Zaterdag 17 Februari 1923. Officieels Kennisgevingen. STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. teass - PRIJS DER ADVERÏENTIEN: 1 30 Gts. per regctL Bij rcseiabonnemont belan?rrij3£ laveren prijs. Kleine advertentiën, uitsluitend bij vooruitbe taling, Woensdags en Zaterdags 50 Gts.. bij een ^maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecbt. Voor eventueelo op- 'jionding van brieven 10 Gts. porto te betalen. (Bewijsnummer 5 Gts. Bureau Noordeindsplein. Telefoonnummers voor Directie en Administratie 175, Redactie 1507. Fostclièque- en Girodienst No. 57055. PRIJS DEZER CQURANf* Voor Leidon p. 3 mnd. 2.35, p. week' 019 Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week h 0.18 Franco per post 2.35 ~H portokosten. Nummer 19311. Dit nummer bestaat uit DRIE Bladen. EERSTE BLAD. GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP. Aan den gemeentelijken vischwinkcl, Vischmarkt IS., tel. 1225 is hadenavonil verkrijgbaar SQHELVISCH a 10 25. groote BflSOL 10.50, SCHAR h f0.21 en TAR BOT ti f0.70 per pond. 'N. C. DB GIJ8ELAAR, Burgemeester, i Leiden, 17 Febr. 1923. Inschrijving van leerlingen voor het openbaar vervolgonderwijs. 1 Burgemeester en Wethouders van Lellen biengen ter algemecne kenm% dat de in schrijving van leerlingen voor het Ojien- baar Vervolgonderwijs (vroeger Herhatings- londerwijs) zal plaats hebben op Maandag 19, Dinsdag 20, Donderdag "22 en Vrijdag E3 Februari e.k., des avonds van 61/» tot 8 uur: i voor jongens in het schoolgebouw aan Ide Oude Vest No. 35; voor medsjs3 in het schoolgebouw aan I Be Langebrug No. 62; flat nadere inlichtingen omtrent het ver- volgonderwijs bij de inschrijving door de hoofden der betrokken scholen zullen worden f verstrekt. N. C. DB GIJSELAAIt, Burgemeestec. J VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 17 Februari 1923. Het Tapvcrbwl. i Men deelt ons van bevoegie ^Je medev Ifljat de verordening van 25 September j.l., tot wijziging van die op Vergunning^ en (Verlof slocalifcei ten en Logementen, (z.g. "Tap- verb od) niet door den Minister yan Arbeid,, (Hendel en Nijverheid aan de Kroon ter vernietiging is voorgedragen. I De Minister heeft zijn tot nu toe jge- volgo. standpunt verlaten en zal dergelijke verordeningen niet meer tot verniietigür«g, j voordragen, omdat de Hooge Raad constant i len or.dubbelriimig zijn opvatting blijft hul- fligeiv dat voor het in-het-leven-roepen der bed oekle verbodsbepaling hst motief „drauk- piisbruik" niet wordt vereischt. t j De- ontwikkeling der Hindos-Jav. Kunst. In de serie kunsthistorische voordrach ten alhier behandelde prof. dr. N. J. Krom hoogleeraar aan de Universiteit alhier, gis ter namiddag bovenstaand onderwerp. I Spreker ving aan met te verklaren, - -waarom men zich van die ontwikkeling Bleohts dan goed rekenschap kan geven, als men zich op de hoogte heeft gesteld c van de gelijktijdige veranderingen in de OH indoe-Javaans che cultuur in het alge- Tneen. Niet afls aou men op die wijze kun- oen beciaderem, waarom en hoe het kunst- füverk als zoodanig tot stand komt; ook niet, omdat het alleen te genieten zou zijn V ,voor wie de omgeving kent, waarin heb thuisbehoortmaar wel, omdat men op dJie (wijze de bedoeling van den schepper recht kan doen wedervaren. De Oostersche kun- etenaar acht zich het werktuig eener hoo- gore machthet is nooit zijn doel, om iets te maken, dat uitsluitend mooi is, en om zijn schepping ten volle te waareberen, 'dient men. te kunnen navoelen, welke be- hoef te haar in het leven riep. De oudste Kindoe-Javaansche kunst, welke uit onze zevende eeuw dateert, is to kiarakteriseerdn als