In verkeerde Schoenen. 0. 19484. LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 13 September. Tweede,Bfad. Anno 1923 negende Nederlandsctie Jaarbeurs. n. (Slots FEUILLETON. UIT DE RIJNSTREEK. 0 (Van onzen specialen verslaggever.) )e Jaarbeurs werd gisteren zonder eenige chligheid geopend. De datum der opening sluiting valt iets later dan het vorig jaar, dat de eerste weelc van September, in ver- nd met de in verschillende plaatsen van land gehouden Jubileumfeesten, voor het uden van de Jaarbeurs ongeschikt moest trden geacht. De duur der Beurs is boven in dusdanig gekozen, dat zooveel mogelijk tening is gehouden met de dit jaar vroeg pallénde Israëlietische feestdagen. Zij zal sloten zijn op de beide tusschen liggende ndagen en op den Grooten Verzoendag. 30 komt men nu ook weer op den reeds oeger vastgestelden duur van tien dagen, et ligt in de bedoeling om voor alle vol- nde Jaarbeurzen, zoowel die in het voor- ar, als die in het najaar, den duur op tien gen te bepalen. De wenschelijkheid is meermalen uitge broken, om de Jaarbeurs ook op Zondag en te houden, om daardoor vele kleine inkeliers en neringdoenden, die juist op ;n dag voor een bezoek den tijd hebben, de gelegenheid te stellen er heen te gaan, Raad van Beheer heeft daartoe nog niet illen besluiten, doch is voornemens om tij deze Beurs een enquête onder de deel- emers te houden, ten einde hun meening ntrcnt deze kwestie in te winnen. Hier ijkt weder uit, hoe het den Raad er om te oen is de belanghebbenden te laten mee treken in de zaken, die vooral hun belang elreffen. Voorts is het hem gelukt, door een rachlig toegepaste bezuiniging, de vergoe- ing voor het gebruiken van monsterkamers, ifelvlakten en open ruimten aanmerkelijk verlagen. Het zal er ook toe hebben mee- ewerkt, dat de deelneming grooter is dan p de voorgaande Beurs. Het" nemen van jtands is nu onder bereik gebracht van per- onen, die daaraan vroeger niet kon'den den- :en. Dit lijkt ons een groote vooruitgang. )e deelneming was nog al duur en de kosten ichrikten velen af. Een eenigszins duidelijk beeld van de be- eekenis en den omvang der inzendingen uijgt men eerst, als men nagaat de indee- ing der groepen, waartoe de stands zijn ge- angschikt. Het aantal dezer groepen be haagt niet minder dan 17, n.l. voedings- en [enolmiddelen; electriciteit, machines, me- aalindustrie, automobielen; industrie-benoo- ligdheden, brandstoffen; bouwmaterialen; joud- en zilverwerken, drukwerk, papieren kantoorbehoeften; texüel-industrie en con fectie; chemische en pharmac. producten; /erfwaren, Ieder en schoenen; hout, kurk nandenwerk en slroo; aardewerk, porselein in glas; huishoudelijke, toilet- en sportarti kelen; muziekinstrumenten; land-, tuin- [uw en veeteelt en economische diensten. De tot deze groepen behoorende inzendin- ïi zijn zooveel doenlijk naast elkaar ge matst, zoodat de bezoeker slechts de groep eeft op te zoeken, welke hem het meest interesseert, om daar te vinden, wat hij ver langt, zoowel van binnenlandschè als van buitcnlandsche deelnemers. Ter Beurze bevinden zich een aantal ver tegenwoordigers van buitenlandsche legaties pn consulaten, steeds bereid om inlichting Dp het gebied van handel en nering, in dustrie en bedrijf te verstrekken, zoowel ten opzichte van uitvoer als van invoer. Het zelfde geldt voor onze Koloniën, waarom trent het Koloniaal Instituut', reeds door ons genoemd, zeer waardevol