No. 19341.
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 24 Maart.
Derde Blad. Anno 1923,
UIT ONZE STAATSMACHINE.
HET MODEL.
Van den voet der Pyreneeën.
grijpende verbeteringen, en veranderingn,
aan de woning aangebracht, do h uur ver-
booging wettigen.
In het eerste geval mag echter geen
huurprijs worden toegestaan hooger dan
die op 1 Januari 1916, vermeerderd, met
60 proc., wanneer niet een grond aanwezig
is, als onder 2o. wordt bedoeld.
Wij doelden er al op, dat het Rijk een
deel van de kosten vergoedt, die door <3©
Huurcommissie zijn. gemaaktdat geldt
ook voor de kosten, die do kantonrechter
gemaakt heeft voor de uitvoering der wet.
Maar zijn zulke kosten noodcloos gemaakt
dan kunnen do Huurcommissie en de
Kantonrechter die kosten laten yoar do
partij, die ze veroorzaakte.
Bij algemeenen maatregel van bestuur
kunnen regelen gesteld worden voor de
opheffing eener Huurcommissie door Bur
gemeester en Wethouders.
Omtrent do buiten-werk-stelling van do
Huurcommissiowet is de wet zeer gewij
zigd. Tot nog too bepaalde zij clat de web
zou vervallen zes maanden na don ebg,
waarop de Regeering, den Raad van State
gehoord, tal hebben verklaard, dat de bui
tengewone omstandighedendie tot de in
stelling dor wet aanleiding gaven, hebben
opgehouden te bestaan. Daaruit volgde
dus, dat de wet op een gegeven oogenblik
voor alle gemeenten te gelijk ophield te
gelden
Er is nu deze wijziging aangebracht, dat
er verklaard kan worden, don Raad van
State, gehoord, dat ten aanzien van alle
gemeenten of ten aanzien van bepaalde
lijk aan te wijzen gemeenten, do omstan
digheden het voortbestaan der wet lan
ger dan zos maanden na dedagteekenLng
van heb besluit niet noodig niaken. Er kan
dus een tijd komen, dat voor enkele ge
meenten de wet niot meer geldt en voor
andere wel. Waar zij buiben werking wordt
gestold, doet de Huiuroommissiewet nog
de zaken af, die bij baar volgens do Huur-
opzeggingswet nog aanhangig zijn.
In de Huuropzeggingsweb zijn do vol
gende wijzigingen aangebracht.
De Huurcommissie wet bepaalt, zooveel
mogelijk met in-acht-neming van de voor
schriften der Huurcommissie wet-, voor een
woning een redelijken huurprijs.. Zij karn
een huurprijs bepalen, lager dan volgens
de Huurcommissie wet zonder haar tussohen
komst mag bedongen en aangenomen wor
den, wanneer de staat van onderhoud,
waarin de woning verkeert, dien Iageren
prijs wettigt. Maar brengt dc verhuurder
dan verbeteringen aan, dan kan do Huur
commissie op verzoek van den verhuurder
den te laag gestelden huurprijs verhoogen.
Waar het geldt woningen, ten aanzien
waarvan de H uurc o m miss ie we t eerst door
het in-werking-treden van do Huuropzeg-
gingswet toepasselijk is geworden, wordt
die wet zoo toegepast, dat in plaats van
,,50 proc. boven den huurprijs van 1 Ja
nuari 1916" wordt gelezen: ,,37% proc. bo
ven den prijs van 1 Januari 1916".
Huurcomraissies, welke na 6 October
1922 zijn ingesteld, worden alleen gehand
haafd, waaneer dc toestemming van don
Minister van Arbeid, Handel ca Nijver
heid is verkregen of nog verkregen wordt.
De Minister kan ten aanzien van be
paaldelijk aan te wijzen gemeenten ver
klaren, dat bettegenwoordige huurpeil
der weningen, waarop de Huur commissie-
wet van toepassing is, een afwijzende re
geling vordert* n.l. waar de woningnood
groot is. Maar zulk een verklaring blijft
niet langer dan twee jaar van kraoht.
Ten aanzien van woningen, gelegen in
een gemeente, omtrent een verklaring ale
zooeven is aangeduid, van kracht is, wor
den de huurverhoogiingen, die overigens
op ton hoogste 50 en 37% proc. zijn gesteld
beperkt tot 40 en 30 proc.
