BERICHT.
STADSNIEUWS.
Het voornaam^ nieuws
Van heden.
Opstanding'.
NO. 19667.
ZATERDAG 19 APRSL
Anno 1924
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS OER ADVERTENTIE ITi
80 Ct*. pttr&A. -• Bij rejelabonnement belangrijk legeren priij.
Kleins AdjèiritolSo, uiteluitoml bij vooruitbetaling, Woensdags en
Ziterdags 60 ^Ij een maximum aantal woorden van 80.
Incasso volgeaa jojirecht. Voor eventueele opzending van brieven
®0 Cts. porto te Stalen. Bewijsnummer 5 da.
Ijtr1
Bureau Noordelndsplein Talcfoonnommeri vooi
Directie en Administratie 175 Redactie 1507.
Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54
PRIJS DEZER COUBANTl
Voor Lelden per 8 maanden Z8-8S, pet week ïo.18,
Bullen Lelden, waar agenten gevestigd gijn, per week .0.18,
Franco per post 2.85 3; portokosten.
Dit nummer bestast uit VIER Bladen
EERSTE BLAD.
F
Maandag, Tweedon P'jaschdag, ver
schijnt het „Leidscb Dagli'ad" niet. Onze
hareanx sijn dan den geheelen dag ge
sloten.
DE DIRECTIE.
In den vervolge zullen wij lederen dag
een radio-program opnemen voor den vol
genden dag, te vinden op de derde pagina
yen het hooldblad.
DE DIRECTIE.
Verjaardag van PrinB Hendrik.
Ter gelegenheid van den 48slen verjaar
dag van Prins Hendrik der Nederlanden
wapperden heden vlaggen van de openbare
gehouwen en van eenige woningen.
Vanwege de Leidsche Chr. Oranje-Ver-
eeruging werd aan Z. K. II. het volgende
telegram gezonden:
De Leidsche Christelijke Oranje-Verecni-
jir.g biedt Uw Koninklijke Hoogheid met de
zer. dag haar beste gelukwenschen aan en
bidt u toe, dal God Uw Doorluchtig Huis en
bas Volk tot in lengte van jaren moge spa
ren. Thomas, voorz., Qucsiroo, secr.
drchaeologische lezingen in hel Rijks-
Moseum van Oudheden.
Ra serie arehaeologisehe lezingen in het
Rijks-Museum van Oudheden, alhier, werd
tësloten met een voordracht van prof. Lig-
tenberg, uit Utrecht, over: Byzanlijnsche
kunst".
Spreker ving zijn -«de aan met er op te
Wijzen, dat er veel Byzartijnachc kunst ge
noemd wordt, wat die 1aam niet verdient,
hu zette daarop duidelijk uiteen, wat er,
zijns inziens, onder Byzanlijnsche kunst
irerstaan moet .Tartten. In het bijzonder be-
BDrak spr. de eouwkanst uit den tijd van
Conslantijn tot tustinianus, en toonde aan,
hes weinig edgen,'ijk Byzantijnsch deze is.
Zelfs de Aya Sofia, in Konstentinopel, werd
immers onlworpeu en gebouwd door twee
kleir.-Aziatische architecten en kan dus niet
als een typische vertegenwoordigster dier
kunst gelden'. Men moot bij een bestudee
ring dier kunst dan ook vooral letten op in-
siorden uit het Westen, met name uit Rome
en uil het Oosten; bovendien moet men in
Eanmerldng nemen, dat de kunst in elk der
provincies van het Byzanlijnsche Rijk, o.a.
in Syrië en Egypte, haar eigenaardige ken
merken heeft gehad, die weer afwijkend wa
ren van die in de andere doelen des Rijks,
terwijl daarbij ook weer in liet oog gehou
den moet worden, dat de kunst van de
hoofdsteden dier provincies, als Alexandrië
en Anliochië, weer verschillend was van
die van het achterland dier sleden. Ston
den immers die sleden sterk onder invloed
Van het Hellenisme, in de daarachter gele
gen landstreken werkten de overoude tradi
ties van de kunst, die daar eens bloeide, nog
sterk na. Dit alles moet ons bij de bestu
deering der Byzanlijnsche kunst nog zeer
tot voorzichtigheid manen; een voorzich
tigheid, die wij voorloopig nog in acht moe
ten nemen bij bet bepalen van een of ander
kunstproduct, of het al dan niet „Byzan
tijnsch" is.
