CHIEF WHIP X2c. De Draadlcoze Telegrafie en Telefonie p GENEESKUNDIGE BRIEVEN. J KUNST EN LETTEREN. RECLAME. VIRGINIA CIGARETTES I^N^ÖnïaHi JL. Ionian flllrijd de eerste In kwaliteit.* 1264 OEGSTGEEST. Kerke 1. bericht. Geref. Kerk, Rehoboth-kapel: Zondagmor gen, te tien uur, ds. Jac. van Nes, van Den Haag. H. Avondmaal. 's Avonds, te halfzes, ds. Jac. van Nes. H. Avondmaal en Dank zegging. 'SASSENHEIM. Burg. Stand. Ge boren Be<rtha Cornelia Helena, d. v. J. O. Schrama en M. J. de Groot; Maria Wil- helmina, d. v. A. Kort en W. v. d. Plas. De godsdienstoefeningen der Ned. Herv. Gem. zullen, zoolang de verbouwing van het kerkgebouw duurt, worden gehou den in „Concordia". VALKENBURG. Burger 1. Stand. Overleden: B. Imthorn Johszn., oud 35 Jaar. Gebo're n: Arie, z. van G. de Wit en (3r. Imthorn. De Raad vergadert a s. Maandag, 's avonds om halfacht. WARMOND. Burg. Stand. (Maand September). Geboren; Wilhelmus Pe trus, Z. van H. A. Prins en J. M. Meö- kers. Cornelia Anna Maria, D. van L. P. Heemskerk en A. Rotteveel. Helena, D. van J. O. v. d. Beng en M. G. Kerk vliet. Piet, Z. van D. Bolderman en J. C. Kaak. Cornelia Hendjika, D. van A. Breed'ijk en A. M. Jansze. Petrus Jaoo- bus, Z. van O. A. van der ICleij en M. A. Westgeest. Reginald Willem Arend Ma rie, Z. van A. Jacobs en R. A. Kroes. Lambertha Sophia, D. van C. P. Oosterom en G. Balkenende. Overleden: Johannes van de Weijer 37 j. Gevestigd: 30 studenten, R.-F Seminarie, gekomen van Voorhout. M. J. iC. Oudshoorn A 105P. v. Zwieten B 30 A. Eradus geb. Van Vliet B G2; S. N. A. Baron van Heemstra A 3J. H. Steeneken en gezin O 509; Chr. J. Bouwman en ge zin A 126; O. Rornijn (wed. de Brabants), O 0W. Ciere en gezin O 37A. P. Ver- sluijs 5 22; G. A. M. Verslui je A 144* K. Ouweneel en gezin B 116; O. Busch en ge- ®in O No. 3; J. M. J. van Grieken A 66. Vertrokken: H. J. van Deursen, n. 's-HeerenhoékM. M. Haring, n. IJmui-1 den; D. J. Sala en gezin, n. Sassenheïm P. N. Rorsboom, n. Ouddorp A. Kratz, n. Leiden; Chr. B. G. M. Henneveld, n. Lei den; H. E. Somers, n. Leiden; Jac. Bak ker, n. Leiden; J. A. S. Groen, n. Haar- lommerliedeL. J. Brosser, n. Honseler- clijkJ. H. Matla, n. 's-GravenliagePh. J. Hoogervorst, n. WorvcrshoefB. H Barends, m. OegstgeestA. G. F. Burk- Ben, n. HeemstedeA. Boekei, n. Sasscn- heimL. van Roon en gezin, n. 's-Gravcn- hageM. G. van Rijn, n. Middelburg C Busch en gezin, n. Zaandam G. P. So- nius en gezin, n. LeidenP. L. Pijnaker, n. AlphenO. Schaveraaker, n. Bodegra ven P. A. A. Verhoekx, n. Stomp wijk; M. Th. van Nobelen, n. r'a-Gravenhage; G. P. Bakker, n. Helder. WASSENAAR. Voor een paar maan den stonden hier verscheidene villa's ledig. Thans begint hierin verandering te komen, want het meerendeel is nu bewoond. Een dochter van den heer G. alhier had Vrijdagmiddag het ongeluk door een ruit te vallen. Zij verwondde haar pols zoo hevig, dat zij zich onder geneeskundige be handeling moest stellen. Dr. Duetz vond het echter gewenscht, dat zij zich in Leiden in het ziekenhuis liet verbinden. Burger!. Stand. Onder trouwd: K. G. de Vink en M. Durieux. J. H. M. Elligens en A. Zonneveld. P. H. Balfoort en G. Zonneveld. A. Langeveld en A. M. Zandvliet. Geboren: Wilhelmus Anthonius, Z. v. H. Overdevest en G. H. den Hollander. Hcn- drika, D. v. H. van Beek en G. van der Goot Reinondina Christina, D. v. jhr. irrr. dr. J. D. H. de