„WIENERHAUS" Breestraat 32
No. 19538.
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 16 November.
Tweede Blad. Anno 1923
GEMENGD NIEUWS.
Birkenwasser Dralle f1.04 en f 1.89
Eau-deCologne Coty
UIT DE RIJNSTREEK.
UIT DE OMSTREKEN.
Oe platte grond van Leiden in 1670.
F (Gisteren is, inheloude gebouw
yan de Vischmarkt aan de Nieuwmarkt, te
'Amsterdam, geopend de eerste Nederlandsche
honigveiling. Het officieele woord sprak
hierbij de weihouder voor de levensmiddelen
de heer De Miranda. Namens het gemeente
bestuur betuigde hij zijn volle instemming
piet het instellen van deze veiling, die van
groote beteekenis kan worden voor de Neder
landsche bijenteelt. Daarna wees de wet
houder er op, wel een uitstekend voedings
middel honig is, en hoe jammer het is dat
door het schenken van voorkeur door ons
publiek aan buitenlandsch product, de bijen
teelt hier te lande in den loop der jaren is
achteruitgegaan. Spr. besloot met de beste
jvenschen voor de veiling.
Daarna bracht' de heer C. H. Claassen, di
recteur van het marktwezen, dank aan den
heer Giersbergen, Rijks-bijenteeltconsulent
en mevr. Franco Mendes, van het Bureau
yoor maatschappelijk en huishoudelijk werk,
yoor hetgeen beiden voor het totstandkomen
yan de veiling hebben gedaan.
Een conflict in de Hout h av e n
te Amsterdam. Dezer dagen werd mel
ding gemaakt van een conflict van een hout-
schip, dat mijnslukken had aangevoerd, n 1.
het stoomschip „Lucie". De oorzaak van het
conflict was een loongeschil met de Scheep
vaart-Vereeniging „Noord". De stakers, die
allen havenreservisten waren, zijn uit de
H- A. R. ontslagen en het lossingswerk werd
yoorloopig voortgezet door de bemanning
yan het schip. Daarna zijn werkwilligen
yan buiten gekomen. Als protest tegen dit
ontslag van havenreservisten en het aanne
men van werkwilligen hebben gistermiddag
ongeveer twee uur alle ingeschrevenen bij
de H. A. R., die in de Houthaven werken,
den arbeid neergelegd, zoodat op twaalf
houlboolen het lossingswerk kwam stil te
liggen. Op het schip, dat de aanleiding tot
het conflict was, werd intusschen het werk
voortgezet, evenals op een andere houtboos
In de Rietlanden. Bij de staking zijn uitslui
tend betrokken de havenreservisten, welke
worden bestoken aan het H. A. R.-gebouw-
tje aan de Piet-Hein-kade. De Amsterdam-
sche Federatie van Transportarbeiders, bij
welke het meerendeel der stakers is aange
sloten, zal nader overwegen, welke maat
regelen verder moeten worden genomen.
In elk geval was het de bedoeling, dat de
havenreservisten, die niet aan de Houthaven
werken, zich hedenmorgen zouden melden.
Te Heemstede is aange-
bouden de ex-directeur H. in 't V., van de
coöp. zuivelfabriek „Stad en Lande", Gro
ningen, verdacht van verduistering ten na-
deele dezer fabriek. Het accountants-
Onderzoek heeft uitgewezen, dat er met 1
•Mei 1923 een tekort was van f 500.000. Na
gegaan wordt, of dit tekort eventueel nog
g»ooter is.
De tabernakel van wij 1 e n
ds. Schouten, te Utrecht, ligt daar sedert
1906 opgeborgen. Er worden thans pogin
gen gedaan tot oprichting eener vereeni
ging: „Het bijbelsch museum van ds. Schou
ten" ten einde deze verzameling tot natio
naal eigendom te maken.
Uit Ermelo schrijft men
aan „De Tel dat een viertal jagers, die
ten noorden van de gemeente een drijfjacht
hielden, eenige scholen op den Rijksstraat
weg hebben gelost, waardoor twee school
jongens hagelkorrels in het gezicht kregen,
^oodat zij zich onder geneeskundige behan
deling moesten stellen.