Hindoeïstisch, v iVoor-Indisch <3us, van traditie, met Indo- nesische elementen in de wijze van uitvoe- voering; In het bijzonder aan de monu- monten iziet mem, d'nt de opzet Hindo-cech as, doch in de argumentatie de Indoncsï- todhe invloed optreedt. Gedurende acht eeuwen ziet men nu de ze kunst zich in zeer belangrijke mate ver- iVormen en de aard der waarneembare wij- •e zigingen vindt (zijn verklaring in de eigen- aardige ontwikkeling der Hindoe -Ja v a an- Behc cultuur, waarin geleidelijk de Hindoe traditie wordt verzwakt en teruggedron- gen, terwijl in gelijke mate de Indonesi sche geestesgesteldheid veld wint. Men kan dfit opmerken aan de taal, de literatuur, de Staatsinrichting, den eerc- 'dienst. Overal doen zich overeenkomstige verschijnselen voor en hot spreekt vanzelf, 'dat ook de kunst daaraan deel heeft ge had. Achtereenvolgens wordt dit nagegaan aan het afzonderlijk tempelgebouw, waar L de oorspronkelijke organische samenhang der onderdeelen langzamerhand woreïfc los- golften en aan de fcempclcomplexen, aan- x vankelijk van strenge traditioneelc compo- sitie, doch later als het ware uit elkaar gevallen in losse gebouweneveneens - wordt aan het enkele beeld waargenomen, hoe het begint met in overeenstemming te zijn met don monumentalen stijl, allengs jyjvn bewogener karakter wordt en cinde- lijk de innerlijke eenheid verliest. Het ornament is eerst in hauwen samenhang X met de architectuur gedacht, doch gaat op den duur een eigen leven leiden en ,1 eindigt vaak met geheel tegengesteld te zijn aan de bouwkundige eisehon. Bij de i reliefcompositio valt op te merken: voor- ftfeerst, dat het relief van een onderdeel in den godsdienstige® opzet van het monu ment tot louter versiering wordt, en voorts dat de rustige epische samenstelling wijken moet voor den drang naar het episodische en romantische. Ook ontwaart men gaan deweg de inwerking van animistische in vloeden. In al deze gevallen wordt de ontwikke ling der kunst bepaald door de ontwikke ling van het geestelijk en maatsohappelijk leven in het algemeen. Men vat deze ver andering doorgaans als een vermindering op, en inderdaad ga*an eenige van de voor treffelijke kwaliteiten der Hindoe-Javaan- sche kunst verloren. Daar staat echter tegenover, dat zij juist door haar blijvende ovoreenstemming met wat er leefde in cte geesten, izelf is blijven teven on haar func tie tot het einde toe heeft kunnen ver vullen, en aan dat einde blijkt eerst recht, dat zij gevoeld word als de nationale Ja- vaanscheimmers ook de. Islam helft, on danks de verwerping van den ouden eere- dienst zoo nauw samenhangende kunst eigen t-o maken. Zoo is aldus besloot eprekcr de Hindoe-Javaansche kunst in haar histo risch verloop te verklaren uit hetgeen ge schiedde in de samenleving, waarvan rij de hoogste uiting is. Slechts door droc kunst, te beschouwen in verband met haar scheppers is liet mogelijk haar vollen om vang te waardeeren. Hervormde (Gereformeerde) Staatspartij. Gisteravond hield de afdeeling Leiden van de Herv. (Gereformeerde) Staatspartij in het gebouw „PrecEker", Janvaasensteeg 17, een openbare vergadering, waarin als spreker optrad de heer T. A. Hagen, van Amsterdam. De zeer druk bezochte verg ader in g werd geleid door den voorzitter, den heer C. Bloot. Nadat de aanwezigen gemeensoliappo!ijk een Psalmvers hadden gezongen, las de voorzitter een Hoofdstuk uit. den Bijbel, waarna hij voorging in gebed. Daarna opende hij de bijeenkomst met 'een hartelijk welkom tot den sproker en dc aanwezigen. Deze vergadering was reeds uitgesohreven, toen ds. Vcforsteegh hier een rede hield, waar hij nogal afgaf op deze