BERICHT. STADSNIEUWS. Het voornaam^ nieuws Van heden. Opstanding'. NO. 19667. ZATERDAG 19 APRSL Anno 1924 LEIDSCH DAGBLAD PRIJS OER ADVERTENTIE ITi 80 Ct*. pttr&A. -• Bij rejelabonnement belangrijk legeren priij. Kleins AdjèiritolSo, uiteluitoml bij vooruitbetaling, Woensdags en Ziterdags 60 ^Ij een maximum aantal woorden van 80. Incasso volgeaa jojirecht. Voor eventueele opzending van brieven ®0 Cts. porto te Stalen. Bewijsnummer 5 da. Ijtr1 Bureau Noordelndsplein Talcfoonnommeri vooi Directie en Administratie 175 Redactie 1507. Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54 PRIJS DEZER COUBANTl Voor Lelden per 8 maanden Z8-8S, pet week ïo.18, Bullen Lelden, waar agenten gevestigd gijn, per week .0.18, Franco per post 2.85 3; portokosten. Dit nummer bestast uit VIER Bladen EERSTE BLAD. F Maandag, Tweedon P'jaschdag, ver schijnt het „Leidscb Dagli'ad" niet. Onze hareanx sijn dan den geheelen dag ge sloten. DE DIRECTIE. In den vervolge zullen wij lederen dag een radio-program opnemen voor den vol genden dag, te vinden op de derde pagina yen het hooldblad. DE DIRECTIE. Verjaardag van PrinB Hendrik. Ter gelegenheid van den 48slen verjaar dag van Prins Hendrik der Nederlanden wapperden heden vlaggen van de openbare gehouwen en van eenige woningen. Vanwege de Leidsche Chr. Oranje-Ver- eeruging werd aan Z. K. II. het volgende telegram gezonden: De Leidsche Christelijke Oranje-Verecni- jir.g biedt Uw Koninklijke Hoogheid met de zer. dag haar beste gelukwenschen aan en bidt u toe, dal God Uw Doorluchtig Huis en bas Volk tot in lengte van jaren moge spa ren. Thomas, voorz., Qucsiroo, secr. drchaeologische lezingen in hel Rijks- Moseum van Oudheden. Ra serie arehaeologisehe lezingen in het Rijks-Museum van Oudheden, alhier, werd tësloten met een voordracht van prof. Lig- tenberg, uit Utrecht, over: Byzanlijnsche kunst". Spreker ving zijn -«de aan met er op te Wijzen, dat er veel Byzartijnachc kunst ge noemd wordt, wat die 1aam niet verdient, hu zette daarop duidelijk uiteen, wat er, zijns inziens, onder Byzanlijnsche kunst irerstaan moet .Tartten. In het bijzonder be- BDrak spr. de eouwkanst uit den tijd van Conslantijn tot tustinianus, en toonde aan, hes weinig edgen,'ijk Byzantijnsch deze is. Zelfs de Aya Sofia, in Konstentinopel, werd immers onlworpeu en gebouwd door twee kleir.-Aziatische architecten en kan dus niet als een typische vertegenwoordigster dier kunst gelden'. Men moot bij een bestudee ring dier kunst dan ook vooral letten op in- siorden uit het Westen, met name uit Rome en uil het Oosten; bovendien moet men in Eanmerldng nemen, dat de kunst in elk der provincies van het Byzanlijnsche Rijk, o.a. in Syrië en Egypte, haar eigenaardige ken merken heeft gehad, die weer afwijkend wa ren van die in de andere doelen des Rijks, terwijl daarbij ook weer in liet oog gehou den moet worden, dat de kunst van de hoofdsteden dier provincies, als Alexandrië en Anliochië, weer verschillend was van die van het achterland dier sleden. Ston den immers die sleden sterk onder invloed Van het Hellenisme, in de daarachter gele gen landstreken werkten de overoude tradi ties van de kunst, die daar eens bloeide, nog sterk na. Dit alles moet ons bij de bestu deering der Byzanlijnsche kunst nog zeer tot voorzichtigheid manen; een voorzich tigheid, die wij voorloopig nog in acht moe ten nemen bij bet bepalen van een of ander kunstproduct, of het al dan niet „Byzan tijnsch" is. De zalen voor Egyptische Kunst in het Rijksmuseum van Oudheden, Gistermiddag zijn de nieuwe zalen voor Egyptische kunst in het Rijks-Museuin van Oudheden voor het publiek gëopend. Van deze verzameling bestond reeds een grond slag in de 