No.
19495.
LËÏDSCH DAGBLAD, Woensdag 26 September.
Tweede Blad. Anno 1923.
Ii_üü
DE RAADZAAL1, i
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Ir verkeerde Schoenen.
Nu de beide afwezigen bij de eerslë tifc
(ing de vereischte eeden bebben afgelegd,
is 01129 vroedschap au grand oojuplèt, en
baandag hebben we baar eigenlijk voor
iet eerst in werking gezien aan een nog
bescheiden raadsmonu. Want dat was de
agenda, dde op 't nippertje nog op een
ïüiddag is afgedaan. Hetgeen ons wel
^enigszins doet vreezen voor een ietwat
uitgebreider maal
Diverse „nieuwelingen" hebben gedebu
teerd en hun maidenspeech gehouden met
meer of minder succes, 't Ging den bfeeren
fever 7t geheel nog al goed af; de dame
mevr. Dietrich ontbrak wegens onge
steldheid as nog niet aan 't woord ge
feest.
'Alles liep vlot van stapel, tot we geko
men waren aan de benoeming van twee le
den der Plaatselijke Schoolcommissie,
waarbij do heer Groeneveld een oude klacht
herhaalde, nl. dat zijn partij niet haar deel
In die Commissie krijgt, waarbij heel wat
oude koeien udt de sloot werden gehaald.
Wethouder Meynen antwoordde met ken-
pi8 van zaken, doch kon toah niet den in
druk wegpraten, dat naar evenredigheid
4e S. D. A. P. niet haar deel heeft, het
geen dan vergoed moest worden door al
zijdigheid. Waarmee de oude twistvraag,
pilo aangenomen moties ©fa ten spijt,
blijft bestaan. Op 't randje af ging riog-
jinaals voor de S. D. A. P. de strijd bij de
Btemming verloren.
Met heel weinig kennis van zaken kwam
Wethouder Mulder voor den dag, toen hij
ften heer Wilmer het antwoord schuldig
inoest blijven op de vraag hoeveel arbelds-
loon er zat nam het dempen en rioleeren van
'de Binnenvestgrachfc benoorden de Lange-
gracht, een vraag, die zoo mal niet was,
fraar do uitvoering immers geschiedt ter
bestrijding der werkeloosheid. De wethou-
3er stond in letterlijken zin met den mond
Vol tanden en redden kon hij zich niet
Ifevenmin als de voorzitter trots goede be-
öoeling hem geheel kon veilig stellen.
MevT. Van Itallie kwam natuurlijk weer
|pef het Levendaal op de proppen, hetgeen
hit-hans dit goede had, dat we nu weten,
3afc daarmee wordt voortgegaan, al voor-1
ppelde de voorzitter ook tegen Levendaal-
jdemping-plannen verzet van schoonheids-
ïnenschen. Overigens was mevrouw er
laaet met haar opmerkingen, want het be-
jrof immers slechts het gelden voteeren
"poor een al aangenomen iets. De heer Wil
brink vond het bedrag wat hoog, maar liet
tóch overtuigen, dat dit alleen securiteits-
fcaire was.
Bij het voteeren van gelden voor het in
fcrd'e brengen van den Burg. Stand meende
3e heer v. cf. Wal een kleine f 7000 te kun-
Jlën bezuinigen. Was het maar waar ge
feest! Yoorzitter zoowel als de bij zijn
eerste optreden er in zijnde wethouder
Bclmeringer toonden wel anders aan, daar
bij de scheeve vergelijking van den heer
17. d. Wal met de rijksbelastingen reoht
pottende. De heer Sijtsma deed nog een
geitenhieb naar de vorige wethouders, die
3e heer Pera pareerde. Z.h.st. ging het
.Voorstel er tenslotte door, waarna we kwa-
jfoen tot den hoofdschotel: de exploitatie
tan de 162 gemeente-woningen c.a. Daar
bij deden zich verwarrende dingen voor
roodat het debat noodeloos werd gerekt.