materiaal ver strekt. Een apart gedeelte geeft een overzicht van hetgeen er aan boeken, plaatwerken, atlassen en landkaarten over onze Koloniën in de laatste vijf-en-twintig jaar is gepubli ceerd. Leidsche uitgevers wij komen daar op straks terug zijn hier ook op waardige wijze vertegenwoordigd. Een vluchtig on derzoek deed ons reeds concludeerén, dat Leiden in dit opzicht bovenaan staat. Het is met een Jaarbeurs anders als met een gewone tentoonstelling, waar men heen gaat om het mooiste en beste op verschillend gebied te bezichtigen en te bewonderen. Dit maakt ook do taak van hen, die het publiek moeten voorlichten, zoo verschillend. Het heeft geen zin, stand voor stand te bschrij- ven en het publiek daarover voor te lichten. De zakenman gaat naar de Jaarbeurs om zaken te doen. Daar is voorbereiding toe noodig. Het is ee,n handeling, die doelbewust moet worden gedaan. De bezoeker bepaalt thuis al wat hij er wil koopen en tegen wel ken prijs. Met dat doel voor oogen raad pleegt hij den catalogus, laat zich zoo noo dig nog door deskundigen inlichten en kan dan eerst zijn zaken doen en zich op de hoogte stellen van hetgeen er in zijn branche te koop is. Wil men tijdens het bezoek nog eens raadplegen zijn compagnon, die niet aanwezig is, voor men tot inkoop of verkoop decideert, in de hal van het Jaarbeursge bouw vindt men een post- en telegraafkan toor; telegrammen worden er aangenomen en telefonische gesprekken kan men op elke verdieping van het gebouw voeren. Zoo blijkt uit alles, dat de reclameplaat voor deze Jaar beurs haar doel en strekking: het vergemak kelijken van den handel, zoo juist demon streert. En wie er met dat doel heengaat, zoekt en vindt' er zijn voordeel, dient er zijn eigen belang. Dit is onze stellige overtuiging. Wij hopen, dat de negende Nederlandsche Jaarbeurs voor zulke zelfbewuste bezoekers in grooten getale haar toegang zal hebben te ontsluiten; de instelling zal op deze wijze tot nut en voordeel zijn, voor den enkelen zakenman persoonlijk zoowel als voor den handel en de industrie in het algemeen. Bekwame zakenmenschen hebben ons verklaard, dat men het bezoeken van een Jaarbeurs eerst' moet leeren, hetzij in Leip zig, het zij in Utrecht. Zoo zal ook de Utrechtsche Jaarbeurs elk jaar meer aan haar doel beantwoorden. Wanneer wij ten slotte de aandacht vesti gen op de Leidsche inzendingen dan is dat ook minder, om op het belang van deze stands in het bijzonder te wijzen, dan wel om er mee te doen uitkomen, dat er ook in onze gemeente zakenmenschen gevonden worden, die aan de in-sland-houding en tot den bloei van dit instituut willen medewer ken. Op de eerste verdieping afdeeling Kolo niën heeft de Boekhandel en Drukkerij v.h. E. J. Brill een prachtcolleclie uitgaven op het gebied van onze Koloniën geëxposeerd, waaronder zeer kostbare werken. In deze zelfde afdeeling prijken ook verschillende uitgaven in hetzelfde genre van de Leidsche firma S. C. van Doesburgh. Ook deze in zending illustreert wat Leiden op het ge bied van wetenschappelijke werken belee- kent. Een oude bekende op deze Jaarbeurs is de N.V. v.h. Beuth en Zoon, die met een monsterkamer en een wandvlakte, waarin in rijken voorraad dekens, matrassen, veeren, dons, kapok en watten enz., uitkomt. De firma Zaalberg en Zn., welke wij er in een vorige Jaarbeurs aantroffen met een keurcollectie Leidsche wollen dekens, expo seert ditmaal niet. Zij wordt echter op