In verkeerde Schoenen. LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 1 November. Tweede Blad. Anno 1923. i GEMEENTEZAKEN. FEUILLETON. No. 19525. Benoemingen en ontslag. Tengevolge van het bedanken van den beer J. B. Meynen ala lid der Commissie [tot wering van Schoolverzuim worden ter benoeming aanbevolen: la. J. Schouten, onderwijzer aan de bijzondere lagere school iian de Pasteurstraat B2o. G. van Putten, jdem aan de bijzondere lagere school Mid- 'delstegracht. Ter voorziening jn de vacature van lid-1 (werkgever, ontstaan in het bestuur der Gemeentelijke Arbeidsbeurs, door het over lijden van den heer N. Zwart worden aan bevolen: lo. «X» Zitman (thans plaats very., lid); So. J. Meyer; en als de heer Zitman als zoodanig wordt benoemd worden als plaatsvervangend lid werkgever aanbevo len: lo. J. Meyer Jzn. 2o. F. L. J. van Noort. Blijkens het nieuwe programma vocxr het 'examen ter verkrijging eener akte van be kwaamheid als hoofdonderwijzer of -onder wijzeres, zal voortaan niet meer worden geëxamineerd in de vakken rekenen en teekenen en behoeven deze vakken aan den cursus voor de hoofdakte, verbonden aan de Kweekschool voor onderwijzers en on derwijzeressen, derhalve niet meer te wor den onderwezen. Als nieuw vak is echter ingelascht de wiskunde. Het gevolg van deze veranderingen is, 'dat aan de heeren J. Broeze en J. H. Wat- tez, leeraren aan de af deeling B der Kweek school, resp, in rekenen en teekenen, eer vol ontslag moet worden verleend en dat aan die afdeeling een leeraar in de wis kunde moet worden benoemd» Vermits, allo candid aten reeds in 1924 examen moeten afleggen in de wiskunde, ,was het dus zeer gewenscht, dat de noo- 'dige veranderingen in het programma zoo spoedig mogelijk werden aangebracht. Om die reden hebben B. en tV. inmiddels den Directeur -der Kweekschool gemach tigd om met ingang van 16 October j.l. de vakken rekenen en teekenen uit het pro- gramma te schrappen en het onderwijs in wiskunde vocwloopig, in afwachting van ?s Kaads beslissing, op te dragen aan den heer K. Bijlstra, leeraar in de wis- en na tuurkunde aan de afdeeling A der Kweek school. B. en W. vragen nu de goedkeuring van 'den raad. B. en W. brengen in herinnering, dat zij in verband met den op 26en Juni 1922 genomen beslissing om het onderwijs in ide nuttige handwerken op de openbare lagere scholen binnen den gewonen school tijd te doen geven in hun voorstel van 12 September 1922 mededeeling hebben gedaan van hun voornemen, om dat onder wijs in te krimpen. Daarbij merkten zij op, 'dat aan dat voornemen uit den aard der zaak oerst dan uitvoering kon worden ge geven als de nieuw© leerplans zouden zijn vastgesteld en spraken zij het vertrouwen Wit, dat die leerplans zoo tijdig gereed zouden- zijn, dat op 1 Januari 1923 ook dit gedeelte van de reorganisatie van het o. L onderwijs in werking kon treden. Door verschillende omstandigheden. onafhan kelijk van hun wil is de totstandkoming van het leerplan voor de scholen, wier leerlingen bestemd zijn om na 6 jaren lover te gaan naar de Centrale school voor het Te leerjaar, zeer vertraagd. Kon daar door derhalve aan dit besluit tot nu toe fcen gevolg worden gegeven, evenmin was et mogelijk om, zoolang het oude leer plan werd gevolgd, voor die scholen over to gaan tot vervanging van de vakonder wijzeressen in de handwerken dooT de ge wone onderwijzeressen, waartoe op den lSden December 1922 werd besloten. Hoewel de vervanging van de vakonder- wijzexessen door de gewone onderwijzeres Ben aan de overige scholen niet afhanke lijk is van een wijziging van het leerplan, omdat het handwerk onderwijs op die scho len reeds binnen den gewonen schooltijd Valt, scheen het B. en W. toch beter daar mede te wachten tot deze maatregel in vollen «omvang kan worden toegepast, d.i- 'derhalve