Ten 6lotte is in de Huuiopzoggingswct
oen nieuwe bepaling opgenomen, krach
tens welke., in gemeenten zoncihr Huur
commissie de kantonrechter doet, wat an
ders de Huurcommissie zou. moeten doen.
En zooals «Be beslist, sthat heb vastbe
roep staat niet openalleen kan cassatie
in hot belang der wet worden aang>e-
vraagd.
DE EERSTE TWEE MAANDEN VAN
HET NIEUWE JAAR.
Het zou van groote onvoorzichtigheid ge
tuigen, even nadat de maand Februari is
verstreken, reeds een oordeel over het loo-
pendo jaar te gaan vellen. Dit ligt dan ook
geenszins in onze bedoeling, doch wij leven
economisch gesproken zoo bij den dag, de
toekomst lijkt zoo onzeker, dat wij onwille
keurig in het heden zooveel doeniyk 'naar
steunpunten zoeken, om te weten, waar wij
eigenlijk zijn.
Een zulk, steunpunt geeft do staat van
rijksmiddelen-over de twee eerste maanden
van het jaarie zooeven is verschenen. We
zen wjj bij eejn vorige gelegenheid er reeds
op, dat do toestand van 's Lands financiën,
alle pessimistische voorspellingen ten spijt,
reden tot tevredenheid geven, in het nieuwe
jaar is het niet anders gesteld. -De Neder-
landscho regeering bevind zicli in de benij
denswaardige positie hare inkomsten nog
steeds ruim te zien vloeien, terwijl de econo
mische crisis reeds maandenlang een voldon
gen feit is, zoodat zij tijdig maatregelen heeft
kunnen nemen. Afgescheiden daarvan blijken
de inkomsten van den Nederlandsehen staat
zoo lang achtereen zich op zulk een gunstig
peil te blijven bewegen, dat de vraag op
komt, of daarin niet reeds teekenen zijn te
ontdekken van een beteren economischen toe
stand, die langzaam groeiende is.
De rijksmiddelen over de twee eerste
maanden des jaars hebben bij de overeen
komstige periode van het vorige jaar ver
geleken eena vooruitgang van iets meer dan
10 millioen guidon aangetoond. Zij bedroe
gen dit jaar f 73.573.245.00^ tegen
f 63.536.668.29 in de maanden Januari en
Februari 1922. Men ziet, dat de halve cent
nog niet in de rijksboekhouding is verdwe
nen.
Het loont zeker de moeite na te gaan wel-
ko onderdeelen tot dit accres hebben bijge
dragen. In de eerste plaats z\jn dit de directe
belastingen geweest. Do grondbelasting, per-
soneele belasting, inkomstenbelasting en ver
mogensbelasting hebben dit jaar te zamen
opgebracht ruim 27.1 millioen gulden tegen
ruim 22.5 millioen gulden in 1922. De voor-
(Nadruk verboden.)
De Humwelten.
©e klacht, dab telkens na betrekkelijk
karton tijd een wet, waarbij velen belang
bobben, gewijzigd wordt, is ook door ons
al «meermalen uitgesproken. Heli kan zijn,
dolt de plotselinge verandering van den
taesband in onze snel levende maatschap
pij die wijzigingen noodig maakt-, maar
6en last blijft het-, en de ecnige remedie
■en misschien zijn, dat de wet zóó geredi
geerd werd, dat er wat meer speling over-
blcEf bij de uitvoering. Maar dan koant
weer de naijver tussohen Regeering en
(TfflRksvertegenwoordiging in het gedrang
en wellicht verbiedt het onderlinge wan
trouwen der twee partijen dat
Er zijn weinig wetten, die in den korten
van haar bestaan zooveel toepassing
tóbben moeten vinden als de huurwetten
cy raakten de belangen van breed© lagen
dér bevolking; zij zijn dat geven wij
tae noodzakelijk geweestmaar zij heb
ben ook heel wat gemor doen ontstaan.
!De Huurcommissie wel dateert van 26
Maart 1917. Zij is gewijzigd in 1918 en in
1021 en nu onlangs ai er weer een wijzi
gingsvoorstel aangenomen. De Huurop-
oeggingswet, die een jaar later werd inge
steld, houdt daarmee gelijken tred en is
dus nu aan de derde wijziging genaderd.
