Buitenlandsche Zaken. Begrooting In verkeerde Schoenen. No. 19532. LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 9 November. 'Derde Blad. Anno 1923. UIT DE OMSTREKEN. f 7 Algemeene beschouwingen. FEUILLETON. h Voorloopig verslag. T Hoezeer men ook lof had vpor de wijze, jwaarop de builenlandsche politiek in het af- geloopen jaar door den Minister is gevoerd Ï;eworden, vonden verscheidene leden aan- eidir.g tot een herhaling van de reeds mcer- pialen geuite klacht dat door dezen bewinds man ie weinig mededeelzaamheid tegenover de Volksvertegenwoordiging wordt betracht. Verscheidene leden waren gelToffen ge worden door den ongewonen aard der be schouwingen, ditmaal in de Troonrede aan de buitenlandsche aangelegenheden gewijd. De juistheid dier beschouwingen werd niet ontkend, doch men verzocht te worden inge licht omtrent het doel, waarmede zij in de Troonrede zijn opgenomen. Voor binnen landse!) gebruik schijnt de bedoelde passage niet bestemd. Sommige leden geven uiting aan de wei nig hoopvolle gedachte, welke zij koesterden .ten aanzien van den Volkenbond. Verschillende leden brachten de houding ter sprake, op de laatst gehouden Volken- bondsvergadering door de Nederlandsche de legatie aangenomen. Sommige leden achtten het ingenomen Btandpunt ten opzichte van do kwestie van garantieverdragen alleszins juist. Andere leden verklaarden in het laalstge- melde standpunt geen voorbeeld te kunnen zien van de juistheid der houding van de ge noemde delegatie, voor welke houding ook zij in sommige opzichten waardeering gevoel den. Een aantal leden verklaarden niet te kun nen instemmen met de houding van de Ne derlandsche gedelegeerden inzake het Ita- liaansch-Grieksch conflict. Vele leden achtten over het algemeen een geringschatting van de tegenwoordige en toekomstige positie van den Volkenbond, niét juist. Het is naar de meening dezer leden niet wel mogelijk, thans reeds een definitief oordeel over den Volkenbond uil te spreken. Overlegging werd verzocht van de instructie welke aan de Nederlandsch delegatie naar de laat9t gehouden Volkenbondsvergadering is mede gegeven. Garantie-verdragen. De houding, door de Regeering ten opzichte yan het vraagstuk der garantie-verdragen in genomen, had bij verscheidene leden vol doening gewekt. Andere leden verklaarden gaarne nader 'over het door de Regeering in dezen ingeno men standpunt te zullen worden ingelicht. Bij de door hen gevraagde inlichtingen zouden de leden, hier aan het woord, ook 'gaarne aantreffen een uiteenzetting van het standpunt, dat de Minister inneemt tegenover hel aan de Regeeringen om advies gezonden .ontwerp-garantie-verdrag. Verschillencle leden vonden in de gemaakte Opmerkingen aanleiding als hun oordeel te kennefi, te geven, dat het standpunt, door onze delegatie ter Volkenbondsvergadering ingenomen, als het eenig juiste is te beschou wen. Parliedc verdragen verijdelen het' werk van den Volkenbond en brengen ons terug in de banen van de vroegere verderflijke al liantie-politiek. Sommige andere leden daarentegen zouden 'een garantieverdrag, mits algemeen, naast \de bepalingen van het Voïkenbondsvcrdrag Hiet in beginsel willen verwerpen. Overlegging werd verzocht van het boven genoemde ont\verp garantie-verdrag. "Economische politiek. Van verschillende zijden werd twijfel uit gesproken, of door onze diplomatieke en -onder hun leiding ook door onze consulaire .vertegenwoordigers wel voldoende aandacht wordt geschonken aan de groote economische belangen, welke aan hunne zorgen zijn toe vertrouwd. In verband hiermede sprak men den wensch uil, dat de Minister de noodige maatregelen zal treffen, opdat onze buiten landsche vertegenwoordigers worden door drongen