Zonderlinge Kameraden No. 19708. LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 10 Juni. Tweede Blad. Anno 1924 BINNENLAND. Begrafenis-Onderneming KEERËWEER Prov. Staten v. Zuid-Holland. FEUILLETON. Verzouting boezemwater. Onder dezen titel vinden wij in de West- tandsche Courant onderstaand, ook voor de bewoners van Rijnland, zeer lezenswaardig artikel: De verzouting van het water in Delllands boezem i9 een oude kwaal, die eerst in de latere jaren den tuinbouw drukt. Men maakt al gewag van zout water in de vijvers van het oude slot Hondsholredijk. In 1893 plaag den verschillende tuinders te Westerlee bij Delfland over het zoute water. Natuurlijk; zij zijn daar het eerst en hevigst blootgesteld aan het zoute water, dat door de Oranjesluis binnen komt. De Commissie 1921, (Pekel - commissie genaamd) raadt in het rapport zelfs aan i n de nabijheid der Oranjesluis weinig tuinbouw uit te oefenen. Toen het Westland uitsluitend de koude- grondsteelten uitoefende, deed het zoute wa ter niet veel kwaad. Deze teelten worden niet begoten, zoodat zij alleen overlast kon den ondervinden van ziltig bodemwater in de bouwlaag. En dat is maar zelden het ge val geweest Zelfs in het jaar 1921, toen de verzouting zoo sterk optrad, kon geen schade worden vastgesteld, althans niet in bijz. male bij granen of gewassen in den vollen grond. Ook in het rapport der z.g. Pekelcommissie die in 1921 belast werd met het onderzoek naar de verzouting, stelde geen of geringe schade vast aan landbouw of veeteelt toege bracht. Toen de glasteelt toenam, bemerkten de tuinders langzamerhand pas den fnuikenden invloed van het zoute water. De mislukking van de gewassen in de bakken, waar steeds met boezemwater gegoten werd, leidde ein delijk en veelal bij toeval tot de overtuiging, dat het brakke water de oorzaak was. Als eenig verdelgingsmiddel proefde men het wa ter om vast te stellen, of het al dan niet schadelijk was. Want de ervaring leerde ook dat water, waarvan de smaak niet zout was, vrijwel onschadelijk bleek bij begieting, mits spaarzaam aangewend. Ook de Pekelcommissie heeft op grond van die ervaring de grens van schadelijkheid voor den groei aangenomen op den zoutgraad, die door den smaak is waar te nemen. En daar nu een zoutgehalte van 1,50 gram per liter water op den smaak waarneembaar wordt, heeft men de grens op dit percentage gesteld. De ervaring heeft echter geleerd, dat dit zoutgehalte volstrekt geen beveiliging biedt tegen beschadiging der gewassen van de glas teelt. Men moet de aangegeven grens dan ook zoo opvatten, dat water met 1,50 gram zout niet nadeelig werkt bij eenmalige be gieting. Dat het dus wortels en stengeldeelen in zoo'n geval niet aantast. Want wat is het geval? Bij de glasteelt wordt herhaaldelijk gegoten, meer naarmate het weer vereischt Bij elke begieting voert men zout aan, dat in ue bouwlaag achter - blijft. Dc aarde der bouwlaag wordt langza merhand van een sterke zoutoplossing door trokken. flet maakt weinig verschil, of het zoute water bovengronds of ondergronds wordt aangevoerd door draineerbuizen, welke on geveer 15 c.M. onder de oppervlakte liggen. In het eerste geval zal het zout aanvankelijk wat hooger in dc bovenste aardlaag blijven hangen. Rekent men 1000 liter gielwaler ncodig te hebben per week en per Are (zie rapport 