op het tijdstip van invoering van het bovenbedoelde nieuwe leerplan. Aan gezien dat leerplan vermoedelijk binnen zeer korten tijd gereed zal komen, kan de Invoering er van, Ion dus ook do ingang van de aangegeven veranderingen in het onderwijs in de handwerken naar hun mee- nlng op 1 Januari a.s. worden gesteld. Echter zullen ook na dien datum nog vak- onderwijzeressen bij het o. 1. onderwijs werkzaam moeten zijn, immers het onder wijs in de handwerken wordt in het 7e leerjaar en aan de leerschool aan vakon derwijzeressen opgedragen. Bovendien ach ten B. en W. het geenszins uitgesloten, dat bijzondere omstandigheden in sommige gevallen vervanging van een vakonderwijs zeros door een gewone onderwijzeres on- gewensebtr zullen maken. Teneinde nu tot de vervanging van de vakonderwijzerëssen te geraken, achten zij het, met den Inspec teur van het lager onderwijs in deze in spectie gewenscht, dat reeds nu aan alle vakonderwijzeressen eervol ontslag wórdt verieend met ingang van 1 Januari a.s. Zij stellen zich voor zoo spoedig mogelijk te onderzoeken hoeveel onderwijzeressen na 1 Januari noodig zullen zijn. Wijl dat on derzoek echter eenigen tijd zal vorderen, moet het ontslag daaraan, naar hun mee ning, voorafgaan. Immers, werd met het toekennen van ontslag gewacht tot het on derzoek zijn beslag zoude hebben gekregen, dan zoude dat uitstel er zeer waarschijn lijk toe Seiden, dat eerst geruimen tijd Da ingang van het ontslag aan de dan ont slagen onderwijzeressen pensioen of wacht geld zoude kunnen worden uitgekeerd. Ook behoort het al of niet vorleenen van ontslag aan bepaalde vakonderwijzeressen niet afhankelijk te worden gesteld van al lerlei omstandigheden, maar achten B. en W. het beter aan alle onderwijzeressen, ontslag te geven wegens opheffing der be trekking. Hiertegen kan geen bezwaar be- staaD, vermits die onderwijzeressen niet meer aan bepaalde scholen zijn aangesteld, maar worden geacht werkzaam te zijn ,,bij het openhaar lager onderwijs". Er is der halve geen aanleiding ten deze eenige uit zondering te maken. Op grond van het bovenstaande geven B. en W. alsnu in overweging om te beslui ten mét ingang van 1 Januari 1924, we gens opheffing barer betrekking, eervol) ontslag te verleenen aan de volgende on derwijzeressen in de nuttige handwerken bij het openbaar lager onderwijs, t.w. de dames E. !M. Barnhoorn, A. E. Driesens, M. R. Driesens, P. Fles, A. Herweijer, A. S. Hooijer, M. A. Horree, P. B. v. d. Horst, M. Kaptein den Bouwmeester, J. K^ereweerNieawenburg, G. N. Klinken berg, G. Koolhaas, O. Korenhoff, E. Eo- renhoff, A. M. Kosters, J. v. d. Linden, M. Maartense, A. M. Mackenzie, J. H. Neu- tebcom, W. C. de Nie, Th. M. van Noord, M. den Ouden, F. E. Pen, H. Plesman, M. Hitman, J. Bchophuizen, C. C. Verbiest, A. L. de Vries, S. O. J. de Wekker, G. M. Wiersma. CL F. van Wijk en A. Th. v. Wijngaarden. Subsidie Burg. Armbestuur. Het Burg. Armbestuur deelde B. en W. mede, dat het weldra het restant van de te zijner beschikking staande subsidie voor 1923 ten bedrage van f 7000 zal moeten op vragen en verzocht tevens te willen bevor deren, dat bovendien een bedrag van f 50000 voor de kosten van zijne bemoeiingen be schikbaar wordt gesteld. Naar aanleiding hiervan geven B. en W. nu den Raad in overweging de postSubsidie aan het 'Burg. Armbestuur met f 50000 tó verhoogen te vin den door afschrijving van den post voor Onvoorziene uitgaven, waarop in totaal f 831905 beschikbaar is. Gratificaties na overlijden van gemeente ambtenaren. Zooals bekend is, bepaalt artikel 12 der verordening, regelende den rechtstoestand van de ambtenaren der gemeente Leiden, dat, indien een ambtenaar overlijdt met achterlating van een weduwe of van kin deren beneden den leeftijd van 18 jaar, of die kostwinner was van zijn ouders