Poor enkele heeren werd al direct uit bet
©og verloren, dat bet hier bepaalde cate
gorieën personen in hoofdzaak gold: nl.
Idoor de Lichtfabrieken destijds uit hun
(woningen verdrevenen en lijders aan t.b.o
fetc., personen, die anders niet te helpen
feijn dan op do wijze, door B. en W- voor
gesteld. Het "bouw-potje der Lichtfabrieken
tioet op deze manier groot practisch nut,
De heer v. Eek had nog een stapje ver
der willen gaan en de Lichtfabrieken doen
bouwen, maar begreep, dat daarvoor toch
geen meerderheid was te vinden en hij
ïlef dit verder wijselijk zwemmen. Overi
gens deed zich opnieuw voor het feit van
Verzet tegen wat vroeger met algemeene
©temmen was aanvaard: de toeslag-idee,
Öie de heeren Oostdam en Eiker bout nu
(weer wilden uitschakelen. Zij bleven ech
ter totaal alleen staan na de uitstekende
verdediging van het voorstel van B. en
W. door den voorzitter zelf, die den ba-
trokken wethouder daarbij geheel verving.
De Heer Wilbrink ontwikkelde nog wat
losse bezwaren tegen het in handen zijn
van léén commissie van exploitatie en toe
slag-geven, maar legde zich daarbij tenj
slotte toch neer.
De sluitende exploitatie-eisch, een voor
waarde, die zal voorkomen, dat er tekorten
zullen ontstaan, en, gezien de zware druk,
die op de gemeenten ook zal komen te
rusten, waarop de voorzitter reeds
zinspeelde, zeer op zijn plaats, werd door
den heer Knuttel nog aangevochten. Zonder
resultaat evenwel. Op deze manier blijft oe
mogelijkheid bovendien van verdere etap
pen van gemeentewege Inzake de volks
huisvesting, welke ernstig in gevaar zou
zijn gebracht door wegneming van de verj
plichting, dat de exploitatie zioh naast den
verleenden steun zelf moet bedruipen.
De opgeworpen kwestie: stichting of
vereeniging was wegens de juridische zijde
van het geval vooral spoedig opgelost ten
voordeele van een stichting, zooals B. en
W. voorstonden. Alleen foVer de samen
stelling van het bestuur werd nog ge
twist. De heer Yan Eok stelde voor om in
het bestuur eenige der huurders op te ne
men, om aldus de huurders bij te brengen
zelfopvoeding in het bewonen. Op zich zelf,
gezien de ondervinding bij de woningbouw-
vereenïgingen, nog zoo kwaad niet. De
voorzitter bad er dan ook geen bezwaar
tegen, wanneer er geschikte personen on
der de huurders waren, doch wilde de ver
plichting niet vastleggen, om dus vrij te
blijven, wanneer er geen geschikte perso
nen waren. Waar ook hier de voorzitter het
pleit won, was het succes geheel en al aan
zijn zijde.
Waar het' eerste bestuur "toch buiten de
huurders om moet worden samengesteld
ër zijn immers nog geen huurders, wan
neer ter wille van een goede exploitatie
het bestuur er al zal zijn kan men der
halve de kat nog uit den boom kijken.
Bij de rondvraag deelde de voorzitter
voor de zooveelste maal een lesje uit over
de werkelijke bedoeling van de rondvraag.
Maar of bet helpen zal
Spoorwegpersoneel.
In de gisteren te Utrecht gehouden con
ferentie tusschen de directie der Neder-
iandsche Spoorwegen en de vertegenwoor
digers van de organisaties heeft de directie
o m. meegedeeld, dat aan de adspirant-
werkmeeslers na beëindiging van hun tijde
lijk dienstverband geen wachtgeld wordt
toegekend; zij zullen evenwel zes maanden
in dienst worden gehouden, en er zal zoo
veel mogelijk met hun belangen rekening
gehouden wol-den.
Het toezicht hebbend personeel van den
dienst van tractie zal voortaan uitsluitend
uit het locomotief-personeel gerecruteerd
worden.
