J. VAN DER STOK
KOPEREN ROOKTAFELS
No. 19620.
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 23 Februari.
Tweede Blad. Anno 1924,
tliete tieyer dan een pij
fr-. TWEEDE KAMER.
UIT ONZE STAATSMACHINE.
Groote keuze in Prima
GEMENGD NIEUWS.
HAAGSCHE SCHETSEN.
RECLAME.
SOfO
(Vervolg van gisteren).
De Minister van Financiën, de heer
jOOLIJN betoogt dat een vergelijking van
ons land met andere landen vaak ten na-
ideeüe van ons land uitvalt. Spr. wijst op
'de kosten van het onderwijs die hier zeer
hoog zijn. Opvoering van de belastingen
maakt -de ontduiking steeds grooter. Men
etaat er verstomd van hoeveel er bier ge
tracht wordt te ontduiken.
Het denkbeeld van dca heer Wijnkoop is
Ijiu belichaamd in een motie en de voorstel-
Ier houdt er dus aau vast. Sedert 1914. is
hot volksvermogen per hoofd achteruitge
gaan met 20 k 25 pOt. Dit bedrag beeft de
heer Wijnkoop hoelemaal over het hoofd
gezien. Het beroep op de geldmarkt dat
'Jeze afgevaardigde wil doen, is onmogelijk.
In 1922 is er door Rijk, Provincie en ge
meente een beroep gedaan van 1083 mil-
Koen, in 1913 van 933 mdlliocn en door par
ticulieren slechts van 225 resp. 240 millioen
Meer kan er niet gedaan worden.
De motie geeft wel overwegingen die de
Regeering deelt maar de conclusies kan
zij niet aanvaarden.
De beschouwingen van den heer Dresaeï-
buys over do economische politiek betroffen
vooral een tijdelijke afwijking van de Ar
beidswet. Spr. heeft daartegen gewaar
schuwd. Er is in sommige bedrijven een
langere werktijd ge-wenscht, maar een wet
telijke verruiming acht apr. niet wensche-
)ijk. De bestaande wet ia soepel genoeg en
het beginsel dient onaangetast te blijven
Om geen wantrouwen te wekken bij de ar
beiders. De Regeering ziet in meer pro-
'ductie den eenigen weg voor meer wel
vaart, maar verlenging van de normen van
den arbeidsduur acht hij voor het oogen-
blik niet bevorderlijk voor die vergrooting
der productie. Liever mocht hij door over
leg tot een regeling geraken.
Verlaging van de belastingen vooral
3e directe is noodig; om te beginnen
Idoor verschuiving in de richting der ver
teringsbelasting. Spr. ziet daarin vooral
een overgangsmaatregel, die voorzichtig is.
Mej. WESTERMAN" (V.B.) trekt haar mo-
Ue in ten gunste van diie van mej. Gvoe-
nëweg.
Stemmingen.
De heer DRESSELHUYS (Y.-B.) moti
veert zijn 6tem tegen de motie-Troelfltra.
In stemming komt do molic-Troelstra,
luidende,
De Kamer,
van oordeel, dat een StaataeommLiSio
dient na te gaan welke bezuinigingen in
zake het lager onderwijs mogelijk en ge-
wenscht zijn op den grondslag der pacifi
catie en zonder aanranding van de kwali
teit van het onderwijs,
en dat eerst daarna omtrent aangekon
digde plannen tot bezuiniging, als verhoo
ging van den leeftijd van toelating en af
schaffing van hefc zevende leerjaar kan
svorden beslist,
gaat over tot do ord© van don dag.
Deze motie wordt verworpen met 58 te
gen 21 stemmen.
Vóór de sociaal- en vrijzinnig-democraten.
De heer SCHAPER (S.-D.) verklaart, dafc
zijn fractie tegen de motio-Wijnkoop zal
stemmen omdat deze voel te simplistisch is.
Do motie-Wijnkoop komt in stemming.