17de eeuw, waarvan nog stuk ken aanwezig zijn. Zij werd uitgebreid door den aankoop der collecties van de l'Escluze (1826), Maria Comba (1827) on vooral d'Anasfasy (1828) (verworven door toedoen van Humbers de Superville) en de schen king der mastuba-kapel van Achatheiep-her in 1902 geschonken door mr. A. E. H. Goe- koop. Daaromheen hebben zich andere be langwekkende voorwerpen gegroepeerd die op uitnemende wijze zijn opgesteld, zoodat het publiek er gemakkelijk den weg kan vinden De grijze aeterniel kleur der wan den doet de kalksteen-monumenten op hun voordeeligst uitkomen. Wanneer men de zalen binnentreedt ziet men recht voor zicli de beelden uit de oud ste tijden der Egyptische beschaving. Links vindt men in een zaaltje stukken van bet Oude Rijk. benevens de mastaba met haar talrijke voorstellingen op de wanden, die betrekking hebben op het maatschappelijk leven dier oude tijden. Verlaat men de mas taba dan komt men in een zaal, waarin verscheidene fraaie exemplaren stéles staan behoorende tot het Middelrijk, benevens beelden van Egyplische beambten van rood graniet. Vervolgens komt men aan de stuk ken, die behooren tot het Middelrijk en later tijden. Daar treft men aan granieten kapel, die als onderstel heeft gediend voor een scliip met een godenbeeld er in. Bij het raam ziet men enkele beelden o.a. een dokter (arlsjenverder nog eenige stéles. Verder gaande treft men een afdee- ling aan waar de beelden van Maia en Merit staan, benevens een groep van deze beide personen. Vervolgens nog het graf van een architect, benevens reliefs, afkom stig uit het graf van Har-ma-hep en vier pilaren en twee beelden. Eindelijk vindt men in een der gangen nog twee kasten met kostbare vazen. Vijftig |aar muzikant. Donderdag herdachl onzé stadgenoot de heer P. C. Bik, Oude-Singel 24, den dag, waarop hij 60 jaar geleden als muzikant verbonden werd aan het muziekkorps van de Leidsche schutterij. Toen de schutterij werd opgeheven, bleef het muziekkorps als Stedelijk Muziekkorps bestaan. Er werd een Vcreeniging opgericht onder den naam van „Vereeniging lol instandhouding van hel Stedelijk Muziekkorps", die haar middelen vindt uit contributies- van leden en dona teurs, terwijl de gemeente een jaarlijksche subsidie verleent. De heer Bik bleef bij dien overgang het korps trouw en dat is hij liet gebleven tot op dezen dag en onze wakkere muzikant, die nog speelt tegen den beste, denkt er nog niet aan het korps te verlaten. Het sprak als vanzelf, dat de jubilaris op dien dag zou worden gehuldigd. Zoowel het bestuur der Vereeniging als zijn kameraden zouden liet zich als een groot verzuim heb ben aangerekend, wanneer zij dezen vete raan niol een blijk hadden gegeven van hun hoogachting en waardeering. Op dien morgen van den dag werd don jubilaris vanwege hot bestuur der Vereeni ging tot instandhouding van het Stedelijk Muziekkorps, een bloemenmand thuis ge zonden. Doch daarbij bleef het niet. De heer Bik en echigenoote werden 's' avonds ontvan gen in de mooie recreatiezaal van het Mili tair Invalidenhuis, waar zij hartelijk wer den begroet door het bestuur van de Ver eeniging en het Muziekkorps zelf, terwijl ook hel personeel van het Invalidenhuis aanwe zig was. Zooals men weet, houdt het Stede lijk Muziekkorps in deze zaal zijn repetities; er bestaat daardoor een hechte band lus- schen dit Huis en deze muziek, nog versterkt door de omstandigheid, dat de commandant van het Invalidenhuis, lult.