Partij. Daarover klaagde spr. niet de partij zal groeien, ondanks verdrukking, en hoe meer men haar aanvalt, des te har: der zij groeit. Dat zou spreker kunnen be wijzen. Naar aanleiding van het gesprokene door ds. Voorstcegh -heeft, bet bestuur een be zoek aan dezen spreker gebracht en hem verzocht hier vanavond aanwezig te zijn om met den heer Hagen van gedachten te wisselen. Hij kon oohte-r aantoone® heden avond verhinderd te zijn. Ook ds. Grave- meyer, wiens stuk in het partijorgaan vooral door ds. Voorsteegh scherp gocriti- seerd werd, had' hier willen komen, om zich te verantwoorden, maar ook hij kon hier niet zijn, dooh hij zal zioh in zijn blad tegen den heer VooTsteegh verdedigen. Hierna gaf de voorzitter het woord aan de® spreker, die tot onderworp had geko zen „Altijd bereid tot verantwoording." Daartoe zijn wij inderdaad bereid, aldus begon spr., waarna hij, vóór zijn eigenlijk onderwerp te behandelen, eenige aanval len van ds. Voorstecgh weerlegde. Het was vooral de uitdrukking van. ds. Gravemeyer, dat de Chr.-Historisohe Unie het land aan Rome zou overleveren dat kwaad bloed' had gezet. Zoo is het niet ge zegd, al is het waar, wat spr. ock vol houdt, dat het Staatsbeleid dezer Partij daar heen voert. Ook wat door ds. Woud- stra over liet Vrouwenkiesnvoh t in het or gaan is geschreven, wat <b. V. eveneens aanviel, werd door spr. weerlegd. Meer in het algemeen sprekende, zeddo de heer Hagen, dat hetgeen men nu zijn Partij verwijt, indertijd ook Groen van PrLnsterer werd verweten. Groen gaf be ginselen, maar geen systeem, cn toen mcti hem dit kwalijk nam, antwoordde hij geen politieke kleermaker te zijn. Dit woord nam spr. overWat wij noo'dig hebben is heilig idealisme, is geloof. Het gaat om de oppermacht van Christus, ook in de maat schappij. Wat geeft liet, als men Hem in de Kerk predikt en in de maatschapp ij ver loochent. Dit zijn do zonden van den tegenwoordi- gen tijd, dat men zich niet regnleecrt naar Gods Woord, maar naar de omstandig heden. Nog eenshet gaat om Christelijke staatskunde en niet om staatkunde van Christenen. Waar vindt men do beginselen van Chris telijke staatkunde anders dan in de Hei lige Schrift 1 Maar wie moet dan die begin selen uit de Schrift vaststellen Niet het bestuur van de Chr.-Hist. Unie of de anti revolutionaire deputaten, maar de Kor? en de Kerk alleen. Dat mag ook niet de over heid doen deze heeft eveneens te luiste ren naar de Kerk. Wanneer me® het Woord Gods door ieder individhieel laat be- oordeelcn, gaat het niet goed. En tegenover de anti-revolutionairen èn tegen de Chr.-Historischen stellen de Herv. Gereformeerden hun beginsel van heb ge loof in Christus' Kerk. Van dit geloof wij ken zij niet af. De overheid heeft deze Kerk t-e erkennen. Vraagt men nu wat is de Kerk? Er zijn zoovele Kerken, zegt men. Zelfs de Her vormde Kerk vormt reeds drie of meer groepen. Spr. wil daar niets van weten. Doe de Kerk van Christus reoht., da® hebt gij geen zedelijke volkspolitiek noodig roept spr. uit. Do Ned.-Herv. Kerk is d© wettige voort zetting van liet liohaarn van Christus in Nederland. Het historisch middelpunt der st-aalkunde ligt is de Herv. Kerk. Het vrije kerksyslccm zooais het door jhr. De Savornin Loihmazi wordt voorge staan, acht spr. absoluut uib den boo ze. Spr. ontkende echter ten sterkste, dat rij en zijn medestanders kerkisten zijn. Dat is volkomen onwaar. Dat vrees voor de Roomsche Kerk de Herv. Gereformeerde Staatspartij dezen weg zou doen opgaan, ontkende spr. ten stelligste. In Christus hebben zij een genoegzaam wapen tegen het papisme en liet.clericalisme, omdat zij in de nationale