Zij luidt aldus:
De Kamer,
van oordeel, dat in de huidige omstan
digheden bet voortduren van grootc tekor
ten op de begroeting inzonderheid de ar
beidersklasse aan het gevaar van do infla
tie van het ruilmiddel blootstelt, waardoor
'do niet-bezïtters aan grootcre verarming
Svorden prijsgegeven,
van oordeel, dat heb derhalve mede in
het belang der niet-bezittende klasse, voor
al der arbeiders en kleine boeren is, thans
zoo spoedig mogelijk tot een belangrijke
vermindering der tókorfcen te geraken,
spreekt als haar mecning uit, dat dat
doel, ^behalve door afbraak van de militaire
on maritieme uitgaven, slechts mag wor
den nagestreefd door het groote bezit
zwaarder lasten op te leggen, en acht een
gedwongen leening togen zeer laag rente-
typ® ten laste van de vermogens boven een
bepaald minimum, een der noodzakelijke
middelen om tot dit doel te geraken;
Deze motie wordt verworpen met 77 te
gen 2 stemmen. Voor de Communisten.
Aan de orde is thans de stemming vver
Be motie-Greencweg, luidende:
D© Kamer,
van oordeel, dat dc rechtspositie van de
vrouwelijke Rijksambtenaren, evenals <he
van de mannelijke, dient geregeld te wor
den bij de wet cn niet bij Alge meen en maat
regel van bestuur,
gaat over tot de orde van den dag.
Doro motie wordt verworpen met 47 te
gen 33 stemmen.
Vóór do Sociaal-Democraten, de Vryzin-
ïdg-Deraocraten, de Communisten, de Vrij-
hoidsbonders, mej. Kat* on mej. V. Dorp.
Van links stemt de heer Braat tegCD.
Hoofdstuk I wordt goedgekeurd
p? vergadering wordt verdaagd tot
Dinsdag één uur.
(Nadruk verboden).
De lacht.
Dezer dagen heeft de Minister van Bin-
nenlandsche Zaken en Landbouw wild-
schade-commissies ingesteld in verband met
de nieuwe Jachtwet. Dat is een vrij belang
rijk besluit, dat wel verwacht kon en moest
worden, omdat de nieuwe Jachtwet er aan
leiding loe gaf, maar belangrijk is het toch,
omdat daarmee bereikt wordt, voor zoover
dat nu mogelijk is, waarnaar tientallen van
j.-.r.-n verlangend door den landbouw was
uitgezien.
Wij hebben indertijd, toen het ontwerp
van de wet van 2 Juli 1923 was ingediend,
een overzicht gegeven van ziin inhoudla
ter bij de behandeling in de Staten-Generaal
13 er in de bladen over gesproken o.a. over
de min of meer eigenaardige wijze, waarop
er met de „jachlschappen" is gehandeld, die
eerst in het ontwerp voorkwamen, er op ini
tiatief van de Tweede Kamer zijn uitgeban
nen. terwijl diezelfde Tweede Kamer het
eindelijk weer betreurde, dat de jachtschap-
pen niet in de wet voorkwamen. Het is één
van die bewijzen van de onoplettendheid of
de haast of de onstandvastigheid, die in de
latere jaren den weigever soms parten heb
ben gespeeld.
Wij zullen hier niet opnieuw den inhoud
van de Jachtwet verkort mccdeelen maar
liet is niet oninteressant om nog eens den
langen weg na te gaan, die afgelegd is, voor
dat de nu nieuwe Jachtwet tot stand is ge
komen.
De jacht is zoo oud als de wereld, in elk
geval zoo oud als de Germaansche volken en
volksstammen. Wij hebben allen, loen wij
onze eerste schreden zetten op liet wijde veld
der geschiedenis, kennis gemaakt met de
Batavieren, zooals het geschiedenishoekje,
die ons voorstelde met goudgeel haar en
blauwe oogen en gekleed in beestenvellen j
die leefden van jacht en visseherij en het
landwerk aan de vrouwen overlieten Of dat
nu allemaal precies juist is, laten wij daar.
In elk geval, de Germanen jaagden en de
jacht was aan niets gebonden de jacht was
vrij voor iedereen en overal. Eerst veel later
is het jachtrecht een prerogatief van den
vorst geworden dat was het uiterste van
het heerlijk rechtde vorst was landsheer
en als er geen oorlog le voeren was, ver
maakte hij zich met d£ jacht, waarvoor hij
over het gansche gebied bescliikte. Toen het
leenstelsel vasten voel kreeg, ging het heer
lijk recht van den vorst, voor zoover het liet
verleende gebied betrol, over op den leen
man, die zijn .heerlijk recht niet minder kras
uitoefende dan de vorst dat had gedaan.
