De Prins uit hetSprookje
No. 19315.
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 22 Februari.
Tweede Blad. Anno 1923.
jT UIT DE RIJKSTREEK.
UIT DE OMSTREKEN.
FEUILLETON
xni.
[ALKEMADE. Burger 1. Stand.
Geboren: Quirinus Johannes Cornelis,
Z. van E. J. Pouw en van M. Warmerdam,
iJohannes Petrus, Z. van G. J. Bakker
■en van A. C. A Huigsloot. Gerardus
[AntOnius Maria, Z. van G. Koek en van
Th M. van der Zwei Adrian us Chris-
tianus, Z. van P. Duivenvoorde en van
'A. M. van der Geest.
Overleden: Maria Oornelis van
'der Veer jd. 12 j.
Ondertrouw d: Jeep de Boer jm.
23 j. met Anna Waasdorp jcL %1 j:
Burgemeester en Wethouders van
Alkemade hebben de stemming voor de
[Verkiezing van leden voor den Gemeente
raad bepaald op 17 Mei a.s. De stemming
Bal dhjs geschieden volgens de nieuwe kie-
eeralijst.
Bij de sneeuwopruiming in. de ge-
faeente werden 21 verldoozen tewerk ge
steld. Het aantal werklcozen is ten gevolge
van het weder belangrijk toegenomen. Het
bedraagt thans 52.
KOUDEKERK. De opbrengst der
handwerken enz. door de Chr. Measjesver-
fceniging Martha en anderen ,ter tege
moetkoming van de onkosten voor nieuwe
gordijnen in de koorzaal der Ned. Herv.
Kerk alhier, bedraagt f 193.22%.
LEIDERDORP. Op initiatief van het
bestuur van het Algemeen Ziekenfonds al
hier, had gisteravond in het gebouw Irene
(gen vergadering plaats, van de besturen
yan de oncfescheidene alhier gevestigde
ivereenigingen, ten doel hebbende om zoo
mogelijk to kornen tot oprichting van een
fonds tot bestrijding der onkosten van pa-
(tiënten in de onderscheidene ziekenhuizen
jfce Leiden.
Uit de gevoerde besprekingen bleek dat
lal de aanwezigen hiermede hun instemming
hetuigden, doch de vraag werd geopperd
pf er in deze gemeente zich genoeg leden
eullen aansluiten om voldoende finantieel
krach tig te zijn. Besloten werd om dit niet
bepaald plaatselijk te houden, doch ook
[personen in de omgeving in de gelegenheid
ite stellen om zich hierbij aan te sluiten.
Een commissie van zeven leden werd be-
lioemd om van een en ander gegevens te
[verzamelen, en de voorbereiden werk
zaamheden te regelen, om hiervan voor
tl Maart e.k. rapport uit te brengen
ROELOF ARENDSVEENDe inspec
teur van het lager onderwijs in de inspec
tie Gouda heeft goedgekeurd dat de R.-K.
Jongensschool alhier wordt verbouwd. Er
zullen twee nieuwe lokalen worden bijge
bouwd, terwijl de bestaande lokalen een
Diet geringe verbouwing zullen ondergaan.
kVele oudere zullen deze maatregel ten zeer
ste toejuichen daar een groot aantal kin
deren wegens gebrek aan ruimte niet op
ide> school konden worden geplaatst dan bij
het bereiken van den 7-jarigen leeftijd
WOUBRUGGE. Door den heer Kroon
is een dubbele noodwoning gebouwd op
steenen voet, op oen stuk land in den pol-
Üler Vierambaeh t'5 nabij het kruispunt.
iDe bouw is door B. en W. goedgekeurd.
Dit is de derde woning welke na 1744 in
'den kiring van het voormalig dorp Jacobs-
[woude is gebouwd.
In tal van plaatsen is reeds het initia
tief genomein, om het 25-jarig regeerings-
feest van onze Vorstin op waardige wijze
te hordenken, doch van hier vernamen wij
nog niets.