Kerk 't lichaam van Chris tus er kennen, daarom zijn wij anti-cleri- caal, aldus eindigde bpr. het eerste gedeel te van zijn betoog. Hierna werd gezongen Psalm 68 vers 8, terwijl twee collecten werden gehouden één om de kasten dezer vergadering te be strijden en één voor db beweging, zooals de spreker de Partij noemde. Wij lijden alleen onder het individuar lisme en het subjectivisme; daar moeten wij los van geraken, en dat. kunnen wij al leen als wij de Kerk van Christus, d. i. de Herv. Kerk in Nederland, uitdragen in de staatkunde, aldus hervatte spr. zijn betoog. Als wij dat doen dan krijgen .wij vooral de Roomschen tegen ons. Dat kan spr. echter niet schelen. Onze nationaliteit is geboren uit de Reformatie en daarom gaat het niet aan om met de Roomschen samen te werken. Als Nederland zich los maakt van de Reformatie, da® wordt Rome troef. En zoo zien wij, volgens spr., thans ons land zich al meer en meer Romaniseeren en als <3at proces zioh voltrekt, valt het terug tot het heidendom. Er zijn al et-roo- mingen die daar reeds op wijze®. Spr. noemt de doopersohe dwalingen, wijst op do theosophen, c3e spiritisten, met hun hed- den9olie tendenzen. Zoo is het een daad va® zelfbehoud, dat de Hervormde Gerefor meerds Staatspartij optreedt tegen antd- anti-revolutionairen en Chr.-Historischen. De R.-Kath. Universiteit, die straks t© Nijmegen komen zal, ia er een der vruoh- ten van. Ging men nog maar in een bepaald pimt met Rome mee, het zou nog ©enigszins te vergoelijken zijn, maar het is een bondge nootschap met Rome geworden. Zoo staat men met Rome aan don eenen kant der antithese. Do R.-K. Universiteit, die straks te Nij megen komen zal, is er een der vruoh- ten van. Spr. waarschuwde ook op dit gebied te gen verbijzondering van ons volk. Hij wil een nationale Universiteit, waarin de theologische faculteit het middelpunt vormt. - Spr. is van huis uit Friesch Christelijk- Historisoh en hij heeft ©en langén strijd doorgemaakt vóór hij tot zijn tegenwoor dig standpunt is gekomen. En nu durft een man als ds. Voorstcegh hem en anderen beginnelingen noemen. Waar heeft deze zijn politiek ab, c geleerd? vroeg spr. spottend. Met ds. Groot Enzerink is hij het eens, dat de Chr.-Hist. Unie uit drie heterogene bestanddeel en bestaat. Dit komt bij ©Ik principieel punt aan het licht. En daarbij staan de oud© trouw© Friesohe Christ.- Historischen met de handen in liet haar. Daarom vindt spr. zioh thuis 5® de Her vormde Gereformeerde Staatspartij, die voor Christus' Kerk in do staatkunde ge tuigt en opkomt. Na het praatje, door ds. Voorsteegh in Noord wijk uitgesproken, als zoude de H. G .S. hebben uitgestrooid, dat de Koningin na de verkiezingen aan jhr. De Geer op dracht tot Kabinetsformatie hebben gege ven, te hebben weerlegd, kwam spr. tot rijn slotbetoog, waarin hij de uifcl-eving van Gods eisch in Nederland voortzette, waar van de sleutel ligt in aït. 36 der Ned. Ge loofsbelijdenis, wat spr. op bijna harts tochtelijken toon nader uiteenzette, waar na hij eindigde met te zeggen, dat Rome ods niet- voor de revolutie bewaart, maar dat het de revolutie juist uitlokt. Van de gelegenheid, oan de® spreker vra gen te stellen, maakten gebruik de heeren WW brink. Jonk, Breedijk, Kwestroo en Van den Wijngaard. De heer Wilbrink protesteerde oohter eerst tegen de wijze van optreden van den voorzitter. In den oproep der vergadering stond, dat er gelegenheid zou rijn tot ge- diachtenwisseling, en nu moet men rioh be palen tot vragen stellen, (applaus). Hiertegen trad de voorzitter weer óp. Als men het applaudisseeren niet naliet, zou hij de vergadering sluiten. Do heer Wilbrink hield toch een betoog. Hij zeide, dat de Chr.