Beaufort en jkvr. R. L. L. Speel man. Cornelis, Z. v. A. Berbee en G. Prins. (Nadruk verboden.) De electronen-tbeorie. RECLAME. OUDERDOM EN GEZONDHEID. De oude dag verklaart niet noodzakelijk nierzwakte, rugpijn, stijfheid der spieren, rheumatische pijnen en last met de urine bij menschen op leeftijd; want terwijl sommi gen jong zijn op 80-jarigen leeftijd, zijn an deren oud als zij 60 zijn. Maar de oude da'g brengt gezondheids wijsheid. Oude menschen zijn verstandig door de harde ondervinding, en zij zeggen: „Wees opgewekt, maar ga niet laat naar bed. Vermijd zware maaltijden en buiten sporigheden. Neem lichaamsoefening en dëv noodige rust." Zoovelen verwaarloozen deze eenvoudige regels en worden bijgevolg te spoedig oud. Foster's Rugpijn Nieren Pillen passen oude menschen. Zij regelen de urinewegen zonder de maag, lever of ingewanden te verstoren. Zij bevrijden bejaarde personen van rugpijn verminderen den aanleg voor rheumatiek en helpen om de kwade gevolgen van urine zuur op het gezicht, het geheugen en het ge hoor tegen te gaan. Duizenden danken hun goede gezondheid aan Foster's Pillen. Verkrijgbaar in apotheken en drogist zaken f 1.75 per doos. 1965 Bij de behandeling van de radiolamp heb ben we beloofd de electronen-theorie later te verklaren. De toepassingen van de elec- triciteit zijn zeer talrijk, doch nog steeds we ten we niet wat eleclriciteit feitelijk is. We kennen verschillende eigenschappen, doch het ware karakter is nog steeds een vraag stuk, dat door de verschillende wetenschap pelijke onderzoekers van de wereld nog niet is opgelost. Verschillende theorieën zijn er reeds over opgeworpen, die ons kunnen hel pen om de electrische verschijnselen te be grijpen. De theorie, die het meest aanneme lijk is, is de electronen-theorie. Deze theorie zegt, dat alles op een zekere wijze is samen gesteld. Zij, die eenigszins bekend zijn met de chemie weten, dat alles bestaat uit een zeer groot aantal oneindig kleine atomen. Een atoom is het kleinste deeltje van een zekere slof, dat de eigenschappen van die stof nog bezit. Deze atomen, die op zichzelf al buitenge woon klein zijn, zijn nog in kleinere deeltjes te splitsen. Een atoom bestaat uit een cen trale kern, met een positieve electrische la ding. Rond deze kern zijn verscheidene mi croscopisch kleine deeltjes negatieve electri- cileit, die waarschijnlijk rond de kern draaien, op ongeveer dezelfde wijze als de aarde en de andere planeten rond de zon draaien. De atomen verschillen waarschijn lijk van elkaar in hun chemische eigen schappen, omdat het aantal electronen of de rangschikking daarvan verschilt. Koper en goud b.v. verschillen van elkaar in hun chemische eigenschappen, omdat het aan tal en dc rangschikking van de electronen verschilt. Als een atoom goud b.v. 60 elec tronen bezit terwijl een atoom koper er 40 heeft, moeten we om van koper goud te maken deze atomen, uiteen doen vallen, en bij een atoom koper 20 electronen voegen. In dien geest is men reeds werkzaam ge weest, doch tot nu toe zonder resultaat. De atoom heeft builen een aantal electronen, die haar chemische eigenschappen bepalen cn die niet van de centrale kern gescheiden kunnen wprden, nog een aantal electronen, dio haar psysische eigenschappen bepalen, en die wel verwijderd kunnen worden, zon der de chemische eigenschappen te wijzi gen. Deze vrije