Het personeel van Duitsche nationaliteit,
dat op Duitsch grondgebied werkt, zal over
September een loonbijslag van 50 pet. ont
vangen. De Duitsche standplaatsen zullen,
ingaande 30 September, in de 4de loon-
klasse worden gerangschikt, doch het perso
neel zal daardoor geen minder inkomsten
hebben.
De directie deelde mede, dat zij bij de
Regeering slappen heeft gedaan om de invoe
ring van de nieuwe pensioenregeling te be
spoedigen. Voorts verklaarde de directie, in
het algemeen geen bezwaar te hebben tegen
herkeuring van personeel ouder dan zestig
jaar, waardoor minder jonge werkkrach zul
len behoeven ontslagen te worden.
Bij de besprekingen omtrent de herclassi
ficatie deelde de directie mee, dat de Minis
ter haar voorstel had goedgekeurd om de
reeds in de pers genoemde plaatsen in de
4de loonklasse te brengen. De herclassifi
catie zal reeds 30 September ingaan.
De vertegenwoordigers van de organisa
ties hebben nogmaals hun bezwaren tegen
de nieuwe indeeling naar voren gebracht,
doch de directie handhaafde haar stand
punt, zelfs al zou er een algemeene loons
verlaging voor Eet personeel worden inge
voerd, gelijk die voor het overheidspersoneel
is aangekondigd.
Gistermiddag is te Arnhem overleden,
56 jaar oud, mr. A. J. Cnoop Eoopmans,
voorzitter van den Raad voor de Scheep
vaart. Als zoodanig volgde hij in 1913 mr.
Pleyte op ,die toen benoemd werd tot Mi
nister van Koloniën, Vóór dien was mr,
Cnoop Koopmans secretaris van de com
missie voor de stuurliedenexamens. Ook op-
philanlhropisch gebied heeft de overledene
zich bewogen. O.a, was hij eenige jaren
secretaris van het hoofdbestuur van de Ver
eeniging tot steun van gevallen vrouwen en
meisjes. Verder was hij ook in theosophische
kringen een bekende persoonlijkheid! Gedu
rende vele jaren heeft hij zich -met het al
gemeen secretariaat van de Theosophische
Vereeniging belast,
De heer A. C. A. van Vuuren heeft den
volgenden brief tot den Raad van Den Haag
gericht
Onder hartelijke dankzegging voor het
vertrouwen, dat de Raad in verschillende
samenstelling bij herhaling, laatstelijk nog
op 16 Juli, in mij getoond heeft te stellen
door mijn verkiezing tot wethouder en voor
de buitengewone welwillendheid, welke ik
sleeds van al mijn collega's in het college
van B. en W. en zeer in. 't bijzonder van
den hooggeachlen voorzitter en den heer se
cretaris mocht ondervinden, heb ik de eer
mede te deelen, dat ik, door andere werk
zaamheden daartoe tot mijn leedwezen ge
noopt, mijn ontslag neem als wethouder.
Prof. dr. W. H. Keesom, benoemd hoog-
lecraar aan de Leidsche universiteit, heeft
gisteren zooals wij reeds meldden zijn
afscheidscollege als hooglèeraar aan de Vee-
arlsenijkundige Hoogeschoól gegeven.
In het natuurkundig laboratorium dier
Hoogeschool waren velen bijeengekomen.
Naast het spreekgestoelte was een mand
met fraaie bloemen geplaatst als een hulde
aan den scheidenden hoogleeraar.
Deze werd bij zijn binnenkomen met ap
plaus begroet. Hij zeide in dit afscheids
college eenige bijzonderheden te willen be
spreken van den werkkring, welke hem in
de toekomst te Leiden wacht, waar hij zich
meer speciaal zal hebben toe te leggen op
het onderzoek van lage temperaturen. In
verband hiermede behandelde prof. Keesom
do wijzen, waarop die lage temperaturen
worden verkregen en enkele resultaten,
welke daarmede bereikt zijn, verduidelijkt
door een aantal lichtbeelden en proeven.