Een onderofficier kwam juist met zijn
vrouw en kind aangereden; het kind zat bij
de moeder achter op het rijwiel. Ook hun
vlogen de hagelkorrels om de ooren. Het
ikindje werd geraakt. Een korrel was in een
ioog van den kleine gedrongen. Dr. Helder,
die het oog verbond, oordeelde overbren
ging naar de kliniek te Amersfoort nood
zakelijk. De toestand van het tweejarige
kindje is ernstig; hoogstwaarschijnlijk zal
't het oogje moeten missen
De militaire politie, die juist passeerde,
Stelde dadelijk een onderzoek in. Ook do
rijks-) en gemeentepolitie bemoeien zich met
de zaak.
De plaatselijke politie heeft het jachtge
zelschap op de plaats van het ongeluk elk
der schutters zijn oorspronkelijken stand
doen innemen, om zoodoende te trachten
vast te stellen van wien het ongelukkig
6chot afkomstig is.
Vast schijnt te staan, dat twee leden aan
het gebeurde in ieder geval onschuldig moe
ten zijn, daar zij een zoodanigen stand
hadden ingenomen, dat hun schoten in een
andere richting gestuurd zijn.
Het getroffen kindje is thans op last van
den oogarts van Amersfoort, naar Utrecht
overgebracht en onder behandeling van
prof. Snellen gesteld«
.Gistermorgen vröeg ont
dekte de heer Sleutel, te Egmondermeer,
brand in de tegenover zijn boerderij gele
gen hofstede, bewoond door een zijner werk
lieden, die met zijn gezin afwezig was. Het
perceel was het eigendom van den heer
Bruin, te Bergermeer. Het vee kon bijtijds
gered worden, doch de hofstede met land
bouwwerktuigen en twee hooibergen brand
de geheel af. De schade voor den heer Sleu
tel, die de boerderij in huur had, is zeer
groot, aangezien het verbrande perceel het
grootste deel van zijn landbouwwerktuigen,
die volgens de polis in de andere boerderij
verzekerd waren, geborgen waren. De land
bouwwerktuigen en het hooi waren bij ,,De
Nederlanden" verzekerd. Door dezen brand
is de oudste hofstede uit Egmondermeer
verlor-en gegaan. Het huis was n.l. in 1600
gebouwd.
Thans is overeenstemming
bereikt tusschen de vakorganisaties in het.
transportbedrijf te IJmuidcn en de directie
der Ver. Exploitatie .Mij., de grootste vis-
scherijmaatschappij te Veis en. Zij hebben
besloten een contract aan te gaan, dat zal
duren tot 31 December 1924. De loon en van
de bemanningen der treiler3 gaan van 5 tot
6 achteruit; die van de havenarbeiders
en kolenwerkers blijven onveranderd.
Op 11 Juli j.l. is uit de Waalha
ven van Rotterdam naar Tandjong-Priok ver
trokken het 8000-tons-droogdok, gebouwd bij
de N.V. Burgerhout's Machinefabriek en
Scheepswerf aldaar en bestemd voor de
Droogdok Maatschappij Tandjong-Priok. De
zeesleepbooten „Humber" en „Poolzee", van
L. Smit en Co.'s Internationalen Sleepdienst,
aan welke het transport was opgedragen,
hebben Woensdag, meldt de „N. R. Ct.", het
dok behouden te Tandjong-Priok aangebracht
De Nederlandsche logger
,,De Hoop" K W 41" is ten Noorden van
Great Yarmouth gestrand. De bemanning
werd gered.
Het Nederlandsch We e kb 1 a d
voor den Handel in Kruidenierswaren meldt,
dat in de afgeloopen week 2,961,800 eieren
naar Engeland zijn Verscheept
,,Ik geloof, dat ik daar oen
brandsignaal hoor. Ik moet oven gaan kij
ken", zei de heer X. tegen zijn echtgenoote
'en hij glipte de sdhouwburgloge uit.