electronen nemen deel aan de electrische werking. Onder normale om- slandigheden neutraliseeren de negatieve electronen de werking van de positieve kern, zoodat de atoom neutraal is; d. w. z. dat zij géén electrische lading heeft. Electronen fO\. YrUoEloctronon O"-"'4 Voorstelling van een Atoom volgens de Planeet-theorie. Nemen we nu eenige vrije electronen weg, dan zal de positieve kern de overhand krij gen en de atoom een positieve lading bezit ten. Iloe meer electronen we wegnemen, hoe meer positief de kern zal worden. We kun nen dus zeggen, dat een ongeladen deeltje van een zekere slof positief geladen wordt, als er electronen worden woggenoinen. Omgekeerd, als we negatieve electronen toevoegen, zal de atoom een ne gatieve lading krijgen; een negatief geladen lichaam is dus een lichaam met een te veel aan (negatieve) electronen. Een positief ge laden atoom heet een positieve ion en een die negatief geladen is. een negatieve ion. Een electrische stroom, kunnen we dus vol gens de electronen-theorie beschouwen als een stroomloop van electronen van het eene deel van den kring naar het andere. Stel voor, dat we twee platen hebben, de eene positief en de andere negatief geladen. Indien de beide platen tegen elkander aan komen, zal de electriciteit van de negatieve naar de positieve plaat gaan. Zijn ze ge scheiden door een smal luchtspleetje, dan zal er een vonk tusschcn de beide electro- den(platen) ontslaan. Deze vonk, die ook veroorzaakt wordt door een inducliespoel (inductor van Rhumkorf), bestaat uit een „Doorslag" van electronen van het nega lieve lichaam naar het positieve, en duurt voort tot de beide lichamen het juiste aantal electronen hebben. Electronen zijn onzichtbaar, doch wat we zien, is de lucht, die door deze verhit wordt. Ook kunnen we de electronen van de eene plaat naar de andere brengen, door ze te verbinden met een geleider, b.v. een stukje koperdraad. In dat geval gaan de electro nen door den draaa, tot de beide lichamen neutraal zijn. We kunnen zeggen, dat het spanningsverschil tusschen de beide platen een stroomloop veroorzaakt. Deze stroom loop zal slechts kort duren, doch als we ge regeld electronen van het eene lichaam af nemen, zou deze stroomloop voortduren. Dit gebeurt als we de beide polen van een batterij of dynamo aan elkaar verbinden. Een electronenstroom wil niet zeggen, dat iedere electroon van het begin van de lei ding naar het eind gaat; waarschijnlijk zal een electroon, die zich gaat bewegen, zich bij een atoom voegen, die daardoor een electroon loslaat en zich weder bij een vol gende atoom voegt enz., enz. Als voorbeeld kan nog het volgende dienen. Als we een met water gevulde buis hebben, en aan den eener) kant er water ingooien, zal er aan den anderen kant water uit komen; doch dit water )s niet het zelfde water, dat we er irt deden. Toch sp-jeken van een stroom. Op on- gevecifcdeztflfde wijze gaat het met electri citeit. Uit clU artikel leeren we dus, dat een electrische stroom niet van positief naar ne gatief gaat, doch juist andersom. Een elec trische stroom is een verplaatsing van elec tronen, van negatief naar positief. Sommige lichamen worden geleiders genoemd, en an ders weer isolatoren. Een geleider belem mert de electronenstroom zoo goed als niet, terwijl een isolator een zeer grooten weer stand biedt. Geleiders bevatten zeer veel vrije