Daarna richtte hij zich meer in het bijzon
der tot de studenten om uit te spreken, dat
hij met groot genoegen aan de Veearlsenij-
kundige Hoogeschool heeft gewerkt.
Vervolgens voerde het woord dr. Konings
bergen, president-curator der Veearlsenij-
kundige Hoogeschool, die aan prof. Keesom
dank bracht voor alles, wat deze in het be
lang van de Veeartsenijkundige. Hoogeschool
heeft gedaan.-
'De volgende spreker, de heer J.'Heek,
praeses van 'het Veterinair 'Studentencorps
Alisyrlus, zeide, dat de studenten in prof.
Keesom naast de zeer inlerèfeante colleges,
buitengewoon waardeeren diens vriend-
schappelijken omgang met dé! sthdenten per
soonlijk. Daardoor verwierf prof. Keesom
aller sympathie. Een sprekend bewijs hier
van is wel het hem aangeboden eere-lidmaat-
schap van Absyrtus.
Dr. Kolkmeyer voerde daarop het woord
pamens het laboraloriumpersoneel. Dit gaf
hem blijk van groote erkentelijkheid, in den
vorm van een verzameling fotografieën, be
trekking hebbende op de lokalen, Waarin
prof. K. aan de Veeartsenijkundige Hooge
school heeft gewerkt, bij wélke collectie
was bijgevoegd een éls van het Leidsche
universiteitsgebouw.
Spr. had nog een andere opdracht te ver
vullen prof. De Smedt, uit Leuven dr. A.
J. Bijl, tijdelijk te Cambridge dr. J. M.
Bijoet, en dr. A. Karssen, bij welk viertal
hij gemeend had ook zichzelf te mogen voe
gen, hadden verzocht op dit afscheidscollege
te zeggen, dat zij het altoos als een groot
voorrecht hebben beschouwd, op het labo
ratorium to mogen werken, en ook zij heb
ben gemeend, een stoffelijk Blijk van groote
dankbaarheid le moeten aanbieden, n.l. een
exemplaar van 'twee wetenschappelijke me-
dedeelingen, zoowel in de Hollandsche als
In de Engelsche taal, aan welk boekwerk
aan fraaie uitvoering is gegeven ter blijven
de herinnering aan de Utrechlsche jaren.
Verder sprak nog prof. Ihle, rector-mag-
nificus der Veeartsenijkundige Hoogeschool.
Prof. Keesom sprak een woord van dank
en erkentelijkheid voor de sympathie, waar
van men op dit laatste college jegens hem
heeft doen blijken. Hij had op zooveel
vriendschappelijke gevoelens in het minst
niet gerekend en stellig niet had hij gedacht,
dat hem nog blijvende herinneringen aan
zijn Utrechtschen tijd zouden worden ge
schonken. Hij betuigde hiervoor zijn dank.
De toespraak van minister dr. De Vis
ser tot H. M. de Koningin in de Nieuwe
Kerk te Amsterdam heelt den Amslerdam-
schen predikant H. E. Gravemeyer in het
orgaan „Staat en Kerk" aanleiding gegeven
tot een fel protest.
Hij schrijft, dat „de kerkeraad bij over
rompeling hetrirerkgebouw in handen heeft
zien spelen van de feestcommissie" en ka
rakteriseert de rede van den Minister van
Onderwijs als „een koude, menschverheer-
lijkende toespraak, die iedere liberale Nuts-
redenaar precies zoo had kunnen uitspre
ken". ,~Op den preekstoel slond de spreker,
maar er werd niet gepreekt. Op den preek
stoel lag een Bijbel, maar hij werd niet ge
bruikt. Er werd niet gebeden". „Waarom
dit alles? Omdat anders de Roomsche mi
nisters er voor bedankt zouden hebben aan
wezig te zijn. Een knieval voor Rome, in
onze eigen Kerk!"