Na een goed kwartier kwam hij terug
en zei terloops,,'t Was toch geen brand."
En zij antwoordde: ,,En 't was ook geen
water."
E
BUITENLANDSCH GEMENGD.
Een aangrijpende brief, ofschoon niet zon
der humor, die een speciaal Lezit is van het
Engelsche volk, werd nagelaten door een
63-jarigen straatventer, die zich na de
afscheidsmissieve te hebben geschreven
van het leven beroofde, door koolmonoxyde
in te ademen.
De brief luidde: „Daar de gemeente mij
niet wil helpen, moet ze me maar begraven.
De verzekering betaalt niet meer. En ik
wordt op allerlei manieren lastig gevallen."
De weduwe zeide, dat haar man er den
geheelen dag op uit was met zijn handkar,
doch dikwijls niet meer verdiende dan een
Stuiver of vier.
Tegen het eind van den oorlog is in de
gieterij van Ruelle een monsterkanon ge
bouwd. dat de Duilsche Bertha's moest be
antwoorden. Woensdag is het naar de buurt
van Saint-Nazaire verhuisd, waar de daar
toe aangewezen commissie het beproeven
zal. Het kaliber is 310, het is 21 meier lang
en weegt, ongerekend den waggon en het
onderstel, 88.832 K.G. De draagkracht is
97 K.M. en de projectielen wegen 415 K.G.
Het kanon had al lang verzonden moeten
zijn, maar de spoorwegmaatschappij was
bang voor haar bruggen en dergelijke we
gens het ontzaglijke gewicht. Sindsdien is
daarin voorzien.
De stoker van den sneltrein Cherbourg
Parijs ontdekte toen de trein in volle vaart
reed, dat de machinist gedood was. De sto
ker liet den trein stilstaan bij het station
Bonneville. Daar werd geconstateerd, dat de
machinist een schedelbreuk had. De stoker
gelooft, dat zijn collega gedood werd bij het
passeeren van den Conches-tunnel.
Op de lijn Unter-TürkheimKornwest-
heim heeft gisteravond te 6 uur ter hoogte
van het ziekenhuis' van Cannstaff een ern
stig spoorwegongeluk plaats gehad. Een
goederentrein,die op een verkeerd spoor
gekomen was, liep op een trein met ar
beiders, welks twee eerste wagons in el
kaar schoven. Het eerste rijtuig wa$ een
goederenwagen, het tweede echter ten
personenrijtuig, waarvan de meeste inzit
tenden gedood werden. Dertien kwamen
er met verwondingen af. Ook de machinis
ten van- beide treinen werden gedood.
RECLAME.
0814a Wederom ontvanjjenj
bij ons 11.58, f 3.15, f 5.45
vastgestelde prijs f 1.85, f 3.50, f 6.50
ALPIIEN. In de vacature, ontslaan
door het overlijden van den heer B. Ael-
bers, is benoemd als hulpkassier der
Coöp. Boeren Spaar- en Leenbank, alhier,
de heer J. F. G. Ranke.
ALKEMADE. Dinsdagmorgen is de
scholier N., alhier, terwijl de trein van half-
acht reeds vlak nabij het slation was,, van 't
perron gevallen. Door stil le blijven liggen
ging de trein juist over hem heen, zoodat hij
toen de trein tot stilstand was gebracht, ge
lukkig ongedeerd weer te voorschijn kwam.
Dit voorval moge voor ieder de waarschu
wing bevatten nimmer vlak op den rand van
het perron te gaan staan, vooral niet wan
neer de trein in aantocht is.
Burger 1. Stand. Ge b o r en:
Catharina Wilhelmina, d. van Johannes
Hoogenboom en van Clazina v. Klink.
Margaretha Maria, d. van Johannes van
Egmond en van Maria Clazina Vol water.
Overleden Pieter Turk, oud 68 jaar.
Getrou w d: Wouter Oomen en Ge-
ra rda van 't Hart.