Bekend ia hoe uitnemend de feesten bij
'de inhuldiging in 1896, en in 1913 hier zijn
geslaagd Ditmaal zou weder de historie
nagebootst kunnen worden, door weer te
geven, met eenige wijziging, wat in 1752 in
ons dorp geschiedde, en hetwelk omschre
ven is, in de plaatsbeschrijving op pag.
176—180.
En om in de historische lijn te blijven,
kon ter opluistering in het water, waar de
aluis var den Oudendijkschen polder zich
bewond, geplaatst worden een vaartuig,
ieen turff-eijker" uit de 18de eeuw, fraai
opgetuigd en verder in het eenige over-
eohot, van <fc voormalige „Van Woudes-
ffstart", een schip, met hoog oampagnedek,
zoo als op onze toren hier nog een voor
beeld prijkt. Ook dit moet opgetuigd wor
den naar 17-eeuwschen trant. Deze vaar
tuigen, evenals de huizen op Oud-IIol-
landsche wijze des avonds geïllumineerd,
evenals de kozijnen der ramen van de hui
zen, daarbij de brandende „pektonnen" in
de Woüdwatering en in het midden ons
fanfare-corps.
Dr. A. Comrie sloot in 1752 het feest met
een rede Als nu onzen leeruren het feest
in September a.s. daarmede eer.s opende,
dan zon alles in den rechten toonaard
staan. En zou een historische tentoonstel
ling achterwege mogen blijven?
GisbereD ontvingen verschillende corpo
raties een uitnoocSging van den burge
meester om voor die herdenking ten Raad-
huize saam te k'cmen de volgende week
Woensdag.
De heer A. A. van Ieperen, hoofd der
openbare school alhier, is benoemd tot
hoofd een er bijzondere school voor zwak
zinnigen te Rotterdam.
HAARLEMMERMEER. Dinidagivond werd
of den Hoofdweg alhier de bestuurder van
een motorrijwiel, doordien de motor slipte
en omsloeg, zoodanig tegen den grond ge
slingerd, dat hij verschillende kneuzingen
opliep en op het deerlijk gehavend rywieü
zijh reis niet kon vervolgen. Hij werd op
genomen in een uit de richting Leideffl
kc-menden auto.
Maandagavond werd nabij Halfweg
eec tweetal meisjes van omstreeks 17 jaar
aangerand door eenige opgeschoten kwajon
gens. Een harer werd op den grond ge
worpen, doch wist weer overeind te komen
en door haar krachtig verweer yerder uit
de handen van de belhamels vandaan te
blijven. Het komt aldaar meermalen voor
dat meisjes niet ongehinderd op den weg
kunnen passeeren,
De heer P. F. M. van de Lint alhier,
heeft te 's-Gravenhage met goed gevolg
afgelegd het examen voor tweede stuur
man voor de groote vaart.
Do lijnwerker H., die te Niouwven-
fiöp over prikkeldraad viel, dat door kwa
jongens aldaar bij de electrische geleidin
gen was gespannen, heeft daarbij een wond
aan liet been opgeloopen. Een der ver
moedelijke daders heeft een volledige be
kentenis afgelegd.
Dinsdagavond hield de heer J. 'Ai
Vellekoop van Alp bon, in hotel „de Land
bouw" alhier zijn laatste lezing, in dit win-
terseizoan. Spreker had tot onderwerp ge
kozen „de eeuwige toestand" en heeft don
aanwezigen, die zn boaionde rede met voel
aandacht vo'gden, een genotvollen avond be
zorgd. Velen zullen den heer Vellekoop den
volgenden winter ongetwijfeld hier gaarne
weer in hnn midden zien.
Naar wjj vernemen, is het mond- en
klauwzeer in dezen polder zoover genezen
verklaard, dat de bewaking geheel koo wor
den opgeheven.
KATWIJK AAN ZEE. Van de trawlvis-
scherij kwamen Woensdag te IJmuidon aan
de markt de loggers:
K W 128 met f590, 8 met f1187, 57
met 1734, 107 met f514, 97 met f1077
en 144 met 1690 besomming.