-kolonel J. H. v. Waveren, tegelijk secretaris-penningmeester van de Vereeniging tot instandhouding van liet Leidsch Muziekkorps is en de stuw kracht ervan levens! Bij het binnenkomen werd de echigenoote van den jubilaris een bloemstuk aangebo den en de muziek speelde een opgeweklen begroetingsmarsch, waarop nog een ander, uitnemend ingestudeerd nummer volgde, als wilde het korps er mee doen uitkomen, dat het, hoe noode men den ouden makker ook mist, toch bulten hem ook nog wel iets kan presteeren. Nadat de muziek liad gezwegen, trad de voorzitter van de meergenoemde vereeni ging, de heer J. A. van Hamel, naar voren, om den jubilaris met dezen dag geluk te wenschen en meteen te getuigen van de groote waardeoring, die het bestuur koes tert voor hetgeen de heer B. in al de ver- loopen jaren heeft gepresteerd, waarvan de medaille, hem vanwege de schutterij Inder tijd verleend, reeds getuigt. Spr. herinnerde er aan, hoe hij als 17-jarig jongmensch reeds tot het korps loetrad en onafgebroken er zijn goede diensten aan bewees, wat uit het volkomen blank strafregister al eenigs- zins blijkt. De opvolgende kapelmeesters hebben daarvan bovendien getuigd. Het fs een geduchte prestatie een halve eeuw lang in een muziekkorps te spelen en altijd Irisch on opgewekt te blijven. Spr. dankte ten elotte voor de lange en trouwe diensten en sprak den wensch uil, dat htj nog vete jaren in staalt zal blijveD dit te doen. Uit naam van de Vereeniging bood hij den ju bilaris een enveloppe met inhoud aan. (Applaus). De muziek speelde een „Lang zal hij levenl" Hierop sprak de kapelmeester, de heer Joh. C. Geyp, een kort woord van geiuk- wenscli, prees zeer de opgewektheid, am bitie, lust en ijver van den jubilaris, waar mede hij velen jongeren ten voorbeeld was. Ook het korps had niet achter willen blijven om den ouden trouwen kameraad een ttoifelijk blijk van waardeering te schenken, en alzoo bood hij den jubilaris oen viertal salonstoelen aan. Nadat nogmaals een „Lang zaI hij levenl" werd geblazen, verkreeg de heer C. Boven kerk, onder-commandant van het Militaire Invalidenhuis, het woord, die zeide, dat het Militair Invalidenhuis ook niet wilde ach terblijven, waar het gold een der oudsten van het muziekkorps, dat hun zoo meenlg genotvol uur versohaft, te huldigen. Hij voegde daarom zijn hartelijke gelukwen- schen gaarne bij al de anderen, vergezeld van een klein stoffelijk blijk, terwijl hij mevrouw Bik een bouquet overhandigde. De heer C. Dirkse, oud-lid van hel or kest, die zichzelfe een deserteur noemde, omdat hij het korps had verlaten, kon juist, omdat hij heengegaan was, beseffen met welk een hechten band de leden onder ling zich verbonden gevoelen. De beoefe ning der kunst en die der muziek vooral, kweekt opgewektheid en vroolijklieid, dat jong doet blijven. Ook al klimmen de jaren, toch blijft het hart jong. Zoo is hel ook met kameraad Bik en spr. hoopte, dat dit nog vele jaren zoo mag blijven. Hierna kwam eindelijk de jubilaris zeil aan het woord, om allen hartelijk ie danken voor wat zij zijn vrouw en hem hadden aangedaan, waardoor hij zeer getroffen was. In zijn gedachten ging hij de lange reeks jaren door, herinnerde zich de opvolgende kapelmeesters met wien hij,\ altijd op goe den voet Stond, evenals met zijn makkers. Het lijkt wel altijd mooi, het maken van muziek, maar men vergeet daarbij toch zijn leed en zorg niet. Zoo herinnerde spr. er aan, dat het korps eens te Haarlem een uit voering gaf en dat hij toen hij uit Leiden vertrok, een zijner kinderen ernstig ziek achter liet. Steeds dacht hij onder het spe len aan den kleine, en toen hij den volgen den morgen thuis kwam, was het kind overleden. Daar stonden trouwens ook vele aangename herinneringen tegenover en het zou hem hard vallen, wanneer hij het or kest zou moeten verlaten. (Luid applaus). Ook mevrouw Bik dankte nog met een enkel woord voor de hulde, haar man ge bracht. Hierna werden ververscliingen aangebo den, terwijl de muziek nog eenige nummers speelde. 