OUDE-WETERING. Met ingang van 15
November j.l. is door de heeren Maarse en
Kroon een aulobusdipnst ingesteld recht
streeks van hier via Roelofarendsveen op
Leiden. De dienst van Leimuiden zal voort
aan Oude-Wetering niet meer aandoen,
maar gaat via Nieuwe-Wetering.
Het Stembureau voor de verkiezing
van de leden der Kamer van Koophandel is
door den burgemeester samengesteld als
volgt:.voorzitter de burgemeester L. H. M. J.
Vosters leden P. de Jong Cz., tevens plaats
vervangend voorzitter, en J. J. de Koning, en
W. A. Harte veld. Plaatsvervangende leden
P. van Hoeve P. du Pau en G. Post.
WOUBRUGGE. Kerke!, bericht
Ned. ProtestantenbondZondagavond, 7
uur, ds. Groenewegen, van Oude-Wetering.
Gemeenteraad.
Voorzitterde burgemeester. Aanwezig
alle leden.
De Voorzitter opent de vergadering met
gebed. De notulen worden gelezen en onver
anderd vastgesteld. Na enkele ingekomen
stukken, welke voor kennisgeving werden
aangenomen, ontspon zich een gesprek tus
schen den be<er Boot cn den Voorzitter. Ged.
Staten hadden den koop van bouwgrond
niet goedgekeurd, daar de prijs hooger moest
zijn dan f 0.50 per M2.
De heer Boot dacht dal de Voorzitter niet
gunstig had geadviseerd op het besluit van
den Raad, als niet in een werkmansbuurt te
willen wonen.
De Voorzitter ontkent dit.
Besloten wordt voortaan bij verkoop van
grond bij de aanvraag tegelijk de berekening
van de te bouwen woning te overleggen en
aan den heer Keezen te vragen of hij be
reid is een hooger bedrag per M2 te willen
geven.
Het verzoek van de beide slagers om geen
vleesch van uit nood geslachte dieren uit
Hoogmade hier te verkoopen bij afslag, werd
ter zijde gelegd als te zijn ongezegeld.
In een verzoek van Ged. Staten om aan
vragen voor kasgeld, was een vergissing ge
slopen. De bedoeling zal zijn, dit telkens op
nieuw aan te vragen.
De Commissie, belast met het nazien van
de rekeningen van Gemeentebedrijven, Elec-
triciteit en Waterleiding, verklaarde over de
rekeningen van 1922 geen bemerking te heb
ben en stelde voor deze vast te stellen. Al
dus besloten, evenals de voorloopige vast
stelling Gemeenterekening dienstjaar 1922.
De Commissie voor de Gemeentebegro
ting 1921 had post voor post nagezien en
bloc besloten voor te stellen, bij de aange
brachte bezuinigingen, ook in navolging van
de Regeering, alle ambtenaren 10 pCt. te
verminderen in salaris en 61/* pCt. bij te
laten dragen voor hun pensioen en nieuw
aan te stellen ambtenaren 81/» pCt. te laten
bijdragen.
De heer Boot licht dit voorstel toe. De
salarissen waren de laatste jaren te veel
opgevoerd. Van lieverlede moeten deze we
der op peil gebracht worden. Het tracte-
ment van burgemeester en secretaris, ver-
eenigd zijnde, brengt wel een voordeel van
f 1200, doch een ambtena-ar van f 2000 maakt
een schadepost van f 800.
De heer van 't Riet sluit zich hierbij aan,
als commisielid, niet om de salarissen weer
te brengen als vóór 1914. De last daarvan
kan de gemeente niet dragen. Vergelijkt
hij het tractement van den burgemeester
met dat van de veldwachters, dan zijn de
laatste te hoog in verhouding.
De heer Boot meende dat burgemeester
maar een eerebaantje moest worden zooals
vroeger. Er zouden er nog genoeg voor te
vinden zijn, oordeelde hij.
De heer Wisman dankt de commissie voor
haar tactvol on juist nazien der begrooting.