Het ligt in het voornemen van den
Minister van Oorlog, in 1924 bij de infan
terie do helft der lichtingen 1918, 1919,
1920 en 1921, bij de cavalerie de lichtingen
1920 en 1921, bij de bereden artillerie'de
lichtingen 1920 en 1921, bij de onbereden
artillerie de lichtingen 1918 en 1921 voor
den tijd van dertien dagen voor herhalings
oefeningen onder de wapenen ie doen
komen. („Std.")
H. M. de Koningin heeft, naar de
„Alkm. Ct." nader meldt, het plan, op
Maandag 8 October met een extra-trein te
Alkmaar aan te komen om ongeveer elf
uur. Aan het station zal H. M. door den
Raad worden ontvangen, waarna de Ko
ningin en Haar gevolg in rijtuigen zullen
gaan naar de plechtigheid bij het Victorie
beeld. Des namiddags zal de Koningin een
riddertournooi op het sportterrein bijwonen.
H. M. de Koningin-Moeder kwam met
gevolg gistermiddag te drie uur per gewo
nen trein te Valkenburg aan. Zij werd aan
het station ontvangen door den Conunis-
sndis der Koningin in Limburg en den
burgemeester. Een groote menigte was
aan het station ter verwelkoming aan
wezig.
De Minister van Financiën brengt ter
kennis, dat de commissie van deskundigen
voor hot invoerrecht op versch en gekoeld
vleesch ih haar vergadering van 24 Sept.
de in de wet van 19 Mei 1922 bedoelde
prijscourant heeft vastgesteld als volgt
Rund- en kalfsvleesch, versch of gekoeld,
100 K.G. f 105, paarden- en ander vleesch,
idem 100 K.G., f 50. Gedurende October zal
mitsdien het invoerrecht voor de hierboven-
bedoelde vleeschsoorten bedragen 10 per
cent van de hiervoor vermelde waarden.
Bij Kon. besluit van 14 dezer is be
noemd tot ridder in de orde van Oranje-
Nassau M. Pijnenburg, besturend broeder in
Huize Padua, te Boekei.
De Vereeniging voor Waterleidingbe-
langen in Nederland heeft gistermorgen te
Haarlem haar druk bezochte najaarsverga
dering gehouden, gewijd aan de watervoor
ziening van Noord-Holland. Voorzitter was
ir. J. van Poelgeest, directeur van het wa
terleidingbedrijf te Goes. Aanwezig waren
o.a. de heer J. van Oldenborgh, directeur der
provinciale watervoorziening in Noord-Hol
land en dr. Th. van der Waerden, gedele
geerd lid van dit bedrijf.
De voorzitter zeide in zijn openingswoord,
dat het streven van het provinciaal water
leidingbedrijf in Noord-Holland is, in de toe
komst alle gemeenten in die provincie aan
de waterleiding aan le sluiten.
Uit het jaarverslag van den secretaris,
den fier J, C. Rijk Fz., bleek, dat d& Ver
eeniging op 1 September 1922 telde 1 eere*
lid, 134: gewone leden en 81 buitengewone
leden op 1 dezer 1 eerelid, 143 gewone en
87 buitengewone leden.
Het jaarverslag van den secretaris en dat
van den penningmeester, den heer W. J.
Harders, werden onder applaus goedgekeurd
De heer J. G. Rijk Fz. werd tot secretaris
herkozen.
De voorzitter verleende liierop het woord
aan dr. Jan Smit, assistent van prof. Van
Lochem, te Amsterdam, die een voordracht
hield over Water en waterzuivering in
Nederl.-Indië.
Van de gelegenheid tot het stellen van
vragen hebben verscheidene aanwezigen
gebruik gemaaktzij werden door den spre
ker beantwoord.
De voorzitter dankte hem voor zijn voor-»
dracht.
Gisteravond werd in het hotel „De Leeu
werik" een gemeenschappelijke maaitijd
gehouden.
Vanmorgen werden de vernieuwde water
toren te Assendellt en de prise d'eau te Ber
gen bezocht. In den namiddag werd een be
zoek gebracht aan de nieuwe prise d'cau le
Castricum.