Weer later werden gunstelingen van deu
leenman, die zelf vorst was geworden, tot
de jacht toegelalen en ontstonden de waar
digheden van houtvester cn pluimgraal,
wier dragers eigenlijk voor een groot gedeelte
jachtopzieners in hoogste instantie waren,
in menige provincie was de stadhouder op
perhoutvester.
Het jachtrecht zat vast aan den eigendom
cn aan verkregen gunst en het is 1e begrij
pen, dat in een tijd, toen de afstand lus
schen de „landbouwende bevolking en do
„hooge heeren" nog onafzienbaar groot was,
het aan geringschatting van het werk van
den boer niet ontbrak en het jachtgezelschap
van den heer het te veld slaande gewas van
den landbouwer niet ontzag, wanneer het de
vervolging gold van een dier, waarop jacht
werd gemaakt. Oude platen vertoonen ons
de luisterrijke vorstelijke jachtgezelschappen
gereed om uit te trekken.
In zekeren zin is de toestand zoo gebleven
lot aan de Fransche revolutie, die de adel
lijke rechten verkortte of afschafte en het
recht van den burger erkende. In ons lantt
deed zich de nawerking van 1789 eerst in
1798 gevoelen, (oen de heerlijke jachtrechten
hier worden afgeschaft en alle bevoorrech-
tigingen werden ingetrokken. In 1807 la-
wij do eerste Jachtwet, waarhij nog wel het
jachtrecht van den grondeigenaar weer werd
erkend, maar dan toch getemperd.
Wijziging kwam er natuurlijk weer in
1810, toen ons land bij Frankrijk werd in
gelijfd, en wij dus onderworpen werden aan
de Fransche wetgeving. Die Fransche wet
geving bleef in de Zuidelijke Nederlanden
zelfs nog van kracht, toen hel Koninkrijk
der Nederlanden (Nederland en België) was
gevestigd. Voor Noord-Nederland gold de
wet van 11 Juli 181-t, waarvan het Souve-
rein besluit van 8 Febr. 1815 een uitvloei
sel was en waarbij hel jachtrecht terug
gegeven werd aan eigenaars van ridderhof
steden, ambachtsheerlijkheden en bave-
zathen, die dit recht bezeten hadden in vroe
ger dagen. Maar voorloopig bleef in en-
kelp deelcn van het land, die onder Prui-
-ischen invloed stonden, de Pruisische re
geling van kracht, dat de jacht verpacht kon
worden ten -yoordeele van. de gemeenten.
Volgens het Souverein Besluit kon het jacht
recht weer afgescheiden worden van den
eigendom en als een afzonderlijk bezit wor
den verkocht, verhuurd, vermaakt en ver
erfd. Wat 1798 had gebracht, werd dus nu
weer teruggevorderd.
Op C Maart 1852 kwam een nieuwe Jacht
wet in werking. In verband met art. Gil van
het le voren ingevoerde Burgerlijk Wetboek
behoorde aan den eigenaar van den grond
het uitsluitend recht om op dien grond to
jagen. Het heerlijke jachtrecht bleef beslaan,
maar afscheiding van jachtrecht en grond
eigendom was verboden. Een gevestigd jacht
recht werd afkoopbaar verklaard.
Bij de wet van 13 Jan. 1857 werd die van
1852 eenigszins gewijzigd, maar sedert 1857
is er geen wijziging tot stand gebracht, on
danks de vele aanslagen, die er op de van
loen af geldende Jachtwet zijn gedaan.
Allereerst waren het de toenmalige leden
van de Tweede Kamer Oldenhuis, Gratama,
Idzerda en Van Kerkwijk, die in 18731875
aanslagen deden. Zij wenschten de Jachtwet
at (e schaffen en strafbaar te stellen het on
geoorloofd gewapend betreden van een an
ders grond en het vangen en schieten van
dieren daarop. Bij de behandeling werd art.
1 met 35 tegen 29 stemmen verworpen,
waarop de voorstellers liet wetsontwerp in
trokken.
Een tweede poging lot verbetering werd
gedaan in 1882 door de heeren Oldenhuis
Gratama, Sickesz en Goeman Borgesius, die
in een nota verklaarden en betoogden, dat
elke bescherming van de jacht legen de be
langen van den landbouw inging en de
Jachtwet behoorde afgeschaft te worden.
Gelijk doel had de petitie onder leiding
van mr. De Kanter in 1892. waarbij op wij
ziging van de Jachtwet Werd aangedrongen.