van de waarheid, dat de zorg voor onzen handel en onze industrie, in het bij zonder voor de uitbreiding van het afzetge bied voor onze producten, vooral in dezen tijd een allergewichtigst onderdeel van hunne taak vormt. Gaarne verklaarden verscheidene leden te zullen worden ingelicht omtrent hetgeen door den Minister zelf in bovenbedoelden zin is tot stand gebracht of ondernomen. Deze leden konden zich niet ontveinzen, dat het met Tsjccho-Slowakië gesloten handels-ver drag, waarvan de goedkeuring nog bij de Staten-Generaal aanhangig is, weinig wijst op het bestaan bij den Minister van een diep gaand besef van den plicht, die op de Regee ring rust tot bescherming van den Neder- iaridschen uitvoer. Bij de opgave van het geen in dezen ten aanzien van andere lan den i9 bereikt of ondernomen geworden, zou men in het bijzonder gaarne een antwoord aantreffen op de vraag, op welke wijze de Minister werkzaam is geweest ten opzichte van de onzen export zoozeer bedreigde diffe- renlieele rechten in de Engelsche kolonie. Verhouding tusschen Nederland en Belgie. Gaarne zou men volledig worden ingelicht omtrent den stand van het Belgische vraag stuk en omtrent de verhouding welke thans tusschen de heide landen bestaat. Toelating in Duitschland. Gevraagd werd, of de Minister bereid is bij de Duitsche Regcering aan te dringen op het doen vervallen van den eisch, dat Neder landers, die zich naar Duitschland willen begeven, in het bezit zijn van een Neder landsch paspoort, voorzien van een Duilsch visum. Men meende, dat in elk geval dit laatste behoort te worden afgeschaft of al thans dat de daarvoor vastgestelde heffing, welke nog sleeds f 9 bedraagt, zeer aanzien- .lijk behoort te worden verlaagd. In Duitsch- i land is het verblijf voor Nederlanders thans niet zoo goedkoop meer, dat de heffing een betrekkelijk zoo hoog bedrag nog langer re delijk kan worden geacht. Het verkeer met Duitschland wordt dan ook thans door deze heffing in niet onbelangrijke mate belera- merd. Mocht van Duitsche zijde aan een ver zoek tot afschaffing van het bedoelde visum of tot aanzienlijke verlaging van de' kosten van dat visum geen gevolg worden gegeven, dan ware, naar men meende, te overwegen, of niet ten aanzien van naar Nederland rei zende Duitschers dezelfde regeling behoort te worden .getroffen als ten aanzien van Ne derlanders, die zich naar Duitschland bege ven, van kracht is. Vergoeding van oorlogsschade. Gevraagd werd, hoe het thans staat met de schadeloosstelling in verband met de tor pedeering van de „Tubanlia". Ook zou men gaarne worden ingelicht om trent den loop der onderhandelingen in zake andere schadeloosstellingen wegens in den oorlog toegebrachte schade door de eertijds oorlogvoerende mogendheden aan Nederland te betalen. Bescherming van houders van vor deringen op het buitenland. Sommige leden wezen op het verschijn sel, dat in de valuta-zwakke landen thans herhaaldelijk de gelegenheid wordt benut om buitenlandsche crediteuren door betaling van rente of hoofdsom hunner vorderingen in de gedeprecieerdc binnenlandsche valuta met weinig of niets af te schepen. Ook in ons land zijn duizenden groote, zoowel als kleine bezitters van builenlandsche fondsen dupe van dit verschijnsel geworden. De leden, die deze kwestie ter sprake brachten, stelden de vraag, of de Regeering bereid is het bedoelde verschijnsel ernstig onder de oogen te zien en.de noodige maatregelen te treffen, opdat in Nederland uit dezen hoofde zoo weinig mogelijk schade wordt geleden. Nederlandsche goederen in het Roergebied. Sommige leden, die wezen op de vraag, in de vergadering der Tweede Kamer van den len Juni 1923 door het lid dier Kamer den heer Dresselhuys lot den