9), dan is dit" 10 liter per vierk. M. Bij een zout gehalte van 1 50 gram per liter voert men dan per week 15 gram zout per vierk. Meter aan of b.v. in een lomatenkas in een half jaar haast 400 gram, of bijna een pond zout. Bij een zoutgehalte van nog geen 4 gram komfermen al tot 1 kilo per vierk. M. Dit is juist de fnuikende beteekenis van zouthoudend water, dat door herhaalde be gieting onder glas het water verdwijnt en het zout in de bouwlaag achterblijft, terwijl het niet door regenval wordt weggespoeld. Daardoor wordt zelfs zwak zouthoudend water op den duur schadelijk voor de glas teelten. Koever de ophooping van zout in de bouw laag kan gaan, blijkt mede uit het voornoem de rapport. In den zomer van 1921 werd aan den Rijksluinbouwwinlerschool te Naaldwijk een grondmonster onderzocht, genomen in een druivenkas van den heer Jan Kuyvenhoven te Maasdijk. De uitslag was als volgt: le steek: gehalte aan vocht 10,9 pet., ge halte aan zout 0,729 pet. Dal is per liter wa ter bijna 67 gram keukenzout. 2e steek op 10,2 c.M.: gehalte aan vocht 13,6 pet., gehalte aan zout 0,859 pet. Dat is per liter water urira 63 gram keukenzout. De zoutoplossing in den grond was dus zeer sterk en natuurlijk in hooge mate nadee lig voor de gewassen. Over de schade, in 1921 den Weslland- schen tuinbouw toegebracht door dc verzou- ling, zullen wij hier niet uilweiden. Alleen kan vermeld worden, dat een groote anjer- kweekerij tengevolge van het in 1921 in den bodem verzamelde zout in 1922 haar geheele teelt vernietigd zag. De sterk verzoute aard lagen zijn toen door sterken waleraanvoer uitgespoeld, doch thans heeft de kweekerij de teelt van anjers nog niet op gang kunnen brengen. Het ligt voor de hand, dat de Westlanders voorzichtig zijn geworden ten aanzien van het zoute water. Thans wordt het zoutgehalte dagelijks in verschillende veiliggebouwen be kend gemaakt door aanschrijving op de bor den. Want in het heel vroege voorjaar moet de tuinder reeds cn zelfs vooral waakzaam zijn, inzonderheid ter wille van de tomaten planten, die in bakken en polten worden ver plant enjbegolen om dan in den grond le worden overgezet. Bij meermalige begieting verzamelt zich zout in de bak- of potaarde. Het bovenstaande schreven wij inzonder heid met het oog op de bekendmaking van den ingenieur van Delfland in verschillende dagbladen. Daarin wordt meegedeeld, het zoutgehalte in Januari, Febr. en Maart bij Oranjesluis en Naaldwijk. In Januari was het hoogste gehalte op den 17en le Oranje sluis 1,16 en te Naaldwijk op den 31en 0,696 gram per liter. In Febr. waren de cijfers 4,872 en 1,392 gram en in Maart 0,928 en 1,044 gram. De schrijver voegt hieraan dan het volgen de toe. le. Van schadelijke verzouling van Delf- lands boezemwater in het Westland, of ge vaar daarvoor, in het algemeen geen sprake. 