Weer 10 jaar later, dus in 1902, diende het
Kamerlid Van Helsdingen een motie in, die
luidde
„De Kamer, van oordeel, dat de tegen
woordige Jachtwet niet in overeenstem,
ming is met den geest des tijds en strijdig
met de belangen 'van den landbouw, acht
een grondige herziening daarom dringend
noodzakelijk, en gaat over lot de orde van
den dag".
Dit deze motie werden de woorden „niet
in overeenstemming met den geest des Lijds"
geschrapt en dus werd de nadruk sterker ge
legd op „strijdig met de belangen van den
landbouw", maar de Kamer gaf toch de
voorkeur aan een motie van den heer Kolk
man, die inhield, dat wijziging der Jachtwet
noodzakelijk was en dat wettelijke regelen
moesten worden vastgesteld betreffende ver
goeding van wildschade.
In verhand met deze motie-Kolkman
werd in 1904 een Staatscommissie ingesteld,
aanwelke opgedragen werd om een onder
zoek in te stellen welke wijzigingen en aan
vullingen van de geldende wettelijke bepa
lingen betreffende de jacht noodig geoordeeld
werden bepaaldelijk werd de aandacht ge-
Vesligd op afschaffing der heerlijke rochton
en billijke vergoeding van de schade, door
wild aangebracht. De Commissie werd ver
der uitgenoodigd een of meer wetsontwerpen
met memorie van toelichting aan haar rap
port toe te voegen.
Op 17 Maart 1910 bracht de Commissie
rapport uit. In haar wetsontwerp had zij er
naar gestreefd een billijke verhouding lus-
schen de jachtliefhebbers en de landbouwers
te scheppen o.a. had zij gepleit voor het
Instellen van „jachtschappen", zooals in
Duilschland bestaan en ook in de voormalige
Donau-monarchie.
In 1920 werd eindelijk door de Regeering
een wetsontwerp ingediend, waarbij ruim
gebruik was gemaakt van den arbeid der
Staatscommissie. Tegen het jachtschappen-
slelsel rezen groote bezwaren. Het wetsont
werp werd gewijzigd na het Voorloopig Ver
slag der Kamer en op 7 Maart 1923 werd dit
gewijzigde ontwerp Zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen. Bij de discussie was
merkwaardigerwijze het jachtschappenstel-
sel weer verdedigd en bleek hel, dat Regee
ring en Kamer er eigenlijk beiden voor wa
ren, maar het voorloopig-maar lieten rusten.
In de Eerste Kamer was het onthaal min
der gunstig dje wet werd daar met 19 tegen
15 stemmen aangenomen. Op 24 Juli 1923
verscheen de wet in het Staatsblad. De in-
werking-treding zou nader worden bepaald.
Daaraan wordt men nu herinnerd door de
benoeming van de leden der wildschade-
commissie.
Gaat men na, dal sedert 1857 is aange
drongen op datgene, wat nu bereikt is be
scherming van den landbouw tegen de ge
volgen van jachtvermaak, dan moet men or-
kennen, dat van overijling geen sprake kan
zijn.
RECLAME.
BREESTBAAT >55
7957
De hoor Willy Mullens, de d i-
recteur van d© Haghe filmfabriek ia vrij
onverwacht naar Genua vertrokken met
bestemming naar Indië, waarvoor hij van
Genua verder zal reizen per „Jan Pietersz.
Coen", welk schip Zaterdag 16 decor van
Amsterdam is vertrokken cn -clen 27sten uit
Genua koers zet naar Indië. De heer Mui*
lens maakt do reis in opdracht van do
Kon. Ned. Petroleum-Maatschappij, ten
einde een film te vervaardigen van het ge
heel© bedrijf dezer onderneming. De film
zal 4 Juni gereed moeten zijn. Het ligt in
do bedoeling van den heer Mullens eind
Mei in ons land terug.to komen.
Op verzoek van'don burge
meester van Velp is te Rotterdam gearres
teerd een 43-jarig handelsreiziger wegens
verduistering van f 11.,000 cn van effecten.
Op het dak van perceel
no. 1 aan de Pieter-Pauw-slraat, te Amster
dam, was gistermorgen de 15-jarige timmer
mansleerling S., in dienst bij den timmer
manspatroon M. in genoemde straat, bezig
ecnige werkzaamheden te verrichten, loen
hij,,door nog onopgehelderde oorzaak, op
een gegeven oogenblik kwam te vallen, met
het noodlottig gevolg, dat hij op straat
stortte. De jongen was onmiddellijk dood.