Hij was geschrokken toen hij las in de bla
den, dat de uitgaven moesten herzien wor
den bij den nieuwen raad. B. en W. hadden
nu een pluimpje ontvangen, doch hij vond
het niet een christelijk standpunt van de
commissie om de lagere ambtenaren ook met
10 te verlagen. Zij dacht zeker: van wie
niet heeft zal genomen worden wat hij heeft.
Zij had niet allo ambtenaren over één kam
mogen scheren. Het verwondert hem dat
de commissio niet gekomen is met het voor
stel om het uurloon der ambachtslieden te
verlagen, zooals dit tc Alkemade is geschied
of de werkzaamcheden in eigen beheer te
nemen.
De heer Van 't Riet wil den heer Wis
man ^daarop gaarne antwoorden. Jammer
dat van de commissievergadering geen no
tulen zijn gehouden, anders zou het blijken
dat over andere b&zuinigingen wel dege
lijk was gesproken en niet alleen over de
ambtenaren zooals de heer Wisman meent,
o.a. ook ovor bind- en drukwerk voor de
secretarie en wat door B. en W. was be
zuinigd, behoefde de commissie toch niet
te herhalen. De beer Wisman «spreekt over
onchristelijk als 10 pCt. wordt verlaagd,
doch dat is iets wat de Tegeering in dezo
tijden noodig acht. Zelfs de socialist Wi-
baut te Amsterdam zegt dat op de sala
rissen moet. worden bezuinigd.
De commissie wilde do kleine loonen
niet treffen, dat zou onchristelijk zijn. Na
de verlaging wilde zij evenals B. cn W.
salarisregeling voor degenen die te laag
mochten zijn en deze dan herzien. De com
missie wist enkele salarissen niet juist na
te gaan, daar voor elk bijbaantje extra
salaris genoteerd stond.
De heer Wisman zeide, dat burgemees
ter, secretaris en ontvanger toch niet te
treffen zijn, daar Ged. Staten den norm
bepalen.
De heer Boot betreurt dit, Als deze ons
in bezuiniging tegenwerken, dan zou spr.
voorstellen maar niets meeT aan do ge
meente-eigendommen te doen om op die
wijze den belastingdruk te verminderen.
De heer Van 't Riet zegt: Als wij bij de
overheid ons hoofd stootcn hebben wij in
ieder geval onze consoentio ontlast en
onze roeping tegenover do Gemeen to ver*
vuld.
De voorzitter zegt, zich bijzonder in dé
commissievergadering to hebben geamu
seerd. De heer Boot had gezegdik ben
tegenover mijn volk niet verantwoord, en
ik, zegt spreker, ben tegenover mijn amb
tenaren niet verantwoord. Mijn tractement
ligt niet in uw hand maar in hoogerhand.
Ik ben niet van plan mij dood te werken»
De administratie is zoo uitgebreid.
Met den heer Wisman ben ik het eens:
De Commissie had aanmerking moeten ma
ken op de loonen der werklieden. De heer
Van Leeuwen zegt: Maar „ik kijk maar of
het geld kost". Dat is geen motief. (De heer.
Van Leeuwen interrumpeert, dat hij dit ge-;
zégde zich niet kan herinneren).
Spr. staat versteld, dat de Commissie niet
met andere zaken is gekomen als tolgelden
enz. De landbouw gaat het thans goed. Met
den heer Kroes had spreker juist een ge
sprek daarover gehad. Aan mijn ambtena
ren heb ik aldus spr., het voorstel reed3
medegedeeld. Straks kunnen zij afgeleefd in
een geslicht opgenomen worden.
De heer van 't Riet zegt: U bent in Uw
betoog heftig. U gaat met uw ambtenaren
spreken over een voorstel, dat nog niet eens
in openbare vergadering is behandeld en
maakt ons een verwijt alsof wij aan den lei
band van de kiezers loopen. Ik leg dit alles
naast mij neer. Ook haalt U woorden van
mij aan, n.m. betreffende het aanleggen van
een lich'kabel, dat geen bezuiniging was,
daar deze niet dadelijk rendabel was en
juist dat woord laat U weg.