electronen, die deel nemen aan de stroomloop. Isolatoren daarentegen bevatten zeer weinig vrije electronen. Vandaar dat de stroom belemmerd wordt. Deze uitlegging is zeer beknopt, doch zij kan dienen om een klein idee te geven van het ingewikkelde van de oogenschijnlijk eenvoudige werking van de electriciteit, Lage-temperatuui lampen. Als een gloeidraad verhit wordt door een electrischen stroom, straalt hij uiterst kleine deeltjes negatieve eleclriciteit uit. Is er tegenover deze gloeidraad een metalen plaatje aangebracht, dat een positieve la ding heeft, dan zal er tusschen deze eleclro- den een stroom ontstaan. Voordat de gloei draad van een gewone radiolamp overgaat tot het uitstralen van voldoende electro nen, is de stroomsterkte ongeveer 1/2 k 3/4 Ampere. Het groote stroomverbruik is kostbaar en de levensduur van de lamp wordt korter, naar. mate de gloeidraad sterker verhit wordt. Gewoonlijk beslaan de gloeidraadjes uit tungsten. Om de electronen op het metalen plaatje te laten komen, moeten wij, het een groote spanning geven, om de afstand tus schen de beide electroden te overbruggen. Troeven hebben aangetoond, dat er bij het inbrengen van kleine hoeveelheden ga9 in het vacum van de lamp, positieve ionen worden gevormd tusschen de gloeidraad en plaat. Deze ionen bevorderen de stroom- overgang naar de plaat, zoodal een veel la ger plaalspanning noodig is. Ook heeft men zich toegelegd op het fabriceeren van een gloeidraad, die reeds bij zeer lage tempera tuur een constante electronenstroom uit zond. Dil is de „Thoriumtungsten" gloei draad, welke uit een mengsel beslaat van tungsten en 2 pCt. thorium-oxide. Na ver schillende bewerkingen te hebben onder gaan, ontslaat er rond de gloeidraad een laagje thorium van circa 0,000000275 mM. dikte. Dit laagje bevordert de elèctroncn- emissie in die mate, dat de aldus geprepa reerde gloeidraad 100.000 maal meer elec tronen uitstraalt. Dit laagje is uiterst gevoelig voor vocht, waarom er in de lamp een hoeveelheid magnesium wordt gebracht bij het maken, dat het vocht absorbeert. Dit soort gloei-, draad is zoo gevoelig, dat er reeds electro nen worden afgegeven, als er op de plaat een zeer hooge spanning staat, zonder dat de gloeidraad verhit wordt. Deze mag niet op een hooge temperatuur gebracht worden, daar anders het dunne thoriumhuidje ziJÖ'jj verdampen. Reeds is men er in geslaagd radio-lampen le maken, waarvan de gloeidraad brandde op een zakla^taarnbaRerijtje, terwijl er een plaatspanning van 15 Volt werd gegeven. Zoodra men dus aanvangt met de massa fabricatie, zullen zij onder het bereikt iedere amateur zijn, die dan hun kostbare accu's en spanningballerijen niet meer noo dig hebben. Nieuws. Dr. Ed. Branly, de uitvinding van de coherer (een detector voor draadlooze signa len, die vroeger, toen er nog geen kristal len en lampen bestonden, algemeen gebruikt werd) is thans bezig zijn uitvinding te mo- derniseeren. Ilij acht het mogelijk, dat het toestelletje nog belangrijke diensten in de radiowereld kan bewijzen. Hij hoopt de wer king, die er plaats vindt tusschen de beide electroden van de coherer, nog eens te kun nen verklaren, en is midden in zijn onder zoekingen. Ook in Ierland zullen diverse Broadcas- tingstatious opgericht worden, waarvan het eerste in Dublin komt. Reeds is er toeslem ming van de Vrijstaat-Po9tdirecleur ontvan