of van broeders en zusters beneden den leeftijd van 18 jaar, een gratificatie wordt uitge keerd tot een bedrag gelijk aan de bezol diging in geld over een tijdvak van 3 maan den, eventueel verminderd met het bedrag van het weduwen- en weezenpensioen, dat gedurende dien tijd zal worden genoten. Deze bepaling is niet van toepassing op de ambtenaren en werklieden, 'diè krachtens artikel 1 niet onder den rechtstoestand- yerordening vallen. Daarnevens geldt nog het raadsbesluit van 17 Maart 1845 laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 October 1913 op grond waarvan in de gevallen, waarin do wet aan de gemeentebesturen de vrijheid laat over de jaarwedden, bij overlijden der rechtheb benden, te beschikken; bij overlijden aan de overgebleven echtgenoot of aan de -bloed verwanten in de op- en nederdalende linie van de ambtenaren of bedienden een grati ficatie wordt uitgekeerd ten bedrage van het verschil tusschen het traktement en het te verleenen pensioen, berekend over een tijdvak van drie maanden. Het komt B. en W. gewenscht voor, dat de redactie van laatstgenoemd besluit iu overeenstemming wordt gebracht met de bepaling der verordening en dit te eer, nu na het overlijden van den vorigen Gemeente ontvanger gebleken is, dat het verschil in redactie kan geven tot onbillijkheid. B. en .W. geven nu in overweging laatstgenoemd raadsbesluit in te trekken en te besluiten, dat aan allen, in dienst dor gemeento Lei den, die pensioengerechtigd zijn en wier rechtspositie niet is geregeld bij de veror dening, regelende den rechtstoestand van de ambtenaren bij overlijden met achterla ting van een weduwe of van kinderen bene den den leeftijd van 18 jaar of die kost winner waren van hun ouders of van broe ders of zusters beneden den leeftijd van 18 jaar een gratificatie wordt uitgekeerd tot een bedrag gelijk aan de bezoldiging in geld over een tijdvak van 3 maanden, eventueel verminderd met het bedrag van het weduwen- of weezenpensioen, dat gedu rende dien tijd zal worden genoten, onder bepaling, dat dit besluit mede van toepas sing zal zijn op de weduwe van den over leden Gemeènte-onfcvanger G. H. Kokx- hoorn. Verpachting buffetten in de Gehoorzaal. Op 39 April 1924 eindigtt de krachtens raadsbesluit van 17 April 1919 voor den tijd van 5 jaren met den heer W. F. van Ingen Schenau Jr. aangegane pacht van de buf fetten in de Stadsgehoorzaal, in verband waarmede de pachter verzocht de exploi tatie wederom voor een gelijk tijdvak aan hem op te diagen. Tegen verlenging van de overeenkomst bestaat bij B. en W. aangezien de hee<r van Ingen Schenau zijn verplichtingen steeds goed is nagekomen, geen bezwaar, doch wel achten zij eenige verhooging van de pachtsom met het oog op het gebruik dat van de Stadsgehoorzaal gemaakt wordt, ge motiveerd. De Commissie van Fabricage meende dat de pachtsom, thans f 2015 bedragende, zou dienen te worden gebracht op f2500 per jaar, doch het komt B. en yV. voor, dat een dergelijke verhooging in verband met de tijdsomstandigheden niet voldoende gerecht vaardigd is en dat met een verhooging tot f 2250 dient te worden volstaan. De heer Van Ingen Schenau neemt met dit bedrag genoegen, waarom B. en W. den Raad voorstellen daartoe te besluiten. Verlof aan dr. A. 0. Oort. Onder verwijzing naar een voorstel van de Commissie van Beheer over do Gestichten Endegeest, Voorgeest en Rhijngeest inzake het verzoek van dr. A. H. Oort, eerste ge neesheer aan het sanatorium „Rhijngeest", geven B. en W. den Raad in overweging aan dr. A. H. Oort gedurende één jaar, met ingang van een nader door het College te bepalen datum, verlof te verleenen uit zijn betrekking van eerste geneesheer aan het sanatorium „Rhijngeest" te Oegstgeest, met behoud van wedde, echter onder de navolgende voorwaarden le. dafe door hem