De heer Boot sluit zich daarbij aan en
protesteert tegen zulk een voorstelling.
De voorzitter verdedigt zijn uitdrukking
nogmaals, waarna een levendige gedachten-
wisseling volgt en de heer Boot en Van 't
Riet repliceeren.
(Wordt vervolgd).
ZWAMMERDAM. Kerkelijk be
richt. Remonstr.-Geref. Gem. Zondag
morgen, te tien uur, ds. Rappold.
HAARLEMMERMEER. Donderdag ge
raakte in een onbewaakt oogenblik het vijf
jarig zoontje van W. T. in de Ringvaart
nabij Aalsmeer. De ouders, die het kind
misten, gingen direct op onderzoek uit en
vonden het drijvende. De kleine, die reeds
in bewusteloozen toestand verkeerde, werd
direct uit het water gehaald en in huis ge
dragen. De door den onmiddellijk ontboden
geneesheer aangewende pogingen om de
levensgeesten weder op te wekken, werden
tot groote vreugde der ouders met gunstig
resultaat bekroond.
Op de Donderdag te Hoofddorp gehou
den veemarkt waren aangevoerd 2 werk
paarden, gem. prijs f 125; 4 hitten, gem. pr.
f 135 en 8 koeien, gem. prijs f 300. Weinig
handel.
HILLEGOM. Hel stembureau voor den
gemeenteraad heeft, wegens bedanken door
den heer G II. Hermans, benoemd verklaard
den heer J. Schrama. van de vrije R.-K.
lijst Men weet al te vertellen, dat deze ook
zou bedanken.
KATWUK-AAN-ZEE. Van de trawl-
visscherij kwam Donderdag te IJmuiden
aan de markt dc logger KW. 54 met f 247
besomming.
Van het loggerschip KW. 160 waren
aan den haringafslag gebracht: 290 kantjes
sleurharïng (Eng. wal) f 17.75 tot f16.45 en
eenige kantjes f 14.95; 28 kantjes steurha-
ring (droog) f 14.95; 5 kantjes steurharing
nog bovendien, voor f9.35 en 13 kantjes
ijle haring (Eng. wal) f 20.20 alles pee
kantje.
Naar vernomen wordt, heelt de in de
Ned. Hervormde Kerk gehouden collecte
voob protestantsche doeleinden opgebracht
f261,39. Voor den Wartburg werden enkele
giften gecollecteerd, terwijl ook voor de
„Oude Kerk" eenige giften inkwamen. Bij
een gift was het eigenaardige bijschrift:
„Voor het oude plankje".
Toen kort na 1600 de Soetermeersche Meer
(ten Oosten van Stompwijk komende van
Leiden bij de uilspanning ,,'t Blessc Paard"
links af) op last van de Staten van Holland
werd ingepolderd tegen den zin van Leiden,
werd het met het water hier slecht gesteld,
omdat „de schuuring" door de stad n.l. door
opwaaiing N.-Z. of Z.-N. (Soetcrmeer-Haar
lemmermeer) ophield. In 1608 werd. zooals
teeds vroeger in dit Blad vermeld, om den
toestand in de stad te verlichten, de bema
ling met windmolens ter hand genomen. Do
Heer Directeur der Lichtfabrieken alhi°r
heeft mij verteld, dat men reeds meerders
malen bij hot graven gestuit is op zwaro
houten duikers loopende N.-Z. onder door
dit terrein welke dus gediend hebben als
zuigbuizen vanuit het centrum der stad
naar den Stadsmolen aan de „Slaegh"-sloot.