waar dige wijze vervangen door de firma J. Schel- tema Janszoon, eveneens een oude bekende Leidsche firma, die een monsterkamer in het Jaarbeursgebouw heeft gevuld met even keurig afgewerkte als solide dekens en andere artikelen, tot deze branche behoo- rend. De stand van den heer Joh. Essers, uit Leiden, mede een oude bekende op de Beurs sluit zich bij de bovengenoemde firma's aan Hij komt uit met een geweldig groote collec tie wollen, zijden en katoenen mode-artike len, kousen, handschoenen enz. Wilden wij al de artikelen, welke hier zijn uitgestald, opnoemen, er zou haast geen einde aan ko men. De N.V. Kon Sloom-zeep-, eau de cologne en parfumerie-fabriek Sanders Co. vult met haar groote verscheidenheid van arti kelen op dit gebied een monsterkamer met een viertal tafelvlakten. Bedriegt het geheu gen ons niet, dan was de firma Sanders reeds op de Eerste Jaarbeurs vertegenwoor digd en heeft zij geen enkelen keer overge slagen, een bewijs, dat haar tegenwoordig heid goede resultaten heeft opgeleverd. An ders maakt men niet elk jaar moeite en kosten. De Kon. Nederl. Grofsmederij nöemt onder de metaalwerken en machinerieën op deze Jaarbeurs mede een voorname plaats in en vertegenwoordigt deze industrie op een wijze zooals wij dit van een inrichting als onze Grofsmederij mochten verwachten. Hiermede hebben wij de Leidsche firma's welke wij met de catalogus in handen heb ben kunnen vinden, opgenoemd. Mochten wij er een enkele over het hoofd hebben Naar bet Engeisoh, door BERTA RUCK. (Nadruk verboden.) 6) Toen knikte zij mij nog eens aanmoedi gend toe. „Ik meende wat ik zei. Met dat ruilen bedoel ik. Het kan best", zei ze. „Wij le ven maar eens, nietwaar] En zoo'n kansje komt noodt tweemaal in je leven] Welnu, Wat is er nu tegen] U neemt mijn lot over en ik het uwe. Hoor eens. Ik stap riet uit in Llandedwydd. Ik ga door naar ïtferyetwitk Haar heb ik een oude tante. Horgen kan ik naar Liverpool gaan. U stapt uit in Llandedwydd en zegt, dat u bij lady Meredith moet zijn. Begrepen]" Ik staarde haar aan. Zij scheen het werkelijk in ernst te mee- aen. Kon het wezen, dat jaren lang optre den in die onwijze, onmogelijke melodra ma's, waarin (prinsessen het baantje van Mlnerin in een station op zich nemen en Miner innen met prinsen trouwen, haar geheel vervreemd had van het leven zooals bet in werkelijkheid toegaat? Ik stamelde zoo iets, dat zij onmogelijk jri ernst kon spreken. Zij legde mij het zwij- op. Zij scheen haar dwazen inval meï ridderlijke oprechtheid te meenen. Welk r zwaar was er tegen? Zij drong er op aan. herbaalde, dat wij beiden bij de familie okend waren* Met verheffing van stem legde zij mij met mijn tegenwerpingen het zwijgen op en verklaarde, dat ik, en ik al leen, de rol kon vervullen van Georges .vrouw. „Wel, u is er voor geknipt, lieve", ging zij met onweerstaanbaren aandrang voort, terwijl onze trein stilhield voor het perron van Shrenoaburg. En gedurende de weinige minuten oponthpud herhaalde zij haar plei dooi... Maar ineens riep zij op beslisten toon: „Kom mee 1 Wij moeten hier allemaal uitstappen." Zij greep baar valies, haar paraplu met den papegaai, sprong uit den trein, greep mij bij den arm en trok mij met zich voort als het blad van een boom wordt meegesleept op een onstuimige rivier „Wacht, wacht, ik geloof niet, dat ik hier moet uitstappen", protesteerde ik. „Ik ge loof, dat mijn trein regelrecht doorgaat naar