NOORDWIJïCERTDOUT. In café „v. d.
Berg" had Woensdagavond een algemeens
ledenvergadering plaats van de R. K. Kiea-
vereeniging „Recht en Orde". De ingeko
men namen van candidaten voor de aan
staande Gemeenteraadsverkiezing werden be
kend gemaakt. Ook werden plannen gemaakt
met het oog op de uitbreiding van den
Raad met vier leden.
In café „De Zwaan" hield de afd.
Noordwjjkerhout van den R. K. Volksbond
een cursus-avond. Als spreker trad op do
heer Ant. Angenent, piet het onderwerp:
„De Ned. R. K. Volksbond op Sociaal Eco
nomisch gebied."
KIJNSBURG'. Alhier is aanbesteed het
maken van ean uitbouw, toohtportaal, janz.
aan de Ned. HerV. Kerk alhier voor reke
ning van de Kerkvoogdij. Architect is de
heer V/. Fontein te Loiden. De laagste in
schrijver werd reeds door ons vermeld.
Thans geven wij nog de volledige uitslag.
Ingekomen waren ze biljetten, n.l. P. Kort,
Rijnsburg, uitbouw f 18.961; ramen f90ü
Zwanenburg en Van dar Bant, Katwijk,
f17.900 en £600.
W. Oudshoorn ea Zn Leiden, 117.696:
en 1480.
J. Verloop, Katwjjk, "17.000 en f-350.
Lindcuburg, Hazerswoude, f 17.150 en 700.
1'. Duivenbode, Katwijk, 116B75 en 1515.
SASSENHEIM.
Ziekenhuis ver pi.apng.
Zooals de lezers weten, beeft de eerste
vergadering, over dit punt gehouden, ge;n
resultaten opgeleverd, waarom de manne
lijke leden ouzor gem een tr nogmaals waren
opgeroepen. En er. is aan den oproep wel
gehoor gegeven. De zaal van „Het Bruine
Paard" was meer dan vol.
Te ruim 7 uur opende Je burgemeester
de vergadering en bracht nog even in
herinnering, wat de heer Zwaan, van Zand-
voort, heeft verteld over „Onderling Hulp
betoon". aldaar.
Hij hoopte, dat op hartelijke wjjze zal
worden sameugewerkt, om een veremfging
op te richten, dat allen zich één mogen
gevoelen, waarna hij voorstelde met de be
spreking der statuten te beginnen. Echter
zoo ver was 't nag niet Eerst werden een
soort algemeene beschouw'ngen gehouden,
ingeleid door den heer K. van Breda,
die sprak ais afgevaardigde van een ge
houden vergadering door Protestantsch-
Christelijken. Het bevreemde hem, dat de
voorzitter niet eens informeerde, wat do
vakvereenig'ngcn hebben gedaan, wat daar
de geest is.
Op bedoelde vergadering vond men het
minder aangenaam, dat statuten en reglement
al klaar waren. Namens die vergadering kon
hg mededeelen, dat men deze statuten niet
zou behandelen. We willen een vereeniging
oprichten zoo het behoort. We aanvaarden
geen automatisch bestuur. Dat kon vroeger,
maar dat is uit den tijd. De raadsleden
ziji! zeker wel bekwaam genoeg, maar wij
roeenen, dat zoo iets remmend zal werken.
We jnoeten deze statuten beschouwen als
niet bestaande en den gemeenteraad er bui
ten honden.
De voorzitter antwoordde, dat hij zelf
er heelemaal niet op gesteld was iri het
bestuur te komen en hij dacht, dat de leden
van den Raad er ook liever buiten blijven.
Wat de statuten betreft, die heb ik ge
maakt om voortgang aau den raad ta geven,
zonder eenige bijbedoeling. Ik heb ze op
ruimen schaal verspreid, zoodat velen ze
hebben kunnen bespreken, waarom ik dacht,
dat we ze nu wel konden behandelen. Om
de menschen nu zoo maar wear naar huis
te zenden, gaat niet best en dat zult u niet
bedoelen.