2e. Plaatselijk en wel in dc onmiddellijke omgeving van de Oranjesluis is nog meer dere beperking van het zoutgehalte ge- wenscht en Delflands bestuur zal, naast reeds toegepaste maatregelen, de middelen, welke met kans op succes cn in redelijkheid daar toe kunnen worden aangewend, zeker niet achterwege laten. Ten slotte zij hier nog aan toegevoegd, dat het hier gaat om althans uit waterstaat kundig oogpunt uiterst geringe waarden. Een zoutgehalte beneden 1,500 gram per Li ter is slechts langs scheikundigen weg vast le stellen en ik acht het dan ook geenszins uitgesloten, dat het onmogelijk zal blijken de zeer hooge eischen van het tuindersbedrijf in de nabijheid der sluizen in alle opzichten te bevredigen. In dat geval moet men tot een andere con clusie komen en wel, dat het niet raadzaam is den voor verzoutingsporen blijkbaar zoo uiterst gevoeligen tuinbouw al te dicht in de nabijheid van sluizen aan zee of beneden rivieren uit te oefenen, tenzij men ook over ander dan openbaar water de beschikking heeft'. Wellicht kan de in aanleg zijnde West- landsche drinkwaterleiding hier de tuinders uit de moeilijkheden helpen. Tot zoover de ingenieur. Met stelling lo. gaan wij niet mee. Omdat uit het vorenstaand betoog helder blijkt, hoe bij een laag, bij een zeer laag zoutgehalte zelfs verzouting in den bodem kan optreden. Waar de grens der schadelijkheid ligt, kan niemand bepalen. Zij hangt af van het meer of minder druk gieten en dan ook weer van dc doorlalendheid van den bodem. Doch dat de tuinder allang voor de bereiking van de schadelijkheidsgrens van 1,5 gram zout per liter voorzichtig moet zijn, volgt uit het voor gaande duidelijk. Overigens moet gezegd worden, dat de commissie die grens van 1,5 gram per liter allerminst met' stelligheid heeft aangenomen. Het rapport vermeldt dienaangaande het vol gende aan het slot van 5. „Het zoulgehalle wordt merkbaar op den smaak bij een hoeveelheid zout van rond 1,500 gram per liter water, hetgeen, naar de comm. aan vankei ij k voork omt, als grens voor het toelaatbare zoutgehalte moet worden aangenomen. (Spatieoring van Red.) liet komt ons voor, dat hel goed zou zijn, indien omtrent' dit cijfer een nadere verkla ring werd gegeven hetzij door de commissie, hetzij door het bondsbestuur. Er is op de algemeene vergadering van den Bond Ver. Westland, dank zij de aanwijzing van den heer J. A. M. van Kampen te Poel dijk, een uitstekende maatregel genomen door het zoutgehalte van het boezemwater in de veilingsgebouwen bekend le maken. Men leest bij een laag gehalte van 0,3 tot 0,5 gram het woord: onschadelijk. Dat is heel goed en we hopen, dat dit woord heel den zomer in de veilinggebouwen zal regeeren. Maar wat zal cr achter staan als het ge halte stijgt tot b.v. 1,0 gram per liter? Dan moet er bepaald slaan: wees op Uw hoedel of Voorzichtig! Delflands bcsluur moet tot de grootst mo gelijke waakzaamheid worden aangespoord. Niets werkt daarvoor verslappender dan de overtuiging, dat een gehalte beneden 1,50 gram onschadelijk zou zijn. Al welen dijk graaf en ingenieur misschien al beter, de mcening, dat een gehalte van 0,75 tot 1,0 gram voor de glasteelten reeds schadelijk of minstens zeer bedenkelijk wordt, moet ook postvatten bij de sluiswachters. Laat Delflands bestuur toch weten en be denken, dat het hier gaat om de bedreiging van een millioencnleelt. Salarisregeling voor de Rijkswerklieden en P. T. T. Naar men meldt-, luidt de nieuwe sala- trisregeling voor de Rijkswerklieden cn voor het personeel der Posterijen, Telegra fie en Telefonie als volgt: Er zijn vijf loopgroepen, t-w.: ongeschool de werklieden, geoefende, gewone vaklie den, meer bekwame, cn voorlieden-vak man, met een cTriedeelige klasse-indeeling. Het minimum loon bedraagt in loongroep I f 24 bij aanstelling in een gemeente