voor den tijd zijner afwezigheid een plaatsvervanger wordt ge steld en dat deze zij ten genoegen van den Geneesheer-Directeur en van de Commissie van Beheer over genoemde inrichting; 2e. dat hij alle kosten uit en ter zake van zijn plaatsvervanging voortvloeiende, waaronder begrepen de door hun College nader te bepalen vergoeding aan dr. H. W. Borgerhoff Mulder voor de waarneming van de betrekking van eerste geneesheer, geheel voor zijn rekening neemt. Verhuring van land. Binnenkort eindigt de huur van eenige perceelen wei- cn teelland. Met uitzondering van den heer van Ulden hebben alle huurders den wensch te kennen gegeven tot bestendiging der huur voor den tijd en tegen de prijzen, als hieronder is ver meld. Wat de tot nog toe aan den heer van Ul den verhuurde perceelen betreft, hebben de heer M. Menken en de Gebrs. Tijssen ver zocht deze perceelen, die bij hen reeds bij wijze van onderhum in gebruik zijn, recht streeks van de gemeente te mogen huren, tegen inwilliging van welk verzoek bij B. en W. geen bezwaar bestaat. Onder mededeeling, dat üa huurprijzen hun voldoende voorkomen, geven B. en W. alsnu, overeenkomstig het advie9 van de Commissie van Beheer over hot Grondbe drijf in overweging de genoemde perceelen wei- en teelland te verhuren als hij elk per ceel is aangegeven: lo. aan C. Boekee, alhier, het perceel teel land met schuur bewesten het Raamland, groot pl.m. 1.07.50 H.A., voor den tijd van één jaar, ingaande 1 December 1923, tegen een huurprijs van f 500; 2o. aan C. van der Mey, te Oegstgeest, de perceelen teelland met woning in den Bosch- huizerpolder, groot pl.m. 0.54.00 H.A., voor den lijd van één jaar, ingaande 1 Januari 1924, tegen een huurprijs van f 140. 3o. aan M. Menken, alhier, de perceelen grond met woning c.a. in de Waard, groot plan. 0.33.00 H.A., voor den tijd van vijf jaren, ingaande 1 Januari 1924, tegen een huurprijs van f400 per jaar. 4o. aan de Gebrs. G. en A, Tijssen, alhier, het perceel grond in de Waard, groot pl.m. 0. 12.87 H.A., voor den tijd van vijf jaren, ingaande 1 Januari 1924, tegen een huur prijs van f 260 per jaar. 5o. aan A. van Leeuwen te Leiderdorp, de perceelen weiland in den Stadspolder, groot pl.m. 6.47.49 H.A., voor den tijd van drie jaren, ingaande 1 Januari 1924, tegen een hump rijs van f 1350 per jaar. 6o. aan G. Dorrepaal, te Zoeterwoude, de perceelen weiland in den Stadspolder, groot pl.m. B.90.90 H.A., voor den tijd van drie jaren, ingaande 1 Januari 1924, tegen een huurprijs van f800 per jaar. Wijziging van een Raadsbesluit inzake grondvarkoop. In overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage geven B. en W. den Raad in overweging: A. Het besluit van 30 April 1923 betref fende den verkoop aan de woningbouwvere niging „De Eendracht" van een perceel bouwterrein groot pl.m. 7225 vierk. M., te wijzigen in dien zin, dat in plaats van „60 beneden- en 60 bovenwoningen" wordt ge lezen „62 beneden- en 62 bovenwoningen"; B. Het besluit van 30 April 1923 betref fende het verleenen van een hypothecair voorschot aan de woningbouwvereniging „De Eendracht" van ten hoogste f 407.620 voor den bouw van arbeiderswoningen op een terrein benoorden den Lagen Rijndijk, te wijzigen in dien zin, dat in voorwaarde b ïn plaats van „60 beneden- en 60 bovenwo ningen" wordt gelezen „62 beneden- en 62 bovenwoningen" C. Vast te stellen den hierbij overgelegden suppletoiren begrotingsstaat, dienst 1923. Aankoop van een perceel aan de Bloem&tr. In verband met de noodig geachte door trekking van de Bloemstraat tot aan de For- mosaslraat aan den Lage-Rijndijk geven B. en W. den Raad in overweging te besluiten: a. tot aankoop tegen den prijs van f3300 van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie K no. 1291 en groot 770 vier kante Meter; b. tot vaststelling