Beschouwt men nu aandachtig den plat
ten grond van 1670 (zooals die hangt in dc
Lakenhal en 't Volkshuis, 't laatste exem
plaar is wat duidelijker) dan komen daarbij
onkeie zeer typische bijzonderheden voor
den dag. (Ik wil nog even inlasschen, dat
bij het in slaat van verdediging brengen van
de stad in 1672 tegm de Franschen nogal
wat onnoodig is overhoop gehaald, dat later
niet in precies denzelfden vorm is hersleld
en ten tweede, dat het voor dengene, die de
kaart in de Lakenhal gaat bekijken, niet
onaardig is te bezichtigen het oude model
der stadsgrachten van eikenhout met lood be
kleed waarin de voorgangers van onze
vroede Vaderen water goten (de in- en uit
laten zijn zichtbaar eenigszins als bij een
billard met zakken) om na le speuren hoe
het water liep men maakle toen minder
rapporten, maar prefereerde de praktijk) Nu
de kaartoveral dütr, waar een gracht op
den wal uitloopt, is deze door middel van een
z.g.n. „waterpoortje" doorbroken voor ver
band en doorstrooming met den Singel en
het verdere buitenwater. Naast zoo'n water
poortje springt de stadswal naar voren ter
vorming van een klein bastion, waar
's nachts de wachtposten stonden om langs
de wallen te zien en te waken tegen over
rompeling, door een aanval te water. Meer-
dero „stadsversverschingssloten" met name
genoemd voeren buitenwater uit het Z. en
Z.-W. op de stad aan.
In het Noorden in den Maresingel juist
tegenover de „Stadsmolensloot" staan twee
huisjes van uit elk waarvan een smalle dam
loopt dwars door den singel; dezo zijn hoogst
waarschijnlijk aangebracht om bij 't werken
van den stadsmolen tc voorkomen dat Mare-
singelwater werd opgemalen, maar het water
gedwongen werd door de duikers van uit het
midden der stad te komen. Het is bekend
dat herhaaldelijk getracht is ook nog door
't plaatsen van schotten in de Singels op
andere punten, in te werken op den gang
van het water Ia bepaalde gedeelten van de
binnenstad. Aangezien nu die waterpoortjes
en stadsververschingssloten zich uitsluitend
bevinden in het Zuid- en Zuidwestfront en
aangezien de stadsmolen juist diametraal aan
de andere zijde van de stad werd geplaatst,
is het toch wel duidelijk hoeveel overleg en
zorg en hoe groote kosten men destijds be
steed heeft om de stad van Z. naar N. door
te malen en de strooming in die richting met
kunstmiddelen te versterken. De stadsmoleij
is zoo omstreeks 1820 naar ik meen buiten
werking gesteld en later afgebroken. Nu zal
men vragen: als bovenstaande werkwijze
zoowat tweehonderd jaar blijkbaar voldeed,
waarom is zij dan vertalen geworden? Hier
op is het volgende antwoord te geven. Nog
omstreeks 1770 was de Leidsche industrieele
productie zeer groot om daarna snel tot op
een zeer laag peil in te zakken. De menschen
verlieten de stad, waarin hun geen beslaan
meer geboden werd, kortom de economische
toestand werd uiterstslechts met als ge
volg sterke ontvolking en inzinking der ach
terblijvers. (De „slappe Leidenaar" dateert
van de Fransche revolutie, zijn 150-jarig ju
bileum komt dus langzamerhand in 't zicht).
Het gevolg van een en ander was, dat het
grachtwater steeds minder vuil gemaakt
werd, daar om zoo te zeggen het grachten-
net veel te wijd was geworden voor eene be
volking die ongeveer maar bedroeg van
uit den bloeitijd bij een vrijwel gelijk be
woond oppervlak; dat het gras ioen op de
Breestraat tusschen de stcenen groeide i3
geen sprookje. Uit dien inzinkingslijd nu da
teeren in hoofdzaak de profielvernauwingen
in grachten en bruggen (zuinige reparatie,
enz). Met de droogmaking van de Haarlem
mermeer trad een tamelijk stabiele toestand
in dio geen aanleiding gaf tot veel nieuws,
a! was men zooal9 blijkt uit een memorie
van toelichting van den wethouder Bacaille
van 5 Juli 1859, over de gevolgen van die
droogmaking hier ter stede niet bijster tevre
den. In deze missive wordt al3 kenmerk
voor IJsselwater opgegeven de grauwe kleur;
soms komt dit nog voor op de Lek en do
Waal; op mijn navraag bij den heer Direc
teur yan de Centrale D_rinkw»tervoorziening
te Den Haag mocht ik vernemen dat deze
kleur haar oorsprong vindt in eene colloi-
dale oplossing van rivier-klei (genaamd
„dik water") welke onaangenaam is voor de
filters eener drinkwaterleiding maar verder
van geen schadelijken aard.