De zalen voor Egyptische Kunst in het
Rijksmuseum van Oudheden,
Gistermiddag zijn de nieuwe zalen voor
Egyptische kunst in het Rijks-Museuin van
Oudheden voor het publiek gëopend. Van
deze verzameling bestond reeds een grond
slag in de 17de eeuw, waarvan nog stuk
ken aanwezig zijn. Zij werd uitgebreid door
den aankoop der collecties van de l'Escluze
(1826), Maria Comba (1827) on vooral
d'Anasfasy (1828) (verworven door toedoen
van Humbers de Superville) en de schen
king der mastuba-kapel van Achatheiep-her
in 1902 geschonken door mr. A. E. H. Goe-
koop. Daaromheen hebben zich andere be
langwekkende voorwerpen gegroepeerd die
op uitnemende wijze zijn opgesteld, zoodat
het publiek er gemakkelijk den weg kan
vinden De grijze aeterniel kleur der wan
den doet de kalksteen-monumenten op hun
voordeeligst uitkomen.
Wanneer men de zalen binnentreedt ziet
men recht voor zicli de beelden uit de oud
ste tijden der Egyptische beschaving. Links
vindt men in een zaaltje stukken van bet
Oude Rijk. benevens de mastaba met haar
talrijke voorstellingen op de wanden, die
betrekking hebben op het maatschappelijk
leven dier oude tijden. Verlaat men de mas
taba dan komt men in een zaal, waarin
verscheidene fraaie exemplaren stéles staan
behoorende tot het Middelrijk, benevens
beelden van Egyplische beambten van rood
graniet. Vervolgens komt men aan de stuk
ken, die behooren tot het Middelrijk en later
tijden. Daar treft men aan granieten kapel,
die als onderstel heeft gediend voor een
scliip met een godenbeeld er in.
Bij het raam ziet men enkele beelden
o.a. een dokter (arlsjenverder nog eenige
stéles. Verder gaande treft men een afdee-
ling aan waar de beelden van Maia en
Merit staan, benevens een groep van deze
beide personen. Vervolgens nog het graf
van een architect, benevens reliefs, afkom
stig uit het graf van Har-ma-hep en vier
pilaren en twee beelden.
Eindelijk vindt men in een der gangen
nog twee kasten met kostbare vazen.
Vijftig |aar muzikant.
Donderdag herdachl onzé stadgenoot de
heer P. C. Bik, Oude-Singel 24, den dag,
waarop hij 60 jaar geleden als muzikant
verbonden werd aan het muziekkorps van
de Leidsche schutterij. Toen de schutterij
werd opgeheven, bleef het muziekkorps als
Stedelijk Muziekkorps bestaan. Er werd een
Vcreeniging opgericht onder den naam van
„Vereeniging lol instandhouding van hel
Stedelijk Muziekkorps", die haar middelen
vindt uit contributies- van leden en dona
teurs, terwijl de gemeente een jaarlijksche
subsidie verleent.
De heer Bik bleef bij dien overgang het
korps trouw en dat is hij liet gebleven tot
op dezen dag en onze wakkere muzikant,
die nog speelt tegen den beste, denkt er nog
niet aan het korps te verlaten.
Het sprak als vanzelf, dat de jubilaris op
dien dag zou worden gehuldigd. Zoowel het
bestuur der Vereeniging als zijn kameraden
zouden liet zich als een groot verzuim heb
ben aangerekend, wanneer zij dezen vete
raan niol een blijk hadden gegeven van hun
hoogachting en waardeering.
