CORRESPONDENTIE, De Gymnastiekzaal. beurde, was werkelijk een uitkomst! Er kwam een opening aan den achterkant der gymnastiekzaal! Vader Muis dacht, dat hij een deur opengeduwd had. De heele muizenfamilie sprong er door e dat was maar gelukkig ook, want op hetzelf de oogenblik stak Minet haar kop door den hoofdingang der „zaal" heelémaal kon zij er niet in, want zij was te dik van de vele melk, die zij kreeg. Juist toen Vader, Moeder Muis en Knabbeltandje uit de gymnastiek zaal ontsnapt waren, stak Minet een klauw door de nooddeur, die door Vader Muis was opengeduwd. Zij waren maar net bijtijds ge red en Minet, de dikke Minet. zat gevangen en kon niet vóór- of achteruit! „Kom nu maar mee!" zei Vader tegen Moeder Muis, die nog naar Minet's klauw wees. Poot aan poo't trippelde het drietal weer naar hun veilig holletje, natuurlijk nog wei wat van streek van de doorgestane angsten. „Gelukkig, dat de gymnastiekzaal een nooddeur had." zei Vader Muis. Moeder en Knabbeltandje waren het hier mede geheel eens. Hebben jullie aJlen het gooed begtre- pen Dinsdag 3 April vóór 12 uur moeten db brieven bezorgd zijn aan het Bureau „Leidsch Dagblad" anders kunnen ze miji niet tijdig genoeg naar Kloosterzancle wor den opgezonden. De kinderen, die mij aJ- tijd de brieven over de post naar Den Haag zenden, kunnen dat nu, atls zij wil len, naar Zeeland zanden. Klooster zand o (Zeeland) is mijn adres, dat is voldoende, meer behoeft er nieb bij, wel mijn naam, maar dat begrijpt iedereen van zelf wel. Wie nu met de Paascbdagen uit logoe ren gaat en dus de kindercourant niet heeft, kan natuurlijk de raadsels niet op lossen, on behoeft daar dan heuseh geen excuses over te maken, dat begrijp ik best, evengoed als van de kinderen die ckan logeetjes hebben of als het mooi weer is met Pasohen, veel uit zijn die dagen. Wie tijd eai lust heeft-, kan de raadsels oplos sen en mij zenden en wie er niet toe Kan komen, slaat een week over. Jo van. Leeuwen, ben je op Ion Paasoh- dag jarig? Dat treft wel gcêd dan heb je vacant ie en kunt prettig de vriendinne tjes bij je op visite hebben. Wel gefelici teerd en veel plezier Neeltje van Leeuwen je hoort zeker ook bij de verjaarpartij van Jo, hebt dua ook een vroolijken Paasohdag. Adriana Gie-sen, veel plezier in Leiden bij je grootmoederdaar lees jo natuurlijk ook de kindercourant. Je blijft dus goed bekend in Ledden als je er nog alle vacan- ties gaat logeeren. Ik geloof dat ik jou nog niet bedankte voor het courantje dat je mij later nog toezond. Neeltje van Wijk wat heb je een aardig avondje van de Zangvereeniging bijge woond. Kreeg je geen slaap toen het too Laat werd? Annie Zirkzee-, dank voor je brief Ge hikkig dat je weer uit mag gaan. Annie Ampftmeyer, het doet mij genoe gen dat je zoo erg verrukt bent over j< prijs, het is een mooi boek, dat weet ik. Annde Huisman, zeker begon ik joi naam en je briefjes ad gc*ec! te kennen, dus je behoort voortaan ook tot de ge trouwen, als je zoo doorgaat. Jo Taffijn, vindt jij het ook prettig dat de kindercourant voortaan Zaterdags komt? Och ja de meeste kinderen lossen Zondags de raadsels op. Gè Jongbloed, flink boor om zooveel op lossingen in te zenden, dan zullen er zeker altijd wel 3 of 4 goeden bij zijn. Marie de Koning, natuurlijk mag je den brief Zondags ad weg brengen, dat doen zóóvele kinderen op hun Zondagsche wan deling. Catha^ina Tos, neen dat kon je tcker niet vooruit weten, of je een prijs zou hebben of niet, en nu heb je toch kunnen mee-loten. Marie