-Historische® ook te gen opera en schouwburg zijn. Deze partij steunt ook op Gods Woord, dooh wij mo gen ons niet blind staren op ee® artikel va® een geloofsbelijdenis, zooals de H. G. S. doet. Eerst moet nog ons volk ge kerstend! "worden en als dat geschied is, dan eerst kon men art. 36 der Geloofsbelij denis de Overheid voorleggen. Spr. noem de verschillende punten, waarmede Pro testanten met R.-Katholieken kunnen mee gaan. Is het dan beter, dat de Katholieken samengaan met de sociaal-democraten? Do spr. kreeg dadelijk het woord ter be strijding van dezen vrager. De heer Jonk die daarop het woord ver kreeg, sloot rioh aan bij den heer Wilbrink, vooral in zake de opvatting van art. 36 der Geloofsbelijdenis. Spr. zal de kwestie Noordwijk-Vaorsteogh onderzoeken en hij belooft daarvan de® uitslag in de pers te publiceeren. Spr., die zeer hartstochtelijk sprak, trachtte aan te toonen, dat de Chr.-Hist. ook tegen verbijzondering van ons volks leven rijn. Dit blijkt immers ook door hun houding tegen de Vrije Universiteit? Hij wilde vorder den heer Voorsteegh verdedigen tegen de onwaarheden, hier te gen hem geuit, (beweging). Eindelijk constateerde hij, dat de Chr.- Hist. ook tegen een luistervink bij den Paus zijn en dat hebben rij ook gezegd. Dat weet de spr. ook wel. Ten slotte protesteerde deze spreker hef tig tegen belastering van mr. dr. Schok king, die daarvoor te hoog staat, (applaus en protesten). Hierna antwoordde de heer Hagen we der en zeide, dat niet tegen hem was ge sproken. Er gingen daarbij telkens inter rupties uit den Ohristelijk-Historisohen hoek op. Er werd geroepenMag zoo iets bestaan in een Christelijke vergadering. De derde vrager, een jonge man, do heer Breedijk, vroeg: Hoe moet ik als jong mensch partij kiezen, waar men zooals hier onder Christène® onderling twist? Welke Partij moet. men nu kiezen? De heer Hagen was met dezen vrager wel ingenomen. Hij ried hem aan naar Gods Woord zelf te luistere®. De volgende vrager, de heer Kwestroo, had nooit gedacht, dat hij, toen hij zijn Ge loofsbelijdenis voor de Kerk deed, dit in de politiek te pas zou komen. Ook deze debater, die nog meerdere vrar gen deed, welke volgens spr. veel van strik vragen hadden, werd door spr. beant woord, waarbij hij opmerkte, dat de op merkingen van hem en andere heeren vrij wel buite® spr. en rijn betoog omgingen en hij verzooht de pers dit wel te doen willen uitkom em De laatste dolmter, de heer Van den Wijngaard, verwonderd© er zioh over, dat spr. nu en ook bij vorige gelegenheden zich al door kant tegen geestverwanten. Waar om bestrijdt hij niet liever socialisten en communisten. Verder wilde hij gaarne we ten het verschil tusschen Christelijke staat kunde en staatkunde van Christenen. Af en toe vertrokken groepjes, zoodat er vrij wat leege plaatsen waren, toen de spreker den laatste® vrager beantwoordde. De voorzitter, de vergadering sluitende, deelde mede, dat de Herv. Geref. Staats partij na de ervaring van vanavond gee® vergadering met debat meer zal geven, wat ~spr. in de pauze ook al bad gezegd. Laat iedere partij haar eigen beginselen uitdra gen en als de hoorders inlichtingen willen, laten zij dan bij de leiders aan huis inlich tingen vragen, (gelach). De vrij woeb'ge vergadering werd te ruim elf uur door den heer Hagen met dank gebed gesloten. Vierde lustrum Indologen-Vereeniging „Dispereort niet''. Opening. Do feestelijkheden voor het vierde lus trum der S. V. zijn gisteren officieel' ge opend in den foyer der Stadszaal, die te vens als receptiekamer diende. De foyer was feestelijk