Zoo raakt het publiek wel een weinig
fte kluts kwijt en worólt de zekerheid, dat
leder geacht wordt de wet te kennen, hoe
langer hoe geringer
Maar dat neemt niet weg, dat wij toch
Weer willen trachten een kort overziioht te
geven van de veranderingen, die nu on
aards weer door de Tweede Kamer zijn
cauge nomen.
Zij komen op het volgende neer.
I>e huurprijs eener woning mag zonder
tóceteanming of beoordeeding van de Huur-
ïeormiissio verhoogd word on met 50 pro-
Bent van den huurprijs op 1 Januari 1916.
Het is echter verboden voor het gebruik
vwi een krachtens do Woningwet onbo-
Emiihiiiiii' verklaarde woning, tegen wol
kar onbewocrabaarverklaring geen beroep
Barer open staat, als verhuurder een hoo-
ger© vergoeding, onder welken naam of in
iwelkcn vorm ook, te bedingen of aan te
«temen, dan de huurprijs voor die woning
geldlende op 1 Januari 1923.
Tot nog toe werd de instelling van een
Huureommissie overgelaten aan B. en W.
tof Gedeputeerde Staten. Nu is bepaald,
dalt voor de instelling de toestemming
ta»dig is van don Minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid. Dat is in zoo verre
een bezuinigingsmaatregel tevens, omdat-
ibïit Rijk een deel der kosten droeg.
Sen huur verhoogd n g wordt, krachtens
ert. 5 der Huuroommissicwet, slechts dan
idwr de H uur contra issi o toegestaan
<iü. wanneer dc huurprijs, dien de vcr-
tu»rder zonder tussohenkomst der Huur-
©MMmossie mag bedingen, blijft beneden de
formalc huurwaarde op 1 Januari 1916, ver
meerderd met 50 procent
wanneer hoogiere uitgaven ter zake
«un de wouiing te bestrijden, dan wel in-
e> Uit hel Emgelscli van WILLIAMS.
(Nadruk verhollen.)
„Een beetje het hoofd meer naar rechtszóó,
fcóó cs het goed
Haastig verschikte zij zich, hang niet in alle
'opzichten te voldoen. Er hing zooveel van af
beviel zij hem als model, dan werd ef met elk
juur poseeren oen shilling verdiend, zoodal zij
per "week al gauw een paar pond zou kunnen
overtoggen. -Maar hoe zwaar voelde haar arm,
boo stijf baar nek! Zij tuurde zijdelings naar
■<»n oude Mok op den schoorsteenmantelge
lukkig, cvor tien minuten was zij vrij I D£»ch
wat voelde zij zich trotsch van biDnen. dal hem
iwas ontgaan, dat zij nog maar een nieuweling
In kot vak was
„Ziezoo, nu kunt u wal uitrusten; een si-
jgarct
„Dank u".
Zij vroeg zichzelf af of hij beleodigd zou. zijn
over haar weigering. Zij waa wat hang voor
(dezen grooteri, zwaren man vooral voor zijn
oogen.
Hij stak den. brand erin, terwijl zij stilletjes
Op haar stoel bleef zitten.
Alan Seemount was de man er niet naar, om
eit'ii bijzonder in andercr menschen gcdachten-
gang te verdiepen, meer dan juist even aan dc
oppervlakte. Toch voelde hij als hij instinct dat
'dit wezentje voor hem wel eonigszins der moeite
waard was. Met welgevallen keek hij naar haar
goede trekken zag hij naar haar blanke huid,
naaT dc grijze, ietwat schuwe oogen.
/Heeft u hel niet koud, wilt u niet wal dich
ter bü het vuur komen
-Gretig nam zij het voorstel aan. Hij haastte
fcleh oen fauteuil nadcihii te schuiven, dicht bii
«ten zijne.
hoe heerlijk Mag ik even vlak er Lij zit
ten Het is zoo'n prachtig vuur, cn wat oen
groei e haard! Nu vader cn moeder dood zijn
jen ik alleen voor Sammy en de kleine moet
Worgen, is er geen geld of er voor veel verwar
ming."