Minister gericht be treffende Nederlandsche goederen in het Roergebied, verklaarde gaarne van den Mi nister te zullen vernemen, welk het resul taat is van de overweging die de Minister in antwoord óp die vraag heeft toegezegd en in hoeverre de door den heer Dresselhuys Ier sprake gebrachte, kwestie thans lot oplos sing is gekomen. Bezuiniging. De op de begrooling bij hare indiening aangebrachte bezuinigingen werden levendig toegejuicht. Men wees er echter op, dat deze bezuinigingen, welke te zamen nog geen 10 percent' van het eindcijfer der begrooting bedragen,- goenseins voldoende zijn om het aandeel van hét departement van Buiten landscheZaken in de thans noodzakelijke versobering van den Staatsdienst uit te ma ken. Hoewel men vreesde uit den geringen omvang van de hierbedoelde bezuinigingen te moeten 'afleideta, dat de Minister er nog niet genoegzaam van is doordrongen, dat thans een zoo groot mogelijke vereenvoudi ging ook van hel door hem beheerde deel der Staatshuishouding plicht is, meende men zich zijn eindoordeel te dezer zake te mop- ten voorbehouden totdat de toegezegde Nota van Wijzigingen zou zijn verschenen. (De Commissie van Rapporteurs merkt op, dat na het afdeelingsonderzock een Nota van Wijzigingen is ingediend.) Kosten van het departement. De feitelijke formatie in sommige rangen wordt uitgebreid. Hiertegen meende men ernstige bezwaren te moeten maken. In ver band met een schrijven van de Algemeene Rekenkamer tot de Tweede Kamer gericht meent de commissie van rapporteurs dat de mogelijkheid van buitengewone verhoogin gen niet geheel moet worden buitengesloten, doch dat de gevallen, waarin een buitenge wone verhooging plaats vindt, tot het eerst noodzakelijke behooren te worden beperkt. In dit verband zal zij er dan ook prijs op stellen le vernemen, welk gevolg aan den brief van de Rekenkamer van 7 Sepl'. 1.1. ten opzichte van de in dit begrotingshoofd stuk begrepen buitengewone verhoogingen is gegeven. Kosten van builenlandsche zendingen en consulaten. Sommige leden vroegen of er op de ver blijfsvergoedingen, toegekend aan de Neder landsche vertegenwoordigers in het buiten land, niet kon worden bezuinigd, vooral in ianden met gedeprecieerde valuta. Andere leden meenden, dat hiertoe niet dan in geval van uiterste noodzakelijkheid moet worden overgegaan. Zij gaven daarbij als hun oordeel te kennen, dat een beter middel van bezuiniging zou zijn gelegen in de samenvoeging van verschillende gezant schappen en de opheffing van eenige gezant schappen, die zijn gebleken van weinig be- teekenis le'zijn. Eenige leden vroegen of de functie van gezant bij hel Vaticaan en van gezant bij het Quirinaal thans niet in één persoon zou den kunnen worden vereei^d. Verschillende uitgaven. Verscheidene leden meenden, dat de op aan den Volkenbond verbonden instellingen in het algemeen en in het bijzonder op de zeer hooge salarissen der bij die instellingen werkzame personen, een sterke bezuiniging behoort plaats le hebben. Sommige der hier aan het woord zijnde leden verklaarden het zeer te betreuren, dat de Nederlandsche delegatie naar de laatst gehouden volkenbondsvergadering zich in ze ker opzicht tegenstander van bezuiniging op de uitgaven van den bond heeft getoond. In verband met de totstandkoming van de wet, houdende do goedkeuring van de wij zigingen in de herziene Rijnvaarlakte werd door sommige leden gewezen op de aanzien lijke schade, welke aan het havenbedrijf le Rotterdam en Amsterdam wordt toegebracht door de heffing te Straatsburg van de zoo genaamde surtaxes d'entrepot van goederen, welke over Nederland worden verscheept Dit recht wordt niet geheven van over Ant werpen te vervoeren goederen. Gaarne zouden