lsto klasse, met als maximum na 5 jaar dienst tijd f26.40; gemecne 2de klasse minimum f 21.60, max. na 5 jaar f21; gemeente 3de klasse min. 119.20, max, f21.60 na 5 jaar. Loongroep 2, gemeente 1ste klasse min. f26.40, na 5 jaar max. f28.80; gemeente 2de klasse min. f 24, na 5 jaar max. f 26.40 gemeente 3de klasse min. f 21.60, max. f 24 na 5 jaar. Loongroep 3 gemeente late kla6sc mini mum f 28.80, max. na 5 jaar f 31.20, gemeen te 2de klasse, min. f26.40, max. na 5 jaar f28.80; gemeente 3de klasso min. f24, max. na 5 jaar f26.40. Loongroep 4 gemeente 1ste klasse, min. f 31.20, max. na 5 jaar f33.60; gemeente 2de klasse min. f28.80, max. na 5 jaar f 31.26, gemeente 3de klasse, min. f 26.40, max. na 5 jaar f 28.80. Loongroep 5, gemeente lste klasse min. f 33.GO, max na 5 jaar f36; gemeente 2de klasse min. f31.20, max. na 5 jaar f 33.60, gemeente 3de klasse, min. f 23.ÖO, max. na 5 jaar f3120. H. M. dc Koningin en Z. K. H. de Prins hebben- naar ds. D. A. van den Bosch in de ,,'s-Grav. Kerkbode" mededeelt, in beginsel goedgevonden, dat H. K. H. Prin ses Juliana de eerste-steenlegging zal ver richten aan het naar haar genoemde kerk gebouw in Den Haag. Het Provinciaal Cbmlté voor Zuid- Holland inzake de herdenking der mobili satie 1914 is thans definitief geconstitueerd en bestaat uit de volgende heeren: E. O. baron S weer te de Landas Wy- borgh, commissaris der Koningin, eere voorzitter; prof. dr. J. G. Slecswijk, Den Haag, hoogleeraar aan de Technische Hoo- gesohool, voorzitterO. van Heesen, ge meente-secretaris van Boskoop, seoreta- rismr. G. van Baren, burgemeester van Delft; prof. ir. C. L. van der Bilt, Den Haag, reotor-magnificus der Technische Hoogesohoolprof. dr. P. J. Blok, Leiden hooglcoraar aan de universiteit, aldaar; P. van Dorp, Dordrecht, kapelaanW. H. Dudok van Heel, rector van het Leidscli Studentencorps P. L. de Gaay Fortman, burgemeester van Dordrecht; A. J. Gij* sen, burgemeester van Schiedam; L. J. den Hollander, burgemeester van Middel- harnis en SommelsdijkL. A. J. Jansen, wethouder van Dordrechtprof. mr. H. Krabbe, reotor-magnifieus der Leidsohe Universiteit; Ulbo J. Mijs, burgemeester van Gouda; mr. F. J. L. E, Rambonnet, burgemeester van Rockanje; Aug. L. Rei- mcringer, wethouder van LeidenL. L. W. v. Soest, president van den Senaat van het Delftsoli Studentencorps. ,,Het Volk" meldt naar aanleiding van het bericht van ,,De Tel.", dat mr. P._ J. Troelstra aan partijbestuur cn Kamer fractie als zijn bedoeling medegedeeld heeft, met ingang van het nieuwe parlementaire zittingjaar, dus in September, het voorzit terschap der Kamerfractie neer te leggen en tegen het begin van het volgend kalen derjaar, dus in Januari- het lidmaatschap der Tweede Kamer. Dat de heer Stenhuis zijn opvolger zou worden, spreekt het blad tegen, mede omdat deze geen lid der Tweede Kamer is, noch het in de loopende parlementaire periode kan worden, zoodat het voorzitterschap der Tweede-Kamer fractie hem niet opgedragen zou kunnen' worden. Het blad voegt er nog aan toe, dat de heer Troelstra voornemens is, het lid maatschap cler hoofdredactie van ,,Het Volk" te blijven vervullen. In de reederskringen te Sohevcningen heersaht groote ontstemming over het handhaven van de .oorlogspremie 1916, die, niettegenstaande versohillcnde besprekin gen en