Zij schoof vlak aan den haard, steun vindend
legen den eikenhouten pilaar. Met haar ban
kten omknel do zij baar knieën. Jammer die
handen waren bedorven door veel ruw werk.
iDit hinderde den artist even heel erg. Maar
liet was maar een oogenblik. HaaT charme en
!<lc heerlijke openhartigheid in haar oogen ver
joegen die gewaarwordingen.
„U bent een buitengewoon goed model", zei
hij „Ik heb zelden nog Iemand gevonden, diio
teoo snel mijn bedoelingen raadt. U heeft al
fveel geposeerd zeker Maar u is toch nog heel
'jong
Negentien", antwoordde zij,
„U lijkt toch ouder, als ik het zeggen mag".
„0, clat kan zeker, want dk hel) een hard. leven
Echter rnij. Ik verdiende mijn eigen brood al,
toon ik vijftien was, en daarvan moesten wij
■not ons drieën leven. Het was niet veel, zeven
shillings in de week. En model tc zijn, vind ik
wel prettig znooie kleeren aan te hebben bij
oen warm vuurtje is een genot".
Hij keek naar haar niet instemming.
„Zou je niet altijd mooie kleerren willen dra
gen
„Wat graagE.i zij streek rael haar wang
langs haar zijden jurk, dio over haar knio'in
hing.
„En waarom zou dat niet gaan? Ik ben rijk
genoeg ten minste, ik heb volop ere diet".
Hij strekte zijn hand naar haar uit en vatte
een dor hare beet. Zij keek hem an het galaat,
haar woorden van dank bestierven haar op do
lippen. Opeens zag zij iels anders dan louter
vriendelijkheid. Zij dacht terug nan de oogen
van dien Pool, bij wien zij had gewerkt cn wicn
zij ontvlucht was.
„Dank u", zcido zij, terwijl zij zijn hand bij
wijze van hulp voor het opstaan, aanvaardde.
„Ik was iieelemnal vergelen, dat ik maar even
zou uitrusten".
Zij stapte opnieuw naar haar rïaahsjo en
trachtte do oud© houding terug tc vinden. Hij
voelde zich even uil 't veld geslagen en was
niet zeker, in hoeverre hij begrepen was.
„Nu, eventjes nog. het licht wordt minder,
maar daarna gaan wc nog even bij hel vuur",
sprak hij, lui opstaande Hij gc-cuwdo en liep
naar ziju ezel; toen sta;te hij, als om iots te
zoeken, in dc richting der kamerdeur en «haai
de don sleutel om in het slot.
•Zij stond met den rug naar hom toe, dooh
nam het zachte klikje waar. Wat moest zij
denkenhij had dit nooit oer gedaan
In tussohen begon het werken opnieuw.
„Wilt u liet corsage!je acts van «de schouders
af laten glijden vroeg hij opeens. „Ik moet
even een lijn volgen".
Hij wachtte gespannen op oonig verzet, dooli
er gebourde niets. Zij gehoorzaamde kalm cn
vlot.
„Poseert u wel cen's meer zoo
„Neen, tot nu toe niet".
„U moet 't wel doen u heeft alles voor"
„Het hangt er van af, voor wicn dk het zou
doen".
„Maar toch zeker voor mij vroeg hij met
aandrang.
„Als het noodig was voor uw werk".
„U spreekt zoo zuiver. Waar leerde u dat
„Vader onderwees me ;kij was houtsnijder en
6tierf aan de lering".
Enkele minuten later hoorde zij gestommel
ook gekrabbel op het dook.
„Het lukt niet, juffertje, ik heb ct voor van
daar genoeg van. Kom nu nog wat bij het
vuur zitten". r
Zij slcnd cp en schen iets tc zoeken.
„Wat hebt u verloren
„Mijn zakdoek! 0, die zal in do kleedkamer
hiernaast Eggen
„Pardon, laat ik. even zoekenEn melcon'
had hij voor haar in een oogwenk de deur ont
sloten.
„Neen, nu niet dadelijk heengaan, nog even
gezellig blijven babbelen".
Hij troonde haar moo terug naar don open
haard en trok een fauteuil dichtbij voor zich
zelf, zoodat zij bijna tegen hom aan kwam te
eil'len.
„Leun nu maar wat tegen mijn knie, kindje
da© houding 'kennen wij, Engelschen, toch maar
good".