3-Octobei-Vereeniging. De door de 3-October-Vereeniging Don derdagavond belegde vergadering niet de af gevaardigden van de Leidsche Zangveree- nigingen heeft in „De Harmonie" plaats ge had. Aan de opkomst bleek, dat het plan veler sympathie had verworven. Nadat de vergadering door den heer B. de Koning als voorzitter van Open-Luchlspel-Comniissie en Optocht met een welkomstwoord was ge opend, gaf hij het woord aan den heer Leo J. Mens, die de leiding van het zangkoor welwillend op zich zal nemen. Na zijn uil- eenzetting, werd gelegenheid gegeven inlich tingen te vragen. Na ampele bespreking van een en ander, was men bet spoedig eens Het koor zal groot worden goed 200 zan geressen en zangers; iedere Vereeniging zal ongeveer recht hebben 25 pQt. van haar ledental te bestemmen voor de uitvoering; waarna een surplus zal overblijven, vol doende voor reserve bij uilvallan of noolige wijzigingen. Do zangvereenigingen zullen zooveel mogelijk als deelnemers aanwijzen de boste krachten, en wel in overleg met haar resp. directeuren. Een moeilijk pun!, n.l. op welken avond zou worden gerepe teerd, werd door welwillende inschikkelijk heid der zangvereeniging „Zingt den Heer" opgelost, en bepaald werd, dat de oefe- nings-avonden zullen worden gehouden op Dinsdagavond; aangevangen zal worden op 8 Juni tot half Juli, daarna vacanlie lot half Augustus en in September zal tweemaal per week worden gerepeteerd. Uitgevoerd zullen worden zooveel mogelijk oud-Holl. Historische Muziek, waarop den heer Mens bereids de hand heeft gelegd. Vóór 10 Med a s. zullen de deelnemende zangvereenigingen alle hebben op te geven aan den secretaris der 3-Oclober-Ver- eeniging de volledige lijst met namen hun ner deelnemende zangerB, alsook stem ver deeling. Voorts zal uit de zangers een kleine commissie worden gevormd, voor bijstand als anderszins. Nadrukkelijk werd er voorts nog op ge- BINNENLAND. Ingediend zijn wetsontwerpen tot wijzi- ging van de Faillissemenlswet. Voorbereiding van een herziening van het militair strafprocesrecht. Nog geen direct resultaat op de bespre kingen inzake het Twentsche conflict. Collectieve arbeidsovereenkomst in de dakpannen-industrie. Moties van de soc.-dem. Vrouwenclubs. Loden van het Verbond van Actnalisten hebben een vergadering van anti-militaristen te Amsterdam verstoord. BUITENLAND. Een nienw besluit der Commissie van Herstel over de deskundigen-rapporten. Blijvende berichten over een naderende conferentie der geallieerden. De Amerikaan scha immigratie-wet. wezen, dal de zangers en zangeressen bun medewerking hebben te verleenen voor het koor in de kerk en hel open-luchtspel (twee opvoeringen), terwijl een groot deel hunner in kostuum zal moeien worden gesloken. De voorzitter legde hierop met klem den na druk en riep ook volte medewerking in voor deelneming aan den optocht, opdat ook dat deel van de feestviering ruime medewerking moge hebben. Gelet op de animo, die ler vergadering aanwezig was, en gezien de wijze, waarop de onderneming wonlt aangepakt, gelooven wij, dat het te vormen 3-October-koor flink zal voor den dag komen en een succes zal worden. Bij het bestuur der 3 October-Vereeniglng is bericht ingekomen, dat Z. K. H. Prins Hendrik voornemens is II. M. de Koningin bij het toegezegde bezoek op 3 October aan Leiden ie vergezellen. Het Meiieest te Leiden. Men meldt ons: Er begint thans teekening te komen in de plannen der S. D. A. P. alhier voor de 1-Mei-viering. Nadat de gecombineerde be- slurenvcrgadering de voorloopige plannen van het Mei-comité had goedgekeurd, heeft het comité do uitvoering met kracht aange pakt. Het is ook noodig, dat hard gewerkt wordt want in de weinige dagen, die ons nog van den 1-Mci-dag scheiden, moei alles voor elkaar komen En wat het comité zich voorstelt, is niet zoo heel gering. 