adressen bij het ministerie van wa terstaat, nog niet verlaagd is, waardoor de reeders te Scheveningen in dezen ma* laise-tijd in hooge mate gedupeerd woü- dcn. In een zeer druk bezochte vergadering van het personeel der Rotterdamsoho E.T. M., waaj het hoofdbestuurslid Peters, uit Utrecht, een uiteenzetting beeft gegeven van de gevoerde onderhandelingen, als mede het advies van het boo/d- en afdecs lingsbesbuur, werd in een voorgestelde mo tie uitgesproken, dat het wensohelijk ia onder de gegeven omstandigheden con sta-; king le proclameeven en dat men zich moet neerleggen bij de 10 pCt. loonsverlaging, dio B. en W. aan de R.E.T.M.-dircotic tot l Februari 1925 hebben toogCBtaan. Schriftelijk werd over de motie gestemd. Do uitslag was als volgt: 263 voor sta king, 600 tegen en 54 blanco of van on waarde. De nieuwe verlaging van de di rectie zal dus worden aanvaard. Ds, G. JVestraijze, te Warfhuizen, heeft bedankt voor het beroep naar de Ned.- Hcrv. Gem. te Den Helder. Prof. mr. dr. J. Oppenheira, lid vau den Raad van State, heeft ontslag genomen als president-curator van het Ned. Isr. Sc- minaiium, welke functie hij een tiental jaren bekleed heeft. In den toestand van den heer P. Molt- maker, te Utrecht, lid van de Eerste Ka mer, is een gunstige wending gekomen, zoodafc er goede hoop op zijn herstel is. Op de Pinksterdag heeft de Verecni- ging van Deurwaarders bij de verschillen de rechtscolleges in Nederland te Arnhem haaa: jaarlijksohe vergadering gehouden. De bijeenkomst was in hoofdzaak gewijd aan de feestelijke herdenking van het 50- jarig bestaan van de vereenigang. Yan verschillende zijden waren bloemstukken gezonden. Het dagelijksck bestuur van de Centrale van Vercenigingen van Personeel in 's Rijks dienst heeft in zijn dezer dagen gehouden vergadering besloten, de besturen van do 3-1 bij de Centrale aangesloten Vercenigin gen in een vergadering bijeen te roepen op 20 en 21 Juni a.s., ten einde den toestand te bespreken, waarin de personeelen. door haar vertegenwoordigd, zullen komen te verkeeren, indien de wijzigingen van het Rijksbezoldigingsbesluit en de Pensioenwet voor burgerlijke ambtenaren in vervulling zouden gaan. Het bestuur van den Centrale, dat zich steeds heeft beijverd, om langs den weg van het georganiseerd overleg de arbeids voorwaarden te regelen, vond in de weinig vruchtdragende besprekingen met de Re geering in het overleg, aanleiding om do phasen, welke de salarisherziening en de wijzigingen van de Pensioenwet thans ziju ingetreden, met de organisatie-besturen nader onder de oogen te zien, om daarna de houding te bepalen tegenover de voorge stelde verslechteringen in deze twee belang rijke punten van de arbeidsvoorwaarden van het Rijkspersoneel. Op deze vergadering zal mede het advies van den rechtskundig adviseur inzako het aangaan van een procedure tegen den Staat over de op 1 Mei j.l. ingetreden korting op. dc salarissen worden behandeld. De 75-jarigé mej. Fenna Brink, t<5 Yeendam, is Zaterdag gehuldigd, ter her denking van het feit, dat zij 50 jaren lang, geheel zelfstandig, een Zondagsschool heeft gehouden van uitsluitend arbeiderskinderen in een groote volksbuurt van Yeendam', buiten alle kerkelijk verband. Door de week trachtte zij in haar onderhoud te voorzien «Is ventster van groenten en visch. Een comité