Zij deed, zooals hij verlangde.
„Wat hebt u het toch-heerlijk alias, wat u
begeeron kunt, is om u".
„Zeker, dat is zoo in dit oogenblik, kindje".
„Het is heel vriendelijk nu dat tc zeggen",
antwoordde zij in vollen ernst, maar 't is toch
do waarheid, dat u oen heerlijk leven hebt".
„Ja, dat is ook zoo", gaf hij lOTUg, terwijl
zijn Yingors haar vol, golvend haar beroerden.
„Maar als je nu eenmaal in een dergelijke luxe
bent opgevoed, zegt het je niet veel meer cn lot
je alleen op dc dingen, die je niet bezit. En er
is zooveel, wat ik zou hegeoron
Hij lei zijn arm. zacht om haar hals.
„Bont u de zoon van een lord?" vroeg zij
verschrikt zich naar hem omkcercnd, zoodat hij
in lachen uitbarstte.
„Niet een schitterend exemplaar direct, is 't
wel
„Dus dan is u, wat men noemt, van adel
„Malligheid, is 't niet
„Ik vind dat een van de mooiste dingen ter
wereld. Van adelAls kind vonden we hel dol
om deftige menschen voor te stellen. De mecs-
len speelden voor koningen cn prinsen daar
entegen voelde dk me altijd verbazend aange
trokken om voor een lord of zoo te spelen"
„Maar waarvoor tooh
„Als vader thuiskwam van hel werk, moe cn
op, was hij vaak heel lastig en prikkelbaar. Ik
verborg mij altijd .achter moeders rokken, maar
zij trachtte zijn houding dan goed te praten,
door tc zeggen „Kind, al is vader wel eens
boo3 cn onvriendelijk, vergeet toch nooit, dat
hij een dóór en dóór fatsoenlijk mensch is hij
kon best van adel zijn Ik wist niet pjo-
cies wat dat wou zeggendk begreep alleen,
dat, als hij niet moe was, mijn vader een boven
ste beste was, dus dat van adel alles was, wat
gatd en zuiver beteekendc. Niot „van adel" tc
zijn, bctcckende ruw en dronken, in mijn ver
beelding. En nu zit ik bier bij een heusehen
adellijke".
„Vindt je niet, dat je onder deze omstandig
heden mij oei» kus zou kunnen geven, kiem
mcisko".
„Zeker, meneer".
Zij stad hem haar gezichtje eenvoudig cn
open toe.
Het was, van zijn standpunt bekeken, geen
direct succes. Hij kende hel leven voldoende om
te begrijpen, dat zijn recht om haai' nu te kus
sen oen andore oorzaak had dan die, welke hij
vurig had gowcnscht. Doch het kon toch een
6tap in de goed© richting boteëkencn.
„Als je dan, zooais jG zegt, van adel bent,
uitgang is bij de inkomstenbelasting en de
personeele belasting te zoeken, bij do inkom
stenbelasting spelen do inkomsten in de vette
jaren verkregen nog een rol, doch niet zoo
groot als somstijds wel wordt beweerd.
Do inkomstenbelasting alleen heeft dit jaar
ruim 21.5 millioen gulden opgebracht Van
dit bedrag komen ca. 13.7 millioen gulden op
rekening van het belastingjaar 1922/28 en
ca. 6.5 millioen op rekening van 1921/22, zoo
erg achterstallig is deze dienst dus niet,
slechts iets meer dan 1,3 millioen gulden
werd over een voorafgaand jaar geïnd, meer
dan 63 procent der inning liep over het laat
ste belastingjaar en daar reeds gedurende
het af geloop en jaar de inning zeer actiet
was, kan deze aanwas toch niet geheel op
rekening van inkomsten worden gezet in de
reeds door ons als „vette" aangeduide jaren,
die d<^ magere dito voorafgingen,
Eeno achteruitgang, die naar wij aanne
men slechts weinigen in den lande onaange-
aam zal aandoen is die van de accyns op het
gedistilleerd, die van c.a. 9.3 millioen gulden
op 7,5 millioen terugviel. Daarentegen ging
de accyns op het geslacht van 1,46 millioen
op 1,66 millioen gulden vooruit, zoodat de
Nederlandsche staatsburger wat zijn gemid
deld fysiek inkomen betreft er wel op is voor
uitgegaan. Ock het bier gaf een 53 duizend
gulden minder in het laad je.