Het bestuur van het Nationaal Ar-
beids-Secretariaat heeft de besturen van het
Alg. Ned. Vakverbond, het Ned. Syndicalis
tisch Vakverbond en het Ned. Verbond van
Vakvereenigingen gevraagd, of zij bereid
zijn lot een samenspreking omtrent het ge
ven van een gemeenschappelijk parool, n.l.
proclameeren van een demonstratieve pro
teststaking tegen de Vlootwet op den dag,
waarop dit wetsontwerp in behandeling zal
worden genomen. Het wil daarover een be
spreking houden op a.s. Zaterdag.
De Verzekeringsraad heeft aan den
Minister van Arbeid een overzicht betref
fende de werkzaamheden ter uitvoering van
de Ongevallenwet 1921 door de Raden van
Arbeid over het eerste halfjaar van 1923
gezonden.
Hieruit blijkt, dat de stand over dit half
jaar zeer gunstig is te noemen, vooral als
men daarbij bedenkt, dat door de jongste
uitbreiding van de wet het aantal te behan-
ielen posten is geslegen van 107.904 tot
168.259. De Minister heeft tegenover den
Verzekeringsraad en de Raden van Arbeid
zijn groote waardeering uitgesproken, daar
hij uit de hem gezonden cijfers de overtui
ging heeft verkregen, dat de ingevoerde de
centralisatie als geslaagd mag worden be
schouwd.
Te Kampen is een openbare protest
vergadering gehouden tegen de Tabakswet,
uitgaande van het landelijk comité van ac
tie. Als sprekers traden op de heeren J.
Veldkamp en W. Boubitz, van Amsterdam,
en II. Bakker, van Zwolle.
Na de uiteenzettingen van de sprekers
nam de vergadering een motie aan van den
volgenden inhoud
De vergadering, gehoord de besprekingen
betreffende de wet-Tabaksaccijns, tevens
kennis genomen hebbende van het voorne
men der Regeering den accijns nog te ver-
hoogen protesteert met kracht tegen deze
nieuwen maatregel, verzoekt aan de Volks
vertegenwoordiging iedere nieuwe vr i
ging le verwerpen en tevens een initiatief
voorstel te doen, om het vigeerende stelsel le
herzien, daar anders vele ondernemingen
In de tabaksindustrie, welke toch reeds
zwaar te kampen hebben met de heerschen-
de malaise, onherroepelijk te gronde gaan.
Zondag 23 dezer vergaderde de afdee-
ling „St.-Servatius" van den Ned. R.-K.
Bond van P. T. T.-personeel „St.-Pctrus",
le Maastricht in de Leo-stichting. Na een
kort overzicht van de belangrijke berichten
en gegevens betreffende de intrekking van
art. 40 B. B. en de daarmee samenhangende
salarisvermindering der Rijksambtenaren
door den voorzitter der afdeeling, den heer
W. G. den Hoedt, werd de gevoerde en nog
te voeren actie uiteengezet door den Bonds-
secrctaris, den heer J. G. Smits.
Met kracht zal door den Bond, in samen
werking met de verschillende Centrales van
Overheidspersoneel worden geageerd tegen
de voornemens der Regecring.
Met algemeene stemmen werd een motie
aangenomen, waarin de afdeeling ernstig
Kaar bet Engelseh, door BERTA RUCK.
(Nadruk verboden.)
J6)
Dan zal ik er iets op moeten bedenken
pm te ontglippen aan de zuster en aan
mijn vriendelijke, ongeloovig© gastvrouw.
Ik moet zien een telegram naar Londen
!te verzenden. Ja, ik zal telegrafeer en aan
Cynthia Deane het meisje, dat zoo trotsch
was op haar verloofde, die een ridderorde
kreeg. Ik zal baar moeten vragen geld ge
noeg bij elkaar te krijgen, om mij naar de
fetad te laten terugkecren. Ik ken haai'
niet heel goed. Maar 't is in ieder geval
ben oude schoolkameraad. Daarenboven,
ik weet niemand anders, aan wie ik het
zou kunnen vragen! Zoodra ik kan... Ol
öe eerste minuut ben ik weer in het Tehuis
Voor de Werkende Yrouw en ik vat mijn
gewone dagelijksche taak weer op zooals
duster Phyllis het zeker zou noemen.