had zich gevormd en financieclen steun van enkelo goedgezinden gevraagd en verkregen. In tegenwoordigheid van heel wat predikanten van alle richtingen uit' Veendam en omgeving, van den burge meester van Veendam, den heer F. J. de Zee en tal van ouders en kinderen, werd de 75-jarige gehuldigd. Do burgemeester van' Yeendam sprak de jubilaresse op hartelijke wijze toe cn wees er met nadruk op, wat zij op zedelijk en maatschappelijk gebied had gedaan in deze volksbuurt-. Hij deelde mede, dat H. M. de Koningin blijk heeft willen geven van waardcering voor haar werk en mej. Fenna Brink benoemd tot broeder in de Broederschap van den Ncderl. Leeuw, waaraan een toelage is verbonden van/20G 'a jaars. Geroerd dankte zij voor dezi hooge onderscheiding. RECLAME. CREMATIE, AUTO-TRANSPORT OPGERICHT 1871 AALMARKT 10 i-i TELEF. 861 7797 De leden der Prov. Stalen van Zuid. Holland zijn voor de zomerzitting bijeen, geroepen De eerste vergadering wordt geopend Dinsdag 1 Juli, 's voormiddags te elf uur. Behoudens tegenbericht zal de zitting ge. houden worden in de vergaderzaal van de Tweede Kamer. Het ligt in de bedoeling van den Voor- ziltor in de vergadering van 1 Juli le doen plaats hebben de benoeming van een lid van Gedeputeerde Staten in de plaats van den heer W. C. J. J. baron van Voorst tot Voorst, die wegens gezondheidsredenen als zoodanig onlslag heelt genomen. Ged. Staten hebben Prov. Staten voorge. Iegd het ontwerp van de provinciale begroo- ling voor 1925. Ter bestrijding der uitgaven voor 1925, wordt, evenals voor 1921, de heffing gevor. derd van 20 opcenten op de hoofdsom der Grondbelasting (zoowel voor „gebouwd" als voor „ongebouwd"), van 20 opcenten op die der Pcrsoneele belasting, van 2 opcenlen op de hoofdsom der Vermogensbelasting en van 2 opcenlen op de Inkomstenbelasting, voor zoover dc hoofdsom hiervan betreft de aan. stagen der belastingplichtigen bedoeld bij art. la der wet. Verder bieden Gedeputeerden een verge- tijkend overzicht aan van de onlwerpbegroo- ting der provincie voor 1925 met de begroo ting voor het loopende jaar, zooals deze oorspronkelijk werd vastgesteld en goedge keurd. De overweging van de vraag of het, uit financieel oogpunt beschouwd, verdedigbaar is le achten, dat de provincie, ter voorzie ning in hel voor haar uit de Ongevallenwet voortvloeiende risico op den duur recht, slreeks bij de Rijksverzekeringsbank aange sloten blijtt, heelt Ged. Staten de overtui ging geschonken, dat deze vraag ontkennend moet worden beantwoord. Ged. Stalen achten het raadzaam, dat Prov. Staten een nieuw leeningsplan vast stellen, waaruit de noodige gelden zouden Kaar 't Engelsch van LEONARD MERRICK. Geautoriseerde vertaling van Mej. E. II. 3) „Waarom dan niet? Ik hen niet bijziende. V ilt u wel gelooven, dat ik gisteren juist aan u gedacht heb; dat ik hoopte u to zien, hier is u nu. Ik bon niet meer in Brigh ton geweest, sinds ik u hei laatst ont moette. „Neen, heusch niet?" „Neen. Wet eigenaardig, hèI Dikwijls ben al van plan geweest hier eens heen te gaan, van Zaterdag op Maandag, of voor wn concert; maar ailijd is er wat lusschen- oeide gekomen. Dit is nu wet weer 'n eerste Mmenlreilen. Is u gisteren in „the Dome" geweest 7" „Neen," antwoordde zij. „Het speet mij maar ik kon niet. Ik heb u eens te Liverpool gehoord. Mag ik u nog wel