Llandedwydd „Neen, neen, u moet uitstappen." Ik Heb niet meer dan een zeer vage her innering van wat er gebeurde op dat vreeselijk drukke kruispunt. Ik weet, dat ik zei: „Mijn valiesje" en „waohfc laat ons vragen, de trein gaat zoo aanstonds door f' De trein was werkelijk op het punt van vertrekken. „Llandedwydd 1 Ja, niet uitstappen", riep een ooncfucteur! „Stap hier maar inl" De Verschijning stapte al in. Ik wildé baar ijlings volgen. Toen kwam de onverwachte, 3e Totaal onvoorziene climax. Mijn nieuwe kennis, die mij aldus uit den. trein gelokt had, duwde mij compleet terug op het perronMet een zegepralend lachje wierp zij het portier voor mijn neus dicht" 1" gezien men neme het ons niet kwalijk. Daar is op de vijf verdiepingen in het vaste ge bouw en op de terreinen er om heen, zooveel te zien, dat het haast een wonder zou zijn als men niemand vergat Uit traditie vestigen wij ook nog eens weer de aandacht op N.V. Edelmetaalbedrijven Van Kempen, Begeer en Vos, de firma Gebrs. Van der Kloot Meijburgh, te Alphen a. d. Rijn, die ook op de vorige beurzen vertegen woordigd was met haar bekende lederwaren evenals Jan Nico Roest, uit Noordwijk=aan- Zee met zijn keurcollectie op het gebied van den kunsthandel, en de Nutricia-fabrieken te Zoetermeer wiens'jams en ingemaakte vruchten en groenten de aandacht trekken. Moge Leiden,en omgeving ditmaal quan- lilalief in e^énredighei^l met- het geheele land niet een overwegende rol op deze Jaar beurs spelen, wat de quqliteit van* het ten toongestelde betreft, daarrpede maakt zij een goed figuur. En daarmede 'feliciteeren wij onze stad, die op het gebied van industrie en handel een naam heeft op te houden. De Jaarbeurs werd gisteren bezocht door de hier te lande in verband met het Regee- ringsjubileum vertoevende Indische prinsen Pangeran Ario Koesoemejoedo, Prins van Solo en Pangeran Ario Soerjowidjojo, Prins van Djocjakarta. De beide prinsen waren vergezeld van dr. Radjiman, lijfarts van den Soesoehoenan van Soerakarta, en van Ra den Mas Ngabehi Soedjono Poero. HAZERSWOUDE. De Jubileum feesten. De tweede dag, de eigenlijke feestdag, was aangebroken. Het weer was prachtig. Een paar hoornblazers reden reeds om zes uur door het dorp, en bliezen de re veille. Op het erf van den heer A. v. d. Lelie was het een drukte van belang. De deelnemers- (sters) aan den te houden historischen op tocht moesten daar gekleed worden, en op het terrein, dat ook wederom voor dit doel gratis was afgestaan, moest de optocht wor den opgesteld. Daarmede waren wel eenige uren gemoeid, zoodat om ongeveer elf uur eerst de optocht kon aanvangen. De prachtig geordenden stoet nam eerst zijn roete door het Dorp, en werd geopend door de bereden politie, waarna vier herau ten te paard gevolgd door twee commissie leden. Voorts kwamen achtereenvolgens de verschillende groepen. Eindelijk kwam de praalwagen, waarop de Nederlandsche Maagd, met bloemen meisjes en de elf provinciën, voorafgegaan door twee dames te paard. Daarop volgden eenige versierde wagens, waarvan ons in het bijzonder trof, die, welke het landbouwbedrijf voorstelde en waarop door een viertal arbeiders de dorsch- kneppel werd gehanteerd, en door een ouderwetsche boer, naast zijn vrouw geze ten, werd bestuurd. De landbouwproducten waren daarbij goed vertegenwoordigd. Ook andere ambachten werden voorgesteld, en allen hadden zich als om strijd beijverd om goed voor den dag