagt zich er ook over, dat B. en W. zich niet gestoord hebben aan hot Geor ganiseerd Overleg. Waarom zouden B. en ,W. nog niet eens met de organisaties kun nen onderhandelen? Als B. en W. zich beroepen op Amster dam, dan is deze vergelijking niet juist. In Amsterdam zijn de loonen veel hooger, ter wijl hier de bedrijven groote winsten op leveren, wat spr. met enkele cijfers aan- toonl. Nog constateert spr.. dal r.a 1918 hel aan tal arbeiders aan de Lichtfabrieken met 25 pet. is verminderd; dal is een bewijs, dart de 45-urige werkwec-k wel kan worden be houden. Daarom dringt hij er op aan, da{ de Raad nü met do S. D. A. P. mee zal gaa-n en tegen het voorstel van B. en W. slem- men. De heer HEEMSKERK heeft zoo dikwijls hier voorstellen werden gedaan tot verbete ring der positie van het gemeentepersoneel daartoe steeds medegewerkt. Maar thans moeten de arbeiders en anderen in dienst der gemeente ook bereid zijn tot oen offer, opdat ook de gemeente het hoofd zal kun nen bieden aan de algemeene malaise. Als men de werklieden sluk voor sluK vroeg, zullen zij daartoe toestemmen. De lieer BAART: Schrijf maar eens een referendum uit. En als alle organisaties er zich nu tegen verklaarden, dan is dit ge schied, omdat er van overleg eigenlijk geen sprake is geweest. B. en W. wilden van geen toegeven welen .En daarom wilde hij het uitstel, in zijn amendement bedoeld, om het in 1925 in te voeren. B. en W. zou den nog met de organisaties overleg kun nen plegen. Het staat hem niet aan, dat B. en W. aan het Georganiseerd Overleg geen genoeg zame waarde hebben gehecht. Hij beveelt zijn voorstel, waarmee 4 van de 6 organi saties willen gaan, daarom bij den Raad aan. De heer WILBRINK bestrijdt de argu menten van den heer Baart. Hij waa in 1923 al van het gevoelen, dat er verande ring noodig was, cn zoo denkt hij er nog over. De heer Baart baseert zich alleen op de gemeentebedrijven. Maar al gaat hel den bedrijven goed, daarom is de gemeente nog niet rijk. Men moet hel gemeentepersoneel bezien van het standpunt der geheele maatschappij En als wij dat doen ,dan zien wij dit voor stel als zeer billijk en rechtvaardig. Zouden de werklieden door een verlen ging van arbeidsuur verhinderd worden hun plichten tegenover hun gezin en de samen leving te vervullen, dan zou hij er tegen zijn, maar dil is het geval niet. Eindelijk bestrijdt hij ook het amendement van den heer Heemskerk, waarvoor geen enkele re den pleit. Mevrouw VAN ITALLIE herinnert er aan, dat zij nog niet zoo heel lang geleden Ver- eenizingen vaandels heeft zien ronddragen, waarbij de leuze van den 10-urigen werkdag werd aangeheven. En nu ageert rnen at te gen de 48-urige werkweek, wat eigenlijk de langbogeerde 8-urige werkdag is. Nu is het voor democraten altijd moeilijk om terug t«. komen op veroverde voordeden van den arbeider. Maar men moet toch ook met den algemeenen toestand rekening houden. En als wij daaraan denken, dan is dit kleine offer zeker niet te zwaar. Zij en haar rtij- zalmijn leven lang. en hel was voortreffe lijk, van het begin tol hel einde." „Ik zou u gaarne vele zulke dagen geven," antwoordde hij onmiddellijk. „O," lachte zij, met den zachlen, inne- menden glimlach, die altijd zoo vol invloed was geweest op Harris, vóór zijn trouwen, „Ik vrees, dat dit niet mogelijk is; maar in plaats daarvan zal ik dan aan dezen blij ven denken." Ilaar hart klopte ontstuimig bij deze stoutmoedigheid. Zells nu wist zij nog niet, welk antwoord zij wel zou geven; waarom moedigde zij hem eigenlijk aan mei zijn vraag om le voorschijn le komen? Maar ofschoon hij zich voorgenomen had, haar op den terugweg te vragen, draalde hij toch nog. De vraag kwam telkens op, maar dan bleef zij hem toch ook weer in de keel steken. Groole verlegenheid kwam over den neger, die zoo pas zulk een triomf behaalde tegenover de menigte. Geweldig klopte hel hart van den rnan, bij zijn eigen lafheid. Hij boog zich wat voorover en sloeg da deken over haar heen. Daar was hij vrij ge- ruimen lijd mee bezig. „Is het zoo heter?" prevelde hij. „U heelt het toch niel koud?" „Dank u. Neon, ik L'en zoo warm als maaJI mogelijk is. Iladt u die das niet om den hals moeien houden?" „Niet hier in den coupé. Als we er sLrakk zijn. Zonsondergang is de ergste tijd vor* mij, niet avond." „Hoe eigenaardigi" „Ik denk, dat het met alle zangers wel zoo is," (Wordt vervolgdA.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 5