't Mag en za' zeker niet minder zijn daq ons vorig Meifeest. Natuurlijk vertelt het co mité nu nog niet altc bijzonderheden. Dat komt nog wel in de laatste week. Voorloopig wenscht het comité te vol staan met een schematisch overzicht der feestplannen. Onze dag wordt ingeluid met het feest der kleintjes. Na de daarmede verleden jaar (Een Paasahvertclling). „Ik geloof aan geea opstanding Het was zomer, toen z«j dit zeide. De bemel wa-« diep-blauw en overal straalden de rozen haar zachte geuren uit. Haar rood© lipp-m waren roodcr dan do •zon en haar heerlijk© blauwe oogen nog dieper van kleur dan de azuren hemel. ,.ïk geloof aan go«-n opstandingzeide j. „Ik wil tijdens mijn leven genieten zoo tong ik kan en zoo veel mogelijk. Après ous lc déluge. Vie altijd maar voer later ")rgt, is een dwAü3." Toen zij ^ag koe zijn voorhoofd zich rim pelde, drukke zij zich vaster tegen hem Aar. Jij bent ook oen dwaas, maar toch boud k van jo Kom, wpj?s dons lief geef me een tus. "Wie weet ho-fc kort wc elkander maar tobben." En de herfst kwam. Herstdradeai zweefden door de luobfc en rood-bruine Waren vielen dwarrelend taar don grond. „Nu gaat al de pracht weer voorbij 1" 'ttógde zij. Nog eenmaal straalt alles In 'oden en gouden gloed, heerlijker nog n te voren en dan moet het verdwijnen, T dat schoon." vHct gaat niet verloren", zeide hij. d© natuur gaat er verloTen. De L5Ö die hier vallen, beschermen "er ae jong^ levenskiemen, welke in den i Vr.A i* aar3e uitbottenzij geven aai iff i tlJ er in over- Ook gij vr_ .r *n andere gedaante cp." antwoordde zij; „ik geloof daar ac" Wat dood '18, blijft, dood. "VTat le voorbij ls, is voorbij. God behoede ons er voor, dat het ooit terugkomt. Jij bent een geloovige," spotte zij; ,,je gelooft aan een eeuwig leven, aan eeuwige liefde." ,,Ik geloof aan alles, wat mooii is," ver dedigde hij zich. „Kan jij een sprookje ge looven V1 ,,Je bent een droomcr, een fantast!" zeide ze. „En je verveelt mei" ,,Ik geloof het ookl" antwoordde hy kalm. Hij werd niet ongeduldig, alloen veel stiller en sprak nog minder. Novemberstormen woedden boven het land. Zij was moede en zenuwachtig. „Wij passen niet bij elkaar", zeide zij je plaagt me altijd, jo bent onuitstaan baar. Ik ben een kind van de wereld, jij bent een buiten de samenleving staand© droomer. Het ls beter, als wij elkander niet meer spreken." Toen heeft zij gezegd: „Ik heb je liefgehad, maar mijn liefde is verdwenen, zij is gestorven. Ik zal me nu veel vroolijker voelen, en Jij ook, ge loof me! Waarom zouden wij elkander kwellen 1" "Vaarwel 1" En daarna ia bij weggega-an. Net alsof het zoo hoorde, zonder ief-g te vragen, zonder ergens over te klagen. Zij was vroolijk en dankbaar, dat hij haar het afscheid aoo gemakkelijk had gemaakt. Toen was de winter gekomen met sneeuw en ijs, er waren overal bals en partijen geweest. Zij ging van het eene feest naar het an dere. Zij danste, zij lachte er. gonoot van het volle, woelige leven. Zij lacht© blij op en haar hart deed haar daarbij geen pijn. Haar barb deed haar nooit pijn, zelfs niet 's nachts, ah overal een diep© stilte heersohto. Alleen voelde zij een innerlijke leegte, oen doodsdbe stilte, zoadat zij vaak ver langde smart t© gevoelen, pijn te lijdeo, verlangd© na-ar een ziel ebrand, welke haar harfc zou verteren. Maar alles bleef koud, heal stol la haar, on de juichende vastanavondemuadek over stemde allen twijfel, all© vragen. En toen begon de vloed van genot min der te