Op dien morgen van den dag werd don
jubilaris vanwege hot bestuur der Vereeni
ging tot instandhouding van het Stedelijk
Muziekkorps, een bloemenmand thuis ge
zonden.
Doch daarbij bleef het niet. De heer Bik
en echigenoote werden 's' avonds ontvan
gen in de mooie recreatiezaal van het Mili
tair Invalidenhuis, waar zij hartelijk wer
den begroet door het bestuur van de Ver
eeniging en het Muziekkorps zelf, terwijl ook
hel personeel van het Invalidenhuis aanwe
zig was. Zooals men weet, houdt het Stede
lijk Muziekkorps in deze zaal zijn repetities;
er bestaat daardoor een hechte band lus-
schen dit Huis en deze muziek, nog versterkt
door de omstandigheid, dat de commandant
van het Invalidenhuis, lult.-kolonel J. H. v.
Waveren, tegelijk secretaris-penningmeester
van de Vereeniging tot instandhouding van
liet Leidsch Muziekkorps is en de stuw
kracht ervan levens!
Bij het binnenkomen werd de echigenoote
van den jubilaris een bloemstuk aangebo
den en de muziek speelde een opgeweklen
begroetingsmarsch, waarop nog een ander,
uitnemend ingestudeerd nummer volgde, als
wilde het korps er mee doen uitkomen, dat
het, hoe noode men den ouden makker ook
mist, toch bulten hem ook nog wel iets kan
presteeren.
Nadat de muziek liad gezwegen, trad de
voorzitter van de meergenoemde vereeni
ging, de heer J. A. van Hamel, naar voren,
om den jubilaris met dezen dag geluk te
wenschen en meteen te getuigen van de
groote waardeoring, die het bestuur koes
tert voor hetgeen de heer B. in al de ver-
loopen jaren heeft gepresteerd, waarvan de
medaille, hem vanwege de schutterij Inder
tijd verleend, reeds getuigt. Spr. herinnerde
er aan, hoe hij als 17-jarig jongmensch
reeds tot het korps loetrad en onafgebroken
er zijn goede diensten aan bewees, wat uit
het volkomen blank strafregister al eenigs-
zins blijkt. De opvolgende kapelmeesters
hebben daarvan bovendien getuigd. Het fs
een geduchte prestatie een halve eeuw lang
in een muziekkorps te spelen en altijd Irisch
on opgewekt te blijven. Spr. dankte ten
elotte voor de lange en trouwe diensten en
sprak den wensch uil, dat htj nog vete
jaren in staalt zal blijveD dit te doen. Uit
naam van de Vereeniging bood hij den ju
bilaris een enveloppe met inhoud aan.
(Applaus).
De muziek speelde een „Lang zal hij
levenl"
Hierop sprak de kapelmeester, de heer
Joh. C. Geyp, een kort woord van geiuk-
wenscli, prees zeer de opgewektheid, am
bitie, lust en ijver van den jubilaris, waar
mede hij velen jongeren ten voorbeeld was.
Ook het korps had niet achter willen
blijven om den ouden trouwen kameraad
een ttoifelijk blijk van waardeering te
schenken, en alzoo bood hij den jubilaris
oen viertal salonstoelen aan.
Nadat nogmaals een „Lang zaI hij levenl"
werd geblazen, verkreeg de heer C. Boven
kerk, onder-commandant van het Militaire
Invalidenhuis, het woord, die zeide, dat het
Militair Invalidenhuis ook niet wilde ach
terblijven, waar het gold een der oudsten
van het muziekkorps, dat hun zoo meenlg
genotvol uur versohaft, te huldigen. Hij
voegde daarom zijn hartelijke gelukwen-
schen gaarne bij al de anderen, vergezeld
van een klein stoffelijk blijk, terwijl hij
mevrouw Bik een bouquet overhandigde.