Kolderman, als de raadsels nog te moeilijk warén voor Martha is het betei dat zo nog een paos wacht en het da» weer eens probeert. Vlug trippelden de Muisjes aan den bui tenkant der zaal naar boven, waar de ope ning was. 0, wat ging dat leuk! Daar zagen »zij reeds de lus, de touwen (de veters) en fden lap (het leertje). Vader Muis had den weg gewezen en was i'vóórgegaan, op hem volgde Knabbeltandje en ,Moeder sloot de rij. Maar op eens, wat was dèt? Juist toen Moeder Muis tegen den wand opklauterde, izagen zij twee akelige, groene oogen en Minet om een hoekje komen. Knabbeltandje keek juist boven den rand der „zaal" uit en dook onmiddellijk weg, Moeder haar achter na 1" Met kloppende hartjes wachtte de Mui zenfamilie nu af, wat er verder gebeuren zou. Zelfs Vader Muis kreeg het benauwd, nam zijn vrouw en zijn zoontje ieder bij een poot en trok hen zoo diep mogelijk de „zaal" in, daar waar het heel donker was, maar toch nog licht door een kier naar binnen viel. Vader Muis, overtuigd van den ernst van den toestand, drong nu met zijn heele lichaam tegen den zijwand, die daar maar laag was en pee maar, wat DU ge-. door C. H. Vader Muis was op zekeren dag langer dan gewoonlijk uitge&Ioven, maar eindelijk was hij toch gelukkig heelhuids in bet ge zellige holletje in een hoekje van den gïoo- 1 ten zolder teruggekeerd. „Ik begon mij al ongerust te maken," zei Moeder Muis, „en was bang „Nu, waar was je dan bang voor?" „Voor Minet natuurlijk! „Oho! Dat heeft geen nood. Ik ben de oude, dikke Minet veel te slim af. 'k Geloof, dat z ij bang is voor m ij, want ik heb haar al in geen dagen gezien." En Vader Muis draaide verwaand zijn snor op. V „Nu ja," zei Moeder Muis weer, ,,'t zou natuurlijk kunnen, maar i k zie Minet dan maar liever niet dan wel." „Ik zal jullie wel beschermen. Maar nu zou ik bijna vergeten te vertellen, hoe 't komt, dat ik zoo lang uitgebleven ben." „Hè ja, Vader, vertelt u dat eens/' zei Knabbeltandje, het muizenzoontje, met zijn fijn piepstemmetje. Hij was dol op vertellen. „Nu dan: ik heb een ontdekkingsreis ge daan!" „Een wat?" vroeg Knabbeltandje, die dat woord nog nooit gehoord had. „Een reis, waarop je wat ontdekt, iets bij zonders vindt," legde Vader Muis uit. „Ohohpiepte '*t muizenkind nu. „En wat heb je ontdekt? Is het iets lek kers om te eten?" vroeg Moeder. „Nee, dat is liet niet. Het is een soort gvm- T.astiekzaal. 'fris 'n flink gebouw, en boven aan den achterkant hangt een grootc lus, die veel op een ring lijkt. Daar kun je aan izwaaien, dat het een lust is. Verder zijn er jlaPge, zwarte touwen, waaraan je elk aan |ieïi kant kunt trekken om te zien, wie het isterkst is en je kunt er ook touwtje mee ^springen, al is dat meer voor meisjes. Ein- hangt er nog een lange smalle lap in, m één kant vast zit pn waaraan je, als m aan den anderen kant in mijn poot hangen kunt en allerlei acro-. ,,'t Lijkt me wel iels heel bijzonders, maar.,.." begon Moeder Muis voorzichtig. „O, dol! Fijn!" riep het kleine muisje uit. „Toe Vader, mag ik er dadelijk naar toe?" „Nu even dan, als je belooft zoet te gaan slapen, 'n Beetje gymnastiek is altijd gezond en 't is nog niet donker." Knabbeltandje beloofde het en dribbelde nu opgewonden vooruit. Vader en Moeder on geduldig aan een poot meetrekkend. „O, kijk eens!" riep Knabbeltandje uit, die het eerst de gymnastiekzaal jullie hebt ze ker al geraden, dat het een schoen was? ontdekte. „Voorzichtig nu!" zei Moeder Muis waar schuwend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 18