Do tabaksbelasting, die voor het eerst in
haren vollen omvang op de lijst der rijks
middelen prykt, bracht ruim 3.5 millioen gul
den op, het vorige jaat was deze belasting
nog niet in werking getreden. Zij heeft dus
wel een flink gedeelte tot den aanwas (ter
middelen bijgedragen. Van de andere nieuwe
belasting, dio op speelkaarten kan zulks niet
worden gezegd, dezo bracht slechts f 16.000
op. "Wanneer men de bizonder e kosten in aan
merking neemt, die eeno belasting ipso facto
medebrengt dan is het twijfelachtig of van
dezo 1G duizend gulden wel iets is overge
bleven.
Do successierechten gingen sterk vooruit
en wel van 5.8 millioen tot ruim 8 millioen
gulden, do verhoogde rechten kwamen verle
den jaar nog niet ten volle tot hun recht. Met
de registratierechten wil het nog steeds niet
vlotten, -de opbrengst was nog geen 3 millioen
tegen ca. 3% millioen gulden verleden jaar.
Noch met het overdragen van onroerende
goederen, noch met do uitgifte van aandcc-
len, welke beide do voornaamste bronnen
dezer inkomsten vormen, wil het hard vlot
ten. Wel gingen do zegelrechten vooniit en
wel van ca. 2,7 op 2,9 millioen gulden. F.en
onderdeel dezer rechten, dat sterk de aan
dacht trekt is dat van het beurszegel, de ze
gels n.l. die op de fondsennota's wonden ge
plakt. Dezo hebben geduiende Februari van
dit jaar f 322.000 opgebracht tegen 139.000
in Februari 1922, hetgeen tezamenhangt met
het meer intense beursverkeer. Bovendien
blijkt daaruit, dat dezo grootere levendigheid
wel degelijk aan het meer actief deelnemen
van het publiek is .te danken, daar op de af
faires der beroepsbandelaren onderling geen»
effectenzegel wordt betaald.
Eene vooruitgang, die prettig aandoet, is
dio der loodsgelden, welke ruim f 521.000 op
brachten, tegen ruim f 425.000 in de eerste
twee maanden van 1922.
Vermelden wij tenslotte, dat plotseling ge-
vermag je vele dingen".
„Ik zou bijv. in staat zijn om jou mooio
kloorcn to go ven cn oen heerlijk, onbezorgd
loven te bezorgen".
„Bat zou verrukkelijk zijn
„Welnu, kindjelief, H hangt maar van jou
of".
„Bedoelt u dit ornstig Wilt u heusch wat
voor me zorgen", vroeg zij half-ongcloovig. „En
cn zou ik dan Sammy en dc klein©
ook bij me mogen hebben
„Hm, hm, dat hangt er van afze zouden
wel oens wat in den wog kunnen loopen, maar
ik durf wol zeggen, dat w© wel wat voor hen
zouden vindon".
„Maar ik zou ze toch Yeel liever bij me bob
ben. De kleintjes kan ik niet alleen laten zo
hebben nio voel tc noodig".
„Nu, nu, we zullen nog eens zien".
„Ja, t is waar, ik mag niet al te vool mijn
condities stellen, als u me toch al zooveel wilt
geven. Maar wat kan ik nu voor u doen
Do vraag en [leigrijze, droevige oogen, die in
do zijne keken, brachten hem een beetje van de
wijs. De vraag hield zooveel in, in tegenspraak
mot den blik dor oogen, dut hij or sterk door
geëmotioneerd werd.
„Ik zal niet veel van je vragen, lief kind, al
leen maar af en too een paar kussen"
„O, maar, meneer, ik zal er u nooit genoeg
kunnen geven".
„Zóó als je zoo precies bent met af
betaling van jc sohuM, laten we dan liet plaari
maajr dadelijk vorder uitwerken. BelaaJ mij nu
maar vast wat van te voren".
Zij stad hem haar jong gezichtje toe. De kus
duurde lang. Zij 6chrok or van terug.
Er volgde een stilte van ettelijke seoonden.
Toen sprak zij
„Ik zou ujkort geleden niet hebben gekust".