De heer C. Dirkse, oud-lid van hel or
kest, die zichzelfe een deserteur noemde,
omdat hij het korps had verlaten, kon
juist, omdat hij heengegaan was, beseffen
met welk een hechten band de leden onder
ling zich verbonden gevoelen. De beoefe
ning der kunst en die der muziek vooral,
kweekt opgewektheid en vroolijklieid, dat
jong doet blijven. Ook al klimmen de jaren,
toch blijft het hart jong. Zoo is hel ook met
kameraad Bik en spr. hoopte, dat dit nog
vele jaren zoo mag blijven.
Hierna kwam eindelijk de jubilaris zeil
aan het woord, om allen hartelijk ie danken
voor wat zij zijn vrouw en hem hadden
aangedaan, waardoor hij zeer getroffen was.
In zijn gedachten ging hij de lange reeks
jaren door, herinnerde zich de opvolgende
kapelmeesters met wien hij,\ altijd op goe
den voet Stond, evenals met zijn makkers.
Het lijkt wel altijd mooi, het maken van
muziek, maar men vergeet daarbij toch zijn
leed en zorg niet. Zoo herinnerde spr. er
aan, dat het korps eens te Haarlem een uit
voering gaf en dat hij toen hij uit Leiden
vertrok, een zijner kinderen ernstig ziek
achter liet. Steeds dacht hij onder het spe
len aan den kleine, en toen hij den volgen
den morgen thuis kwam, was het kind
overleden. Daar stonden trouwens ook vele
aangename herinneringen tegenover en het
zou hem hard vallen, wanneer hij het or
kest zou moeten verlaten. (Luid applaus).
Ook mevrouw Bik dankte nog met een
enkel woord voor de hulde, haar man ge
bracht.
Hierna werden ververscliingen aangebo
den, terwijl de muziek nog eenige nummers
speelde.
3-Octobei-Vereeniging.
De door de 3-October-Vereeniging Don
derdagavond belegde vergadering niet de af
gevaardigden van de Leidsche Zangveree-
nigingen heeft in „De Harmonie" plaats ge
had. Aan de opkomst bleek, dat het plan
veler sympathie had verworven. Nadat de
vergadering door den heer B. de Koning als
voorzitter van Open-Luchlspel-Comniissie en
Optocht met een welkomstwoord was ge
opend, gaf hij het woord aan den heer Leo
J. Mens, die de leiding van het zangkoor
welwillend op zich zal nemen. Na zijn uil-
eenzetting, werd gelegenheid gegeven inlich
tingen te vragen. Na ampele bespreking van
een en ander, was men bet spoedig eens
Het koor zal groot worden goed 200 zan
geressen en zangers; iedere Vereeniging zal
ongeveer recht hebben 25 pQt. van haar
ledental te bestemmen voor de uitvoering;
waarna een surplus zal overblijven, vol
doende voor reserve bij uilvallan of noolige
wijzigingen. Do zangvereenigingen zullen
zooveel mogelijk als deelnemers aanwijzen
de boste krachten, en wel in overleg met
haar resp. directeuren. Een moeilijk pun!,
n.l. op welken avond zou worden gerepe
teerd, werd door welwillende inschikkelijk
heid der zangvereeniging „Zingt den Heer"
opgelost, en bepaald werd, dat de oefe-
nings-avonden zullen worden gehouden op
Dinsdagavond; aangevangen zal worden op
8 Juni tot half Juli, daarna vacanlie lot
half Augustus en in September zal tweemaal
per week worden gerepeteerd. Uitgevoerd
zullen worden zooveel mogelijk oud-Holl.
Historische Muziek, waarop den heer Mens
bereids de hand heeft gelegd.