De heer Van Breda: Wij hebben dat ba-
sluit genomen, wat ik niet tan veranderen.
Ik misken uw goede bedoeling niet, maar
ik kan niet anders. En over het bestuur
zijn we het ai eens.
De heer Lekkerkerker kwam even mede
deelen, dat hij het werk niet aan dan
burgemeester had overgedragen, zooals door
sommigen was beweerd, doch alleen maar
de medewerking van den Raad had gevraagd.
De burgemeester had toen toegezegd bg 't
tot stand komen der vereaniging behulp
zaam te willen zijn. Hij had verzuimd dit
in de vorige vergadering te zeggen, omdat
hg het als van minder belang beschouwde.
De voorzitter releveerde toen even, wat
in de verschillende Raadsvergaderingen over
deze zaak was besproken, waaruit bleek,
dat de heer Lekkerkerker toch wol de zaak
aan B. en W. had overgedragen. De voor
zitter moest toen wel de koe bg de horens
vatten en hij heeft niets buiten den Raad
om gedaan. Da heer Lekkerkerker moest
dus, zei de voorzitter, niet met zoo'n ver
wijt komen in deze vergadering.
De heer Lekkerkerker: 'k Heb het graag
in uw handen willen leggen, maar ik heb
het u niet gevraagd. Als het doel maar
bereikt wordt, dan is het mrj onverschillig,
wie het doet
Voorzitter: Aan de bestuurstafel hier hebt
n nog tegen mij gezegd: het spijt mij, dat
die Gereformeerden niet meewerken. Over
het maken van de statuten heeft u mg niet
gesproken, 'k Meen dan ook, dat ik u hee
lemaal niet heb voorbijgeloopen.
De heer Dwarswaard: als burgers van
Saesenheim respecteeren wij, dat u een
burgervader voor ons wilt wezen, maar ik
schaar mij aan de zijde van den heer Breda.
De heer J. v. Diest sprak zeer verzoe
nende woorden. Hij wilde geen onnoodige
dingen er bij halen, maar zoo gauw mo
gelijk een vereeniging oprichten, omdat
daaraan groote behoefte bestaat, voor on-
en minvermogenden.
Voorzitter: dat is goed gesproken. Is men
werkelijk van zins een vereeniging te stich
ten, dan volgt het andere vanzelf.
De heer Warnaar: Ik ben eenige weken
afwezig geweest en heb pas nu de statuten
ingezien. De voorzitter heeft getracht al
len ender één hoed te vangen, geïnspireerd
door de lezing van den heer Zwaan. Dat
is een lofwaardig pogen. Ik ben er ook
tegen, dat de Raad als bestuur zal op
treden en met het maken van do statuten
heelt de burgemeester naar ean vorm ge
zocht om de zaak te laten marcheeren. \Ve
moeten er alle politiek buiten houden.
Maar is een vergadering als deze wel ge
schikt, om de statuten te behandelen? Kan
het niet in kleiner comité gebeuren?
De voorzitter: ik ben bet volkomen met
den heer Warnaar eens, wat het bestuur
betreft, maar ben van meening, dat de
statuten wel behandeld kunnen worden. Er
is voldoende bekendheid aan gegeven.
De heer Boeienga: de vorige vergade
ring is uiteengegaan, om ruggespraak te
houden met de vakverenigingen. Op die
bijeenkomst heb ik de leiding gehad. Nu
sta ik hier niet als predikant, maar als
burger van Sassenheim. Ik sta geheel an
ders tegenover mijn gemeenteleden, dan de
pastoor tegenover zjjn parochianen. Men
ziet mij van R.-K. zijde aan als do bonte
hond, als iemand, die de zaak wil laten
mislukken. Dat is geheel mis. Ik ben over
tuigt) van de noodzakelijkheid van bedoelde
vereeniging. 't Spijt me, dat we niet meer
als op een blanco papier kunnen bandelen.