versierd voor deze gelegen heid. Achter de bestuurstafel prjjkte bet vaandel der Vereenigdng, terw^l de tafel versierd was door bloemstukken vad de dames-studentenrver. „V. V. S. L." en \>an de Ver. der Indische Postschool. Te drie uur opende de praeaes, de heer Meyer va® Rozenburg de feestelijkheden, met een korte rede. Na aanwezigen welkom te hebben gebeeten, gaf hij een klein overzicht der Vereöniging sedert de oprichting in 1D02, De lustrums in de jaren 1907 en 1912 waren op waardige en pret tige wijze gevierd, waarbij zelfs in 1912 een batig saldo van f400 te boeken viel. Daar de groote oorlog nog in vollen yang was in 1917, besloot men het derde lus trum in meer intiemen kring te vieren, waar het ook op waardige wifze plaats vond. In 1917 was er eon tijdelijke inzinking in het^ Vereen?gingsleven te constateeren. Gelukkig herstelde de Vereeniging ^ich, zoodat zij nu zich een goede plaats in de studentenwereld heeft weten te veroveren; De plannen voor het vieren va® het vierde lustrum in 1922 waren reeds vro?g vast gesteld. Dezen keer zou het gevierd wor de® met het Indonisisch Verbond te zamerL Ec-nigo dagen voor den vastgeste'den datum trok het Ind. Verb, zich onverwacht terug, waardoor de feestviering uitgebeld moest worden. Toen kwam daarbij het overlijden van den rector-magnificus prof. Keunen. (Het bestuur der I. V. besloot toen de lustrum-viering tot bet volgende jaar uit te stellen. En daardoor komt het, dat wij nu op bescheiden voet ons lustrum zullen vieren. Het programma is opgesteld in overeenstemming met de wenschen cn finaa- cieele draagkracht der leien. De heer M. v. R. hoopt, dat het een ieder voldoen zal Met genoegen constateerde hij, dat de langere studie de Vereeniging ten goede komt en er daardoor langer verband tus- 8chen de leden blijft bestaan, waaraan het ideaal van een eigen Vereenigingsgebouw nog meer zal' bijdragen. Ten slotte sprak de heer M. v. R. den wensch uit, dat men met genoegen op dit lustrum zal kunnen terugzien en dat de I. V. aller belangstel ling mag behouden. Daarna bestond er gelegenheid het be stuur te feliciteerén, waarvan een druk gebruik werd gemaakt Onze burgemeester, Jhr. De Geselaar, was verhinderd zelf ts komen, Tnaar Zijn echtgenoot© vertegenwoordigde hém. Het bestuur ontving vele golukwenschen van hoogleeraren, o a. van den rector-magnif icus prol Van Itallie, prof. Van Ronteri, pro". Krom, prof. Colenbrander, prof. André do la Porte, 'terwijl andere professors schrif telijk hun felicitaties hadden aangeboden. Van de verschillende studentenvereerugin- gen maakten van doze receptie gebruik aa de dames-stucL-Ver. „V. V. S. L.", („Sanct Augustinius", „Ver. Oost en West", „Bond van Leidsche studenten", „Ver. Ambt. B. B." Verder gaven nog verschillende oud- leden Blijk va® hun belangstelling. M a n g e f 0 e s l. *s Avonds werden de fes f e' ij k h'ed en v o or i- gezet met een ruiterfeest in de Rijks-ma- BINNENLAND. De Eerste Kamer heeft het wetsontwerp- erfopvolging aangenomen. Er is een beperkt vorbod van schocneninvoer te wachten. j j u De malaise in Ned.-Jndië. nT" r-" De Leidsche verordening op het tapverboif wordt niet tot vernietiging aan de Kroon voor gedragen. BUITENLAND. v'. V De Fransche delegaties uit Londen vertrokken. Geen mededeelingen over de besprekingen. Nieuwe veroordelingen in het Roergebied. In Essen staakt de politie na botsing met de Franschen. Begin van de mijnwerkersstaking in Frankrijk. De hereeniging der Engelsche liberalen. Leon Bourgeois treedt af als voorzitter van den Franschen Senaat. riége. De manége was mooi verlicht eiï gedrapeerd, waarvoor de firma's Terburgh