Een ladder, welke te gelijk met den jongen
van het dak viel, werd door de politie in
beslag genomen. Het lijk van den knaap,
een zoon van $en aannemer op den Over
toom, is naar het Binnengasthuis over
gebracht. („Tel.")
Op last van den Minister van
Onderwij3 enz., zijn voor de bezoekers-van
het Rijksmuseum te Amsterdam met in
gang van beden, persoonlijke jaarkaart-en
ter beschikking gesteld, welke kaarten te
gen betaliog van 2 gulden in het Rijksmu
seum verkrijgbaar zijn.
Bij het aanstaand 100-j arig
jubileum van d© Nederlandsobe Handel-
Moatschappij wordt door h©t personeel
dier Maatschappij aangeboden ©en marme
ren buste van den tegenwoordigen presi
dent dr. O. J. K. van Aalst. Deze buste,
dio door Toon Dupuis wordt vervaardigd,
zal in bet nieuwe gebouw der Maatsahap-
pij te Amsterdam worden geplaatst.
Naar „Het Volk" verneemt
heerscht op het oogenblik in Oostzaan en
in Broek-in-Walerland in vrij sterke mate
typhus. Vanwege den Gemeentelijken Ge
neeskundigen en Gezondheidsdienst zijn in
verband hiermede krachtige maatregelen
getroffen, die, behalve de bestrijding der
ziekte, ook beoogen uitbreiding er van le
voorkomen. Behalve dat op het oogenblik
alle melk uit dit gebied van gemeentewege
wordt opgekocht en gepasteuriseerd, is een
strenge controle ingesteld, ten einde er voor
te waken, dat melkbussen en groenten in
slootwater zouden worden schoongemaakt.
Voorts zijn deze weck in Oostzaan 450 kin
deren ingeënt.
Een ernstige dieren mi s-
handeling op groote schaal is, meldt het
„Dev. Dgbl.", te Deventer aan het licht ge
komen. Men heeft ontdekt, dat in het pak
huis van de firma U., aan de Roggestraat,
welke firma groote hoeveelheden pluimvee
uitvoert, de kippen nagenoeg levend geplukt
werden. Gistermorgen heeft de politie onder
leiding van den commissaris, den heer A. P.
van Tricht, een inval in het pakhuis ge
daan. Op het moment, dat de politie binnen
trad, zag zij een geheel geplukte kip, die
nog teekenen van leven gaf, op een der la-
fels liggen. Dit gaf den commissaris aanlei
ding het geheelfe bedienend personeel, een
twaalftal personen, te arresteeren. Allen,
mannen, vrouwen en jongens, werden, ter
wijl zich inmiddels een volksoploop voor
het pakhuis had verzameld,, onder politie-
escorte naar het bureau geleid. De kippen
kregen, alvorens te worden geplukt, een
kleine snede, niet voldoende echter om ze
te dooden.
Do stationschef te Zutphen
heeft aan de ondernemers van autobus-
dionsten verboden, hun voertuigen te
plaatsen op het stationsplein, dat voor een
groot dool eigendom is van d© Ned. Spoor
wegen. Plaatsen de autobusdiensten hun
voertuigen op gedeelten van bet Stations
plein, die aan de gemeente toebehooren,
don moeten zij daarvoor staangeld beta
len, per jaar circa 36 per voertuig.
Onlangs werd gemeld, dab
een auto, waarin zich twee personen be
vonden, tussohen Vaals en Aken de douane
trachtte te passecren. De auto werd- ech
ter aangehouden cn gelijk bericht is, be-
ivond zich daarin voor een waarde van
•000.000 francsaan gouden 20-franc^jtuk-
ken. De beide personen, die bij den auto
behoorden, hadden voorgewend voor. ecu
Amsterdamscho Bankinstelling dik geld
naar Duitsohland te moeten tvansportee-
Ten. Zij werden ook aangehouden en op
den auto en het geld werd beslag gelegd.
Thans heeft in deze zaak, naar de „Der-
nière Hcure" meldt, de Hoog© Intergeal-
lieorda Commissie te Coblenz een uit
spraak gedaan. Zij besloot het beslag op
het goud to liandhaven, doch gaf tevens
order aan d© betrokken Amsterdamsche
Bankinstellingen do tegenwaarde terug t©
betalen in papiergeld. Bovendien werden
dc voerlieden gestraft met een boete, neer
komende op ongeveer 10 pCt. van de waar
de van het in-beslag-genomcn geld.