te komen, waarin zij ook zonder onderscheid zijn geslaagd. Voor de openbare school hield de stoet stil en voerden de burgemeester en de heer B. van Elswijk het woord. Vervolgers ging de optocht door lot de Roemer en vandaar over het Dorp terug naar de Zijde en terug i naar het terrein, alwaar de stoet, die den geheelen tocht van bijna vier uur goed ge ordend bleef, werd ontbonden. Daarna werden de volksspelen gehouden, die een menigte belangstelling wekten. Voor het kerkplein en er naast werden eenige uurtjes gesleten met hardloopen met hindernissen, sprielloopen, lobbetje-steken, muilloopen voor meisjes en schrootjerijden per fiets. De Harmonie, die den geheelen optocht had medegemaakt, speelde ook thans onver moeid door, totdat de volksspelen geëindigd waren. Des avonds was een groote massa men- schen voor de kerk bijeen. Een zangkoor van ongeveer honderd personen had zich op een tribune op het kerkplein opgesteld, en voerde daar op zeer verdienstelijke wijze verschillende zangnummers uit. Ook de Harmonie ondër leiding van haar directeur, den heer Bolderdijk, van Leiden, kweet zich Het volgende, wat ik besefte, was dat ha-ar onze trein vertrok en. dat zij het varkensleeren valiesje (met de initilalen „V V.") op het perron had neergewor pen, plak voor mijn voeten. Benevens een klein pakje, in een zakdoek gebonden. Daar stond ik buiten adem, in bulplooze verwarring, vastgenageld aan het vuile perron, mijn haar trein nakijkende, die zich wegspoedde naar de plaats van mijn. bestemming Het laatste, wat ik zag, van de Verschij ning, was die opzichtige lila toque boven het blozende gezichtje, dat mij juichend toelachte uit haar portierraampje. Het laatste, wat ik van haar hoorde, was een doordringende, vroolijke stem, die mij toe riep „Tot ziens, lieve I Goed succesHeer lijk 1 Hartelijke groeten aan Georges fami lie Vi HOOFDSTUK IH. Verlaten! ",\Vi Stel u mijn toestand voor! Voor den gek gehouden, bijna aan het eind van mijn reis uit den trein geworpen, mijn eigen bagage mij ontnomen l (Er stond geen adres op, niets). En daar stond ik nu en zag den trein den hoek omslaan, terwijl de vroolijke afscheidsgroet van het meisje, dat mij deze poets had gebakken, mij nog in de ooren klonk. Mejuffrouw Vera Vayne, het jonge öor- logsweeuwtje van den armen George, had inderdaad haar vrijheid terug gekregenl Maar wat moest er met mij gebeuren, - met Rose Whitelands die daar stond met Vera Vaynes valies, haar onbekookt plan, dat ik haar rol zou yervullen, fen 'dit ja. uitnemend van Haar taak. Van muziek en zang is volop genoten. Het wisselde elkan der gestadig af. Enkele zangnummers wer den door de Harmonie begeleid, en dat een en ander voldoening gaf, bewees telkens het oorverdoovend applaus, dat op elk stuk volgde. Toen het laatste nummer was uitgevoerd, werden op verzoek van den directeur, den heer Bolderdijk, door het publiek, twee cou pletten van het .Wilhelmus" spontaan aan geheven, door de Harmonie begeleid. Om circa elf uur, toen deze uitvoering geëindigd was, nam de burgemeester het woord, en sprak het Zangkoor, de Harmo nie. de Feestcommissie en de menigte harte lijk toe, waarna een driewerf hoera voor de Koningin, daarna voor den burgemeester en de feestcommissie werd aangeheven. Tot slot werd een prachtig vuurwerk af gestoken, waarna men zich nog langen tijd in opgewekte en prettige stemming in de dorpstraat bleef bewegen. Hazerswoude- Dorp