Vóór 10 Med a s. zullen de deelnemende
zangvereenigingen alle hebben op te
geven aan den secretaris der 3-Oclober-Ver-
eeniging de volledige lijst met namen hun
ner deelnemende zangerB, alsook stem ver
deeling. Voorts zal uit de zangers een kleine
commissie worden gevormd, voor bijstand
als anderszins.
Nadrukkelijk werd er voorts nog op ge-
BINNENLAND.
Ingediend zijn wetsontwerpen tot wijzi-
ging van de Faillissemenlswet.
Voorbereiding van een herziening van
het militair strafprocesrecht.
Nog geen direct resultaat op de bespre
kingen inzake het Twentsche conflict.
Collectieve arbeidsovereenkomst in de
dakpannen-industrie.
Moties van de soc.-dem. Vrouwenclubs.
Loden van het Verbond van Actnalisten
hebben een vergadering van anti-militaristen
te Amsterdam verstoord.
BUITENLAND.
Een nienw besluit der Commissie van
Herstel over de deskundigen-rapporten.
Blijvende berichten over een naderende
conferentie der geallieerden.
De Amerikaan scha immigratie-wet.
wezen, dal de zangers en zangeressen bun
medewerking hebben te verleenen voor het
koor in de kerk en hel open-luchtspel (twee
opvoeringen), terwijl een groot deel hunner
in kostuum zal moeien worden gesloken. De
voorzitter legde hierop met klem den na
druk en riep ook volte medewerking in voor
deelneming aan den optocht, opdat ook dat
deel van de feestviering ruime medewerking
moge hebben.
Gelet op de animo, die ler vergadering
aanwezig was, en gezien de wijze, waarop
de onderneming wonlt aangepakt, gelooven
wij, dat het te vormen 3-October-koor flink
zal voor den dag komen en een succes zal
worden.
Bij het bestuur der 3 October-Vereeniglng
is bericht ingekomen, dat Z. K. H. Prins
Hendrik voornemens is II. M. de Koningin
bij het toegezegde bezoek op 3 October aan
Leiden ie vergezellen.
Het Meiieest te Leiden.
Men meldt ons:
Er begint thans teekening te komen in de
plannen der S. D. A. P. alhier voor de
1-Mei-viering. Nadat de gecombineerde be-
slurenvcrgadering de voorloopige plannen
van het Mei-comité had goedgekeurd, heeft
het comité do uitvoering met kracht aange
pakt.
Het is ook noodig, dat hard gewerkt wordt
want in de weinige dagen, die ons nog van
den 1-Mci-dag scheiden, moei alles voor
elkaar komen
En wat het comité zich voorstelt, is niet
zoo heel gering.
't Mag en za' zeker niet minder zijn daq
ons vorig Meifeest. Natuurlijk vertelt het co
mité nu nog niet altc bijzonderheden. Dat
komt nog wel in de laatste week.
Voorloopig wenscht het comité te vol
staan met een schematisch overzicht der
feestplannen.
Onze dag wordt ingeluid met het feest
der kleintjes. Na de daarmede verleden jaar
(Een Paasahvertclling).
„Ik geloof aan geea opstanding
Het was zomer, toen z«j dit zeide. De
bemel wa-« diep-blauw en overal straalden
de rozen haar zachte geuren uit.
Haar rood© lipp-m waren roodcr dan do
•zon en haar heerlijk© blauwe oogen nog
dieper van kleur dan de azuren hemel.
,.ïk geloof aan go«-n opstandingzeide
j. „Ik wil tijdens mijn leven genieten zoo
tong ik kan en zoo veel mogelijk. Après
ous lc déluge. Vie altijd maar voer later
")rgt, is een dwAü3."
Toen zij ^ag koe zijn voorhoofd zich rim
pelde, drukke zij zich vaster tegen hem
Aar.
Jij bent ook oen dwaas, maar toch boud
k van jo Kom, wpj?s dons lief geef me een
tus. "Wie weet ho-fc kort wc elkander maar
tobben."