Alles is beter dan Ide ongewone taak
'tóch patiënt te voelen in deze omstandig
heden.
HOOFDSTUK X.
Sen poging tot het verkrijgen der vrijheid.
Hoera 1
Ik ben veel beter l
Zij hebben het verband van mijn hoofd
hfgenomen. Ik zal er alleen een smal wit
JJtteekentje op mijn voorhoofd van over
houden, en zelfs dat zal mettertijd wel ver
dwijnen. Mijn arm is niet langer in ëèn
doek. En d^ oude, grijze huisdokter, die
er vandaag geweest is, zegt, dat de jonge
Mevrouw morgen of overmorgen mag op
staan.
Zoodra zuster Phyllis haar twee uur
„vrij" heeft vanmiddag, zal ik opstaan en
mij aankleeden. Ik zal genoodzaakt zijn
een telegram-formulier te stelen en een
van de dienstmeisjes om te koopen van de
weinige shilling-s, die ik nog over heb, een
telegram weg te brengen 1
Wat zal ik tot Cynthia zeggen? O, iets
dergelijks als het volgende:
„In groote moeilijkheid. Wees zoo goed
f 25 te zenden aan Whitelands adres „Lady
Meredith, The Bryn, Llandedwydd."
Of eou ik zetten „Aan Mevrouw George
Meredith."
Neen, natuurlijk niet. Zij zal al verbaasd
genoeg wezen. Zij zou er eenvoudig doo-
delijk nieuwsgierig naar zijn. En Lady Me-
redith weet, dat Whitelands de naam is,
dien ik mij zelf geef in mijn dwaling 1
Om twee uur vanmiddag sloop zuster
Phyllis binnen met haar donkerhlauwen
mantel aan en haar fluweelen hoedje öp
uit de aangrenzende kleedkamer, waar
zij slaapt.
„Kan ik nog iets voor u doen, juffrouw
White'* 01"
Zij zweeg plotseling.
Want oogenschijnlijk deed juffrouw Whi
telands juist een heerlijk middagslaapje:
ik bewoog mij niet en haalde heel regel
matig adem. Ik deed mijn uiterste best
mijn triomfantelijk lachen te bedwingen,
toen ik tussohen mijn vingers docvr zuster
PEyllis het witte koord van de electrische
öcbel binnen mijn bereik zag neerleggen en
6b haar te en en de kamer uitgaan.
Ik wachtte een minuut of'vijf.
„Juist lang genoeg", dacht ik, „om haar
tijd te geven aan Lady Meredith te vertel
len, dat het arme lieve Mevrouwtje een
verkwikkend slaapje deed en het dlrs he
ter was haar door niemand te laten sto
ren I"
Toen stapte ik het bed uit. De eerste
minuut had ik een gevoel of mijn voet-en
niet sterk genoeg waren om mijn gewicht
te dragen, en of de vloer, waarop ik st-ond
gemaakt was van boomwol 1 Toen deed ik
mijn uiterste best, hield mij vast aan de
stoelen en liep naar het raam. Ik verstop
te ttnij achter de gebloemde sitsen gordij
nen, waarachter de Duitach© gevangene
zich verborgen hadj en keek het raam uit.
Het was een lieflijke streek, nu ik alles
bij daglicht zageen mengeling van wil
dernis en aangrijpende schoonheid. Daar
ginds, tegen een achtergrond van grijze
lucht, een rij scherpe rotsen, donker-blauw.
En daarnaast scheen 'n raiyd woudboomen
iedere nuance te vertoonen van bruin en
purper in bladorlooze diepten.
Dichter bij mijn venster zag ik den voor
grond van den rijweg tusschen de kale
beukestammen. De groenachtig bruine zee
van mos daaronder werd afgewisseld door
een witte, dansende zee van mieeuwdrop-
pels.
En daarODaar liep de zuster.