heeft weer getoond op gepaste wijze feest te kunnen vieren, want geen enkele wanklank werd vernomen. LEIDERDORP. De Jubileumfeesten. Onder begunstiging van mooi weer hebben wij gisteren alhier het jubileumfeest mogen vieren en het mag en kan gezegd worden, schitterend gevierd. Ingezet met koraalmu- ziek van de Leiderdorpsche muziekvereni ging „Devote", directeur de heer J. Noor- danus, met medewerking van ongeveer tachtig zangers en zangeressen, hetwelk als begin een plechligen indruk maakte, werd het programma van den dag achtereenvol gens afgewerkt. Na den optocht van de kin deren, was de nationaal-hislorische optocht le juister lijd opgesteld en kon daardoor op lijd vertrekken. Deze bestond uit zes groe pen, in volgorde saamgesteld: groep I: Ger- maansche tijd, voorgesteld door de burger wacht; groep U: de Graventijd, door de gymnastiekvereeniging „Sparta"; groep III: de lijd der 16e eeuw (Chr. Oranjevereeni- ging); groep IV: het landleven, voorstellen de den Bruidstoet van Kloris en Roosje, ge volgd door een praalwagen „De Oogst"; groep V: de tijd der 19de eeuw, beginnende bij den Prins van Oranje, later Koning Wil lem I; groep VI: "een praalwagen, waarin de Nederlandsche Maagd, omgeven door de elf provinciën, de Mitrailleur-afdeeling, welke een beeld gaf van het binnentrekken van het kantonnement in deze gemeente in het jaar 1914, onder de commandant Ka pitein Verherne. Hierop volgde een herin nering uit het jaar 1918, voorstellende den Lciderdorpschen vrijwilligen Landstorm, welks manschappen in den herfst van voor noemd jaar naar Den Haag waren opge trokken. Vervolgens maakte een praalwa gen, gewijd aan den vrede, het laatste ge deelte dezer groep uit, voorstellende ,,De Vredesengel beschermt de Nederlandsche en de hier liefderijk opgenomen buitenland sche kinderen". Een aandoenlijk oogenblik was het, toen een Duitsch meisje met een toespraak den burgemeester een bloemstuk aanbood voor de liefderijke verpleging. De gondel vaart, die des avonds werd ge houden, was schitterend om te aanschou wen, terwijl een mooi vuurwerk het feest besloot. Duizenden toeschouwers waren den geheelen dag op de been. OUD-ADE. Ter gemeente-secretarie is aangifte gedaan van een vermoedelijk ge val van mond- en klauwzeer onder het vee van de landbouwers Th. van der Hulst en A. van der Meer alhier. De ziekte breidt zich steeds meer en meer uit OUDE-WETERING. De Jubileumfees ten. Begunstigd door heerlijk weder werd hier een aanvang gemaakt met de viering der feesten. Reeds vroeg in den morgen ver kreeg de Oude-Wetering een feestelijk aan zien, doordat de vlaggen werden uilgesto ken en ook verscheidene huizen keurig wa ren versierd. De opening der feestelijkheden geschiedde door een reveille door twee he rauten te paard, voorafgegaan door een heraut te voet. Vervolgens werd het feest of ficieel geopend op het feestterrein achter de woning van den heer Groenendaal. Behalve het bestuur waren op het terrein aanwezig alle geestelijken uit ons dorp, alsmede de burgemeester onzer gemeente. Oudewete- ring's fanfarecorps speelde het Volkslied, waarna de voorzitter van het feestcomité, dat andere pakje, dat zij mij uit den coupé toegeworpen had; wat was dat? Verbijsterd nam ik het van het perron op, en deed er het geparfumeerde zakdoekje af; waar zij het in gerold had. Wat was het? Hemel! Het was het gouden kettinkje en het medaillon met paarlen randje, waarin liet