van den mede hierbij overgelegden suppletoiren begrotingsstaat, groot met inbegrip van de kosten van over dracht f3451. B. en W. willen nog geen gasprijsverlaging. Zooals bekend werd in de raadsvergade ring van den 15den October om praeadvies in handen van B. en W. gesteld een voor stel van den heer Van Eek om met ingang van de meteropneming over November 1923 den prijs van het munlgas en aan het gas geleverd over den meter met 1 cent per kub. M. te verlagen. Met de meerderheid van de Commissie van de Lichtfabrieken zijn B. en W. van oordeel dat er thans geen reden bestaat om het voorstel aan te nemen. De begrooting voor het jaar 1924, geba seerd op de gasprijs van 11 cent moet nog in behandeling komen en het verdient nu toch geen aanbeveling tot een zoo ingrijp penden maatregel, die ook nog voor een deel van 1923 zou gelden. Voorts heeft Leiden reeds een zeer laag tarief in vergelijking met andere gemeenten, B. en W. meenen, dat eerst bij of direct na de behandeling van de begrooting voor 192-1 nader over de gaskwestie beslist moet worden. Met hun college acht de meerderheid der Commissie het wenschelijk dat als er tot verlaging moet worden overgegaan een re ductietarief dient te worden toegepast* Onder mededeeling, dat zij hopen te zijner tijd de noodige voorstéllén te doen, geven B. en W. thans in overweging het voorstel van den heer Van Eek niet aan te nemen. Pompinstallatie voor de nieuwe Zweminrichting. Binnenkort moet worden overgegaan tot het opstellen van de pompinstallatie, zoo* mede tot de uitvoering van de gewapend be* tonwerken ten behoeve van de grondwater* zweminrichting aan de Zijl, voor het oprich ten waarvan bij Raadsbesluit van 12 Febr* j.l. de noodige gelden beschikbaar werden gesteld. Bij de tot dat einde door B. en W. aan een aantal speciaal op dit gebied werkzame firma's gedane prijsaanvrage is gebleken, dat de firma H. J. Tjaden en Zn. te Haar lem, die op dit gebied een goeden naaifl heeft, aanneemt de bedoelde pompinslalla- tie té 'leveren en bedrijfsva&rdig op te stel len voor de som van f 7505. Deze aanbie ding is de laagste en bovendien alleszins aannemelijk. Van de firma's, aan wie door B. en W. prijsopgave is gevraagd voor de uitvoering van de gewapend betonwerken, heeft de N« V. Wernirtk's Betonfabriek alhier, de laagste en tevens meest aannemelijke offerte ge daan, te weten f 14.990. B. en W. stellen nu voor een dezen de levering te gimnefi Opstellen van een electrische bewegings inrichting. Nu de plannen in zake de vernieuwing van de Leiderdorpsche brug door de Gede puteerde Staten dezer provincie zijn goedge keurd, kan tot de uitvoering van dit werk worden overgegaan. Tot de onderhavige brugvernieuWing be hoort onder meer het maken van een elec trische bewegingsinrichting, waarvan~het aanbrengen noodig is in verband met de grootere doorvaartwijdte, welke de brug na' de verbouwing zal verkrijgen. Aan de ver gunning tot vernieuwing toch, door Gedepu teerde Stalen verleend, heeft dit College de voorwaarde verbonden, dat de doorvaart wijdte, thans 7.58 M. bedragende, ten min ste 10 M. moet bedragen. De vernieuwde brug zal alleen dan doop één. persoon, gelijk tot dusver, bediend kun* nen worden, zoo zij van een electrische be wegingsinrichting wordt voorzien. Het Pro vinciaal Bestuur heeft daarom, overwegende dat het aanbrengen dezer installatie een rechtstreeksch gevolg is van de bovenbe*. doelde voorwaarde, besloten aan de gemeen-, le Leiden daarvoor een extra vergoeding toe fe kennen van f 10.000. Buitendien ontvangt Leiden van de Provincie een tegemoetko ming van f8000 wegens de meerdere kos ten, veroorzaakt door de vergrooting van de doorvaartwijdte, zoomede een bedrag van f 5500 als subsidie in de kosten van de ver breeding der brug tot 4 Meter. Voor het leveren en aanbrengen