Zoo ongeveer van af 1860 begon de stad
opnieuw zich te ontwikkelen, maar nu stond
zij op watergebied, voor zoover betrof haar
eigen aanleg, er veel slechter voor dan in
den bloeitijd van honderd jaar vroeger, en
wij zijn de gevolgen van de zelfverminking
die Leiden zich in zijn slappen tijd heeft
toegebracht nog steeds niet le boven.
Zelfs op het gebied van bruggen was
ondertusschen heel wat „afgeschaft". Om
eenige voorbeelden le noemen: In 1670 was
er een brug over 't Galgewater nu van de
Kweekschool voor Zeevaart naar de Morsch-
poortkazerne, was deze blijven bestaan,
dan was 't verkeer over 't Kort Rapenburg
nooit zoo toegenomen dat tot vernauwing
en geheele overkluizing, zou overgegaan
zijn. Verder waren er over den Ouden
Singel nog drie bruggen, die niet meer be
staan nl. tegenover de Lange Scheistraat, de
Voorste Zandstraat en bij de Zoutkeet. Ver
der nog een over den Nieuwe Rijn bij de Be
schuitsteeg.
Het meest aantrekkelijke nu en vertrou
wen gevende, ik zou willen zeggen het
meest hislorisch-logische element in het
plan Van Ommeren is wel dit, dat Z.Ed. zijn
zuig-en-pompstalion plaatst op hetzelfde
punt waar gedurende de grootste in
dustrieele bloeiperioden, die onze stad heeft
doorgemaakt, de bewuste stadsmolen ge
staan heelt (die een tweehonderd jaar voor
precies dat zelfde doel heeft dienst gedaan),
daarbij uitgaande van den volkomen juisten
opzet, dat de te geringe strooming en de to
geringe gelegenheid tot strooming van Zuid
naar Noord de zwakke punten zijn van Lei-.
dens waterpositie.
Demping van de Lange Mare is hiermedff
in flagranten strijd en zal zich danig wreken.
Bovendien: de overheid mag niet partijdig
wezen al is het woord partij tegenwoordig
niet van de lucht. De sluiting van de Mare
bevoordeelt het Noordelijk deel van Leiden,
dat er toch al veel beter aan toe is extra
boven het centrum, dat zijn dragelijke loei
stand in hooge mate ontleent aan het feit,
dat de Lange Mare afvoer is en geen stil
staand water. Om dit nog eens duidelijk aan
to toonen zij het mij veroorloofd een helaas
zeer treurig ongeval in herinnering le bren
gen dat hier ter stede eenige jaren geleden is
gebeurd. Er is toen een jongetje verdronken
in den Oude Rijn ongeveer ter hoogte van
de aanlegplaats van de motorbooten van da
firma Van der Kwast; er is daar lang en te
vergeefs gedregd. Het lijkje is eenigen tijd
later uit de Lange Mare opgehaald. Zooals
ik reeds meermalen heb getracht aan ts
toonen i3 inderdaad de stroormng sterker,
dan men zou denken en men kan niet on ge
straft hierin ingrijpen.
Het rapport zegt op pag. 4-1 over het Le
vendaal: „het is een typisch Hollandse h
grachtje, waarvan demping het stadsbeeld
ongetwijfeld zou schaden; behoudt di!
beeld", dat zegt veel. Maar op pag. 6 wordt
de binnenstad van Leiden genoemd: „een
kleinood van stadsaanleg". Welnu, dat zegt
alles.,., over 4s Lange Mare.
B. F. KRANTZ, f