To Groesbeek heeft men
de laatste maanden veel last van vossen.
Er zijn dozen winter tien onschadelijk ge
maakt.
Volgens rn e d e d c c 1 i n g van
het Handelsinformatiebureau van Van der
Graaf Co.'s Bureaux voor den Handel zijn
over de afgcloopen week, eindigende 22 Fe
bruari, in Nederland uitgesproken 85 fail
lissementen, tegen 78 in dezelfde week van
bet vorige jaar. Van 1 Januari tot cn met
22 Februari 1924 691 faillissementen, togen
over 627 over hetzelfde tijdperk van het
vorige jaar.
Aankondiging:
Specialité
Patisserie Frangaiso''
Levcrantion k la mai son
sur la command©
Diverse puddings Chocolade truffels-cro-
quets 35 ofc. p. ons. Taart a confiture et k
mollinaise depuits k f 1.
0
BUITENLANDSCH GEMENGD.
De bekende ingenieur en scheepsbouwer
Sir Alfred Yarrow heeft een plan uitge
dacht qm de steeds toenemende opstopping
van het verkeer in de straten van Londen
weg te nemen door het oprichten van een
soort van viaduct-overgangen op die pun
ten. waar het verkeersprobleem bijzonder
acuut is.
Yarrow biedt aan op eigen kosten op een
bepaalde plaats zulk een verhoogde straat-
kruising te maken, die breed genoeg zal
zijn voor twee reeksen voertuigen. Als
proefplaats noemt hij Oxford Circus.
De overheid overweegt het plan.
Alfred Kerr, de bekende tooneelrecen-
sent van heb ,,Berl. Tagcblatt" publiceert
een mededccling, waaruit blijkt dat een
aanslag tegen hem verijdeld is. Twee man
nen loerden op Kerr, toen deze 's avonds
in gezelschap van zijn vrouw naar zijn wo
ning in het Grünewald terugkeerde. Kerr
slaagde er in een dezer mannen in hechte
nis te laten nemen. De man verklaarde to
hnudclen in opdracht van een in Berlijn-
sche speelclubs zeer bekend hooggeplaatst
staatsambtenaar. De mannen, die den aan
slag pleegden zonden 500 mark belooning
en bovendien nen betrekking krijgen. De
aanslag mocht echter slechts bij afwezig
heid van mevrouw Korr geschieden. Toen
zij tot den aanval overgingen, was Kerr
mot alleen, zooals zij venvacht hadden.-
I'oen zij bemerkten dat mevrouw Kerr zich'
bij hen bevond, waren zij de kluts kwijt.
Een hunner ging op den loop, terwijl de
tweede kon wordeu ingerekend. Kerr zelf
vermoedt, dat vrienden van 'n tooneelspeel-
ster, die hij in een zijner critieken erg on-
guDStig had beooi^ccld, de hand in hel
spel hebben.
Het Belgisch blad, het .Lautsie Nieuws'-*
bevat de volgende vermakelijk© klacht:
„De radiofonio baart wonderen. Maar,
zooals alles in de handen van den menscli
ontaardt, zal de nieuwe uitvinding ook
verschrikkelijke gevolgen hebben.
Zij laat namelijk too, docw middel van
luidspreken, redevoeringen te houden, die
in een dozijn steden tegelijk worden ge--
boord 1
Wat zal er daarmede gebeuren in ver
kiezingstijd 1
De kandidaten zullen, zonder nog zich te
moeten verplaatsen, tot al de gemeenten
van hun arrondissement to gelijkcr tijd
kunnen sprekenEen aanwinst; zult g©
zeggen
Toch niet: nu zullen ze nog meer kunnen
beloven dan vroeger. Nu zult gij hun' ge
laat niet meer zien, niet meer kunnen op-»
staan om hen tegen t© spreken. Nu kunt
gij hun niets m©er naar het hootfd gooien.
benzij gij den luidspreker zoudt tot slacht'
offer nemen.
Is dat niet verschrikkelijk?"
Dc man was dood, het stond in de Fran-»
sehe registers, En of hij nu al ademhaalde
en leeüflo en voor zijn gezin zorgde, dat
stond niet in de register© en dus bleef
de man dood.
Deze levende dood© (een Frapschman)
ondergaat al 8 jaar in goede gezondheid
dio zonderlinge positie. Het is Paul Fran
cois Charles Flour.