Ik wil geen hartstochten wekken, doch de
zaak heelt een voorgeschied.n s. Aan onze
zijde wordt beweerd, dat de Bisschop van
Haarlem er in is gemengd; dat de statuten
behandeld zijn in Roomsche vergaderingen.
Van R.-K. zijde wordt niet zao heel dik
wijls de samenwerking gezocht met de Pro
testanten, getuige b.v. een R.-K. Geiten-
vereenig'.ng. Ook is gezegd, dat de R.-K.
gsarn- willen samenwerken met het oog
op een toekomstig Piusgestïcht. Wjj willen
alleen gebruik maken van een groot zie
kenhuis.
En wat het bestuur betrelt: Wy willen
een vrrj bestuur, samengesteld uit twee
vertegenwoordigers van elk der drie ggoote
kerkgenootschappen en één uit de kleinere.
En we staan er op, dat er geen subsidie
gegeven wordt van gemeentewege, 't Moet
een zelfstandige vereeniging worden. Dit
zijn zoo de voornaamste punten. Het zou
een onbegonnen werk zijtn de statuten zoo
ze daar liggen, nu te behandelen.
Voorzitter: Hoe de Bisschop staat tegen
over deze zaak? Met hem is neetemaat geen
voeling gehouden. Hij staat er geheel bui
ten. Het Piusgesticht heeft er niets mee
te maken. Ieder kan gaan waar hij wil. De
statuten zgn geheel een zaak van mij. Ik
heb daar met niemand ruggespraak over
gehouden. Of de R.-K. in deze achter mij
staan, weet ik niet.
Pastoor Thus: Ik dank den heer Boeienga
voor het gesprokene, omdat ik merk, dat
bij v3ór de zaak is. Ik hoop, dat er zegen
op zal rusten en dat er een weg gevonden
zal worden, dat de vereeniging tot stand
komt. Ook ik ben voor een groot zieken
huis. Dat ziekenhuis van hier ligt meer op
de lippen, dan het werkelijk zaak is. De
bedoeling daarmee is hoofdzakelijk iets te
doen voor ouden van dagen en weezen en
het verleenen van hulp, b.v. wanneer er een
ongeluk gebeurd, dus in spoedgevallen. Wij
hebben hier niets, om in geval van nood
hulp te verleenen.
De heer Boeienga: het verheugt mg, dat
do pastoor zoo heeft gesproken. Hg staat
in dezen dus aan onze z'jde en steunt du3
onzen wensch min of moer.
Pastoor Thus: Ik heb met de vorige
dominé's altgd prettig samengewerkt Dat
is nu wel iets minder geworden. Ik hond
van broederlijk samenwerken en ben er ook
voor, dat van elke kerk twee leden in Lo#
bestuur komen. Geen partij moet daar over-
beerscben.
De heer Boeienga: Nogmaals mijn dank,
waar de pastoor ook in dezen met ons mee
gaat.
De voorzitter: Ik vind het treurig dat
er gedacht is, dat de statuten eerst iui
Roomschen boezem zouden z'jn behandeld.
De heer v. d. Geest lichtte nog even
toe, dat het geheele voorstel van ziektn-
huisverpleging nit den Raad is voortge
komen.
De heer G. v. Tol: De heer Boeienga
is zelfs nageschreeuwd door Katholieken,
Dat heeft de zaak verscherpt.
Do heer Bader: Wg betreuren dit ea keu*
ren het ten zeerste af. Maar waar hion
klare wjjn wordt geschonken, wil ik den
heer Boeienga vragen, of hg heeft gezegd;
dat wy graag willen samenwerken, omdat
de Roomschen met de grootste ondersteu
ning gaan strgken. Dat heeft ontstemming
gewekt. En voelen de Protestanten niet,
dat het onbillijk is. waar da R.-K. de meer
derheid vormen, dat zij de minderheid in'
't bestuur zullen uitmaken?