En de herfst kwam.
Herstdradeai zweefden door de luobfc en
rood-bruine Waren vielen dwarrelend
taar don grond.
„Nu gaat al de pracht weer voorbij 1"
'ttógde zij. Nog eenmaal straalt alles In
'oden en gouden gloed, heerlijker nog
n te voren en dan moet het verdwijnen,
T dat schoon."
vHct gaat niet verloren", zeide hij.
d© natuur gaat er verloTen. De
L5Ö die hier vallen, beschermen
"er ae jong^ levenskiemen, welke in den
i Vr.A i* aar3e uitbottenzij geven
aai iff i tlJ er in over- Ook gij
vr_ .r *n andere gedaante cp."
antwoordde zij; „ik geloof daar
ac" Wat dood '18, blijft, dood. "VTat
le
voorbij ls, is voorbij. God behoede ons er
voor, dat het ooit terugkomt. Jij bent een
geloovige," spotte zij; ,,je gelooft aan een
eeuwig leven, aan eeuwige liefde."
,,Ik geloof aan alles, wat mooii is," ver
dedigde hij zich. „Kan jij een sprookje ge
looven V1
,,Je bent een droomcr, een fantast!"
zeide ze. „En je verveelt mei"
,,Ik geloof het ookl" antwoordde hy
kalm. Hij werd niet ongeduldig, alloen veel
stiller en sprak nog minder.
Novemberstormen woedden boven het
land. Zij was moede en zenuwachtig.
„Wij passen niet bij elkaar", zeide zij
je plaagt me altijd, jo bent onuitstaan
baar. Ik ben een kind van de wereld, jij
bent een buiten de samenleving staand©
droomer. Het ls beter, als wij elkander niet
meer spreken."
Toen heeft zij gezegd:
„Ik heb je liefgehad, maar mijn liefde
is verdwenen, zij is gestorven. Ik zal me
nu veel vroolijker voelen, en Jij ook, ge
loof me! Waarom zouden wij elkander
kwellen 1"
"Vaarwel 1"
En daarna ia bij weggega-an.
Net alsof het zoo hoorde, zonder ief-g te
vragen, zonder ergens over te klagen.
Zij was vroolijk en dankbaar, dat hij haar
het afscheid aoo gemakkelijk had gemaakt.
Toen was de winter gekomen met sneeuw
en ijs, er waren overal bals en partijen
geweest.
Zij ging van het eene feest naar het an
dere. Zij danste, zij lachte er. gonoot van
het volle, woelige leven. Zij lacht© blij
op en haar hart deed haar daarbij geen
pijn.
Haar barb deed haar nooit pijn, zelfs
niet 's nachts, ah overal een diep© stilte
heersohto.
Alleen voelde zij een innerlijke leegte,
oen doodsdbe stilte, zoadat zij vaak ver
langde smart t© gevoelen, pijn te lijdeo,
verlangd© na-ar een ziel ebrand, welke haar
harfc zou verteren.
Maar alles bleef koud, heal stol la haar,
on de juichende vastanavondemuadek over
stemde allen twijfel, all© vragen.
En toen begon de vloed van genot min
der te worden.
De zonnestralen deden de sneeuw smel
ten; overal zag men in de blanke, aneeuw-
bedekt© velden donkerder plekkeen ontetaan
en de aard© slorpte gretig al het voohtige
sneeuwnat op.
Alle takken werden bezet met glanzende
knoppen on rij reikten, zwellend van geluk
en voorj a ars verlangen, ten hemel.
Zij bad boodschappen gedaan en liep arg-
loos door de straten der stad, genoot van
de warme stralen der voorjaarszon en
ademde met voll© t©yg«n de heerlijke, fris-
eohe voorjaarslucht in.
Op alle pleinen en hoeken van straten
stonden bloemenhandelaars. Een schat van
witte, roode, gel© en blauwe bloemen lag
hoog opgestapeld in hun manden.