deze leden vernemen, of door den minister reeds stappen zijn gedaan om tot afschaffing van deze heffing te ge raken. Verschillende leden waren van oordeel, dat het bedrag van I 8000 als jaarwedde van den Nederlandsclien regeeringscommissaris voor de uitvoering van het met Duitschland gesloten credict- en kolenverdrag van de be grooting dient te vervallen. HAARLEMMERMEER. Donderdagmiddag vergaderde ten Raadhuize te Hoofddorp on der leiding van den burgemeester de com missie van advies voor werkloosheidsverze kering, arbeidsbemiddeling en ter bestrij- diug van de werkloosheid. O.m. werd be sproken het nemen van maatregelen ter be strijding van de to verwachten werkloosheid in deu komenden winter. Hierbij werd aan gedrongen om zooveel mogelijk te komen tot productieve werkverschaffing, waartoe men zou kunnen geraken o.a. door het diep- spitten van gronden en 't schieten van slo ten in dezen polder. B. en W. zullen een cn ander, in overleg met het Polderbestuur, nader onder do oogen zien. Op de Donderdag te Hoofddo<rp gehou den veemarkt waren aangevoerd 2 werk- paardèn, gcm. 'prijs f 275; 5 hitten, gem. prijs f 150 cu 14 koeien, gem. prijs f 325. Handel matig. Burgerlijke Stand. Geboren Maria Jacoba, d. v. M. Ruighaver en T. C. van der Burg Annetjo Maria, d. v. G. J. J. Kofoed en M.-M. Moleman; Johanna Geer- truida Maria, d. v. C. P. van Mil en O. van der Pool; Adriana, d. v. I. D. Smits en J. C. Stassen; Johannes, z. v. J. W. Roubos en G. P. M. Vermunnicht; Adrianus z. v. P. J. Kraak en W. Bos; Maria, d. v. J. Vaandering en A. E. Missweit; Arend, z. v. W. Dam en A. Post; Wijnandus Johan nes, z. v. H. A. van Leeuwen en M. van Graas; Lubcrtus, z. v. J. C. van der Graaf en C. N. KlaasscnMaartje Maria, d. v. P. Boutersc en Ph. Bokhorst; Cornelia Tcuntje Lidewij, d. v. O. J. Lecnhouts en L. Kipzaat; Marinus, z. v. D. Schouten en M. de Waal. Ondertrouwd: C. Borst, 29 j. en D. A. Hobo, 19 j.P. Cardol, 26 j. en C. P. Joren, 25 j.N. A. do Heij, 30 j. en G. Scheunhage, 24 j.; P. F. Strobbe, 25 j. on M. Th. Selis, 20 j,J. J. H. Verdonk, 24 j. en S. C. van Beek, 22 j. Gehuwd: VV. Sack, 22 j. en W. Lammens, 20 j.J. M. Kool, 28 j. en M. C. van der Buist, 28 j.A. van der Stelt, 25 j. en M. Pcnpo, 23 j. OverledenCornelia van Andel, 36 j. ge huwd met C. Beers; Hendrika Gerarda, 11 mnd, d. v. A. H. van Walstijn en P. Hoef- eijzers; Johannes Anlonius, 2 mnd. z. v. O. van der Vlugt en Warmerdam; Jan- nigje Klcinjan, 52 j. gehuwd met J. Post-ma; Teuntjo van Brakel, 81 j. weduwe van G. de Koter. Levenloos geboren: kind van het manne lijk geslacht van G. J. J. Kofoed cu M. M. Moleman. HILLEGOM. Do Hillegomsche Bestuur- dersbond hoeft per adres aan den gemeente raad verzócht, gezien de loonsverlaging em do komende groote werkloosheid, om aan deze menschen goedkoope brandstoffen be schikbaar te stellen en aan werkloozen een quantum gratis te geven. De Minister van Financiën heeft be paald, dat do contributie voor vakvereeni- gingen beschouwd moet worden tot het nood zakelijk levensonderhoud tc behooren en bij de opgave voor do Rijksinkomstenbelasting afgetrokken mag worden. Do Hillegomsche Bestuurdersbond verzocht daarom aan den raad do verordening voor de plaatselijke inkomstenbelasting in donzclfden geest to veranderen. KATWIJK AAN ZEE. Van do trawlvis- scherij kwamen Donderdag to IJmuiden aan de ma/rkt do loggers: K W 173 met f 505, 155 met f741, 17 met f 576, 116 met f381, 64 met f 877 en 15 met f 379 besomming. LISSE. Naai men ons mededeelt heeft Gravin Van Lijnden door een val, een been op twee plaatsen gebroken. Gemeentel aad. Voortzetting der vergadering ter behan deling van de begrooting. Voorzitter welh. Tromp. Afwezig de bur gemeester