De heer Boeienga: Ik ben er absoluut
onkundig van, hoeveel van elke partij er
zou worden getrokken en waar de meeste
werkloozen zijn. Bovendien vod ik veel
te democratisch, om mg zoo uit te laten,
'k Heb er in 't geheel niet over gespro
ken. Als da heer Bader mjj kende, zoü
hg dat begrijpen.
De heer Bader: Ik geloof, wat de heer
Boeienga zegt, en bet doet mg genoegen,
dat gehoord te hebben.
De beer Boeienga: Ik heb er niet op
tegen de R.-K. drie zetels in 't bestuur
te geven.
De heer Van Breda: Ik kan mg wel met
het voorstel van den heer Boeienga ver
eenigen, om de zaak tot een goed einda
te brengen.
Hierna werd een voorloopig bestuur be
noemd, bestaande uit de heeren Bader,
Bisschop, Krom, Warnaar, Van Tol, Breda,-
Lekkerkerker en Speelman, met den heer
Warnaar als voorzitter.
Dit voorloopig bestuur zal nu komen me#
conceptstatuten en reglement.
VOORHOUT. In .Voorhouts Ned. Herv,
Kerkgebouw gaf „Voorhouts Gom. Koor''
zijn 10e openbare uitvoering). Het Is eea
heerlgke avond geworden. Do heer A. Tel-
jeur van 's-Gravenhage liet zich als direo-
teur van het koor van de beste zijde zienk
terwgt hot koor zeer mooi zong.
Da den Haan opende als eero-voorzilter
met gebed, waarna h.t koor met het Bonds,
lied inzette. Zonder iets te kort te doert
aan do ve'.e andere met zorg, gekozen num
mers van het programma, welke op su
blieme wijze gezongen werden; ook znndec,
iets af te dingen op de prestaties der
medewerkers, die om strijd het beste gaven,
willen wij alleen hierbij speciaal noem»
mej. J. Hoogstraten van Sassenheim, die
als soliste, „Son de stad Gods" op onver
beterlijke wijze vertolkte, en als jong solista
werkelijk veel belooft voor de Vereeniging.
Psahn 118 van E. WettigWeisenbonJ
gaf aan den zeker uiterst gonotvollen avond
eon waardig slot, en de velen die het tjok
volle kerkje vuldetn, w.o. ook burgemeee-
ter. wethouder, raadsleden en vjerscnillendia
notabelen, toonden zich dan ook uiterst te-
vi eden.
De lieer W. alhier ontving dezer
dagen een prentbriefkaart, die volgens be#
poststempel op 15 Juli 1907 te Hilversum
v/as gepost, en alzoo meer dan 15 jared
heeft noodig gehad om Voorhout te kunnen
vinden.
WASSENAAR. Woensdagavond ver
gaderde de R.-K. Middlenstandsvereeniging
,,De Hanze" alhier. De vergadering was
goed bezocht.
Na behandeling van eenige ingekomen
stukken werden tot bestuursleden gekozen
de heeren J. Jonker en A. O. Leijen.
Besloten werd tot opriahting van een so
ciëteit.
Tot lid der Commissie van Toezicht voor
het Hanze-Advie3-Bureau, word aangewe
zen de heer A. O. Leijen.
Roman van G. HARDWIG.
83)
Haar hart) vloog hein. te gemoet, haar
voeten bleven echter op dezelfde plaats
staan, waar zij waren.
Richard ging in de tuindeur staan. Ge
durende den rit van vior uren had' hij ein-
dolijk wat van het zinbe too verend uur nog
in hem voortleefde mot wortel en al uit
gerukt. Toen hij met zijn paard den terug
tocht hao ondernomen, dacht hij vol be
rouw aan zijn onrechtvaardige heftigheid,
en toen hij Mia, nu zoo zag staan met den
bouquet rozen verlegen in haar hand, ging
er voor het eerst een gevoel van hartelijk
heid jegens haar door zijn ziel.