gen. Zeven radio-firma's zullen er voorloo- pig aan deel ncftien. Zaterdag 6 October om 7.35 n.m., zal Mr. E. Kay RolJinsbn een lezing houden over „Het leven vart de wilde kunijnen", terwijl Majoor L. R. Tosswill om 10.05 n.m. een humoristische causerie ten beste zal geven over dialecten. Beide lezingen worden draadloos uitgezonden door London 2LO. Op de tentoonstelling in het koloniaal in stituut, is tevens een inzending op radio- gebied te zien. Naast diverse ouderwetsche toestellen is er een snel-morse-schrijver ten toongesteld, die door den heer Oly, secreta ris van de Ned. Radiover. te Amsterdam, ge heel geconstrueerd is. Een knap stukje ama- teurwerk op radiogebied. Luister-programma. ICBM Borkum 600 M. 8.20 n.m. telegr. berichten aan enz., iederen dag. PRG Praag 4600 M. 8.50n.m, telegr. pers- ber., iederen dag. WAR Warschau 2100 M. 9.05 n.m. telegr. persber., iederen dag. GBL Leafield 8750 M. 10.20 n.m. telegr. persber., iederen dag. Hierbij maken we de lezers attent op het invoeren van den wintertijd in Engeland, zoodat alle Engelsche Broadcastingstations 1 uur later beginnen. Vragenbus. Ilr. M. v E., te L. De oorzaak zal waarschijnlijk liggen in een verkeerde scha keling. Met Uw toestel moet U in ieder geval diverse ongedempte stations hooren. Scha kelt U de onderdeelen eens volgens de schema's welke U per brief toegezonden worden. Meld ons s, v. p, nog even het resultaat. Vragen op draadloos telefonisch en tele grafisch gebied hunnen worden ingezonden aan de Redactie van ons Blad en worden dan 's Zaterdags daarop beantwoord. Reilexen. Wanneer een ongewenscht klein insect onder het halsboord wandelt, worden vin ger en duim onmiddellijk daarheen bewo gen en deze trachten het inséct te grijpen. Gebeurt ditzelfde bij iemand op het oogen- blik, dat hij bij een audiëntie zijn buiging maakt, dan wordt de eerstbedoelde bewe ging nagelalen. Het eerste is een voorbeeld van een re flex, het laatste van een reflex-remming. Het een zoowel als het ander speelt een zoo belangrijke rol in ons leven, dat wij daarbij wel een oogenblik mogen stil staan. Reflex beleekent weerspiegeling, terug slag, terugkaatsing. In het geneeskundig spraakgebruik is het de beweging (of een soortgelijke functie), die volgt op den een of anderen prikkel, zonder dat de wil er in vloed op uitoefent. De prikkels uit de bui tenwereld worden door onze zenuwen (de zoogenaamde gevoelszenuwen) naar herse nen of ruggemerg geleid. Daar aangekomen kan de geleiding in verschillende richtin gen verder gaan. Wordt een zeker gedeelte der hersenen bereikt, dan worden wij ons bewust van den prikkel; wij doen een waar neming. Die waarneming is de eerste stap om nog verder te gaan, maar dien weg, die lot denken, bewustzijn, willen en bewust handelen leidt, zullen wij thans niet verder opgaan. Ook zonder dien langen weg kan de opgevangen prikkel tot een beweging aanleiding geven. De geleiding springt dan als het ware van de gevoelszenuw direct op een beweegzenuw over. Dit overspringen kan reeds in het ruggemerg gebeuren, waar bij dus van gewaarwording of bewustwor ding nog geen sprake is. Een bekend voorbeeld van zulk een re flexbeweging is die, welke opgewekt wordt door kort en krachtig onder de knieschijf te Likken van het been, dat losjes-weg over het andere is gelegd. Wij zien dan het ge- heele onderbeen even omhoog wippen. De