van de bedoelde electrische bewegingsinrichting komt, naar de meening van B. en W. en van de Commissie van Fabricage, het meest in aanmerking de N. V. Ilaarlemsche Ma chinefabriek voorh. Gebrs. Figee te Haarlem, die zich bereidt verklaart deze bewegings inrichting te leveren en op te stellen voor f 4775. B. en W. stellen nu voor dit werk onders hands aan genoemde firma op te dragen. Toezichthoudend personeel bij uitvoering van volkswoningbouw. Bij adres verzoekt de afdeeling Leiden van den Bond van Technici, aan de voor waarden, waaronder ten behoeve van den houw van arbeiderswoningen voorschotten "V Naar het Engelsch, door BERTA RUCK; (Nadruk verboden)). 46) Want indien iemand maar „natuurlijk" «egt op een voldoend overtuigden toom en op het juiste oagenblik, dan zijn de onge- prepareerde personen, tot wie het woord gericht is, als 't ware gehypnotiseerd en denken, dat hij een duidelijk in 't oog val lend feit constateert. „O, natuurlijk", herhaalde de arme Lady Meredith werktuiglijk en geheel van haar ctuk gebracht Zij zeide niets meer, terwijl haar zoon zich omkeerde en rijn zachte, puntige kha- kipet en zijn jas en de klein© karwats ging halen. ►Goeden nacht, allemaal I" zei hij vroo- lyk zonder iemand speciaal aan t© zien. En hij verdween zonder drukte te maken, door de toeslaande glazen deuren van het hotel met een af scheidsknikje en de woor den; „Tot morgenochtend*" HOOFDSTUK XXI. Eet eene téte-d-têfe veer en het andere na. Iedereen leent het soort blijspel of boek W de café-chantant-grap, die tot grond slag hebben den toestand van twee jong© tnenschen, die alleen wensohen t© zijn, maar wier verlangen steeds wordt tegen gewerkt. Er is steeds een menigte mensehen om hen heen: zij worden steeds vervolgd door een chaperonne. Of een broertje, dat als een mug om hen heen gonst, waar rij zich ook maar bewegen. Of een vreemdeling, die rich van niets bewust is, komt hen overvallen en stoort het tête-hrtête, waar zij zoo naar verlangden. Welnu, het schijnt, dat de echtgenoot van Miss Vera Vayne en ik tegenwoordig leven te midden, van zulk een tocsiandy maar omgekeerd. Wij echijnen eenvou dig steeds alleen te moeten rijn l Het is een geval geweest van het eene ellendige tête-è,-têto voor en het andere naEn steeds was het de schuld van de lieve, arme Lady Meredith. Dit was aandoenlijk zoowel als tergend. Ik weet, dat ieder cogenblik van haar zoons verlof of het hier tc Parijs zij doorgebracht of in Wales kostbaar voor haar is. Onzelfzuchtig als zij is denkt zij, dat een moeder nu op den achtergrond moet tre den. „Mijn zoon is van mij totdat hij een vrcraw krijgt" en zulke dingen meer. Zij heeft steeds excuses gemaakt, als rij en Sir Richard uitgingen om „de twee jonge kinderen ia staat te stellen samen te rijn zonder ons." Dezen morgen «-= den eersten taorigen na de komst van dezen geadoreerden zoon te Parijs was zij bepaald ontstemd, om dat George niet in ons hotel terugkwam voor halfelf. Ik dacht, omdat "de dagen 'dan niet lang genoeg voor haar waren om met hem door te brengen. Neen. dat was het niet; zij liep bepaald heel boos in haar straattoilet heen en weer, omdat de jonge man zoo lang waohtte met komen. Ik dacht- natuurlijk, dat hij veel voor zichzelf te doen had «dien eersten morgen, nadat hij ontdekt had, dat zijn vrouw er de voorkeur aan had gegeven hem in den steek te laten met een weerspannige plaats vervangster en een paar ouders, die zich van niets bewust waren. Men kon eehter moeilijk verwachten, dat de arm© Melady Meredith daar voor het oogenblik eenig besef van bad. .Lieve Rose", zei ze, „als George nu niet over vijf minuten hier is, dan ben ik hang, dat wij uit moeten gaan tonder hem." Dit was, toen Williams, haar on misbare kamenier uit Wales, bezig was haar grijze voile vast te maken boven de