Hij wierp de deur achter zich dicht en
vloog het tuinpad op. Zonder een woord te
«preken, nam hij haar hand en drukte die
aan zijn lippen
Zij liet de rozen vallen, zóó wild bonsde
baar hart.
,,Kun je mij alles vergeven?" zei hij
zacht en legde haar hand op zijn voor
hoofd. „Ik ben ziek geweest en zal nu ge
zond worden, door jou."
Zij begreep hem niet. Zij hoorde sleohts
zijn gedrukte stem. „Wat kan ik...?"
fluisterde zij verlegen.
Richard legde den arm om Mia's schou
der.
,,De liefde Mia, herinner je je niet, ver
draagt alles, hoopt alles l"
Zij knikte. Het was de spreuk bij haar
inzegening geweestzij stond vast in haar
hart gegrift. „En verdraagt alles," fluis
terde zij lachend.
„Ja," zei bij en haair onschuldige oogen
gaven hem troost en vreugde voor rijn ziel.
„Maar vergeeft vooral allee!"
Toon zy nog steeds half verlegen zweeg,
nam hij haar armen en spreidde ze uit.
Het bleed begon sneller door haar aderen
te stroomen. Zij sloeg de armen om rijn
hals en vlijde haar hoofdje innig gelukkig
aan zijn borst.
Hij legde vervolgens haar arm in den
zijne. Zoo wandelden zij samen het pad af.
„Toen ik da-ar straks boos van je weg
ging," zed hij hartelijk, „kwam een herin
nering bij mij op aan iete, wat ik meende
reeds te hebben vergeten, jij stond t oaar
zoo ver van af, als die ster hier boven. En
zoo zal het altijd bij alles zijn, wat- inij ver
heugt en kwelt. Jij hebt er bedemaal niete
ntee te maken, Mia. Wanneer je maar eerst
wist, hoe het toeval ons beheerscht. Slechts
geboorte en dood rijn zekeral het andere
is toeval. Men doet zoo dikwijls, wat men
niet doen moest, en doet het, omdat men
niet anders kan. Zoo komt het onrecht in
do wereld."
„Jij doet altijd, wat behoorlijk en goed
is," zei zij, haar wangen tegen zijn schou
der leggend. „Ik bedoel, met een goede
bedoeling wordt niets sleohts gedaan, en
een slechte zaak heeft geen gcede bedoe
ling. Het rijn, zei dominee Seller, de be
de nkelijkste dingen, die men tracht voor
zichzelf te verontschuldigen."
„Wat niet te verontschuldigen is," eed
hij, terwijl hij haar arm vaster tegen rich
aan drukte, „is toch soms te vergeten. Zoo
v«r reikt ook de wijsheid der predikan
ten. In dit leven hebben wij het meest be
hoefte aan zachtheid en liefde der vrouwen.
Elke man heeft hieraan behoefte, geloof
mij. Ik ook, kind! Ik ook!"
„Dat moet je niet zeggen," fluisterde zij
<üep bewogen. Ik zie tegen jou op als tot
die ster daar. Heb schijnt mij, dat ik door
jou word opgeheven uit al mijn gedachten,
met heel mijn liefde. Het ia of allés, wat ik
vroeger voelde, ook voor jou zoo onvol
ledig is geweest als een struik, die eerst
nog moet bloeien."
„En bloeit hij u?" vroeg hij lachend, ter
wijl hij haar naar rich toe trok.
Zij knikte.
Toen nam hij haar hoofd tusschen rijn
beide handen en kuste haar voor de eerste
maal mot een inner lijken drang.
In het blauwJakeiisohe toiletje, met de
jockey-muts op het blonde haar, trad Mia
Mersbaoh's kamer binnen. „Is het zóó
goed"
Geen oogenblik kwam de gedachte bij
haar op, dat rij in dit nauwsluitend japon
netje er zoo verrukkelijk uitzag.
„Prachtig! Ik ben dadelijk tot je dienst.