toegebrachte tik wordt door gevoelszenuwen overgebracht naar het ruggemerg en springt daarover op beweegzenuwen, die naar de groote spier aan de voorzijde van de dij gaan en deze doen samentrekken. Een ander voorbeeld is het knippen der oogleden, wanneer een of ander voorwerp naar het oog toe beweegt, of ook bij plotse ling fel licht. Nog een ander het wegtrek ken van de hand, wanneer die toevallig op ;en heet voorwerp (brandende sigaar) komt le liggen of het geval, waarmee deze Brief begint, het verjagen van een insect, dat ons steekt of jeuk veroorzaakt. Dit zijn alle zui vere reflexbewegingen. En de gehec-le, kort ste weg, die aldus wordt afgelegd (kniepees gevoelszenuw ruggemerg beweeg- zenum dijspier) noemen wij reflexboog. Het gebeuren blijft echter niet tot dien boog beperkt. Wanneer de ontvangen prik kel riaar het ruggemerg geleid is, heeft hier e&qcsoort splitsing plaats, friet.alleen langs den reflexboog, ihaar ook in andere richting heeft de geleiding plaats, zooals gezegd is, ook naar de hersenen. En hier wordt het gebeurde eerst bewust; geypeld. ^Omgekeerd kan nu van uit de hersenen, door onzen wil, een, berichtuitgezonden worden langs een beweegzenusv.^Met an dere woorden, wat onbewust in^het bewe gingsgedeelte van den reflexboog gebeurt, kan evengoed opzettelijk door ons worden teweeggebracht. Maar ook kan onder be paalde omstandigheden een beweging, die reflectorisch zou gaan plaats vinden, door onzen wil worden tegengehouden of ver zwakt. In dat geval zeggen wij, dat de re flexbeweging wordt geremd. Dit wordt door kinderen als kunstje beoefend door te pro- beeren de oogen zonder knippen geopend te houden, wanneer een kornuit een scbijnslag naar het oog toe uitvoert. Maar wij zullen zien, dat deze reflexremming een veel groo- tere beteekenis heeft dan eenvoudig die van een aardigheidje. Tal van reflexen spelen zich, vooral in do vegetatieve orgaanstelsels, af zonder dat wij er anders kennis van krijgen dan door het verkregen effect. De werking van den reflex boog zelf wordt door ons niet waargenomen. Bij de spijsvertering liggen de voorbeelden voor het grijpen. Zoodra voedsel in den rnond wordt gebracht, treden tal van reflex- werkingen op. In de eerste plaats wordt de speekselafscheiding grooler. Hoewel wij er zelf niets -aan kunnen doen, werkt dit pro ces zoo prachtig, dat wij, het met bewust heid zelf doende, het niet zouden kunnen verbeteren. Niet alleen de hoeveelheid, maar de geaardheid van het speeksel is zoo, dat zij juist past bij het genomen voedsel. De drie paren speekselklieren, die wij bezitten, leveren speeksel van ongelijke samenstelling af. Proeven op honden hebben geleerd, dat de hoeveelheid geleverd ferment, dat op het voedsel moet inwerken, juist groot genoeg is voor de bestanddeelen van het voedsel, die er mee verwerkt moeten worden. Brengt men in den bek van het proefdier fijn zand, dan wordt bijna helder water afgescheiden. Verwerking van het voedsel is dan niet noo dig, .alleen veel water ter wegspoeling, om het zand weg te werken. Maar de opgewekte reflexen blijven niet tot den mond beperkt. Ook in de maag wor den reeds vloeistoffen afgescheiden, die te pas zullen komen voor de verlering van het voedsel, dat van den mond uit te verwach ten is. En ook hier zien wij het afgescheiden maagsap wisselen van aard, naarmate an der voedsel werd toegereikt. En