portret zat van „den armen George." Zij dacht dus werkelijk dat ik haar onzin nig plan zou ten uitvoer brengen? Dacht rij dat? Om het niet te verliezen, maakte ik het keilinkje met medaillon om mijn eigen hals vast. Toen stond ik daar hulpe loos den trein na te kijken, lang nadat er geen trein meer te zien was. O, het was te slecht van dat meisje! Mij in zulk een moei lijken toestand te brengen! Te maken, dat ik le laat kwam in mijn nieuwe betrek king 1 Hun van het begin af aan een ongun- stigen indruk van mij te geven; onnauw keurig, nonchalant met mijn bagage! Hoe zou ik de zaak kunnen verklaren aan de Sutcliffe-Smiths? De stem van een spoorwegbeambte deed mij ontwaken uit mijn gepeins. „Mag ik uw kaartje even zien, alsje blieft?" Ik had mijn oud zwart moiré tasch- je nog bij mij. Werktuiglijk tastte ik er in naar mijn kaartje en toonde het hem. Die spoorwegbeambte bleek een zeer consciëntieus maji te zijn. Hij zei: „Ik dacht dat ik u uit een eerste-klas-wagon zag stappen, is 't niet, juffrouw? U moet f6.60 bij betalen." „Maar ik werd door den conducteur te Euston in dien coupé gezet „Ja, het spijt mij wel, juffrouw", zei de man op een toon van verwijt. „Maar u hadt in Stafford kunnen uitstappen, niet waar de heer J. W. Bonda, de openingsrede hield. Spreker verwelkomde allereerst de heeren leden van het eere-comité en den burge- meester, als vertegenwoordiger van H. M. de Koningin. Dan constateert spreker met heel veel genoegen de groote liefde van Oude- Wetering's burgerij voor het Oranjehuis, Spontaan hebben allen hiervan reeds blijk gegeven, reeds vóór den dag van de feest viering. Spreker hoopt, dat die aanhankelijk-» heid steeds zal mogen voortleven onder de burgerij van Oude-Wetering; tevens hoopt spreker, dat wij nog vele jaren zullen mo gen leven onder de regeering van onze Ko ningin, die toch getoond heeft zulk een uit muntend Vorstin te zijn. Spreker besluit zijn rede met een driewerf hoera voor onze Koningin. Dan deelt spreker mede, dat het feestcomité besloten heeft een telegram aan H. M. te zenden, welke mededeeling met ge juich wordt ontvangen. Door de muziek werd het „Wilhelmus" gespeeld. Hierna nam de burgemeester het woord, Deze herdacht in zijn rede de zegenrijke re- geering van onze Landsvorslinne gedurende Haar 25-jarige regeering. Zoowel in de jaren van voorspoed als in die van tegenspoed heeft onze Vorstin steeds pal gestaan en heeft Zij de spreuk van Oranjes Vorstenhuis „Ik zal handhaven" steeds gestand weten la doen. In de eerste plaats past het ons dan ook den Algoeden God dank te brengen voon de vele zegeningen, die H. M. gedurende da afgeloopen 25 jaren mocht ontvangen, waar bij de bede, dat Zij nog lang voor ons land gespaard moge blijven. Met den wensch, dat het feest door geen wanklank moge wor den gestoord sluit de burgemeester zijn redo met een „Leve Hare Mejesteit Onze Ko ningin". Alle aanwezigen verlieten hierop het feestterrein om zich le begeven naar do bedehuizen, waar het zilveren feest met plechtigen ernst werd herdacht. Hierna namen de kinderfeesten een aan vang. Begonnen werd met een optocht met muziek door het dorp naar het Raadhuis ta Roelofarendsveen, waar voor den burge meester als vertegenwoordiger van H. M. de Koningin, op keurige wijze eenige liederen werden gezongen. Na de terugkomst in het dorp werden de kinderen in de beide scho len rijkelijk onthaald. Hierna hadden de, kinderspelen