Zoo juist ging de postbode voorbij.5'
Zij greep naar rijn hand. „Je zult toch
niet ongeduldig worden?"
De bediende bracht juist op dit oogen
blik de morgenpoet binnen.
„Iets voor mij?"
„Niets," zed hij, de adressen bekijkend.
„Dat dominee Seller toch niet» meer van
zich laat hooren
„Neem toch geen notitie meer van Sel
ler. Jullie belangen loopan boo uiteen; dat
ia de reden.9
Mia. keek onderzoekend, de kamer rond.
„Ik zou heuscli er op durven zweren, dat
hier bloemen waren."
„Waar zouden die dan vandaan komen?"
Hij hield het laatst ontvangen couvert in
de hand. Een eenvouoüge, witte enveloppe
en daarop een kort adrespoststempel Mo
naco. Maar uit dit couvert stroomdo een
zoete, fijne geur als een zoete, lokkende
verleiding, als ware het een opium droom,
waarbij verlokkende tafreelen in do ziel
binnensluipen en daar schijngeluk geven.
„Ik kom dadelijk achter je aan," zei hij
haastig. „Haal jij int-usschen jo handschoe
nen maar."
Was dan die onzalige gedachte nog niet
geëindigd? En liij meende anders dat mon
ster den kop te hebben ingedrukt.
Nu leefde bet echter weer op de ge
dachte kwam weer opnieuw bij hem op.
Hij scheurde de enveloppe open. Een
geïllustreerde briefkaart viel er uit. „Sou
venir de Monaco." Maar Moraaoo was door
gestreept'. „Souvenir" was allee® blijven
staan. Aandenken, niet vergeten, mis
schien ook hopen 1 Alle6, alles stond in dit
eene woord te lezen.
Hij hield de kaart in rijn handen en
ademde den adem in, die daarover gegaan
was, van haar tob hem.
Ondanks zichzelf was de herinnering hem
te machtig. Hij boog zich over de plaats,
waarop haar hand had. gerust, toen zij de
wcorden had doorgestreept, en kuste die
plek.
Toen nam hdj de kaart echter weer,
scheurde haar in kleine stukjes en wierp#
deze in den papiermand.
Tot op dit oogenblik was het in <te ma-
pége stiL
„Kom!" zei Mersbaoh on hielp Mia in
het zadel. „Wees maar niet bang; er zal je
niets overkomen."
Dat oogenblik kon hij maar niet verge*
ten, waarop hij Alexandra Louise voor de
eerste maal op haar paard had gezien,
toen zij meeging op jacht, en rij ct boo flink
en mooi onder dbn zwarten hoed uitzag,
veel voornamer dan al de anderen. Wan
neer hij het niet had geweten, hij zou in
ha-ar toch onmiddellijk de Vorstin hebben
erkend. En nu kende hij ook de leegte van
baar hart, die haar alleen tot hem had ge
voerd.
En plotseling kwam het als een verlich
ting over hem, als een helder inzicht on ala
de verlossing.
Zij was een vrouw, die medelijden vroeg
zonder het zelf te weten. Geen liefde, maar
medegevoel wild© en mocht hij haar geven,
zoo lang haar trotsoh hart het leed op aar
de droeg.
Hij keek in Mia's gelaat, dat nood van
opgewondenheid was, als ware hem een
pak van het hart gevallen, liet het paard
stil staan en ging naar haar toe, om haar
te hoeren, haar hanc# te grijpen.
„Och, Mia, wanneer jo maar wilt geloo-
ven, dat ik jouw rust en jouw geluk steeds
voor oogen heb."
„Waarom spreek je daar toch steeds
weer over?" zei ze lachend. „Je geeft die
immers allebei in zoo hooge mate."
Hij stond naast het paard en keek naar
haar op.
„Werkelijk? Ik kan het haast nietgcloo-
veuhet schijnt mij dikwijls toe, dat een
onuitgesproken vraag over je gericht
glijdt"-
- v ~- {Wordt verroJyd).