zoo werken alle bij de spijsvertering betrokken klieren, zoo goed als de spieren van het darmkanaal zich samentrekken, onder den invloed van allerlei reflexen. Geheel afhankelijk van reflexwerking zijn de spiertjes, van welker invloed de ver nauwing en verwijding der bloedvaten in de huid het gevolg is. Die reflex kan zoowel van psychischen als van anderen aard zijn. De meest bekende psychische reflex op dit gebied is de vaatverwijding, welke wij als blozen kennen. Door zekere psychische in vloeden, die ik niet nader behoef te om schrijven, worden de bloedvaten van een bepaald gedeelte van de huid, met name van het gelaat en den hals, soms nog ver der, zoo wijd, dat de grootere vulling de huidkleur merkbaar rooder maakt. Vooal Darwin heeft hierover belangrijke studiën geschreven. Door Hen, bij wie deze refler meermalen pleegt voor te komen, wordt het gewoonlijk betreurd, dat hier de nader le he. spreken reflex-remmingen, gewoonlijk in den steek laten. De meest gewone prikkel, waardoor deze reflex wordt tot stand gebracht, is de wisse ling van temperatuur. Bij een vorige gele genheid (brieven over het zwemmen) werd reeds op de groote beteekenis gewezen van een regelmatige wei king van deze reflexen, met name in dien zin, dat hij afkoeling van de huid de bloedvaatjes zich snel behoorer samen te trekken, waardoor de hoeveel heid bloed in de huid tot een minimum be perkt wordt. Dientengevolge zal het lichaam Diet veel warmte kunnen afslaan, gcheele of gedeeltelijke te sterke afkoeling blijft ach terwege, terwijl anders allerlei afwijkingen, die als kouvatlingsziekten le boek staan, kunnen optreden. Hoewel dus direct geen in vloed door den wil op deze rofhxen kan worden uitgeoefend, zien wij hier toch een voorbeeld, dat oefening van bepaalde re flexen van groot voordeel kan zijn. En deze oefening is gelukkig wel van den wil afhan kelijk. Een eigenaardige in de huid gezetelde reflexbeweging, die ook op tweeërlei wijze tot stand kan komen, is het overeind rijzen der haren. De haren zijn meestal in schuine richting in de huid geplant. Van af het ondereind van den haarwortel loopen kleine spiertjes in nog schuiner rich ting door de huid. Trekken deze zich samen, dan gaan de haren rechter op slaan cn wor den tegelijk eenigszins buiten de huid uitge trokken Aan een hond, die in een booze bui verkeert, is gemakkelijk le zien, hoe dit on der psychischen invloed tol stand komt. Bij den mensch is het verschijnsel niet zoo dui delijk; alleen nog de romanschrijvers laten bij hun helden de *haren le berge rijzen. Maar wel komt het bij dc kleine haartjes op de zoogenaamde onbehaarde huid voor en dit is dan bekend onder den naam „kippevel". Ook dit kan langs psychischen weg geschie den. Lezen of hooren van griezelige verhalen heet kippevel le bezorgen. De meest gewone oorzaak is echter de koude. Zeer bekend zijn de reflexen aan het oog. Ik noemde reeds het knippen der oogleden bij fel licht of bij snel naderen van een voor werp. Duidelijk zijn de reflexen als een stofje in het oog komt, vat gebeuren kan niettegen staande de voorl'-effebjke beschutlingsmidde- len, waarover liet oog beschikt. In dc eerste plaats de snel bewegelijke en zich gemakke- lijk sluitende oogleden, dan de oogharen, die als een filter voor in de lucht zwevende slof- fen werken en de wenkbrauwen, die van het I voorhoofd neerdalend