„Paa/schbloemen, juffrouw? E©n mooie
Paasohbouquet
Het was haar, alsof de ruwe, harde «tem
men der bloemen venters helderder ©n vroo-
lijker klonken dan andera.
Vlug kocht zij een grooten bos wilgekat
jes en een bouquet narcissen On welrieken
de viooltjes.
Het zag er aoo ©dhfc lenteachtig uit alles.
Zij liep gedachteloos verder en keek naar
de bloemen, welke zij in baar hand droeg.
Thuisgekomen zou zij ze in een vaas zet
ten en zien hoe die heerlijke bloemen weer
gingen verwelken. Als zij nu ma-ar iémand
tegenkwamiemand, van wien zij hield,
om hem ©en zonnigen Paasehgroet te bren
gen.
Iemand? Wie »u dat wel zijn?
Hij had altijd voel van bloemen gehou
den, vooral van viooltjes. Zoo blij als een
kSnd wal hij, wanneer zij hem bloemen
bracht.
Maar wat was datt
De heer, die daar op haar toestopte»,
was dat niet...?
Zij kendie hem aan rijn gang! Maar zij
kon haar eigen oogen niet golooven, tot
dat hij vlak voor haar stond on groette.
Haar hart klopt© hooihaar.
Daar etond hij met zijn ernstig voor-
hoofd, zijn goedigon, maar vastberaden
mond, zijn heldere, diepe oogen. Haar blik
zocht het litteeken boven zijn linkeroog,
waar zij hem zoo vaak had gekust.
Sneller nog dan zooeren klopte haar
hart. Hij vroeg haar hoe zij den winter had
doorgebracht, vroeg naar wedsrzijdsdhe
bekenden ©n verstrooid, totaal in de war
antwoordde rij bijzonder kort op al rijn vra
gen.
Ten slotte zwegen rij allebei en liepen
zonder een woord t© spreken naast elkan
der voort. Zij verlieten d© nauwe straten
rij kwamen buiten. Zij snoven de frissche
buitenlucht en de sterk© geuren der aarde
In. Boven in d© nog kale boomen schetter
den de musschen. Zij bon niot geregeld meer
d©nkeu.
Zij zoog als het ware d© schoonheid vaa
'den voorjaarsdag in rich op.
Een zalig gevoel, maakte zich van naar
meester; zij was niet meer alleen, behoef-
do niet meer alleen te genieten.
Toen ontwaakt© zij uit haar droomerijen.
„Wat heb jij daar een moaie bloemen 1"
had hij gezegd.
Zij hield de bloemen voor hem.
„Jij moogt ze hebben."
En voor de eerste maal keek rij hem
weer eens vlak in do oogen.
Een blos gleed over zijn matbleek ge
laat, toen hij d© bloemen aannam. Een
lachje speelde om zijn lippen, dat lachje,
waarvan zij zooweel had gehouden.
Daarop zwegen zijDwcer.
„Is dat niet mooi?" vroeg hij en rijn
blik weidde over het land en langs het
blauwe firmament.
Zij schudde baar hoofd.
„Neon," zeide zc zachtjes, „op zichzelf
beschouwd is het heelemaal niet mooi
„Niet mooi?"
Bijna verschrikt boog hij rich over baar
been. Zij keek hem echter vlak in zijn
oogen.
„Neen, het is slechts mooi, omdat jij er
bij bent!"
En hij schreeuwde het bijna uit
„Is dat zoo? Is je dat ernst?"
Tranen welden in baar oogen, maar toch
lachte ze cn zeide:
„Geloof je, dat onze doode liefde weer
kan opstaan?"
Half bevreesd, half gelukkig, klonk het
over zijn bevende lippen:
„Opgestaan tot een nieuw leven?"
Zt'i knikte en haar oógen worden vocTiHg.
„Tot een eeuwig leven!" fluisterde zü-