Ik zag baar net stijf persoontje na, in
haar marine-blauw pakje, hoe zij zioh weg-
spoedde, de laan door, naar de breede
poort tussdhen de eteenen pilaren.
Al epoedig merkte ik een andere, klei
nere gedaante op, die haar dn de laan te
gemoet kwam.
Een telegrammen-jongenf
Hoe komt het toch, dat negqn van do tien
mensohen nooit een telegrammen-jongen
In de richting van hun huis kunnen zien
gaan zonder stil te staan en te vragen:
„Is het voor mij? Het moet een diep in
gewortelde behoefte zijn in de menschc-
lijke natuur, denk ik; de behoeft© om te
hopen, dat er eenmaal iets onverwachts,
iets buitengewoons gebeuren zal.
(Ik kan niet klagen, dat aan dezo be
hoefte niet rijkelijk voldoening gegeven is
in mijn speciaal geval).
Dat moge dan zoo wezen, ik zag zuster
Phyllis den jongen een oogenblik staande
houden. Zij vroeg hen* natuurlijk of het
telegram voor haar was. Hij schudde het
hoofd en kwam op het buis af. Ik betrapte
mijzelf op de gedachte: Yeronderstel
veronderstel eens even, dat het teiegram
misschien voor mij was?
Maar dat was onwijs.
Er waren maar twee menschcn op de
heele wereld, die wisten, dat ik, Rose Whi
telands, ten onrechte verondersteld de
jong© Mevrouw Meredith te zijn, hier was.
Reggie Penmore zou mij niets te telegra-
feeren hebben. En Juffrouw Yera Yayno
was op .weg naar Amerika.
In ieder geval, zuster Phyllis was veilig
©d wèl uit de buurt.
En nu mij gauw aankleeden!
Dat was gemakkelijker gezegd dan ge
daan.
Want na tien minuten de kamer t© heb
ben doorgezocht, de kleerkast en de lata
fel, kwam ik tot de droevige conclusie, dat
mijn kleeren op de een of andere manier
verdwenen waren.
De kale zwart-serge rok en mantel, die
ik op reis had aan gehad, waren weg. Even
zoo Inijn ondergoed.
En dit bracht mij weer iets vervelends
te binnen. Als mijn eigen kleeren maar ge
merkt waren met mijn eigon voorletters I
Maar ik had te veel haast gehad voordat
dk mijn pension verliet, om mijn uitzetjo
nieuwe kleeren te merken, voordat ik mijn
nieuwe betrekking aanvaardde. En nu wa-j
ren zij in de wasdh gegaan zonder de W.»
die mij had kunnen rechtvaardigen.
Alles, wat ik kon vinden, waren de dun
ne avond-kleeren van Juffrouw Vera Vayne
en de stapel lichtnmauve en ros^ "-gebloem
de, flodderige kleeren. Er scheen geen
peignoir bij t© zijn.
En Ik kon niet naar beneden gaan, zoo-ils
ik was, en het huis rondloopesn in dit dun--
ne, opzichtige nachtgewaad. Ten einde
raad sloop ik zuster Phyllis kamer binnen.
Ik nam liaar donkerrood© oachemiren
peignoir met erkm© kanten kraag en man
chetten van den haak.
Haar gewatteerde, ros© satijnen slaap-
kamerslofjes met wit donzen randje pas
ten mij precies.
Het was de moeite niet waard mijn haar
op te maken. Mijn arm was al wat moe van
de inspanning de kastdeuren open to doen
en de laden los te trekken. Ik liet mijn
twee dikke bruine vlechten met de rose
strikken, die cle keurige Phyllis ér om ge
bonden bad, dus maar hangen. Toen keek
ik haar domein weer rondWaarom,
waarom was dat meisje toch niet een beef je
minder kleingeestig netjes 1 Waaroin tooest
zij al haar schrijfbenoodigdheden wegslui
ten? Beneden, op een afstand, hoorde ik
het Eituwe geluid van de bel van den tel«-
graO en jongen. (Wordt vervolgd).