en Driessen en Lau gezorgd hadden. In het mooi geharkte perk prijkten in groote witte letters „Hulde aan I. V." Burgemeester Do Gjjselaar toonde zijn belangstel ing voor dit lustrum door zftn aanwezigheid gedu rende het geheete ruiterfeest. Verder za gen wij er kapitein Trapman in, de oore- loge, die speciaal daarvoor ingericht was. Nadat de praoses den avond geopend had, en de heer Ebbink, leeraar dor indologen- rijders, verzocht had niet al' te kritisch' te* zijn, daar er maar om goede week voor bereiding was geweest, werd aan de af werking van het programma begonnen. Voor, de stemming zorgde een groepje banjo- spelers en een pathéfoon, welke elkaar zon der pauzen afwisselden. (Het eerste nummer „caroussell rijden" door 8 heeren, viel direct in den smaak. De verschillende bewegingen werden keu rig uitgevoerd, zoodat men piet kon be merken dat er zoo'n korte tijd van voor bereiding. was geweest. De houding vail de meeste heeren was zeer correct. HJeti tweede nummer „Manoeuvre h Flèche", was zeer lastig. Door den onwilligen schim mel slaagde dit nummer piot geheel en al. Als variatie trad iiu op oen jongleur onder den naam Ivo Venkiski, die iedereen verbaasd deed staan over wat bij at op zijn kin en voorhoofd kon laten balan- ceeren. Tot slot voor de pfauze een voltige op een stappend, dravend en galoppeer eed p'jard. De ruiter oogstte ve§l< bijval door zijn lenige bewegingen op het paard. Voor de vroolijkheid zorgde direct daarop een lieer, die den vorigen ruiter wilde verbe teren, maar ten slotte aan een kabel jn de lucht bleef zweven. Na de pauze, waarin ververschkigen wor den rondgediend^ kregen wij „Ringsteken en prijsspringen te paard" te zien, waarbij de handigheid d«ir ruiters gevraagd werd. De heer Ebbink Het toen zjjn dressuur met paarden van de manége zien, door deze over balken en tafels te laten sprin gen „in vrijheid", waarna tot slot vani dezen goed geslaagden avond het springen der paarden „ónder dan man" gegeven werd. De heer Ebbink heeft zeker succes gehad door in zoo'n korten tijd zulke goede resul taten te verkrijgen. Hem werd een kistje sigaren en bloemen geoffreerd voor zijn diensten, terwijl zijn assistent Harteveldook een kistje sigaren in ontvangst mocht nemen. Verdere viering. Na het manége-feest werd een rijjool door de stad gehouden met muziek en fakkeldragers, welke optocht op den laten aVond nog veel' bekijks had. Hierbij ge- Voelden de studenten zich zeker wel in; de meeste feeststemming. Na afloop^ van de rijjool hield de I. V. een réunie jrf „In den Vergulden Turk", waar het in meer intiemen kring tot 's nachts werd voortgezet. Heden eindigen do feesten mot een ca baretavond en bal in de groote zaal der Stadszaal. Alhier ia overleden Jr. A. van Rlirjh, oudst prahtizcerend arts in deen gemeente, waar hp zich gedurende heel zpn gen;es- kvndige loophaan door zijn minziain-eid vele vrienden verwierf. Arnoldus van Uiuju werd 9 Maart 1844 geboren en bereikte dus den Jeeftjd van bijna 79 jaren. Tot voor korten tijd bezocht h"rj nog zijn patiënten. Hij was jarea hd \an de afdeeling Leiden van de Maatschappij tot Eevordering der Geneeskunst en werd in de afdeeling zeer gewaarde :rd door z'jn groote belezenheid in de geneeskundige wetten, zoodat hij meermalen daarover alvies gaf, hetgeen steads op prijs gestald werd. Tal van jaren was do overledene ook be stuurslid van het Leidsch Schaakgenoot schap. In zijn vrijen tijd hield hij zich voor af met de beoefening van dit spal onledig. Met den heer Van Rhiju, die ook eanigen tjjd lid van den Gemeenteraad was, is een

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 1