viooltje© op haar toque. ,Ik had zeker ge dacht, dat hij hier zou zijn zocadtra wij klaar waren met ontbijten. Je zult hem moeten verklaren..." „Maar u wacht toch zeker op hem of u gaat even aan hek „Grand-Hotel" kijken", zei ik verschrikt-. „O neen, lieveling. Wij, Richard en lk, Hebben hier een pa-ar oude vrienden, waar wij bepaald naar toe moeten." (D-» nabijheid van die „oude vrienden'?, hun verblijfplaat®, niets werd genoemd). „Het is zulk prachtig weer vanmorgen; jullie George en. jij, moesten een wande lingetje gaan doen langs de boulevards. Je zult hem niet te hard laten loop en voor dat arme been, nietwaar?" zei rijn moe der, eem weinig ernstig. „Maar natuur lijk doe Je dat niet." Zij stond op van haaf 'stoel voor den spiegel en nam het grijs-satijnen taschje uit do hand van de kamenier. „En nu, goe den dag. Ik zal telefoneeren naar het Grand-Hotel op weg naar beneden en vra gen of hij al vertrokken is. Hadaar is hij..." toen ©en tik op de deur gevolgd werd door de komst van den jeugdigen krijgsman. Zijn versleten kbtaki was zeker, op gevaar af te scheuren, afgeborsteld door den valet de chambre van bet hotel. Zijn zwart hoofd glom als de teen van mijn eigen nieuwe verlakte laarsmaar ik vond, dat hij bleeker zag dan den vorigen dag. „Georg©, lieveling, je hebt niet gesla pen 1" riep zijn moeder met bezorgdheid, toen hij zich voorover boog om haar een kus t-e geven, na een merkwaardig koddig knikje en groet tot mij. „Je hebt kringen onder jo oogen, Georgelief." „Ach, nonsens, moedert Den eersten nacht van je verlof slaap je nooit. Er is -wat tijd noodig, om weer te wennen aan lakens en gemakkelijke, gemeubileerde ka mers en allerlei dingen", zei haar zoon kortaf. „Is u klaar oim mee uit te gaan?" Nu kwam Lady Meredith weer n^t haar verklaring aan „O, George, je moet weten, vader en :k laten jou en Rose aan je lot over. Wij moeten een paar oude vrienden opzoeken", enz., enz. Zoo werden George en Rose letterlijk weggejaagd den helderon Febrnari-zonne- scbijn ïn op de PI ace-Ven dóme. „Een prachtige morgen, nietwaar?" zei de gedwongen stem van den jongen «ol- daat, toen onze voeten ons voerden na-xr do Arcades van de Ruo de Rivoli, langs de winkels, waar de schitterende nagemaak te juwcelen zoo verle.idc.liik or> bladen ®n op borden lagen uitgestald, dat men haft©6 in de echtheid zou gdooven. Langs win kels van fijn ondergoed, heeren overhem den met keurige monogrammen op de mouw. Langs platenwinkels, steeds meer platen. Scherpe teekeningen van Steinlen, de woedende satires, van Racmakers en Kirchners verfrissohende onbeduidendhe den. Ik had wel lust er een poosje naar te kijken, maar kapitein Meredith, niettegen staande hij een weinig kreupel liep, spoed de er zich haastig voorbij. „Een prachtige morgen", zei hij weder maar ik dacht na wat ik zoo aanstonds tob hem zoggen zou. Wij draaiden rechtsaf en wandelden doen* do tuinen der Tuilerieën met don stijven aanleg en de kolossale sphinx©n en de groote steenen bloemva zen en de bank, waar die onsterflijke oude man de musschen rit te voeren. Zij vlogen om rijn hoofd even talrijk als een zwerm muggen zij vingen midden in de lucht de kruimpjes op, die hun werden toegeworpen. Do oudo FVanschman moet in 1870 een jonge soldaat geweest rijn. Op 't oogenblik is Frankrijk in een oor log betrokken oneindig wanhopiger, niet te vergelijken met dien ongelukkigen veld tocht, die eenige maanden dnai i LlViW de tuinen in hun bevallige ^AAT 128 nen daarvan niets te beseffen, staarden mistroostig op ons nee. het kleine Engelsch© meisje in haar '*j n-e-blauw kostuum en do jonge Engelsche officier, die pas van het slagveld geko men was, waar hij naast zijn Fransche bondgenoot-en gestreden had voor de zaak der beschaving. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 5