en de heeren Onderwater en Algera. i Alvorens te beginnen vraagt de heer Ver- du yn het woord. Waar het de eerste vergadering is, dat de jonge wethouder mede aanzit en hij nog betrekkelijk jong is, en nog een jonge zaak heeft, spreekt hij de hoop dat de opgevatte taak' voor hem niet le zwaar zal blijken. Spr. flioopt op aangenamo samenwerking in het wélzijn der gemeente. Welh. Warmerdam brengt dank voor dei sympathieke woorden. De heer Segers vraagt nog eenige inlicht tin gen, naar aanleiding van eenige posleui der uitgaven betrekking hebbende op do. onderwijscursussen. De post was verhoogd van f 300 op f 120® wat voor allen niet duidelijk bleek. Bij de inkomsten blijkt dat het batig saldo lager is dan het vorig jaar. De heer Segei9 vraagt naar de mogelijk» heid, dat de Rijks-ontvanger, wat meer zit< dagen houdt, b v. eenmaal per week. Alle heeren zijn het daar mee eon9 en in dat verband zullen slappen gedaan worden bij de betrokken autoriteiten. Bij den post weegloonen, vraagt de hee* Segers of het Rijk voorschrijll een waag tó moeien hebben, zoc niet dan is spr. er voot liet ding mair op te ruimen en den heer v, d. Mark maar te bfëedigm. Weth. Tromp maakt daartegen bezwaren De heer Segers is er dan voor dat de tarieven worden herzien en het dan nog een jaar aan te zien Op een desbetreffende vraag van den heer. A. H. Schrama deelt de voorz. mede, dat a s. winter de tarieven van havengelden zullen worden herzien en wat milder ge-, steld. I De heer Kuipers vindt de huur van dB woning van den heer Volkersz te laag. De voorz. zegt dat dit geen huur betreft maar een toezeg?) np van den heer VoL kersz, daar de woning bij den bouw eenigs- zins is gewijzigu, overigens is het geen huurwoning. De heer Segers vraagt of er geen veror dening behoort gemaakt te worden voor de staanplaatsen bij de feesten. De voorz. zegt dat dit niet be3t kan; dat moet maar willekeurig geheven worden. De schoolgelden zullen voortaan niet rneer gcheyen worden naar het zuiver in komen maar naar het belastbaar inkomen volgens de Rijks aanslagen. De heer Langeveld vraagt of het niet mogelijk is, dat kinderen welke uit het bui tenland hier worden verzorgd, vrijgesteld worden van schoolgelden. De voorz Neen dat zou niet billijk zijn< De heer Langeveld doet een voorstel om 3V« pCt. pensioenbijdragen te heffen van de gemeente-ambtenaren. De heer Van Kesleren: Dan doe ik een voorstel voor loonsverhoogmg. Ik had ge dacht dat de heer Langeveld meer demo cratisch was aangelegd. De heer Langeveld is er in principe voor dat ook het personeel wat bijdraagt aan liet pensioen, afgezien van het feit of de sala rissen tc laag of (e hoog zijn. De heer G. Schrama zegt, dat in de Soc. Commissie niet i9 gebleken, dat de salaris sen le laag waren, overigens is spr. er ook niet voor. dat pensioen-bijdragen worden gevraagd. De heer Onderwater komt ter vergadering. De heer Pijp acker is wel voor 31/* pCt. pensioen-bijdragen, daar de levensbehoeften ook meer en meer. dalen. Spreker vindt dit hcelemaal niet-onbillijk, vooral met het oog op de belaslingbelalers als de kleine kwee kers of middenstanders. De heer A. H Schrama, welke dagelijks omgaat met de artikelen der levensbehoeften vindt dat de prijzen hcelemaal niet zijn ge daald, integendeel, veel artikelen worden nog sleeds verhoogd. Spr. kan daarom het voorstel-Langeveld niet steunen. De heer Algera komt ter vergadering. De heer Langeveld verdedigt nogmaals zijn voorstel en wanneer het voorstel niet wordt aangenomen, dan komt spr. het vol-» gend jaar er weer mede terug. Wethouder Warmerdam bestrijdt den heer Pijnacker. Sor. zegt, dat wij de financiën van Amsterdam, zooals do heer Pijnackel doet, niet gelijk moeten stellen met die van, Lisse. Spr* kan ook niet met het voorstel medegaan. De heer Segers zegt, dat toch eenmaal weer pensioenbijdrage zal moeten plaats hebben en daarom is spreker er voor nu daa* aan le beginnen. De heer Yerduyn is ook^roor pensioen* bijdrage. In stemming gebracht wordt hel voorstel aangenomen met 7 tegen 6 stem» men. Naar het Engelsch, door BERTA RUCK. (Nadruk verboden)). 