Het eerst hoord© hij van zijn dood, toen
hij, in 1916 thuis van verlof zijnd©, en heb
huiselijk samenzijn genietend© na het har-»
de leven in do loopgraven, een heel ern-
stigen officieelcn brief kreeg.
Dat wa© wat, die dikke briefZeker een
verrassing. Men bekeek hem lang van bul
ten. Eindelijk soheurde Paul hem open en
hij las... „de eer u med© te deelen, dat
Paul Francois Oharlee Flour overleden is"
P. F. O. Flour dacht aan een vergissing.
Hij schreef: „Ik ben niet dood" en ging
weer naar zijn regiment.
Verder werd hij niet doodgeschoten of
zwaargewond. Hij kwam na don oorlog
weer thuis en werkte als gewoon, totdat
zijn vrouw in 1923 weer zoo'n officieel
pier krqftg.,
Wat zou dat zyn?
Zou ik weer dood zijn?
De brief ging open. Kn daar stond in goh
schrijven aan d© weduwe, dat zij ceb hier
daille kon reelameeren, die voor betoon-»
do dapperlvoid aan F. F. C. Flour nog na
diens dood was verleend.
Weer sohreef de man: „Ik leef."
Er ging weer e enige tijd overheen. Toen
kreeg de vrouw weer een officieelcn briefi
deelen u mede, dat zal worden over-
„gegaan tot het opgraven van het 6toffc-
„lijk overschot van Paul Fran/ois Charles
Flour, dat in het kerkhof van Bar lo
„Duc plechtig zal worden bijgezet. Wij
„noodigen u uit, bij die plechtigheid te
„genwoordig to zijn."
P. F. O. Flour schreef aan de autoritei
ten, dat zijn vrouw niet zou komen, omdat
hij nog leefde cn zich niet wensoht© te la
ten begraven.
Weer geen antwoord. Totdat or een of
ficieel c brief kwam:
zoudt u ons Verplichten met mede
to deelen welke inscriptio u aangebracht
wenscht te zien op het graf van uw over
leden echtgenoot
Toen stonden man cn vrouw pafcd
zij verheugden een correspondent van dt
„Matin" mr* dit lugubere verhaal.
Daar ik mijn lezers niet ken, weet ik nic.
of het hun iets schelen kan, maar toch wil ik
hun ook ter opheldering van mijn lang
stilzwijgen - modcdcolen, dat ik een fiets-
ongeval heb gehad. Het feit, dat mij zoo iets
ten tweeden male op het eerste gedeelte van
het Bezuidenhout is overkomen, is reeds een
afdoend bewijs, dat ik geen ezel ben. Doch
ook in ander opzicht is het, al zeg ik het
zelf, een verstandige zet van mij geweest.
In de eerste plaats geef ik daardoor aan hen,
die uit bezorgdheid voor mijn hun dierbaar
leven mij telkens gewaarschuwd hebben,
voor dien bijzonder drukken 'verkeersweg,
de voldoening om mij een gegrond verwijt
onder de neus te kunnen wrijven. Ten
tweede is het daar de geschiktste buurl om
een of ander lichaamsdeel le bozperen, om
dat er geen tweede straat in Den Haag is,
waar zóóveel doctoren wonen als in de
.Daendelslraat. Indien ik daarop uw aan
dacht vestig, heb ik daarbij uil sluitend uw
eigen voordeel in voorkomende gevallen op
het oog, want waT hel hunne betreft. \ve< t
iedereen maar al le goed, dal er geen lwonde
categorie van personen is, die in de letter
lijke beteekenis van liet woord baar ver
diensten zoo op prijs weien le stollen als die
der geneeskundigen. Ik zal, wat dat betreft,
tc zijner lijd wel hel bedrag van de mij we
gens mijn onvoorzichtigheid opgelegde geld
boete vernomen, doch in elk geval zal ik er
wel beter afkomen dan uic pniw-nl in Zwit
serland, die zich voor de weelde, om uit epn
onzer universiteitssteden per vliegtuig een
prófessof voor zes dagen op bezoek te laten
komen, niet minder dan drie duizend gul
den in Tekening gebracht zag.
Als men, na eenigen tijd anii huis geboh
den geweest te zijn, voor Let eerst weer op
straat komt, ziet men allerlei veranderingen,
nieuwigheden, die er bijgekomen, en oudo