geluk- avenschen met uw succes? Ofschoon u al zooveel gelukwenschen hoort, dat u er ncusch niet naar meer verlangen zult!" „Rat ik den uwe anders zeer op prijs stel, Kunt u wel begrijiwn, nietwaar? Heeft u "er al dien tijd gewoond?" „0 neen! Met mijn huwelijk Ben ik hier Afgaan. Eerst n5 mijn verlies keerde ik Haar toon van spreken was bitter. „Ik „e.,~ ,k zag aan uw Weeding, dat...." Is w lang weduwe." - ll?n jaar, Ik wojijcle te Liverpool bij het leven van mijn armen man. Maar u Iieeft hem wel gekend, mr. Leel Ja zeker. Dien zomer nog ais kind-eren waren wij allen bijeen. Hoe vreemd toch! Ik weet niet goed, of u hem later nog wel eens ontmoet heeft? Mogelijk herinnert u zich nog Reggy Harris?" De lang vergelen naam wekte herinnerin gen aan een pappcrig-bleeken jongen, vol sproeien, die hem altijd „sneeuwbal" had genoemd. Ilij boog plechtstatig. Voor het oogenblik ging cr veel van het gevoelvolle van de situatie af, doordal hij hooren moest, dal zij Reggy Harris had getrouwd. „Hel loopl soms vreemd in de wereld, vindt u niet?" vroeg zij met een kort lachje. „Na mijn trouwen verliet ik Brighton voor goed en nu zit ik er u hier van te vertellen, terwijl ik weer in Regency Square lerag ben waar ik toch dacht, dat ik nooit weer komen zou behalve dan een enkelen keer op be zoek. Natuurlijk kwam ik zoo nu en dan bij moeder." „Uw moeder maakt hel toch goed?" „Ja, dank u. Moeder wa3 er wel dadelijk zeker van, dat u de zanger moest zijn, waar van wij lazen. Ik had hel vergelen, dat u „Elislia" heette, maar zij niet; en dat „Elish'a" gaf juist den doorslag. Wij stonden echt te kijken;" „Dat dacht ik wel. Maar ik Ben op geen stukken na de Benige' „Elish'a"; daar, waar ik vandaan "kom! Bijbelsche namen zijn er schering en inslagwij houden er veel van. In Savanna, waar ik geboren werd, kunt u heelwat Elisha'-s vinden en Lee's zijn er ook talrijk als het zand der zeel Daar kijkt u van op, hè? 't Lijkt u vreemd?" „Ja, wel een beetje. Maar uw ouders wa ren toch ook muzikaal „Mijn ouders zijn hierheen gekomen, toen ik nog maar een paar maanden was. Zij speelden banjo en heel goed." „Leven zij nog?" Hij schudde het hoofd. „Ik ben heel alleen op dé wereld," antwoordde hij, theatraal. Toch hebben zij me zoo beroemd gezien, daar ben ik blij om." „Zij zullen heel trotsch op u zijn ge- weesl „Zij waren altijd zoo goed voor mij," en zijn toon was nu weer heel natuurlijk. „Zij trekken een behoorlijk honorarium in de cafv-chantanls, stuurden me naar school en deden voor me wat zij konden. liet was ook op een van hun tournées, dat ik hij u aan huis gelogeerd heb. Zij zorgden altijd, dat er mensehen waren, die toekeken, dat ik een prettige vacanlie zou hebben. God zegene ze. Er volgde een korte pauze. Een klein meisje, met haar schopje achter zich aanslecpend, bleef met al haar ver- stand naar hem staan kijken. Met driftig ge baar joeg hij hel kind weg. Mrs. Harris kreeg .een kleur. „Ik geloof, dat ik" nu weg moet," zei ze op slaand. „Ik ging baby en nurse te gemoet. Als u hier nog eens zing!, mr. Lee, hoop ik u te hooren." „lk wil vöör u zingen, wanneer u dat maar verlangt," antwoordde hij, dadelijk Be reid. Zoudt u en mrs. Tremlett niel eens, op een middag, bij mij in h^t hp(el willen dineeren? Ik heb een piano op mijn zij kamer." „Moeder gaat 's avonds zelden