63) Hij was gemakkelijk om mee te praten, vend ik, als een broer, die ook een groote vriend van je is. Juist zoo iets, zou ik deu ken. Ik heb nooit een broer gehad. Maar kapitein Meredith scheen zooveel gezelli- ger? in zeker opzicht, dan de jongeman, dien ik het meest van allen ter wereld ge kend had Ik herinner mij, dat Reggie mij altijd liever dit Stevenson wou voorlezen can een. heelen middag over koetjes tn kalfjes praten. Merkwaardig, dat ik bijna evenveel achtereenvolgende uren had doorgebracht met dezen zoogenaamden „echtgenoot" van mij, ale ik uren over een heelen zomer ver spreid ia het gezelschap van Reggie ahin- (ïer vrij-uit praten, omdat in dat geval de mogelijkheid altijd bestond, dat hij dacht, dat ik met hem wou flirten. Zui genoot ik werkelijk van dezen mid dag met dezen jongen man, bij wien deze kwestie natuurlijk niet kon opkom0®, daar kapitein Meredith getrouwd was. En... x luister nooit meer naar flauwe grappen omtrent platonische menschen. Zij bestaan wel... liet was pas nadat wij weer naar buiten gingen in de schemering, waarin de ster ren opkwamen, en in de beweging van den boulevard, dat Miss Vera Vayne's echtge- i ooot mij herinnerde aan den fantastischen en voor 't oogenblik onbreekbaren band, die tusschen ons bestond. „Er is iets, dat mij daar juist treft", zei hij, toen wij voortwandelden (het is net oi wij al weken lang met elkaar wandelen en praten, en dan te bedenken, dat het nog maar één dag isl). weet wel, dat ik geen bloemen voor u koop-en mocht? Nu, ik bedacht mij juist, dat mijn moeder heb al heel vreemd zal vinden, dat ik den heelen dag te Parijs rondboczxtel met... met zijrr vrouw", zei hij op do e»e>nig mo gelijke manier, luchthartig en ondeugend, en ik koop niet een souyenirtje voor haar, -«en kleinigheidje, om da vroolijke hoe noem je dat to vieren!" ,.0, daar zal Lady Meredith niet op let ten", zei ik haastig. „Niet?" zei bij. ,,U weet wel beter. Va der denkt er misschien niet over, Maar zij wel. En zij heeft zich al over zooveel aiu- gen verbaasd Waarom zou ik in mijn brie ven over „Vivie" gesproken hebben en hier over Rose? Waarom heb ik u niet da delijk aan haar voorgesteld 1 O, en zooveel dingen meer 1" ,,Dan hindert het niet of er nog wat bij komt", zei ik, het hoofd schuddend. „Al veibaa>st het uw moeder, dat u hier niets voor mij koopt, ik moet het er maar op vagen. Ik ben maar een vtouw, nietwaar; ik behoef due niet te probeeren logisch te redenoeren. Ik kan u dus alleen maar zeg gen, dat ik in ieder geval... liever geen presentjes voor uw vrouw wil aannemen?" Wij staken de straat over. Ik zag, dat bij het niet prettig vond. Toen zei hij: ,,Nu, Juister dan eens. Zou u dan niet zulk een k'einlgbeid voor u zelf willen aannemen?" „Neen," zei ik kortaf. Wij hadden vrijwel geslenterd over de breode straat. Nu verdubbelde ik onwille keurig mijn pas. Over mijn schouder eei hij met een an dere stem:,, Juffrouw Whitelands! U be grijpt mij niet geheel en al. Ik wou alleen, ach toe, loop zoo hard niet, als 't u niet» schelen kanl Neenl Nu is 't goed! Maar ik kan nog niet zoo gauw mee. Ik wou al leen zeggen, is er niet iets, dat wij aan mijn moeder kunnen laten zien; iets, dat u van mij had willen aannemen, als ik een vriend van u wasaan u voorgesteld door kapitein Penmore bijvoorbeeld?" Ik voelde mij