„Zoo En waarom niet
„Misschien vindt u het dwaas van mij, maar
ik beschouw het kussen als iets heel bijzonders.
Toen moeder stervende was, zei ze ipe „Houdt
je lippen rein, kind, ze zijn tc lief om bezoedeld
te worden". Ik begreep niet recht, wat zij be
doelde, doch vorgat dio woorden nooit. Als ik
menschen elkaar zag kussen, overwoog ik steeds
of zij hun lippen ook bezoedelden. Later zou ik
de bcleekonis weten. Het was, toen mijn chef mij
in de gang wou omhelzen zijn lippen rocken
naar knofloop, maar zijn oogen verrieden mij,
dat zij onrein waren. Ik werd toen heel voor
zichtig in den omgang met mannen. Ik voelde
mo gewaarschuwd. Maar als u eens wist, wat
een genot het voor mij is Saramy en de klcino
to kussen, hoe rijk ik me dan voel en hoe goed
Be bezit Jiiot9 anders en ik tracht zoo goed en
oerlijk mogelijk voor hou te Zeven. Maar dal
u anij kuste, hiudort niet zoo erg, want u is geen
echlo ariios't Ik bedoel, u is heel knap
natuurlijk, maar niet arm en uw atelier is zoo
prachtig.
„Neen, ik geef toe,- arm ben ik niet", ant
woordde hij met zachlto stem, terwijl hij ovor
haar haar streek.
'durendo Februari de doodgewaande Oorlogs*
Winstbelasting ruim 13 millioen gulden op*
bracht, de inkomsten ten bate van het Lee*
ningsfonds 1914 ruim 18 millioen gulden op*
brachten in twee maanden, dan kunnen wjj
niet anders doen dan herhalen, dat het met
's Ryks financiën nog niet zoo slecht is go*
steld en het dus zeer begrypelyk Is, dat de
Hollandscho valuta het aanzien geniet, waar*
van de noteeringen op de buitenlandscho
bourzen blyk geven.
XIII
Aan het einde van mijn vorigen brief spraï
ik met een enkel woord over de gehechtheid aan
plaatselijk© zodon cn taal, welke de bewoners
van menige streek in Frankrijk hebben bewaajNÏ
uit het tijdperk, waarin hun gewest nog een
souveroine staat vormde. Ik noemde in dit op*
zicht de Bretons, niet wetende dat ik kort daar
na den beroemden Bretonschon bard B o t r e 1
zijn Ghansons du Pays zou hooren voordragen
cn daardoor den indruk voelde versterken, dat
zulk regionalisme de volkskracht verhoogt en
verdient tc warden gekoesterd en voortgCkweekt.
Botrel gaf to Pau ©cn liederen-avond en zijn
bekende „La Paimpolaise". „La Voillée bre-
lonne", La fileuse" en „La fillo maricr" ge
tuigden van do intieme bekoring van het volks
leven in Bretagne. Althans zoolang deze worden
gezongen met dc bezielende kracht welke van
dezen dichter-zanger uitgaat, kan do hardnek*
kigsto contralisatio or do tanden op breken.
Do bovengenoemde liederen zijn ongetwijfeld
reeds lang in Nederland bekendBolrel sprak
mij met grooto liefdo over ons land, dat hij
moor dan eens heeft bezocht en waar hij toen.
zijn oudore liederen heeft gezongen. Zoowol
onder hot sneeuwkleed, als in den bloementooi
van do lato lente, had Holland hem aangetrok
ken en hij hoopt hot nog eens terug to zien'.
Zijn repertoire is sedert die reizen aanmer
kelijk uitgebreid. Immers gednrendo den oorlog
heeft hij het front, van dc Noordzee tot dc Vo
gezen, en ook op den Balkan, afgereisd om met
zijn gezangen afwisseling en opbeuring t©
brengen in liet eentonige en afmattendo levenf
van de troep.