uit" „haat ik hef haar dan eens zelf, heef na drukkelijk, mogen vragen'?" ja, natuurrijk; als u hef gedaan kr&M. Maar dat zou mij verwonde rent Wij zullen u intussch'en graag zten," ";jr Hij lichtte don hoed en nam luidruchtig afscheid. Onder het sprpken had hij niet meer gedacht aan de tegenstelling, die zij vormde met wat zij eens placht te zijn maar slechts aan de knappe jonge vrouw, die hij op het oogenblik zag. Daar zij nu ook minder beschaafd bleek dan als jong meisje, was het gemakkelijker omgang voor hem. -Het burgerlijke, dat haar in het bloed zal, was meer aan den dag gelreden. Om op ze- venlienjarigen leeftijd iets gedistingeerds aan den buitenkant le hebben, gaat nog wel; maar op lwee-en-der(igjarigen teeltijd Iaat het vernis los. Hij zag haar weer; zij hem niet, toen hij terugging voor de lunch. Een klein kinder meisje, oen goedkonpe nadoeneling van een verpleegster, dacht hij, duwde een wagen en de weduwe liep er met al heel weinig opge wektheid naast. Z66 haar weg banende tus- schen de nieuw modische toiletten, maakte zij een armoedigen indruk op hem. Zij zag Br somberen ontevreden uil; ats een vrouw, die zich niet vereenigen kan met haar lot. Maar zij had blauwe oogen en blond haar cn hij had altijd toegegeven aan zijn begeer ten. Hij nam zich voor, haar dien volgenden dag een bezoek te Brengen. HOOFDSTUK Hl. Hij ging vroeg op den middag en vond Baar toeschietelijker dan op Marine Parade, ofschoon hij wel bemerkle, dat zij er niet op voorbereid was, hem al zoo gauw (e zien. Hij werd in een kleine achterkamer gela ten, die de familie zeker als zitkamer ge bruikte, en toen hij binnentrad, zat zij in èen schommelstoel, met haar baby op schoot. Op Lee's uitnoodiging tot speleA, be gon het kind te huilen en het schreeuwde voortdurend, terwijl hij het de gebruikelijke complimentjes maakte, en hoorde hoe hot vijftien maanden telde en „Vivian" gedoopt was. „De eenige?" vroeg hij, toen het leven wat bedaarde. „Ja." antwoordde zij. „Mijn klein meisje heb ik verloTen. IIoc aardig van u. om zich' uw belofte nog le herinneren. Ik dacht vast en zeker, dat u het vergeten zoudtI" „Dit was niel mooi van u. Dat hadt li toch hetero moeten welen. Heb ik u dan juist niet getoond, wat voor een soort geheu gen ik bezit?" „Ja, dat is zoo! Ik begrijp nog niet hoe u jnij herkendel" „Nu, u is niet veel veranderd," zei hij. „U zag er toen niet zoo goed uit." „Spreek toch niet zoo dwaas!" Zij hoog zich over baby heen. „Ik kende u, zoodra ik u in hel oog kreeg! U kwam juist uit het huis." „Waar? Hiér uit hel huis?Ging u dan voorbij?" Ilij knikte, 51 grin.nekend. „En ik volgde u in Preston Streel." „Ik zag u in Preston Street. U kwam dien groenfenwinkei binnen; is 't niel?" „Ja; maar eerst moest ik wachten voor een vischwinkel. O, het heeft mij ontzettend veel moeite gekost li te spreken te krijgen, dat kan ik u ,wè! verzekeren. U keek zoo.... Lee was „hang". „Ja?" Instinctmatig keek zij hem aan zooals zij een blanke zou h»bben aangeke-. ken .„Ik wist in 't geheel niet wie u was, ziel u? Ik vond Mijn bewondering ontzettend b'ru- laai, hè? .Wilde u mij, als 't ware, niet weg kijken, toen ik op de bank toetrad? Mijn heer, hoe durft u, wilde u al vragen. Ja, ik weet bet wel," - y (Wordt vervolgd), ;i-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 5