vocht afleiden, zoodat i hel' niet in de oogen zelf kan komen. Gelukt het nu toch aan een stofje om in het oog te komen, dan bemerken wij verschillende reflexen; hel sluiten en knippen der oogen om het vreemde voorwerp weg te drukken, vermeerderde traanafscheiding om het weg le spoelen, eindelijk wrijven met de hand over het oog om het er uit le wrijven. Dit alles geschiedt reflcclorisch. Maar hier zien wij nu een voorbeeld, dat „le veel" schaadt. En zeer noodig is het hier, dat de \vil in grijpt om te voorkomen, dat het ongebreideld voldoen aan den reflexdrang schade veroor zaakt. Wanneer het ingedrongen voorworp scherpe kanten of punten hoéft, zou het door het wrijven van het oog alUcht in het bind- vlies of hoornvlies kunnen worden vastge drukt, waardoor de zoo nuttige tranenstroom niet meer in slaat was, het weg te spoelen, Daarom is cle beste raad deze om de reflexen zoo veel mogelijk t"gen le gaan, vooral niet met de oogen, mei name stijf.le knippen en in geen geval met band of doek in of over het oog te wrijven. Men sluit het oog zonder eenige kracht of druk en laat dan de tranen hun nuttig werk docu. Kunnen deze het' niet klaar spelen, dan zoo gauw mogelijk naar den dokter. Een zeer belangwekkende reflcxwerking aan het oog is de wisseling in wijdte van de pupil. Hoe sterker verlichting, hoe nau wer de pupil wordt, precies zooals de photoi graaf het diaphragma van zijn toestel naar het licht regelt. Alleen kan deze het niet zoo nauwkeurig doen als in het oog gebeurt. Dezelfde reflectorische vernauwing merken wij op, wanneer de oogen worden ingesteld op zeer nabij zijnde voorwerpen, waardoor de oogassen moeten convcrgeeren. Het regelmatige proces der ademhaling heeft grootendeels reflectorisch plaats. Bij de ademhaling wordt, door het bloed, dat de longblaasjes omslroomt, zuurstof aan de in geademde lucht onttrokken en in plaats daarvan koolzuur afgegeven. Een bepaalde hoeveelheid koolzuur in de allerlaatste lucht pijpvertakkingen prikkelt reflectorisch het ademhalingscentrum, dat zich in het ver lengde merg bevindt. Hierdoor wordt ver klaard, dat men door geforceerd diepe en snelle ademhalingen in een eigenaardiger toestand kan geraken, die als overmatige ventilatie i9 te beschouwen en verhindert, dat in de luchtwegen zich koolzuur verza melt in voldoende sterkte om den prikkel tot ademhaling te kunnen afgeven. Deze toestand van apnoe (geen ademhaling) is door wijlen dr. van Fijsselsleijn uitstekend beschreven in zijn bekend boekje „die künst liche Atmung". Bij het verleenen van eer ste hulp bij schijndood moet hiermede ter dege rekening worden gehouden. Over de beteekenis van reflexen op psy chisch gebied stel- ik mij voor, in een vol genden Brief nog iets mede te deelcn. H. A. S. Jubileum Esther de Boei—van Rijk. Gelijk reeds gemeld, zal mevr. Esther de Boer—Van Rrjk Woensdag a.s. hier haal gouden jubileum komen vieren. Een gouden jubileum! Op zich zeil is dit al een zeer merkwaardige gebeurtenis, die recht heelt op groote waardeering van de zijde van het publiek. Maar des te meer is dit het geval, wanneer men nagaat, hoezeer deze tooneelspeelster het schouwburg-min nend gedeelte van onze landgenooten aan zich feeeft verplicht door het schenken van waar genot. Maar behoeven we dat noj nad* aan te geven? We meenen hel over-;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 6