plaats en werden door dc kin deren de navolgende prijzen behaald: Muilljeloopen voor meisjes, le prijs, Cor Cozijn, 2de Mijntje Hoogeveen, 3de Dora van der Meer, 43 J. Rotteveel, 5de N. Zoet. Troostprijs, M. Schijff. Bandrapen voor meisjes: le prijs, G. Wil- lems, 2e G. Wijtsma, 3e M. Adema, 4e G. Vesseur, 5e R. Adema. Houtjesrapen voor meisjes: le prijs J. do Kwaasteniet, 2e S. Adema, 3e M. de BIan< ken, 4e J. Maasdam, 5e T. Katsburg. Houtjesrapen voor jongens: le prijs K. van der Hoorn, 2e H. Jonkman, 3e G. De ters, 4e I. Bos, 5e W. van Andel. Hardloopen voor jongens: le prijs H. van Dam, 2e W. van Veen, 3e T. Horsman, 4e II. Verbrugge, 5e J. Beek, 6e J. Maasdam. Tonnetje rijden, voor jongens: le prijs P. H. Deters, 2e A. van der Bijl, 3e S. Schijff, 4e Th. van der Hoorn, 5e J. Snater se. Als slot van den eersten dag had er op het terrein achter de woning van den heer Groenendaal een openluchtmeeting plaats, afgewisseld door zang en muziek, waarbij als sprekers optraden de eerw. heeren ds. J« Brouwer, pastoor P. J. de Kok, ds. J. Hf Groenewegen en ds. W. W. Siddré. De geestdrift op het feestterrein was groot. De zang- en muzieknummers werden onder leiding van de heeren Pronk, Vesseun en Fangmann keurig uitgevoerd. Het ter rein was gedurende het feest fantastiscli verlicht. Allen gingen na afloop er nog een kijkje nemen naar de aangebrachte versie ring en verlichting, om daarna voldaan huiswaarts te keeren. ROELOFARENDSVEEN. Bij de aan besteding voor den bijbouw van het St.- Jacobusgesticht alhier werd door de vol gende aannemers ingeschreven: Kuiper, ta Hoogwoud, voor f 51.870; S. Strijk, te Rijp- wetering voor f 49.550; J. de Froe, Den Haag. voor f 57.283; Mansdorp, Lisse, voor f 57.265; Overdevest, te Rijnzaterwoude, voor f 56.000; P. Bakker, te Haarlemmer meer, voor f 55.975; Vulpen, te Rotterdam, voor f 54.975; Metselaar, te Haarlem, voor f 53.200; Van Putten, te Heemstede, voor Ja, dat was ook zoo. Het was de schuld van die „Verschijning" en haar praatjes, waardoor ik het niet gedaan had. Onmo gelijk meisje. Waarom had ik haar ooit aanschouwd, of zij mij Reeds kostto ze mij Hoeveel is het?" vroeg ik wanhopig. „Zes gulden zestig cent, juffrouw," her haalde de man. „Hier heb je een sovereign; geeft mij daarvan terug." Het was mijn laatste so vereign nog welEn wat moest ik nu doen? Ik liep con eindje het sombere sta tion langs. Aan het eind kon ik juist in de verte een afgezet terrein zien op een veld met een afrastering er om heen en een schildwaoht en een rij barakken. Ik had gehoord wat het was een kamp van Duitsche krijgsgevangenen. Door de re ten, tusschen de planken omheining, kon ik even wat zien van al dat mengelmoes van mannen, die de treinen stonden na te kijken. Sommigen droegen de Duitsche in- fanterie-uniform, anderen waren als zee lieden goklead. Een groot, ruwe vent, wiens gezicht een uitdrukking had van wreedheid en woesf/- heid, was gekleed in ©en wit wollen buig met een korte broek en de blauwe Beier- sche pet met een rooden band. Ik had een rilling van voldoening, bedenkende, dat die ten minst© veilig en wel achter schildwacht ten. en prikkeldraad in zat, een in den val geloopen wild dier, 'dat ten ininste met zijn nagels en klauwen geen kwaad meer kart doen. De nauwgezette beambte stoorde mij weer in mijn overdenkingen donr mij zijn klein geld terug te brengen. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 5