wat verlegen, ik vond het wel prettig en toch wist ik niet goed wat cr aan te doen; alles bij elkaar. I!c bogreep, dat hij door wat hij nu zei, trachtte goed te maken hoe hij den vorigen avond .gesproken had. (Den vorigen avond pas? Eeuwen schenen na dien tijd verloo- pen te zijn). Hij stak een heel eind boven mij uit, toen hij naast mij liep, en zei op den lucht hartigs ton, vriendelijksten toon van de wereld: „Ik hoop, dat ik uw gevoel voor etiquette niet bcloedlgd 'heb? Maar luister eens." Hij zwaaide met zijn wandelstok. „Zelfs het stijf opgevoede jonge meisje uit de Victoria-periode, zelfs mijn moe der, toen zij een jong meisje was, mocht cadeautjes van een heer aannemen. Zijn er niet ergens gTenzen daarvoor aangege ven? Een man kan boeken aan een jong meisje geven, dat niets, compleet niet* met hem te maken heeft. Of hij mag iet* geven, dat geen blijvende waarde heeft; iets, dat fijn gesneden kan wonden en in den oven geworpen, om zoo te zeggen. Oho- cola, hoe denkt u daarover?" „Sir Richard overlaadt mij met cho cola". „Sigaretten dan? Rookt u niet? Dat dacht ik eigenlijk wel. Hal Odeur! Dat is vluchtig goedje. Het vervliegt. Houdt o van odeur?'' Ik vond het onbeleefd «alles te weigeren, wat hij zoo gemakkelijk, zoo tactvol aan- bood l Het volgende oogenbük waren wij een i van die echte odeurpalcizea binnen getre- den, waar enorme flesschen, vierkant en langwerpig, met kristallen sluiting en lin- tenversiering, in mandjes waren geëta leerd of Gp ebbenhouten tafels stonden. „Wat zullpn wij nemen?" zei mijn met gezel, rondkijkende. Zij droegen de ietwat vreemde titels van: „L'heure bleue", „Pour troubler" en „Vertigc". „Ja, mij dunkt om aan mijn moeder te laten zien moesten wij liever iets nemen met een meer gewonen vaam", zei kapitein Meredith enel en zacht. En hij bestelde een vierkante flesch odeur met 'het eti ket. „Quand l'été vient." Tot mijn schrik hoorde ik, dat hij ze ventig francs kosttebet was mijn eenige troost, dat hij niet gekocht was ter wille van mij, maar van Lady Meredith. Ik was van plan hem dadelijk te laten zien zoodra wij in he1 hotel terug waren. Hier hoorden wij, dat Sir Richard en zijn vrouw thuis geweest, maar weer uit gegaan waren, en de boodschap hadden achtergelaten, dat zij naar de comedie gin gen en wij niet op hen behoefden te wach ten- Alweer? Kapitein Meredith was «oker zoo aardig en tactvol geweest, als men maar kon verwachten van eenig bitter be-* proefd jongmensch met een echte vrouw", die hij moest opsporen, en een voorge* wende vrouw, die tegelijkertijd moest bezig gehouden worden. Maar behalve die en kele uren 's middags, was ik den heelen dag met hem alleen geweest van plus minus tien uur des morgens tot zeven uur *8 avonds. Moest de heele avond nu waarlijk weef gewijd worden aan een eindelooze samen-i spraak tusschen den man van Vera Vaynl en mij?" Waarschijnlijk wel. Wij dineerden met ons tweeën In een rcuaachtig restaurant vol palmen, waar ik juist zat te denken hoe wonderlijk alles toch was, toen ik een Engelschman met oen grijzen snor-aan een tafeltjo naast ons boos hoorde brommen bij zijn kop koffie. „Ellendig eten! Ellendig 1 De hoele oroge-1 ving ds bestemd om Engelschen en Amert* kanen te vleien. Zij vragen een gezellige omgeving voor hun maaltijden. Licht, lucht en gemakkelijke sofa's Van eten klaarma ken hebben zo geon verstand. Ze kunnen er niets van. Alles is hier veel te zout. En do crêpes! De crêpes, die gemaakt moeten worden, terwijl wij aan tafel zit ten Even warm gemaakt over een klei nen rooster en wat rhumsaua er over. Dat kan je toch geen crêpe noemen. Acht 'I Moest een nieuwe sensation wezen 1". (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 9