Sommigo der nieuwe liederen werden aan
hot front op bekende wijzen gezcaigen, waarbij
de poilus in koor het refrein kondon meezin
gen want voor het aanleeren van nieuwe itkh
lodiën was de omgeving niet geschiktdo eigetf
kanonnen en dft barstende granaten van den
vijand vormden een tc sterke bas-partij. Van
andere liodeTon, welke hij zonder kooT-refroin
aan liet front ten beste gaf, bracht hij er hiel
cenigo ten gehoore. Deze „Ghants de Bataillo"'
golden natuurlijk niet alleen Bretagne, maar
het groote gemcenschappelijko vaderlandzij
moeslen aansporen tot volhouden en overwin
nen, cn zij deden dat met do treffende men
geling van eenvoud, humor en verheven gevoel,
waarvan dezo bard het geheim hoeft. In „Lca
deux frères d'Armee" beschrijft hij dc verbroe
dering in dc loopgraven tnsschen een vromen'
Breton cn een luchlharligen Parijzcnaar. Wan
neer dezo beiden, door eenzelfde granaat sneu
velen, laat hij do onafscheidelijke kameraden'
tegelijk voor Pclrua veisehijnen. Als deze deit
Breton wil toelaten, docli den ongodsdienstig©
Parijzenaar afwijst, antwoordt de eerste, dat hij
dan zijn vriend wil vergezellen deze heeft hem
zoo menigmaal uit gevaren gored, dal hij niet
„U is wel een artiest, u begrijpt me toch t,
Maar u is vóór alles een man van adel dat
beteekent nobel, eerlijk cn goed. Daarom moog-f
u mo gerust kussen".
„Je maakt het mij niet gemakkelijk, lief
kind
Zo zwegen een poosje buiten tuften auto'*
voorbij en hot vuur verdoofde stil.
„Ik moot hot u eigenlijk nu maar meteen op-*
biechten, maar in den beginne mocht ik u hede-
maal niet erg lijden. Ik was wat bang voor U
en vooral straks, toen u de deur afsloot. Ik be
dacht maar iets, -dal u de deur weer Icon ope
nen. Erg slecht Vergeef mij maarik wild©
het u toch eerlijk zoggen. Niot boos
„Boos, kindje, boos en hij greep hel handj©
vast, dat dicht bij zija knie was. „Weet je wel,
dat jij het bent, die mij heel wat heb geleerd
En ik vind me zelf armzalig gemeen en poovcT.
En ik, ik, die me lijk waande, een persoon van
gewichtHomol I wat sta ik 'aag
Hij slcn-1 op cn liep Let vertrek door met"
Jar.ge passen.
„Wat zei je ook wec-r. klein ding, wat b©-"
teek-^nde in jouw oog „van adel" precies
„Nobel, ?crlijk cn irduaaidig. geloof ik".
Zij staarde hot vuur inhaar kin rustte oï»
haar knieën. Zij was vol gedachten.
„Ja, ja, zoo is het", sprak hij half tegen zich
zelf, „reebtvaardig, eerlijk, nobel". Toen lacht©
hij luid en ging door met heen en weor loopen.
Plotseling hield hij stand voor het kleine fi
guurtje tij hot vuur
„Luister eons, meisje, je moet mij nog een©
kussen, want ik wil die andere terugnomen. Ik
wil dat, als je aan je moeder denkt, je over
tuigd kunt zijn, dat jo lippen niet bezoedeld
worden. Dal jo gdkusl werd hij een man van
geboorte, die in do toekomst voortaan toonen
zal er werkelijk ©en te zijn."
Hij hTel:p haar opslaan, nam haar in zijn'
armen heel toer en eerbiedig. Half bewust voel
de zij wat er in hem omging. Zij bood hem haar
gozichlje. Toen. stapte zij naar dc kleedkamer,
om even daarna in haar eenvoudig pakjo van
hem af#licid te nemen.
„Dag, meneer", zei ze. ,.Ik heb hel best be
grepen, hoor, van die klooren en van die wo
ning. Maar wo hebben beiden toen maar go-
daan, „alsof", is 't niet?" Er klonk een klein©
schorheid in haar stom.
„Alsof, alsof", barstte hij in jongensachtig
lachen uit. „Ik mag gestolen worden, als 't dat
wasMorgen kom jo hier terug en dan zal
mijn zuster er ook zijn Zij is eanig knap in hc4
huizen-zoeken. Als wij niet jou, èn Saramy, èn
de kleine aan 't olntle der week motjes goïn-
ptalloord welen op oen aardig ótagelje dan raaf
ik gehangen worden 1
Onlangs zag ik ihcra loopenbii was du© f
blijkbaar niet gehangen.
r