worden. De zonnestralen deden de sneeuw smel ten; overal zag men in de blanke, aneeuw- bedekt© velden donkerder plekkeen ontetaan en de aard© slorpte gretig al het voohtige sneeuwnat op. Alle takken werden bezet met glanzende knoppen on rij reikten, zwellend van geluk en voorj a ars verlangen, ten hemel. Zij bad boodschappen gedaan en liep arg- loos door de straten der stad, genoot van de warme stralen der voorjaarszon en ademde met voll© t©yg«n de heerlijke, fris- eohe voorjaarslucht in. Op alle pleinen en hoeken van straten stonden bloemenhandelaars. Een schat van witte, roode, gel© en blauwe bloemen lag hoog opgestapeld in hun manden. „Paa/schbloemen, juffrouw? E©n mooie Paasohbouquet Het was haar, alsof de ruwe, harde «tem men der bloemen venters helderder ©n vroo- lijker klonken dan andera. Vlug kocht zij een grooten bos wilgekat jes en een bouquet narcissen On welrieken de viooltjes. Het zag er aoo ©dhfc lenteachtig uit alles. Zij liep gedachteloos verder en keek naar de bloemen, welke zij in baar hand droeg. Thuisgekomen zou zij ze in een vaas zet ten en zien hoe die heerlijke bloemen weer gingen verwelken. Als zij nu ma-ar iémand tegenkwamiemand, van wien zij hield, om hem ©en zonnigen Paasehgroet te bren gen. Iemand? Wie »u dat wel zijn? Hij had altijd voel van bloemen gehou den, vooral van viooltjes. Zoo blij als een kSnd wal hij, wanneer zij hem bloemen bracht. Maar wat was datt De heer, die daar op haar toestopte», was dat niet...? Zij kendie hem aan rijn gang! Maar zij kon haar eigen oogen niet golooven, tot dat hij vlak voor haar stond on groette. Haar hart klopt© hooihaar. Daar etond hij met zijn ernstig voor- hoofd, zijn goedigon, maar vastberaden mond, zijn heldere, diepe oogen. Haar blik zocht het litteeken boven zijn linkeroog, waar zij hem zoo vaak had gekust. Sneller nog dan zooeren klopte haar hart. Hij vroeg haar hoe zij den winter had doorgebracht, vroeg naar wedsrzijdsdhe bekenden ©n verstrooid, totaal in de war antwoordde rij bijzonder kort op al rijn vra gen. Ten slotte zwegen rij allebei en liepen zonder een woord t© spreken naast elkan der voort. Zij verlieten d© nauwe straten rij kwamen buiten. Zij snoven de frissche buitenlucht en de sterk© geuren der aarde In. Boven in d© nog kale boomen schetter den de musschen. Zij bon niot geregeld meer d©nkeu. Zij zoog als het ware d© schoonheid vaa 'den voorjaarsdag in rich op. Een zalig gevoel, maakte zich van naar meester; zij was niet meer alleen, behoef- do niet meer alleen te genieten. Toen ontwaakt© zij uit haar droomerijen. „Wat heb jij daar een moaie bloemen 1" had hij gezegd. Zij hield de bloemen voor hem. „Jij moogt ze hebben." En voor de eerste maal keek rij hem weer eens vlak in do oogen. Een blos gleed over zijn matbleek ge laat, toen hij d© bloemen aannam. Een lachje speelde om zijn lippen, dat lachje, waarvan zij zooweel had gehouden. Daarop zwegen zijDwcer. „Is dat niet mooi?" vroeg hij en rijn blik weidde over het land en langs het blauwe firmament. Zij schudde baar hoofd. „Neon," zeide zc zachtjes, „op zichzelf beschouwd is het heelemaal niet mooi „Niet mooi?" Bijna verschrikt boog hij rich over baar been. Zij keek hem echter vlak in zijn oogen. „Neen, het is slechts mooi, omdat jij er bij bent!" En hij schreeuwde het bijna uit „Is dat zoo? Is je dat ernst?" Tranen welden in baar oogen, maar toch lachte ze cn zeide: „Geloof je, dat onze doode liefde weer kan opstaan?" Half bevreesd, half gelukkig, klonk het over zijn bevende lippen: „Opgestaan tot een nieuw leven?" Zt'i knikte en haar oógen worden vocTiHg. „Tot een eeuwig leven!" fluisterde zü-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1924 | | pagina 1